Table of Contents | Words: Alphabetical - Frequency - Inverse - Length - Statistics | Help | IntraText Library
Alphabetical    [«  »]
maaksel 13
maakt 221
maakte 381
maakten 124
maaktet 2
maal 26
maalde 1
Frequency    [«  »]
124 dergenen
124 keerde
124 leeft
124 maakten
124 viel
123 tegemoet
122 hoor

Bijbel

IntraText - Concordances

maakten

    Book Chapter: Verse
1 Gen 3:7 | vijgeboombladeren samen, en maakten zich schorten. ~ 2 Gen 20:27 | Abimelech; en die beiden maakten een verbond. ~ 3 Gen 20:32 | 32 Alzo maakten zij een verbond te Ber-seba. 4 Gen 21:19 | tot zijn jongeren, en zij maakten zich op, en zij gingen samen 5 Gen 28:46 | En zij namen stenen, en maakten een hoop; en zij aten aldaar 6 Gen 34:35 | zonen, en al zijn dochteren maakten zich op, om hem te troosten; 7 Gen 39:15 | hand, en Benjamin; en zij maakten zich op, en togen af naar 8 Exo 1:14 | zij hun het leven bitter maakten met harden dienst, in leem 9 Exo 36:4 | het werk des heiligdoms maakten, ieder man van zijn werk, 10 Exo 36:4 | van zijn werk, hetwelk zij maakten; ~ 11 Exo 36:8 | onder degenen, die het werk maakten, den tabernakel van tien 12 Exo 39:1 | 1 Zij maakten ook ambtsklederen, om in 13 Exo 39:1 | purper, en scharlaken; ook maakten zij de heilige klederen, 14 Exo 39:4 | 4 Zij maakten samenvoegende schouderbanden 15 Exo 39:9 | 9 Hij was vierkant; zij maakten den borstlap dubbel; een 16 Exo 39:15 | 15 Zij maakten ook aan den borstlap gelijk-eindigende 17 Exo 39:16 | 16 En zij maakten twee gouden kastjes, en 18 Exo 39:19 | 19 Zij maakten ook twee gouden ringen, 19 Exo 39:20 | 20 Nog maakten zij twee gouden ringen, 20 Exo 39:24 | aan de zomen des mantels maakten zij granaatappelen van hemelsblauw, 21 Exo 39:25 | 25 Zij maakten ook schelletjes van louter 22 Exo 39:27 | 27 Zij maakten ook de rokken van fijn linnen, 23 Exo 39:30 | 30 Zij maakten ook de plaat van de kroon 24 Num 26:9 | vergadering, die gekijf maakten tegen Mozes en tegen Aaron, 25 Num 26:9 | zij gekijf tegen den HEERE maakten. ~ 26 Joz 8:14 | zag, zo haastten zij en maakten zich vroeg op, en de mannen 27 Joz 17:13 | Israels sterk werden, zo maakten zij de Kanaanieten cijnsbaar; 28 Joz 18:8 | 8 Toen maakten zich die mannen op, en gingen 29 Joz 19:51 | tent der samenkomst. Aldus maakten zij een einde van het uitdelen 30 Ric 5:2 | sterk werd over Israel, maakten zich de kinderen Israels, 31 Ric 8:6 | Millo, en gingen heen en maakten Abimelech ten koning, bij 32 Ric 8:27 | en traden de druiven, en maakten lofliederen; en zij gingen 33 Ric 18:22 | zij nu hun hart vrolijk maakten, ziet, zo omringden de mannen 34 Ric 19:5 | En de burgers van Gibea maakten zich tegen mij op, en omringden 35 Ric 19:18 | 18 En de kinderen Israels maakten zich op, en togen opwaarts 36 Ric 19:19 | 19 Alzo maakten zich de kinderen Israels 37 Ric 19:33 | 33 Toen maakten zich alle mannen van Israel 38 1Sa 17:52 | 52 Toen maakten zich de mannen van Israel 39 1Sa 18:3 | 3 Jonathan nu en David maakten een verbond, dewijl hij 40 1Sa 23:18 | 18 En die beiden maakten een verbond voor het aangezicht 