Table of Contents | Words: Alphabetical - Frequency - Inverse - Length - Statistics | Help | IntraText Library
Alphabetical    [«  »]
uitgedrukte 1
uitgeduwd 2
uitgeeft 4
uitgegaan 114
uitgegeven 7
uitgegoten 16
uitgegraven 8
Frequency    [«  »]
114 paarden
114 staat
114 tong
114 uitgegaan
114 wee
113 lief
113 lot

Bijbel

IntraText - Concordances

uitgegaan

    Book Chapter: Verse
1 Gen 10:11 | Uit ditzelve land is Assur uitgegaan, en heeft gebouwd Nineve, 2 Gen 23:63 | 63 En Izak was uitgegaan om te bidden in het veld, 3 Gen 25:30 | aangezicht van zijn vader Izak uitgegaan was, dat Ezau, zijn broeder, 4 Gen 40:4 | 4 Zij zijn ter stad uitgegaan; zij waren niet verre gekomen, 5 Gen 40:28 | 28 En de een is van mij uitgegaan, en ik heb gezegd: Voorwaar, 6 Exo 9:29 | hem: Wanneer ik ter stad uitgegaan zal zijn, zo zal ik mijn 7 Exo 14:8 | waren door een hoge hand uitgegaan. ~ 8 Exo 16:1 | nadat zij uit Egypteland uitgegaan waren. ~ 9 Exo 34:41 | Abib zijt gij uit Egypte uitgegaan. ~ 10 Exo 34:57 | hij uitging; en nadat hij uitgegaan was, zo sprak hij tot de 11 Lev 15:16 | zaad des bijliggens zal uitgegaan zijn, die zal zijn ganse 12 Lev 26:21 | hij in het jubeljaar zal uitgegaan zijn, zal den HEERE heilig 13 Num 11:26 | hoewel zij tot de tent niet uitgegaan waren), en zij profeteerden 14 Num 16:46 | het aangezicht des HEEREN uitgegaan, de plaag heeft aangevangen. ~ 15 Num 21:28 | 28 Want er is een vuur uitgegaan uit Hesbon; een vlam uit 16 Num 22:32 | driemaal geslagen? Zie, Ik ben uitgegaan u tot een tegenpartij, dewijl 17 Num 31:27 | hebben, die tot den strijd uitgegaan zijn, en tussen de ganse 18 Num 31:77 | en doet, wat uit uw mond uitgegaan is. ~ 19 Deu 9:7 | dat gij uit Egypteland uitgegaan zijt, totdat gij kwaamt 20 Deu 11:10 | Egypteland, van waar gij uitgegaan zijt, hetwelk gij bezaaidet 21 Deu 13:13 | Belials-kinderen, uit het midden van u uitgegaan, en hebben de inwoners hunner 22 Deu 23:13 | omkeren, en bedekken wat van u uitgegaan is. ~ 23 Deu 24:2 | Zo zij dan, uit zijn huis uitgegaan zijnde, zal henengaan en 24 Deu 28:57 | die van tussen haar voeten uitgegaan zal zijn, en om haar zonen, 25 Joz 2:7 | de poort toe, nadat zij uitgegaan waren, die hen najaagden. ~ 26 Ric 3:24 | 24 Als hij uitgegaan was, zo kwamen zijn knechten, 27 Ric 20:21 | dochters van Silo zullen uitgegaan zijn om met reien te dansen, 28 Rut 1:13 | des HEEREN is tegen mij uitgegaan. ~ 29 1Sa 14:11 | Hebreen zijn uit de holen uitgegaan, waarin zij zich verstoken 30 1Sa 24:15 | is de koning van Israel uitgegaan? Wien jaagt gij na? Naar 31 1Sa 26:20 | de koning van Israel is uitgegaan om een enige vlo te zoeken, 32 2Sa 5:24 | HEERE voor uw aangezicht uitgegaan, om het heirleger der Filistijnen 33 2Sa 15:17 | al het volk te voet was uitgegaan, zo bleven zij staan in 34 1Kon 20:39| en zeide: Uw knecht was uitgegaan in het midden des strijds; 35 2Kon 23:15| dat hun vaderen van Egypte uitgegaan zijn, ook