Book Chapter: Verse
1 Gen 13:9 | linkerhand kiest, zo zal ik ter rechterhand gaan; en zo gij de rechterhand,
2 Gen 13:9 | rechterhand gaan; en zo gij de rechterhand, zo zal ik ter linkerhand
3 Gen 23:49 | kennen, opdat ik mij ter rechterhand of ter linkerhand wende. ~
4 Gen 44:13 | beiden, Efraim met zijn rechterhand, tegenover Israels linkerhand,
5 Gen 44:13 | linkerhand, tegenover Israels rechterhand, en hij deed hen naderen
6 Gen 44:14 | Maar Israel strekte zijn rechterhand uit, en legde die op het
7 Gen 44:17 | zag, dat zijn vader zijn rechterhand op het hoofd van Efraim
8 Gen 44:18 | de eerstgeborene; leg uw rechterhand op zijn hoofd. ~
9 Exo 15:6 | 6 O HEERE! Uw rechterhand is verheerlijkt geworden
10 Exo 15:6 | verheerlijkt geworden in macht; Uw rechterhand, o HEERE! heeft den vijand
11 Exo 15:12 | 12 Gij hebt Uw rechterhand uitgestrekt, de aarde heeft
12 Exo 29:20 | desgelijks op den duim hunner rechterhand, en op den groten teen huns
13 Lev 8:23 | rechteroor, en op den duim zijner rechterhand, en op den groten teen van
14 Lev 8:24 | en op den duim van hun rechterhand, en op den groten teen van
15 Lev 14:14 | is, en op den duim zijner rechterhand, en op den groten teen zijns
16 Lev 14:17 | is, en op den duim zijner rechterhand, en op den groten teen zijns
17 Lev 14:25 | is, en op den duim zijner rechterhand, en op den groten teen zijns
18 Lev 14:28 | en aan den duim zijner rechterhand, en aan den groten teen
19 Num 20:17 | zullen niet afwijken ter rechterhand noch ter linkerhand, totdat
20 Num 22:26 | weg was om te wijken ter rechterhand noch ter linkerhand. ~
21 Deu 2:27 | voorttrekken; ik zal noch ter rechterhand noch ter linkerhand uitwijken. ~
22 Deu 5:32 | heeft; en wijkt niet af ter rechterhand, noch ter linkerhand. ~
23 Deu 17:11 | u zullen aanzeggen, ter rechterhand of ter linkerhand. ~
24 Deu 17:20 | afwijke van het gebod, ter rechterhand of ter linkerhand; opdat
25 Deu 28:14 | ulieden heden gebiede, ter rechterhand of ter linkerhand, dat gij
26 Deu 33:2 | duizenden der heiligen; tot Zijn rechterhand was een vurige wet aan hen. ~
27 Joz 17:7 | en deze landpale gaat ter rechterhand tot aan de inwoners van
28 Ric 4:50 | zij aan den nagel, en haar rechterhand aan den hamer der arbeidslieden;
29 Ric 6:20 | de fakkelen, en met hun rechterhand de bazuinen om te blazen;
30 Ric 15:29 | steunde, de enen met zijn rechterhand, en den anderen met zijn
31 1Sa 23:19 | van Hachila, die aan de rechterhand der wildernis is? ~
32 1Sa 23:24 | het vlakke veld, aan de rechterhand der wildernis. ~
33 2Sa 2:19 | om van achter Abner ter rechterhand of ter linkerhand af te
34 2Sa 2:21 | zeide tot hem: Wijk tot uw rechterhand of tot uw linkerhand, en
35 2Sa 20:9 | broeder? En Joab vatte met de rechterhand den baard van Amasa, om
36 2Sa 24:5 | legerden zich bij Aroer, ter rechterhand der stad, die in het midden
37 1Kon 2:19| zetten; en zij zat aan zijn rechterhand. ~
38 1Kon 7:49| kandelaren, vijf aan de rechterhand, en vijf aan de linkerhand,
39 2Kon 12:9 | zette die bij het altaar ter rechterhand, als iemand inkwam in het
