Book Chapter: Verse
1 1Kon 1:40| verblijdde zich met grote blijdschap, zodat de aarde van hun
2 1Kro 12:40| in menigte; want er was blijdschap in Israel. ~ ~
3 1Kro 15:16| verheffende de stem met blijdschap. ~
4 1Kro 30:9 | verblijdde zich ook met grote blijdschap. ~
5 2Kro 21:27| van hen, om wederom met blijdschap tot Jeruzalem te komen;
6 2Kro 23:31| Mozes geschreven is, met blijdschap en met gezang, naar de instelling
7 2Kro 29:30| ziener; en zij loofden tot blijdschap toe; en neigden hun hoofden,
8 2Kro 30:21| zeven dagen, met grote blijdschap. De Levieten nu en de priesteren
9 2Kro 30:23| zij nog zeven dagen met blijdschap. ~
10 2Kro 30:26| 26 Zo was er grote blijdschap te Jeruzalem; want van de
11 Ezra 6:22| broden zeven dagen, met blijdschap; want de HEERE had hen verblijd,
12 Neh 8:11 | bedroeft u niet, want de blijdschap des HEEREN, die is uw sterkte. ~
13 Neh 8:13 | delen te zenden, en om grote blijdschap te maken; want zij hadden
14 Neh 8:18 | toe; en er was zeer grote blijdschap. ~
15 Est 49:9 | Bij de Joden was licht, en blijdschap, en vreugde, en eer; ~
16 Est 49:10 | aankwam, daar was bij de Joden blijdschap en vreugde, maaltijden en
17 Est 52:9 | veranderd was van droefenis in blijdschap, en van rouw in een vrolijken
18 Psa 30:12 | zak ontbonden, en mij met blijdschap omgord; ~
19 Psa 43:4 | altaar, tot den God der blijdschap mijner verheuging, en U
20 Psa 45:16 | zullen geleid worden met alle blijdschap en verheuging; zij zullen
21 Psa 51:10 | 10 Doe mij vreugde en blijdschap horen; dat de beenderen
22 Psa 68:4 | Gods aangezicht, en van blijdschap vrolijk zijn. ~
23 Psa 100:2 | 2Dient den HEERE met blijdschap, komt voor Zijn aanschijn
24 Psa 106:5 | ik mij verblijde met de blijdschap Uws volks; opdat ik mij
25 Psa 137:6 | boven het hoogste mijner blijdschap! ~
26 Spre 10:28| hoop der rechtvaardigen is blijdschap; maar de verwachting der
27 Spre 12:20| die vrede raden, hebben blijdschap. ~
28 Spre 14:10| vreemde zal zich met deszelfs blijdschap niet vermengen. ~
29 Spre 14:13| en het laatste van die blijdschap is droefheid. ~
30 Spre 15:21| dwaasheid is den verstandeloze blijdschap; maar een man van verstand
31 Spre 15:23| 23 Een man heeft blijdschap in het antwoord zijns monds;
32 Spre 21:15| is den rechtvaardige een blijdschap recht te doen; maar voor
33 Spre 21:17| 17 Die blijdschap liefheeft, die zal gebrek
34 Pred 2:10| mijn hart niet van enige blijdschap, maar mijn hart was verblijd
35 Pred 5:19| hem God hem verhoort in de blijdschap zijns harten. ~ ~
36 Pred 8:15| Daarom prees ik de blijdschap, dewijl de mens niets beters
37 Jes 9:2 | vermenigvuldigd, maar Gij hebt de blijdschap niet groot gemaakt; zij
38 Jes 16:10 | 10 Alzo dat de blijdschap en vrolijkheid weggenomen
39 Jes 22:13 | Maar ziet, er is vreugde en blijdschap met runderen te doden, en
40 Jes 24:11 | om des wijns wil; alle blijdschap is verduisterd, de vreugde
41 Jes 30:29 | feest geheiligd wordt; en blijdschap des harten, gelijk van een,
42 Jes 35:10 | met gejuich, en eeuwige blijdschap zal op hun hoofd wezen;
43 Jes 35:10 | hoofd wezen; vrolijkheid en blijdschap zullen zij verkrijgen,
44 Jes 51:3 | HEEREN; vreugde en blijdschap zal daarin gevonden worden,
45 Jes 51:11 | tot Sion komen; en eeuwige blijdschap zal op hun hoofd wezen;
46 Jes 51:11 | hoofd wezen; vreugde en blijdschap zullen zij aangrijpen,
47 Jes 55:12 | 12 Want in blijdschap zult gijlieden uittrekken,
48 Jes 56:12 | 12 Want in blijdschap zult gijlieden uittrekken,
49 Jer 15:16 | geweest tot vreugde en tot blijdschap mijns harten; want ik ben
50 Jer 16:9 | vreugde en de stem der blijdschap, de stem des bruidegoms
51 Jer 33:11 | vrolijkheid en de stem der blijdschap, de stem des bruidegoms
52 Jer 48:33 | 33 Zodat de blijdschap en verheuging uit het vruchtbare
53 Eze 36:5 | erve gegeven hebben met blijdschap des gansen harten, met begerige