41 1Sa 23:24 | 24 Toen maakten zij zich op, en zij gingen 42 1Sa 31:12 | 12 Zo maakten zich op alle strijdbare 43 2Sa 2:15 | 15 Toen maakten zich op, en gingen over 44 2Sa 10:19 | aangezicht geslagen waren, maakten zij vrede met Israel, en 45 2Sa 12:17 | 17 Toen maakten zich de oudsten van zijn 46 1Kon 5:12| tussen Salomo, en zij beiden maakten een verbond. ~ 47 1Kon 11:18| 18 En zij maakten zich op van Midian, en kwamen 48 1Kon 12:20| over gans Israel koning maakten; niemand volgde het huis 49 1Kon 13:30| lichaam in zijn graf; en zij maakten over hem een weeklage: Ach, 50 2Kon 2:11| tussen hen beiden scheiding maakten. Alzo voer Elia met een 51 2Kon 3:24| leger van Israel kwamen, maakten zich de Israelieten op, 52 2Kon 8:20| het gebied van Juda af, en maakten een koning over zich. ~ 53 2Kon 10:27| het huis van Baal af, en maakten dat tot heimelijke gemakken, 54 2Kon 11:12| hem de getuigenis; en zij maakten hem koning, en zalfden hem; 55 2Kon 12:20| knechten stonden op, en maakten een verbintenis, en sloegen 56 2Kon 13:20| knechten stonden op, en maakten een verbintenis, en sloegen 57 2Kon 15:19| 19 En zij maakten een verbintenis tegen hem 58 2Kon 15:21| zestien jaren oud was), en maakten hem koning in plaats van 59 2Kon 19:16| des HEEREN, huns Gods, en maakten zich gegoten beelden, twee 60 2Kon 19:16| beelden, twee kalveren; en maakten bossen, en bogen zich voor 61 2Kon 19:21| huis van David af, en zij maakten Jerobeam, den zoon van Nebat, 62 2Kon 19:30| Want de lieden van Babel maakten Sukkoth Benoth, en de lieden 63 2Kon 19:30| Benoth, en de lieden van Chut maakten Nergal, en de lieden van 64 2Kon 19:30| en de lieden van Hamath maakten Asima, ~ 65 2Kon 19:31| 31 En de Avieten maakten Nibhaz en Tartak, en de 66 2Kon 19:32| vreesden zij den HEERE, en maakten zich van hun geringsten 67 2Kon 23:23| En de knechten van Amon maakten een verbintenis tegen hem, 68 2Kon 25:30| Josia, en zalfden hem, en maakten hem koning in zijns vaders 69 1Kro 10:12| 12 Zo maakten zich alle strijdbare mannen 70 1Kro 20:19| aangezicht van Israel, zo maakten zij vrede met David, en 71 1Kro 30:22| met grote vreugde; en zij maakten Salomo, den zoon van David, 72 2Kro 14:15| 15 En de mannen van Juda maakten een alarmgeschrei; en het 73 2Kro 14:15| van Juda een alarmgeschrei maakten, dat God Jerobeam en het 74 2Kro 21:20| 20 En zij maakten zich des morgens vroeg op, 75 2Kro 21:36| Tharsis te gaan; en zij maakten de schepen te Ezeon-Geber. ~ 76 2Kro 22:8 | gebied van Juda, en zij maakten over zich een koning. ~ 77 2Kro 22:28| gebied van Juda, en zij maakten over zich een koning. ~ 78 2Kro 23:1 | de inwoners van Jeruzalem maakten Ahazia, zijn kleinsten zoon, 79 2Kro 23:24| hem de getuigenis, en zij maakten hem koning; en Jojada en 80 2Kro 24:8 | de koning gebood, en zij maakten een kist, en stelden die 81 2Kro 24:11| hoofdpriester, en de kist ledig maakten, en die opnamen, en die 82 2Kro 24:13| in zijn gestaltenis, en maakten het vast. ~ 83 2Kro 24:21| 21 En zij maakten een verbintenis tegen hem, 84 2Kro 24:25| hem in grote