40 2Kon 13:9 | zette die bij het altaar ter rechterhand, als iemand inkwam in het
41 2Kon 24:2 | David, en week niet af ter rechterhand noch ter linkerhand. ~
42 2Kon 25:13| waren, dewelke waren ter rechterhand van de berg Mashith, die
43 2Kro 3:17| aan den tempel, een ter rechterhand, en een ter linkerhand;
44 2Kro 4:7 | den tempel, vijf aan de rechterhand, en vijf aan de linkerhand. ~
45 2Kro 4:8 | den tempel, vijf aan de rechterhand, en vijf aan de linkerhand;
46 Neh 8:5 | Hilkia, en Maaseja, aan zijn rechterhand; en aan zijn linkerhand
47 Neh 12:31 | dankkoren en omgangen, een ter rechterhand op den muur, naar de Mistpoort
48 Job 23:9 | niet; bedekt Hij Zich ter rechterhand, zo zie ik Hem niet. ~
49 Job 30:12 | 12 Ter rechterhand staat de jeugd op, stoten
50 Job 39:9 | Ik ook u loven, omdat uw rechterhand u zal verlost hebben. ~
51 Psa 16:8 | mij, omdat Hij aan mijn rechterhand is, zal ik niet wankelen. ~
52 Psa 16:11 | liefelijkheden zijn in Uw rechterhand, eeuwiglijk. ~ ~ ~
53 Psa 17:7 | van degenen, die tegen Uw rechterhand opstaan! ~
54 Psa 18:36 | Uws heils gegeven, en Uw rechterhand heeft mij ondersteund, en
55 Psa 20:7 | heiligheid; het heil Zijner rechterhand zal zijn met mogendheden. ~
56 Psa 21:9 | alle vijanden vinden; uw rechterhand zal uw haters vinden. ~
57 Psa 26:10 | schandelijk bedrijf is, en welker rechterhand vol geschenken is. ~
58 Psa 44:4 | geen heil gegeven; maar Uw rechterhand, en Uw arm, en het licht
59 Psa 45:5 | rechtvaardige zachtmoedigheid; en Uw rechterhand zal U vreselijke dingen
60 Psa 45:10 | de Koningin staat aan Uw rechterhand, in het fijnste goud van
61 Psa 48:11 | de einden der aarde; Uw rechterhand is vol van gerechtigheid. ~
62 Psa 60:7 | worden; geef heil door Uw rechterhand, en verhoor ons. ~
63 Psa 63:9 | ziel kleeft U achteraan; Uw rechterhand ondersteunt mij. ~
64 Psa 73:23 | bij U zijn; Gij hebt mijn rechterhand gevat; ~
65 Psa 74:11 | trekt Gij Uw hand, ja, Uw rechterhand af? Trek haar uit het midden
66 Psa 77:11 | Dit krenkt mij; maar de rechterhand des Allerhoogsten verandert. ~
67 Psa 78:54 | tot dezen berg, dien Zijn rechterhand verkregen heeft. ~
68 Psa 80:16 | 16 En den stam, dien Uw rechterhand geplant heeft, en dat om
69 Psa 80:18 | hand zij over den man Uwer rechterhand, over des mensen zoon, dien
70 Psa 89:14 | macht; Uw hand is sterk, Uw rechterhand is hoog. ~
71 Psa 89:26 | in de zee zetten, en zijn rechterhand in de rivieren. ~
72 Psa 89:43 | 43 Gij hebt de rechterhand zijner wederpartijders verhoogd;
73 Psa 91:7 | en tien duizend aan uw rechterhand; tot u zal het niet genaken. ~
74 Psa 98:1 | heeft wonderen gedaan; Zijn rechterhand, en de arm Zijner heiligheid,
75 Psa 108:7 | worden; geef heil door Uw rechterhand, en verhoor ons. ~
76 Psa 109:6 | en de satan sta aan zijn rechterhand. ~
77 Psa 109:31 | zal den nooddruftige ter rechterhand staan, om hem te verlossen
78 Psa 110:1 | gesproken: Zit aan Mijn rechterhand, totdat Ik Uw vijanden gezet
79 Psa 110:5 | 5De HEERE is aan Uw rechterhand; Hij zal koningen verslaan
80 Psa 118:15 | gejuichs en des heils; de rechterhand des HEEREN doet krachtige