54 Joe 1:16 | voor onze ogen afgesneden? Blijdschap en verheuging van het huis
55 Jona 4:6 | den wonderboom met grote blijdschap. ~
56 Zep 3:17 | over u vrolijk zijn met blijdschap, Hij zal zwijgen in Zijn
57 Zac 8:19 | tot vreugde, en tot blijdschap, en tot vrolijke hoogtijden
58 Matt 13:44| hebbende, verborg dien, en van blijdschap over denzelven, gaat hij
59 Matt 28:8 | graf, met vreze en grote blijdschap, liepen zij heen, om hetzelve
60 Luk 1:14 | 14 En u zal blijdschap en verheuging zijn, en velen
61 Luk 2:10 | ziet, ik verkondig u grote blijdschap, die al den volke wezen
62 Luk 10:17 | zeventigen zijn wedergekeerd met blijdschap, zeggende: Heere, ook de
63 Luk 15:7 | zeg ulieden, dat er alzo blijdschap zal zijn in den hemel over
64 Luk 15:10 | Alzo, zeg Ik ulieden, is er blijdschap voor de engelen Gods over
65 Luk 19:6 | kwam af, en ontving Hem met blijdschap. ~
66 Luk 24:41 | 41 En toen zij het van blijdschap nog niet geloofden, en zich
67 Luk 24:52 | naar Jeruzalem met grote blijdschap. ~
68 Joha 3:29| hoort, verblijdt zich met blijdschap om de stem des bruidegoms.
69 Joha 3:29| bruidegoms. Zo is dan deze mijn blijdschap vervuld geworden. ~
70 Joha 15:11| u gesproken, opdat Mijn blijdschap in u blijve, en uw blijdschap
71 Joha 15:11| blijdschap in u blijve, en uw blijdschap vervuld worde. ~
72 Joha 16:20| maar uw droefheid zal tot blijdschap worden. ~
73 Joha 16:21| benauwdheid niet meer, om de blijdschap, dat een mens ter wereld
74 Joha 16:22| verblijden, en niemand zal uw blijdschap van u wegnemen. ~
75 Joha 16:24| zult ontvangen, opdat uw blijdschap vervuld zij. ~
76 Joha 17:13| de wereld, opdat zij Mijn blijdschap vervuld mogen hebben in
77 Hand 6:44| Petrus bekennende, deed van blijdschap de voorpoort niet open,
78 Hand 7:52| discipelen werden vervuld met blijdschap en met den Heiligen Geest. ~ ~ ~
79 Hand 9:3 | deden al den broederen grote blijdschap aan. ~
80 Hand 14:24| opdat ik mijn loop met blijdschap mag volbrengen, en den dienst,
81 Rom 14:17 | rechtvaardigheid, en vrede, en blijdschap, door den Heiligen Geest. ~
82 Rom 15:13 | vervulle ulieden met alle blijdschap en vrede in het geloven,
83 Rom 15:32 | 32 Opdat ik met blijdschap, door den wil van God, tot
84 2Kor 1:24| wij zijn medewerkers uwer blijdschap; want gij staat door het
85 2Kor 2:3 | vertrouwende van u allen, dat mijn blijdschap uw aller blijdschap is. ~
86 2Kor 2:3 | mijn blijdschap uw aller blijdschap is. ~
87 2Kor 7:4 | ben zeer overvloedig van blijdschap in al onze verdrukking. ~
88 2Kor 7:13| verblijd geworden over de blijdschap van Titus, omdat zijn geest
89 2Kor 8:2 | verdrukking de overvloed hunner blijdschap, en hun zeer diepe armoede
90 Gal 5:22 | vrucht des Geestes is liefde, blijdschap, vrede, lankmoedigheid,
91 Fili 1:4 | mijn gebed voor u allen met blijdschap het gebed doende) ~
92 Fili 1:25| verblijven tot uw bevordering en blijdschap des geloofs; ~
93 Fili 2:2 | 2 Zo vervult mijn blijdschap, dat gij moogt eensgezind
94 Fili 2:29| dan in den Heere, met alle blijdschap, en houdt dezulken in waarde. ~
95 Fili 4:1 | gewenste broeders, mijn blijdschap en kroon, staat alzo in
96 Kol 1:11 | lijdzaamheid en lankmoedigheid, met blijdschap; ~
97 1The 1:6 | in vele verdrukking, met blijdschap des Heiligen Geestes; ~
98 1The 2:19| Want welke is onze hoop, of blijdschap, of kroon des roems? Zijt
99 1The 2:20| zijt onze heerlijkheid en blijdschap. ~ ~
100 1The 3:9 | wedergeven voor u, vanwege al de blijdschap, waarmede wij ons om uwentwil
101 2Tim 1:4 | uw tranen, opdat ik met blijdschap moge vervuld worden; ~
102 Heb 10:34 | roving uwer goederen met blijdschap aangenomen, wetende, dat
103 Jako 4:9 | veranderd in treuren, en uw blijdschap in bedroefdheid. ~
104 1Joh 1:4 | schrijven wij u, opdat uw blijdschap vervuld zij. ~
105 2Joh 1:12| u te spreken, opdat onze blijdschap volkomen moge zijn. ~
106 3Joh 1:4 | 4 Ik heb geen meerdere blijdschap dan hierin, dat ik hoor,
|