Book Chapter: Verse
1 Exo 13:17 | niet rouwe, als zij den strijd zien zouden, en wederkeren
2 Exo 17:9 | ons mannen, en trek uit, strijd tegen Amalek; morgen zal
3 Num 4:3 | jaren oud; al wie tot dezen strijd inkomt, om het werk in de
4 Num 4:23 | oud, al wie inkomt om den strijd te strijden, opdat hij den
5 Num 4:30 | al wie inkomt tot dezen strijd, om te bedienen den dienst
6 Num 4:35 | al wie inkwam tot dezen strijd, tot den dienst in de tent
7 Num 4:39 | al wie inkwam tot dezen strijd, tot den dienst in de tent
8 Num 4:43 | al wie inkwam tot dezen strijd, tot den dienst in de tent
9 Num 8:24 | zullen zij inkomen, om den strijd te strijden, in den dienst
10 Num 8:25 | oud is, zal hij van den strijd van dezen dienst afgaan,
11 Num 21:33 | en al zijn volk, tot den strijd, en Edrei. ~
12 Num 31:14 | der honderden, die uit den strijd van dien oorlog kwamen. ~
13 Num 31:21 | krijgslieden, die tot dien strijd getogen waren: Dit is de
14 Num 31:27 | tussen degenen, die den strijd aangegrepen hebben, die
15 Num 31:27 | aangegrepen hebben, die tot den strijd uitgegaan zijn, en tussen
16 Num 31:80 | aangezicht des HEEREN tot den strijd, gelijk als mijn heer gesproken
17 Deu 2:9 | meng u niet met hen in den strijd; want Ik zal u geen erfenis
18 Deu 2:24 | en mengt u met hen in den strijd. ~
19 Deu 4:34 | en door wonderen, en door strijd, en door een sterke hand,
20 Deu 20:1 | zult uittrekken tot den strijd tegen uw vijanden, en zult
21 Deu 20:2 | geschieden, als gijlieden tot den strijd nadert, zo zal de priester
22 Deu 20:3 | gijlieden zijt heden na aan den strijd tegen uw vijanden; uw hart
23 Deu 20:5 | misschien sterve in den strijd, en iemand anders dat inwijde. ~
24 Deu 20:6 | hij niet misschien in den strijd sterve en iemand anders
25 Deu 20:7 | hij niet misschien in den strijd sterve, en een ander man
26 Deu 21:10 | uitgetogen zijn tot den strijd tegen uw vijanden; en de
27 Ric 7:13 | de zoon van Joas, van den strijd wederkwam, voor den opgang
28 Ric 8:38 | hebt? trek toch nu uit en strijd tegen hem! ~
29 Ric 19:20 | schikten de mannen Israels den strijd tegen hen bij Gibea. ~
30 Ric 19:22 | Israel, en zij beschikten de strijd wederom ter plaatse, waar
31 Ric 19:30 | Benjamin; en zij schikten den strijd op Gibea, als op de andere
32 Ric 19:33 | plaatsen, en schikten den strijd te Baal-Thamar; ook brak
33 Ric 19:34 | van tegenover Gibea, en de strijd werd zwaar; doch zij wisten
34 Ric 19:39 | mannen van Israel om in den strijd; en Benjamin had begonnen
35 Ric 19:39 | geslagen, als in den vorigen strijd. ~
36 Ric 19:42 | weg der woestijn; maar de strijd kleefde hen aan, en die
37 1Sa 4:2 | ontmoeten; en als zich de strijd uitspreidde, zo werd Israel
38 1Sa 14:22 | ook hen achteraan in den strijd. ~
39 1Sa 15:18 | zondaars, de Amalekieten, en strijd tegen hen, totdat gij dezelve
40 1Sa 17:28 | afgekomen, opdat gij den strijd zaagt. ~
41 1Sa 26:10 | sterven, of hij zal in een strijd trekken, dat hij omkome. ~
42 1Sa 28:1 | legers vergaderden tot den strijd, om tegen Israel te strijden,
43 1Sa 29:4 | met ons aftrekke in den strijd, opdat hij ons niet tot
44 1Sa 29:4 | tegenpartijder worde in den strijd; want waarmede zou deze
45 1Sa 29:9 | Laat hem met ons in dezen strijd niet optrekken.