tot op dezen dag 36 1Kro 2:53| Misraieten; van dezen zijn uitgegaan de Zoraieten en de Esthaolieten. ~ 37 1Kro 14:15| God zal voor uw aangezicht uitgegaan zijn, om het leger der Filistijnen 38 Job 26:4 | En wiens geest is van u uitgegaan? ~ 39 Job 31:34 | hebben, en ter deure niet uitgegaan zijn. ~ 40 Spre 7:15| 15      Daarom ben ik uitgegaan u tegemoet, om uw aangezicht 41 Jes 43:17 | gelijk een vlaswiek zijn zij uitgegaan. ~ 42 Jer 4:7 | heidenen is opgetrokken, hij is uitgegaan uit zijn plaats, om uw land 43 Jer 7:25 | vaders uit Egypteland zijn uitgegaan, tot op dezen dag, zo heb 44 Jer 10:20 | mijn kinderen zijn van mij uitgegaan, en zij zijn er niet; er 45 Jer 22:11 | die uit deze plaats is uitgegaan: Hij zal daar      nimmermeer 46 Jer 23:15 | profeten is de huichelarij      uitgegaan in het ganse land. ~ 47 Jer 23:19 | HEEREN, een grimmigheid is uitgegaan, ja, een pijnlijk onweder, 48 Jer 29:2 | smeden van Jeruzalem waren uitgegaan); ~ 49 Jer 29:16 | broederen, die met u niet zijn uitgegaan in de      gevangenis; ~ 50 Jer 30:23 | HEEREN, een grimmigheid is uitgegaan, een aanhoudend onweder; 51 Jer 44:17 | hetgeen uit onzen mond is uitgegaan, rokende aan Melecheth des 52 Jer 48:45 | Hesbon; maar een vuur is uitgegaan van Hesbon, en een vlam 53 Eze 19:14 | Daartoe is een vuur uitgegaan uit een roede zijner ranken, 54 Eze 24:6 | welken zijn schuim en niet is uitgegaan! trek stuk bij stuk daaruit, 55 Eze 24:12 | overvloedig schuim van haar niet uitgegaan; haar schuim moet in het 56 Eze 36:20 | zijn uit      Zijn land uitgegaan. ~ 57 Eze 46:12 | poort sluiten, nadat hij uitgegaan zal zijn. ~ 58 Dan 9:22 | zeide: Daniel! nu ben ik uitgegaan, om u den zin te doen verstaan. ~ 59 Dan 9:23 | uwer smekingen is het woord uitgegaan, en ik ben gekomen, om u 60 Dan 10:20 | der Perzen; en als Ik zal uitgegaan zijn, ziet, zo zal de vorst      61 Nah 1:11 | 11      Van u is een uitgegaan, die kwaad denkt tegen den 62 Zac 6:8 | zeggende: Zie, deze, die uitgegaan zijn naar het Noorderland, 63 Matt 2:28| 5 Toen is tot hem uitgegaan Jeruzalem en geheel Judea, 64 Matt 9:31| 31 Maar zij, uitgegaan zijnde, hebben Hem ruchtbaar 65 Matt 11:7 | van Johannes: Wat zijt gij uitgegaan in de woestijn te aanschouwen? 66 Matt 11:8 | 8 Maar wat zijt gij uitgegaan te zien? Een mens, met zachte 67 Matt 11:9 | 9 Maar wat zijt gij uitgegaan te zien? Een profeet? Ja, 68 Matt 12:14| 14 En de Farizeen, uitgegaan zijnde, hielden te zamen 69 Matt 12:43| onreine geest van den mens uitgegaan is, zo gaat hij door dorre 70 Matt 12:44| in mijn huis, van waar ik uitgegaan ben; en komende, vindt hij 71 Matt 20:3 | 3 En uitgegaan zijnde omtrent de derde 72 Matt 20:5 | 5 Wederom uitgegaan zijnde omtrent de zesde 73 Matt 20:6 | 6 En uitgegaan zijnde omtrent de elfde 74 Matt 26:55| tot de scharen: Gij zijt uitgegaan als tegen een moordenaar, 75 Matt 27:53| 53 En uit de graven uitgegaan zijnde, na Zijn opstanding, 76 Mark 