Book Chapter: Verse
1 Exo 23:2 | Gij zult de menigte tot boze zaken niet volgen; en gij
2 Exo 32:22 | dit volk, dat het in den boze ligt. ~
3 Exo 33:22 | dit volk, dat het in den boze ligt. ~
4 Num 14:27 | Hoe lang zal Ik bij deze boze vergadering zijn, die tegen
5 Num 14:35 | zo Ik dit aan deze ganse boze vergadering dergenen, die
6 Deu 13:5 | wandelen. Zo zult gij het boze uit het midden van u wegdoen. ~
7 Deu 13:11 | voortvare te doen naar dit boze stuk in het midden van u. ~
8 Deu 17:5 | die vrouw, die ditzelve boze stuk gedaan hebben, tot
9 Deu 17:7 | gansen volks; zo zult gij het boze uit het midden van u wegdoen. ~
10 Deu 17:12 | sterven; en gij zult het boze uit Israel wegdoen.
11 Deu 19:19 | doen; alzo zult gij het boze uit het midden van u wegdoen; ~
12 Deu 19:20 | voortvaren meer te doen naar dit boze stuk, in het midden van
13 Deu 21:21 | sterve; en gij zult het boze uit het midden van u wegdoen;
14 Deu 22:21 | vaders huis; zo zult gij het boze uit het midden van u wegdoen. ~
15 Deu 22:22 | de vrouw; zo zult gij het boze uit Israel wegdoen. ~
16 Deu 22:24 | vernederd heeft; zo zult gij het boze uit het midden van u wegdoen. ~
17 Deu 24:7 | sterven, en gij zult het boze uit het midden van u wegdoen.
18 Deu 28:35 | De HEERE zal u slaan met boze zweren, aan de knieen en
19 Deu 28:59 | grote en gewisse plagen, en boze en gewisse krankten zijn. ~
20 1Sa 2:23 | zulke dingen, dat ik deze uw boze stukken hore van dit ganse
21 1Sa 16:14 | HEEREN week van Saul; en een boze geest van den HEERE verschrikte
22 1Sa 16:15 | knechten tot hem: Zie toch, een boze geest Gods verschrikt u. ~
23 1Sa 16:16 | het zal geschieden, als de boze geest Gods op u is, dat
24 1Sa 16:23 | werd beter met hem, en de boze geest week van hem. ~ ~ ~
25 1Sa 18:10 | des anderen daags, dat de boze geest Gods over Saul vaardig
26 1Sa 19:9 | 9 Doch de boze geest des HEEREN was over
27 2Kon 19:13| zeggende: Bekeert u van uw boze wegen en houdt Mijn geboden,
28 2Kro 8:14| en zich bekeren van hun boze wegen; zo zal Ik uit den
29 2Kro 22:19| uitgingen, dat hij stierf van boze krankheden; en zijn volk
30 2Kro 22:39| uitgingen, dat hij stierf van boze krankheden; en zijn volk
31 Ezra 4:12| bouwende die rebelle en die boze stad, waarvan zij de muren
32 Ezra 9:13| ons gekomen is, om onze boze werken, en om onze grote
33 Neh 9:35 | zich niet bekeerd van hun boze werken. ~
34 Est 38 | onderdrukker en vijand, is deze boze Haman! Toen verschrikte
35 Est 52:12 | brieven bevolen, dat zijn boze gedachte, die hij gedacht
36 Job 2:7 | HEEREN, en sloeg Job met boze zweren, van zijn voetzool
37 Job 21:27 | ulieder gedachten, en de boze verdichtselen, waarmede
38 Job 21:30 | 30 Dat de boze onttrokken wordt ten dage
39 Psa 5:5 | heeft aan goddeloosheid; de boze zal bij U niet verkeren. ~
40 Psa 64:6 | sterken zichzelven in een boze zaak; zij houden spraak
41 Psa 101:4 | zal van mij wijken; den boze zal ik niet kennen. ~
42 Psa 144:10 | knecht David ontzet van het boze zwaard; ~
43 Spre 1:16| Want hun voeten lopen ten boze; en zij haasten zich om
44 Spre 11:21| Hand aan hand zal de boze niet onschuldig zijn; maar
45 Spre 20:30| Gezwellen der wonde zijn in den boze een zuivering, mitsgaders
46 Spre 24:1 | Zijt niet nijdig over de boze lieden, en laat u niet gelusten,
47 Pred 4:3 | die niet gezien heeft het boze werk, dat onder de zon geschiedt. ~
48 Pred 8:11| haastelijk het oordeel over de boze daad geschiedt, daarom is
49 Pred 9:12| gevangen worden met het boze net; en gelijk de vogelen,
50 Pred 10:13| het einde zijns monds is boze dolligheid. ~
51 Jes 60:15 | ontbreekt er, en wie van het boze wijkt, stelt zich tot een
52 Jer 8:3 | der overgeblevenen uit dit boze geslacht, in al de plaatsen
53 Jer 12:14 | HEERE: Aangaande al Mijn boze naburen, die Mijn erfenis