46 1Sa 30:24 | dergenen is, die in den strijd mede afgetogen zijn, alzo
47 1Sa 31:3 | 3 En de strijd werd zwaar tegen Saul; en
48 2Sa 1:4 | zeide, dat het volk uit den strijd gevloden was, en dat er
49 2Sa 1:25 | gevallen in het midden van den strijd! Jonathan is verslagen op
50 2Sa 2:17 | dag een gans zeer harde strijd. Doch Abner en de mannen
51 2Sa 3:30 | Asahel te Gibeon in den strijd gedood had. ~
52 2Sa 10:13 | dat bij hem was, tot den strijd tegen de Syriers; en zij
53 2Sa 11:15 | tegenover den sterksten strijd, en keer van achter hem
54 2Sa 11:18 | gansen handel van dezen strijd weten. ~
55 2Sa 11:19 | gansen handel van dezen strijd tot den koning uit te spreken; ~
56 2Sa 11:25 | dezen als genen; versterk uw strijd tegen de stad, en verstoor
57 2Sa 17:11 | uw persoon medega in den strijd. ~
58 2Sa 18:6 | Israel tegemoet, en de strijd geschiedde bij Efraims woud. ~
59 2Sa 18:8 | 8 Want de strijd werd aldaar verspreid over
60 2Sa 19:3 | beschaamd is, wanneer zij in den strijd gevloden zijn. ~
61 2Sa 19:10 | gezalfd hadden, is in den strijd gestorven; nu dan, waarom
62 1Kon 20:14| En hij zeide: Wie zal den strijd aanbinden? En hij zeide:
63 1Kon 20:29| den zevenden dag, dat de strijd aanging; en de kinderen
64 1Kon 22:4 | gij met mij trekken in den strijd naar Ramoth in Gilead? En
65 1Kon 22:30| versteld heb, zal ik in den strijd komen; maar gij, trek uw
66 1Kon 22:30| van Israel, en kwam in den strijd. ~
67 1Kon 22:35| 35 En de strijd nam op denzelven dag toe,
68 2Kon 3:26| Moabieten zag, dat hem de strijd te sterk was, nam hij tot
69 2Kon 8:28| zoon van Achab, naar den strijd, te Ramoth in Gilead, tegen
70 1Kro 5:22| vele verwonden, dewijl de strijd van God was; en zij woonden
71 1Kro 10:3 | 3 En de strijd werd zwaar tegen Saul, en
72 2Kro 14:3 | 3 En Abia bond den strijd aan met een heir van strijdbare
73 2Kro 14:14| ziet, zo hadden zij den strijd voor en achter; en zij riepen
74 2Kro 19:29| versteld heb, zal ik in den strijd komen; maar gij, trek uw
75 2Kro 19:29| Israel, en zij kwamen in den strijd. ~
76 2Kro 19:34| 34 En de strijd nam op dien dag toe, en
77 2Kro 21:15| deze grote menigte; want de strijd is niet uwe, maar Gods. ~
78 2Kro 21:17| 17 Gij zult in dezen strijd niet te strijden hebben;
79 2Kro 23:5 | koning van Israel, tot den strijd tegen Hazael, den koning
80 2Kro 25:13| dat zij met hem in den strijd niet zouden trekken, die
81 Job 7:1 | 1 Heeft niet de mens een strijd op de aarde, en zijn zijn
82 Psa 24:8 | de HEERE, geweldig in den strijd. ~
83 Psa 36:1 | HEERE! met mijn twisters; strijd met mijn bestrijders. ~
84 Psa 55:19 | in vrede verlost van den strijd tegen mij; want met menigte
85 Psa 89:44 | staande gehouden in den strijd. ~
86 Spre 28:4 | bewaren, mengen zich in strijd tegen hen. ~
87 Pred 8:8 | ook geen geweer in dezen strijd; ook zal de goddeloosheid
88 Pred 9:11| is der snellen, noch de strijd der helden, noch ook de
89 Jes 3:25 | vallen, en uw helden in den strijd. ~
90 Jes 9:4 | 4 Toen de ganse strijd dergenen, die streden, met
91 Jes 22:2 | zwaard, noch gestorven in den strijd. ~
92 Jes 28:6 | sterkte dengenen, die den strijd afkeren tot de poort toe. ~
93 Jes 40:2 | roept haar toe, dat haar strijd vervuld is, dat haar ongerechtigheid
94 Jer 8:6 | een onbesuisd paard in den strijd.
95 Jer 18:21 | zwaard geslagen worden in den strijd. ~
96 Jer 46:3 | rondas toe, en nadert tot den strijd! ~
97 Jer 50:24 | gij u tegen den HEERE in strijd gemengd hebt. ~
98 Eze 13:5 | huis Israels, om in den strijd te staan, ten dage des HEEREN. ~
99 Dan 11:10 | zijn zonen zullen zich in strijd mengen, en zij zullen een
100 Dan 11:10 | wederom komen, en zich in den strijd mengen, tot aan zijn sterke
101 Dan 11:25 | het Zuiden zal zich in den strijd mengen met een grote
102 Hos 10:9 | zij staande gebleven; de strijd te Gibea, tegen de kinderen
103 Mic 2:8 | voorbijgaan, wederkomende van den strijd. ~
104 Zac 10:3 | Zijner majesteit in den strijd. ~
105 Zac 10:5 | der straten treden in den strijd, en zij zullen strijden;
106 Luk 22:44 | 44 En in zwaren strijd zijnde, bad Hij te ernstiger.
107 2Kor 7:5 | verdrukt; van buiten was strijd, van binnen vrees. ~
108 Efez 6:12| 12 Want wij hebben den strijd niet tegen vlees en bloed,
109 Fili 1:30| 30 Denzelfden strijd hebbende, hoedanigen gij
110 Kol 2:1 | dat gij weet, hoe groten strijd ik voor u heb, en voor degenen,
111 1Tim 1:18| zijn, in dezelve den goeden strijd strijdt; ~
112 1Tim 6:12| 12 Strijd den goeden strijd des geloofs,
113 1Tim 6:12| 12 Strijd den goeden strijd des geloofs, grijp naar
114 2Tim 4:7 | 7 Ik heb den goeden strijd gestreden, ik heb den loop
115 Heb 10:32 | verlicht zijt geweest, gij veel strijd des lijdens hebt verdragen. ~
116 Jako 4:1 | wellusten, die in uw leden strijd voeren? ~
117 Open 9:9 | wanneer vele paarden naar den strijd lopen. ~
|