Table of Contents | Words: Alphabetical - Frequency - Inverse - Length - Statistics | Help | IntraText Library
Alphabetical    [«  »]
eljasibs 1
eljehoenai 1
eljoenai 9
elk 126
elkaar 1
elkana 21
elkander 142
Frequency    [«  »]
128 sterk
128 verstand
127 voorwaar
126 elk
126 steen
126 zat
125 eet

Bijbel

IntraText - Concordances

elk

    Book Chapter: Verse
1 Gen 6:19 | van alle vlees, twee van elk, doen in de ark komen, om 2 Gen 6:20 | naar zijn aard, twee van elk zullen tot u komen, om die 3 Gen 10:5 | volken in hun landschappen, elk naar zijn spraak, naar hun 4 Gen 36:28 | droomden nu beiden een droom, elk zijn droom, in een nacht, 5 Gen 36:28 | zijn droom, in een nacht, elk naar de uitlegging zijns 6 Gen 37:11 | ik en hij; wij droomden elk naar de uitlegging zijns 7 Gen 45:22 | vruchtbare tak aan een fontein; elk der takken loopt over den 8 Exo 1:1 | Jakob; zij kwamen er in, elk met zijn huis. ~ 9 Exo 5:13 | zeggende: Voleindigt uw werken, elk dagwerk op zijn dag, gelijk 10 Exo 26:16 | halve el zal de breedte van elk berd zijn. ~ 11 Exo 28:21 | zegelen gegraveerd worden, elk met zijn naam; voor de twaalf 12 Exo 30:34 | en zuiveren wierook; dat elk bijzonder zij. ~ 13 Exo 32:27 | iegelijk dode zijn broeder, en elk zijn vriend, en elk zijn 14 Exo 32:27 | en elk zijn vriend, en elk zijn naaste! ~ 15 Exo 32:29 | uw handen den HEERE; want elk zal zijn tegen zijn zoon, 16 Exo 33:27 | iegelijk dode zijn broeder, en elk zijn vriend, en elk zijn 17 Exo 33:27 | en elk zijn vriend, en elk zijn naaste! ~ 18 Exo 33:29 | uw handen den HEERE; want elk zal zijn tegen zijn zoon, 19 Exo 36:21 | halve el was de breedte van elk berd. ~ 20 Exo 36:30 | voeten: twee voeten onder elk berd. ~ 21 Exo 38:26 | 26 Een beka voor elk hoofd, dat is een halve 22 Lev 22:68 | slachtoffer en drankofferen, elk dagelijks op zijn dag, te 23 Num 1:44 | twaalf mannen waren zij, elk over het huis zijner vaderen. ~ 24 Num 3:47 | 47 Gij zult voor elk hoofd vijf sikkels nemen; 25 Num 7:3 | oversten, en een os voor elk een; en brachten ze voor 26 Num 14:34 | veertig dagen, elken dag voor elk jaar, zult gij uw ongerechtigheden 27 Num 17:2 | Israels, en neem van hen voor elk vaderlijk huis een staf, 28 Num 17:9 | zij zagen het, en namen elk zijn staf. ~ 29 Num 18:2 | Israels, en neem van hen voor elk vaderlijk huis een staf, 30 Num 18:9 | zij zagen het, en namen elk zijn staf. ~ 31 Num 23:2 | offerden een var en een ram, op elk altaar. ~ 32 Num 23:4 | heb een var en een ram op elk altaar geofferd. ~ 33 Num 23:14 | offerde een var en een ram op elk altaar. ~ 34 Num 23:30 | offerde een var en een ram op elk altaar. ~  ~  ~  ~ 35 Num 28:13 | 13 En tot elk tiende deel meelbloem ten 36 Num 28:21 | 21 Tot elk zult gij een tiende deel 37 Num 28:29 | 29 Tot elk een tiende tot een lam, 38 Num 29:10 | 10 Tot elk een tiende tot een lam, 39 Deu 3:20 | dan zult gij wederkeren, elk tot zijn erfenis, die ik 40 Deu 14:22 | het inkomen uws zaads, dat elk jaar van het veld voortkomt. ~ 41 Deu 23:8 | worden in het derde geslacht, elk van die zal in de vergadering 42 