1:38| predike; want daartoe ben Ik uitgegaan. ~ 77 Mark 1:45| 45 Maar hij uitgegaan zijnde, begon vele dingen 78 Mark 3:6 | 6 En de Farizeen, uitgegaan zijnde, hebben terstond 79 Mark 5:30| Zichzelven de kracht, die van Hem uitgegaan was, keerde Zich om in de 80 Mark 6:12| 12 En uitgegaan zijnde, predikten zij, dat 81 Mark 6:24| 24 En zij, uitgegaan zijnde, zeide tot haar moeder: 82 Mark 14:48| zeide tot hen: Zijt gij uitgegaan, met zwaarden en stokken, 83 Mark 16:8 | 8 En zij, haastelijk uitgegaan zijnde, vloden van het graf, 84 Mark 16:20| 20 En zij, uitgegaan zijnde, predikten overal, 85 Luk 7:24 | te zeggen: Wat zijt gij uitgegaan in de woestijn te aanschouwen? 86 Luk 7:25 | 25 Maar wat zijt gij uitgegaan te zien? Een mens, met zachte 87 Luk 7:26 | 26 Maar wat zijt gij uitgegaan te zien? Een profeet? Ja, 88 Luk 8:2 | van welke zeven duivelen uitgegaan waren; ~ 89 Luk 8:27 | En als Hij aan het land uitgegaan was, ontmoette Hem een zeker 90 Luk 8:46 | bekend, dat kracht van Mij uitgegaan is. ~ 91 Luk 22:52 | gekomen waren: Zijt gij uitgegaan met zwaarden en stokken 92 Joha 8:42| liefhebben; want Ik ben van God uitgegaan; en kom van Hem. Want Ik 93 Joha 13:3 | had, en dat Hij van God uitgegaan was, en tot God heenging, ~ 94 Joha 13:31| 31 Als hij dan uitgegaan was, zeide Jezus: Nu is 95 Joha 16:27| geloofd, dat Ik van God ben uitgegaan. ~ 96 Joha 16:28| 28 Ik ben van den Vader uitgegaan, en ben in de wereld gekomen; 97 Joha 16:30| geloven wij, dat Gij van God uitgegaan zijt. ~ 98 Joha 17:8 | waarlijk bekend, dat Ik van U uitgegaan ben, en hebben geloofd, 99 Hand 1:21| Jezus onder ons ingegaan en uitgegaan is, ~ 100 Hand 6:40| zelve hun geopend werd. En uitgegaan zijnde, gingen zij een straat 101 Hand 6:47| en de broederen. En hij uitgegaan zijnde, reisde naar een 102 Hand 7:42| 42 En als de Joden uitgegaan waren uit de synagoge, baden 103 Hand 9:24| dat sommigen, die van ons uitgegaan zijn, u met woorden ontroerd 104 Hand 10:40| 40 En uitgegaan zijnde uit de gevangenis, 105 Hand 11:33| Paulus uit het midden van hen uitgegaan. ~ 106 Rom 10:18 | is over de gehele aarde uitgegaan, en hun woorden tot de einden 107 1Kor 14:36| Is het Woord Gods van u uitgegaan? Of is het tot u alleen 108 1The 1:8 | geloof, dat gij op God hebt, uitgegaan, zodat wij niet van node 109 Heb 3:16 | die uit Egypte door Mozes uitgegaan zijn. ~ 110 Heb 11:8 | ontvangen zou; en hij is uitgegaan, niet wetende, waar hij 111 Heb 11:15 | hadden, van hetwelk zij uitgegaan waren, zij zouden tijd gehad 112 1Joh 2:19| 19 Zij zijn uit ons uitgegaan, maar zij waren uit ons 113 1Joh 4:1 | vele valse profeten zijn uitgegaan in de wereld. ~ 114 3Joh 1:7 | zij zijn voor Zijn Naam uitgegaan, niets nemende van de heidenen. ~


Best viewed with any browser at 800x600 or 768x1024 on Tablet PC
IntraText® (V89) - Some rights reserved by EuloTech SRL - 1996-2007. Content in this page is licensed under a Creative Commons License