krankheden), maakten zijn knechten, om het bloed 85 2Kro 24:26| een verbintenis tegen hem maakten: Zabad, de zoon van Simeath, 86 2Kro 25:27| van achter den HEERE, zo maakten zij in Jeruzalem een verbintenis 87 2Kro 28:12| 12 Toen maakten zich mannen op van de hoofden 88 2Kro 28:15| met namen uitgedrukt zijn, maakten zich op, en grepen de gevangenen, 89 2Kro 29:12| 12 Toen maakten zich de Levieten op, Mahath, 90 2Kro 29:17| zestienden dag der eerste maand maakten zij een einde. ~ 91 2Kro 30:14| 14 En zij maakten zich op, en namen de altaren 92 2Kro 31:6 | God, geheiligd waren, en maakten vele hopen. 93 2Kro 33:24| 24 En zijn knechten maakten een verbintenis tegen hem, 94 2Kro 34:17| hand dergenen, die het werk maakten. ~ 95 2Kro 37:1 | den zoon van Josia, en zij maakten hem koning, in zijns vaders 96 2Kro 37:14| 14 Ook maakten alle oversten der priesteren, 97 Ezra 1:5 | 5 Toen maakten zich op de hoofden der vaderen 98 Ezra 5:2 | 2 Toen maakten zich op Zerubbabel, de zoon 99 Ezra 5:10| afgevraagd, dat wij ze u bekend maakten; dat wij mochten overschrijven 100 Neh 4:8 | 8 En zij maakten allen te zamen een verbintenis, 101 Neh 8:9 | den zin verklarende, zo maakten zij, dat men het verstond 102 Neh 8:17 | volk uit en haalden ze, en maakten zich loofhutten, een iegelijk 103 Neh 8:18 | gevangenis waren wedergekomen, maakten loofhutten, en woonden in 104 Est 52:4 | derzelve rustten zij, en zij maakten denzelven een dag der maaltijden 105 Est 52:5 | vijftienden derzelve, en zij maakten denzelven een dag der maaltijden 106 Est 52:6 | 19 Daarom maakten de Joden van de dorpen, 107 Job 1:4 | En zijn zonen gingen, en maakten maaltijden in ieders huis 108 Psa 106:19 | 19 Zij maakten een kalf bij Horeb, en zij 109 Psa 106:32 | 32 Zij maakten Hem ook zeer toornig aan 110 Eze 6:13 | drekgoden liefelijken reuk maakten. ~ 111 Eze 27:10 | hingen zij in u op, die maakten uw sieraad. ~ 112 Eze 27:11 | rondom aan uw muren; die maakten uw      schoonheid volkomen. ~ 113 Eze 31:4 | 4      De wateren maakten hem groot, de afgrond maakte 114 Dan 4:7 | droom voor hen; maar zij maakten mij zijn uitlegging niet 115 Zac 7:12 | 12      En zij maakten hun hart als een diamant, 116 Mark 6:13| vele kranken met olie, en maakten hen gezond. ~ 117 Luk 2:17 | als zij Het gezien hadden, maakten zij alom bekend het woord, 118 Luk 8:52 | zij schreiden allen, en maakten misbaar over hetzelve. En 119 Joha 6:15| nemen, opdat zij Hem Koning maakten, ontweek wederom op den 120 Joha 19:23| namen Zijn klederen, (en maakten vier delen, voor elken krijgsknecht 121 Hand 7:50| 50 Maar de Joden maakten op de godsdienstige en eerlijke 122 Hand 11:5 | mannen uit de marktboeven, en maakten, dat het volk te hoop liep, 123 Hand 15:15| 15 En na die dagen maakten wij ons gereed, en gingen 124 Hand 17:12| als het dag geworden was, maakten sommigen van de Joden een


Best viewed with any browser at 800x600 or 768x1024 on Tablet PC
IntraText® (V89) - Some rights reserved by EuloTech SRL - 1996-2007. Content in this page is licensed under a Creative Commons License