54 Jer 13:10 | 10 Ditzelve boze volk, dat Mijn woorden weigert
55 Jer 24:2 | anderen korf waren zeer boze vijgen, die vanwege de boosheid
56 Jer 24:3 | vijgen zijn zeer goed, en de boze zeer boos, die vanwege de
57 Jer 24:8 | 8 En gelijk de boze vijgen, die vanwege de boosheid
58 Eze 5:16 | 16 Wanneer Ik de boze pijlen des hongers tegen
59 Eze 8:9 | tot mij: Ga in, en zie de boze gruwelen, die zij hier doen. ~
60 Eze 14:21 | te meer als Ik mijn vier boze gerichten, het zwaard, en
61 Eze 14:21 | zwaard, en den honger, en het boze gedierte, en de pestilentie
62 Eze 20:44 | Naams wil, niet naar uw boze wegen, noch naar uw verdorven
63 Eze 33:11 | Bekeert u, bekeert u van uw boze wegen, want waarom zoudt
64 Eze 36:31 | zult gij gedenken aan uw boze wegen en uw handelingen,
65 Amos 5:13| zwijgen, want het zal een boze tijd zijn. ~
66 Amos 5:14| Zoekt het goede, en niet het boze, opdat gij leeft; en alzo
67 Amos 5:15| 15 Haat het boze, en hebt lief het goede,
68 Mic 2:3 | niet gaan; want het zal een boze tijd zijn. ~
69 Zac 1:4 | heirscharen: Bekeert u toch van uw boze wegen, en uw boze handelingen;
70 Zac 1:4 | van uw boze wegen, en uw boze handelingen; maar zij
71 Matt 5:37| deze is, dat is uit den boze. ~
72 Matt 5:39| Maar Ik zeg u, dat gij den boze niet wederstaat; maar, zo
73 Matt 6:13| maar verlos ons van den boze. Want Uw is het Koninkrijk,
74 Matt 8:16| gebracht, en Hij wierp de boze geesten uit met den woorde,
75 Matt 12:35| schat des harten, en de boze mens brengt boze dingen
76 Matt 12:35| en de boze mens brengt boze dingen voort uit den boze
77 Matt 12:35| boze dingen voort uit den boze schat. ~
78 Matt 13:19| niet verstaat, zo komt de boze, en rukt weg, hetgeen in
79 Matt 15:19| uit het hart komen voort boze bedenkingen, doodslagen,
80 Matt 18:32| geroepen, en zeide tot hem: Gij boze dienstknecht, al die schuld
81 Matt 25:26| antwoordende, zeide tot hem: Gij boze en luie dienstknecht! gij
82 Mark 7:23| 23 Al deze boze dingen komen voort van binnen,
83 Luk 3:19 | zijn broeder, en over alle boze stukken, die Herodes deed, ~
84 Luk 7:21 | van ziekten en kwalen, en boze geesten; en velen blinden
85 Luk 8:2 | sommige vrouwen, die van boze geesten en krankheden genezen
86 Luk 11:4 | maar verlos ons van den boze. ~
87 Luk 19:22 | mond zal ik u oordelen, gij boze dienstknecht! Gij wist,
88 Joha 17:15| Gij hen bewaart van den boze. ~
89 Hand 11:5 | benijdende, namen tot zich enige boze mannen uit de marktboeven,
90 Hand 13:12| ziekten van hen weken, en de boze geesten van hen uitvoeren. ~
91 Hand 13:13| noemen over degenen, die boze geesten hadden, zeggende:
92 Hand 13:15| 15 Maar de boze geest, antwoordende, zeide:
93 Hand 13:16| En de mens, in welken de boze geest was, sprong op hen,
94 Rom 12:9 | Hebt een afkeer van het boze, en hangt het goede aan. ~
95 1Kor 5:13| oordeelt God. En doet gij deze boze uit ulieden weg. ~ ~ ~
96 Gal 1:4 | zou uit deze tegenwoordige boze wereld, naar den wil van
97 Kol 1:21 | door het verstand in de boze werken, nu ook verzoend, ~
98 2The 3:2 | worden van de ongeschikte en boze mensen; want het geloof
99 2The 3:3 | versterken en bewaren van den boze. ~
100 2Tim 3:13| 13 Doch de boze mensen en bedriegers zullen
101 Jako 3:16| aldaar is verwarring en alle boze handel. ~
102 1Joh 2:13| jongelingen, want gij hebt den boze overwonnen. Ik schrijf u,
103 1Joh 2:14| blijft in u, en gij hebt den boze overwonnen. ~
104 1Joh 3:12| gelijk Kain, die uit den boze was, en zijn broeder doodsloeg;
105 1Joh 5:18| bewaart zichzelven, en de boze vat hem niet. ~
106 1Joh 5:19| gehele wereld ligt in het boze. ~
107 2Joh 1:11| heeft gemeenschap aan zijn boze werken. ~
108 3Joh 1:10| werken, die hij doet, met boze woorden snaterende tegen
|