Book Chapter: Verse
1 Exo 40:22 | des tabernakels tegen het noorden, buiten den voorhang. ~
2 Num 2:25 | legers van Dan zal tegen het noorden zijn, naar hun heiren; en
3 Num 33:7 | zal u de landpale van het noorden deze zijn: van de grote
4 Num 34:5 | en aan den hoek van het noorden, twee duizend ellen; dat
5 Deu 2:3 | omgetogen; keert u naar het noorden; ~
6 Deu 3:27 | het westen, en naar het noorden, en naar het zuiden, en
7 Joz 8:11 | legerden zich tegen het noorden van Ai; en er was een dal
8 Joz 8:13 | ganse leger, dat aan het noorden der stad was, en zijn lage
9 Joz 11:2 | koningen, die tegen het noorden op het gebergte, en op het
10 Joz 13:3 | landpale van Ekron tegen het noorden, dat den Kanaanieten toegerekend
11 Joz 15:5 | aan de zijde tegen het noorden, zal zijn van de tong der
12 Joz 15:6 | en zal doorgaan van het noorden naar Beth-araba; en deze
13 Joz 15:8 | Refaieten is, tegen het noorden. ~
14 Joz 15:10 | den berg Jearim van het noorden; deze is Chesalon; en zij
15 Joz 16:6 | bij Michmetath, van het noorden, en deze landpale keert
16 Joz 17:9 | landpale van Manasse is aan het noorden der beek, en haar uitgangen
17 Joz 17:10 | het zuiden, en tegen het noorden was het van Manasse, en
18 Joz 17:10 | zijn landpale; en aan het noorden stieten zij aan Aser, en
19 Joz 18:5 | op zijn landpale van het noorden. ~
20 Joz 18:12 | zijde van Jericho van het noorden, en gaat op door het gebergte
21 Joz 18:16 | der Refaiten is tegen het noorden; en gaat af door het dal
22 Joz 18:17 | 17 En strekt zich van het noorden, en gaat uit te En-semes;
23 Joz 18:18 | tegenover Araba naar het noorden, en gaat af te Araba. ~
24 Joz 19:14 | keert zich om tegen het noorden naar Hannathon, en haar
25 Joz 25:30 | berg van Efraim, aan het noorden van den berg Gaas. ~
26 Ric 2:9 | berg van Efraim, tegen het noorden van den berg Gaas; ~
27 Ric 6:1 | Midianieten had tegen het noorden, achter den heuvel More,
28 Ric 11:1 | en trokken over naar het noorden; en zij zeiden tot Jeftha:
29 Ric 20:19 | gehouden wordt tegen het noorden van het huis Gods, tegen
30 1Sa 14:5 | tand was gelegen tegen het noorden, tegenover Michmas, en de
31 1Kon 7:25| runderen; drie ziende naar het noorden, en drie ziende naar het
32 1Kro 9:24| tegen het westen, tegen het noorden, en tegen het zuiden. ~
33 1Kro 27:14| is uitgekomen tegen het noorden; ~
34 1Kro 27:17| zes Levieten; tegen het noorden des daags vier; tegen het
35 2Kro 4:4 | runderen, drie ziende naar het noorden, en drie ziende naar het
36 Job 26:7 | 7 Hij breidt het noorden uit over het woeste; Hij
37 Job 36:55 | 22 Als van het noorden het goud komt; maar bij
38 Psa 48:3 | Sion, aan de zijden van het noorden; de stad des groten Konings. ~
39 Psa 89:13 | 13 Het noorden en het zuiden, die hebt
40 Psa 107:3 | van het westen, van het noorden en van de zee. ~
41 Pred 1:6 | en zij gaat om naar het noorden; de wind gaat steeds omgaande,
42 Pred 11:3 | zuiden, of als hij naar het noorden valt, in de plaats, waar
43 Jes 14:13 | aan de zijden van het noorden. ~
44 Jes 14:31 | Palestina! want van het noorden komt een rook, en er is
45 Jes 41:25 | Ik verwek een van het noorden, en hij zal opkomen van
46 Jes 43:6 | Ik zal zeggen tot het noorden: Geef; en tot het zuiden:
47 Jes 49:12 | komen; en zie, die van het noorden en van het westen, en geen
48 Jer 1:13 | welks voorste deel tegen het noorden is. ~
49 Jer 1:14 | HEERE zeide tot mij: Van het noorden zal zich dit kwaad opdoen
50 Jer 1:15 | der koninkrijken van het noorden, spreekt de HEERE; en zij
51 Jer 3:12 | deze woorden uit tegen het noorden, en zeg: Bekeer u, gij afgekeerde
52 Jer 3:18 | komen uit het land van het noorden, in het land, dat Ik uw
53 Jer 4:6 | breng een kwaad aan van het noorden, en een grote breuk. ~
54 Jer 6:1 | een kwaad uit van het noorden, en een grote breuk. ~
55 Jer 6:22 | volk uit het land van het noorden, en een grote natie zal
56 Jer 10:22 | beven uit het land van het noorden; dat men de steden van Juda
57 Jer 13:20 | en zie, die daar van het noorden komen! waar is de kudde,
58 Jer 15:12 | ijzer het ijzer van het noorden of koper verbreken? ~