Deu 32:7 | ouds; merk op de jaren van elk geslacht; vraag uw vader, 43 Joz 22:15 | 42 Deze steden waren elk met haar voorsteden rondom 44 1Sa 10:25 | Samuel het ganse volk gaan, elk naar zijn huis. ~ 45 1Sa 25:10 | knechten, die zich afscheuren, elk van zijn heer. ~ 46 2Sa 14:26 | geschiedde het ten einde van elk jaar, dat hij het beschoor, 47 1Kon 4:7 | zijn huis verzorgden; voor elk was een maand in het jaar 48 1Kon 5:14| den Libanon; twee maanden elk in zijn huis; en Adoniram 49 1Kon 10:17| gouds liet hij opwegen tot elk schild; en de koning legde 50 1Kon 10:25| paarden en muilezelen, elk ding van jaar tot jaar. ~ 51 1Kon 18:13| honderd man heb verborgen, elk vijftig man in een spelonk, 52 1Kon 22:10| de koning van Juda, zaten elk op zijn troon, bekleed met 53 2Kon 6:2 | aan de Jordaan gaan, en elk van daar een timmerhout 54 2Kon 16:20| van Assyrie te geven, voor elk man vijftig zilveren sikkels; 55 2Kon 19:29| 29 Maar elk volk maakte zijn goden; 56 2Kon 19:29| Samaritanen gemaakt hadden, elk volk in hun steden, waarin 57 2Kon 27:30| van den koning gegeven, elk dagelijks bestemde deel 58 2Kro 4:13| rijen van granaatappelen tot elk net, om de twee bollen der 59 2Kro 10:16| gouds liet hij opwegen tot elk schild; en de koning legde 60 2Kro 10:24| paarden, en muilezelen, van elk van jaar tot jaar. ~ 61 2Kro 19:9 | de koning van Juda, zaten elk op zijn troon, bekleed met 62 Ezra 3:4 | getal, naar het recht, van elk dagelijks op zijn dag. ~ 63 Neh 11:23 | onderhoud voor de zangers, van elk dagelijks op zijn dag. ~ 64 Neh 12:47 | zangers en der poortiers, van elk dagelijks op zijn dag; en 65 Neh 13:30 | priesteren en der Levieten, elk op zijn werk; ~ 66 Est 1:22 | naar zijn schrift, en aan elk volk naar zijn spraak, dat 67 Est 1:22 | volk naar zijn spraak, dat elk man overheer in zijn huis 68 Est 16:12 | de landvoogden, die over elk landschap waren, en aan 69 Est 16:12 | waren, en aan de vorsten van elk volk, elk landschap naar 70 Est 16:12 | de vorsten van elk volk, elk landschap naar zijn schrift, 71 Est 16:12 | landschap naar zijn schrift, en elk volk naar zijn spraak; er 72 Est 17:12 | de landvoogden, die over elk landschap waren, en aan 73 Est 17:12 | waren, en aan de vorsten van elk volk, elk landschap naar 74 Est 17:12 | de vorsten van elk volk, elk landschap naar zijn schrift, 75 Est 17:12 | landschap naar zijn schrift, en elk volk naar zijn spraak; er 76 Est 52:15 | onderhouden, in alle en elk geslacht, elk huisgezin, 77 Est 52:15 | in alle en elk geslacht, elk huisgezin, elk landschap 78 Est 52:15 | geslacht, elk huisgezin, elk landschap en elke stad; 79 Job 30:15 | verschrikkingen tegen mij gekeerd; elk een vervolgt als een wind 80 Job 40:9 | 9 Elk een zijner niezingen doet 81 Psa 45:18 | Naams doen gedenken van elk geslacht tot geslacht; daarom 82 Psa 49:15 | hun gedaante verslijten, elk uit zijn woning. ~ 83 Psa 141:10 | 10 Dat de goddelozen elk in zijn garen vallen, te 84 Spre 20:6 | 6      Elk van de menigte der mensen 85 Spre 28:1 | geen vervolger is; maar elk rechtvaardige is moedig, 86 Hoo 3:8 | houden, geleerd ten oorlog, elk hebbende zijn zwaard aan 87 Jes 28:25 | uitgelezen gerst, of      spelt, elk aan zijn plaats. ~ 88 Jes 30:22 | maanstondig      kleed, en tot elk van die zeggen: Henen uit! ~ 89 Jes 47:15 | handelaars van uw jeugd aan, elk zal zijns weegs dwalen, 90 Jes 57:11 | elkeen naar zijn gewin,      elk uit zijn einde. ~ 91 Jer 9:4 | op enigen broeder; want elk broeder doet niet dan bedriegen, 92 Jer 9:4 | doet niet dan bedriegen, en elk vriend wandelt in achterklap. ~ 93 Jer 22:7 | verdervers tegen u heiligen, elk met zijn gereedschap, die 94 Jer 48:41 | 41      Elk een der steden is gewonnen, 95 Jer 48:41 | der steden is gewonnen, en elk een der vastigheden is ingenomen; 96 Jer 51:29 | beven en pijn lijden; want elk een van des HEEREN gedachten 97 Jer 52:34 | koning van Babel gegeven, elk dagelijks bestemde deel 98 Eze 4:6 | gegeven elken      dag voor elk jaar. ~ 99 Eze 16:25 | 25      Aan elk hoofd des wegs hebt gij 100 Eze 26:11 | met het zwaard doden, en elk een van de kolommen uwer 101 Eze 32:10 | aangezichten; en zij zullen      elk ogenblik sidderen, een ieder 102 Eze 37:7 | en de beenderen naderden, elk been tot zijn been. ~ 103 Eze 40:7 | 7      En elk kamertje een riet de lengte, 104 Eze 40:12 | een el van gene zijde; en elk kamertje zes ellen van deze, 105 Joe 1:20 | 20      Ook schreeuwt elk beest des velds tot U; want 106 Joe 2:8 | zullen daarhenen trekken elk in zijn baan; en al vielen 107 Amos 2:8 | zij leggen zich neder bij elk altaar op de verpande klederen, 108 Mic 4:5 | volken zullen wandelen, elk in den naam zijns gods; 109 Zac 12:12 | het land zal rouwklagen, elk geslacht bijzonder; het 110 Zac 12:14 | Al de overige geslachten, elk geslacht bijzonder, en hunlieder 111 Matt 12:36| 36 Maar Ik zeg u, dat van elk ijdel woord, hetwelk de 112 Matt 20:10| zij zelven ontvingen ook elk een penning. ~ 113 Mark 13:34| dienstknechten macht gaf, en elk zijn werk, en den deurwachter 114 Luk 9:14 | hen nederzitten bij zaten, elk van vijftig. ~ 115 Joha 2:6 | de reiniging der Joden, elk houdende twee of drie metreten. ~ 116 Joha 21:25| gedaan heeft, welke, zo zij elk bijzonder geschreven wierden, 117 Hand 2:45| dezelve aan allen, naar dat elk van node had. ~ 118 Hand 4:35| werd uitgedeeld, naar dat elk van node had. ~ 119 Hand 6:29| discipelen vermocht, besloot elk van hen iets te zenden ten 120 Hand 6:34| hem over aan vier wachten, elk van vier krijgsknechten, 121 Hand 15:6 | zijlieden keerden wederom, elk naar het zijne. ~ 122 1Kor 4:2 | de uitdelers vereist, dat elk getrouw bevonden worde. ~ 123 Efez 5:33| 33 Zo dan ook gijlieden, elk in het bijzonder, een iegelijk 124 Open 5:8 | het Lam neder, hebbende elk citeren en gouden fiolen, 125 Open 16:21| 21 En een grote hagel, elk als een talent pond zwaar, 126 Open 21:21| paarlen, een iedere poort was elk uit een paarl; en de straat


Best viewed with any browser at 800x600 or 768x1024 on Tablet PC
IntraText® (V89) - Some rights reserved by EuloTech SRL - 1996-2007. Content in this page is licensed under a Creative Commons License