81 Psa 118:16 | 16 De rechterhand des HEEREN is verhoogd;
82 Psa 118:16 | des HEEREN is verhoogd; de rechterhand des HEEREN doet krachtige
83 Psa 121:5 | HEERE is uw Schaduw, aan uw rechterhand. ~
84 Psa 137:5 | Jeruzalem! zo vergete mijn rechterhand zichzelve! ~
85 Psa 138:7 | toorn mijner vijanden, en Uw rechterhand behoudt mij. ~
86 Psa 139:10 | hand mij geleiden, en Uw rechterhand zou mij houden. ~
87 Psa 142:5 | 5Ik zag uit ter rechterhand, en ziet, zo was er niemand,
88 Psa 144:8 | mond leugen spreekt, en hun rechterhand is een rechterhand der valsheid. ~
89 Psa 144:8 | en hun rechterhand is een rechterhand der valsheid. ~
90 Psa 144:11 | mond leugen spreekt, en hun rechterhand is een rechterhand der valsheid; ~
91 Psa 144:11 | en hun rechterhand is een rechterhand der valsheid; ~
92 Spre 3:16| Langheid der dagen is in haar rechterhand, in haar linkerhand rijkdom
93 Spre 27:16| verbergen, en de olie zijner rechterhand, die roept. ~
94 Pred 10:2 | hart des wijzen is tot zijn rechterhand, maar het hart eens zots
95 Hoo 2:6 | onder mijn hoofd, en Zijn rechterhand omhelze mij. ~
96 Hoo 8:3 | onder mijn hoofd, en Zijn rechterhand omhelze mij. ~
97 Jes 9:19 | 19 Zo hij ter rechterhand snijdt, zal hij toch hongeren,
98 Jes 30:21 | als gij zoudt afwijken ter rechterhand of ter linkerhand. ~
99 Jes 41:10 | ook ondersteun Ik u met de rechterhand Mijner gerechtigheid. ~
100 Jes 41:13 | HEERE, uw God, grijp uw rechterhand aan, Die tot u zeg: Vrees
101 Jes 44:20 | niet een leugen in mijn rechterhand? ~
102 Jes 45:1 | gezalfde, tot Cores, wiens rechterhand Ik vat, om de volken voor
103 Jes 48:13 | de aarde gegrond, en Mijn rechterhand heeft de hemelen met de
104 Jes 54:3 | Want gij zult uitbreken ter rechterhand en ter linkerhand; en uw
105 Jes 63:8 | heeft gezworen bij Zijn rechterhand, en bij den arm Zijner sterkte:
106 Jes 64:12 | heerlijkheid heeft doen gaan aan de rechterhand van Mozes; Die de wateren
107 Jer 22:24 | zegelring ware aan Mijn rechterhand, zo zal Ik u toch van daar
108 Klaa 1:25| afgehouwen; Hij heeft Zijn rechterhand achterwaarts getrokken,
109 Klaa 1:26| Hij heeft zich met Zijn rechterhand gesteld als een tegenpartijder,
110 Eze 16:46 | is dan gij, die tegen uw rechterhand woont, is Sodom en
111 Eze 21:22 | waarzegging zal aan zijn rechterhand zijn op Jeruzalem, om hoofdmannen
112 Eze 39:3 | Ik zal uw pijlen uit uw rechterhand doen vallen. ~
113 Dan 12:7 | rivier was, en Hij hief Zijn rechterhand en Zijn linkerhand op naar
114 Jona 4:11| onderscheid weten tussen hun rechterhand, en hun linkerhand;
115 Zac 3:1 | de satan stond aan zijn rechterhand, om hem te wederstaan. ~
116 Matt 5:30| 30 En indien uw rechterhand u ergert, houwt ze af, en
117 Luk 6:6 | daar was een mens, en zijn rechterhand was dor. ~
118 Hand 3:7 | En hem grijpende bij de rechterhand richtte hij hem op, en terstond
119 Open 1:16| had zeven sterren in Zijn rechterhand; en uit Zijn mond ging een
120 Open 1:17| voeten; en Hij legde Zijn rechterhand op mij, zeggende tot mij:
121 Open 13:16| een merkteken geve aan hun rechterhand of aan hun voorhoofden; ~
|