59 Jer 16:15 | opgevoerd uit het land van het noorden, en uit al de landen waarhenen
60 Jer 23:8 | heeft uit het land van het noorden, en uit al de landen,
61 Jer 25:9 | alle geslachten van het noorden, spreekt de HEERE; en tot
62 Jer 25:26 | En allen koningen van het noorden, die nabij en die verre
63 Jer 31:8 | aanbrengen uit het land van het noorden, en zal hen vergaderen van
64 Jer 46:6 | ontkome niet; tegen het noorden, aan den oever der rivier
65 Jer 46:10 | slachtoffer in het land van het noorden, aan de rivier Frath. ~
66 Jer 46:20 | slachter komt, hij komt van het noorden. ~
67 Jer 46:24 | de hand des volks van het noorden. ~
68 Jer 47:2 | wateren komen op van het noorden, en zullen worden tot een
69 Jer 50:3 | komt tegen haar op van het noorden; dat zal haar land zetten
70 Jer 50:9 | volken uit het land van het noorden verwekken, en tegen Babel
71 Jer 50:41 | daar komt een volk uit het noorden; en een grote natie, en
72 Jer 51:48 | over Babel; want van het noorden zullen haar de verstoorders
73 Eze 1:4 | een stormwind kwam van het noorden af, een grote wolk, en een
74 Eze 8:3 | voorhof, dewelke ziet naar het noorden, alwaar de zitplaats was
75 Eze 8:5 | op naar den weg van het noorden; en ik hief mijn ogen op
76 Eze 8:5 | op naar den weg van het noorden, en ziet, tegen het noorden
77 Eze 8:5 | noorden, en ziet, tegen het noorden aan de poort van het
78 Eze 8:14 | des HEEREN, die naar het noorden is, en ziet, daar zaten
79 Eze 9:2 | die gekeerd is naar het noorden, en elkeen met zijn verpletterend
80 Eze 20:47 | aangezichten van het zuiden tot het noorden toe. ~
81 Eze 21:4 | van het zuiden tot het noorden. ~
82 Eze 26:7 | koning der koningen, van het noorden, tegen Tyrus brengen, met
83 Eze 32:30 | zijn de geweldigen van het Noorden, zij allen, en alle Sidoniers,
84 Eze 38:6 | Togarma, aan de zijden van het noorden, en al zijn benden; vele
85 Eze 38:15 | plaats, uit de zijden van het noorden, gij en vele volken met
86 Eze 39:2 | optrekken uit de zijden van het noorden, en Ik zal u brengen op
87 Eze 40:20 | nu, die den weg naar het noorden zag, aan het buitenste voorhof,
88 Eze 40:23 | tegenover de poort van het noorden en van het oosten; en hij
89 Eze 40:44 | ziende den weg naar het noorden. ~
90 Eze 40:46 | voorste deel den weg naar het noorden is, is voor de priesteren,
91 Eze 41:11 | ene deur den weg naar het noorden, en de andere deur naar
92 Eze 42:1 | weg naar den weg van het noorden; en hij bracht mij tot de
93 Eze 42:1 | tegenover het gebouw tegen het noorden waren:
94 Eze 42:2 | ellen naar de deur van het noorden; en de breedte was vijftig
95 Eze 42:4 | dezelve waren tegen het noorden. ~
96 Eze 42:11 | kameren, die den weg naar het noorden waren, naar derzelver lengte,
97 Eze 42:13 | mij: De kameren van het noorden, en de kameren van het zuiden,
98 Eze 46:19 | behorende, die naar het noorden zagen, en ziet, aldaar was
99 Eze 47:17 | landpale van Damaskus, en het noorden noordwaarts, en de landpale
100 Dan 8:4 | westen stiet, en tegen het noorden, en tegen het zuiden, en
101 Dan 11:6 | komen tot den koning van het Noorden, om billijke voorwaarden
102 Dan 11:7 | plaatsen des konings van het Noorden, en hij zal tegen dezelve
103 Dan 11:8 | den koning van het Noorden. ~
104 Dan 11:11 | tegen den koning van het Noorden, die ook een grote menigte
105 Dan 11:13 | Want de koning van het Noorden zal wederkeren, en hij zal
106 Dan 11:15 | En de koning van het Noorden zal komen, en een wal opwerpen,
107 Dan 11:40 | stoten; en de koning van het Noorden zal tegen hem aanstormen,
108 Dan 11:44 | van het Oosten en van het Noorden zullen hem verschrikken;
109 Joe 2:20 | En Ik zal dien van het noorden verre van ulieden doen vertrekken,
110 Amos 8:12| zee tot zee, en van het noorden tot het oosten; zij zullen
111 Zep 2:13 | hand uitstrekken tegen het Noorden, en Hij zal Assur verdoen;
112 Zac 14:4 | bergs zal wijken naar het noorden, en de helft deszelven naar
113 Luk 13:29 | Oosten en Westen, en van Noorden en Zuiden, en zullen aanzitten
114 Open 21:13| waren drie poorten, van het noorden drie poorten, van het zuiden
|