Book Chapter: Verse
1 Gen 23:55 | dagen, of tien, bij ons blijven; daarna zult gij gaan. ~
2 Gen 40:33 | jongeling slaaf van mijn heer blijven, en laat den jongeling met
3 Exo 9:28 | en gij zult niet langer blijven. ~
4 Exo 10:24 | uw runderen zullen vast blijven; ook zullen uw kinderkens
5 Lev 8:35 | van de tent der samenkomst blijven, dag en nacht, zeven dagen,
6 Lev 12:4 | zij drie en dertig dagen blijven in het bloed harer reiniging;
7 Lev 12:5 | zij zes en zestig dagen blijven in het bloed harerreiniging. ~
8 Lev 13:23 | haar plaats zal staande blijven, niet uitgespreid zijnde,
9 Lev 13:28 | haar plaats staande zal blijven, noch in het vel uitgespreid,
10 Lev 14:8 | buiten zijn tent zeven dagen blijven. ~
11 Lev 24:30 | muur heeft, voor altoos blijven aan hem, die dat gekocht
12 Num 31:59 | en zult gijlieden hier blijven?
13 Num 31:70 | en onze kinderen zullen blijven in de vaste steden, vanwege
14 Num 34:25 | gevloden was; en hij zal daarin blijven tot den dood des hogepriesters,
15 Deu 3:19 | veel vee hebt), zij zullen blijven in uw steden, die ik u gegeven
16 Deu 23:16 | 16 Hij zal bij u blijven in het midden van u, in
17 Joz 1:14 | kleine kinderen, en uw vee blijven in het land, dat Mozes ulieden
18 Joz 3:13 | en zij zullen op een hoop blijven staan. ~
19 Joz 6:17 | zal de hoer Rachab levend blijven, zij en allen, die met haar
20 Joz 18:5 | in zeven delen; Juda zal blijven op zijn landpale van het
21 Joz 18:5 | en het huis van Jozef zal blijven op zijn landpale van het
22 Ric 2:23 | liet de HEERE deze heidenen blijven, dat Hij hen niet haastelijk
23 Ric 3:1 | heidenen, die de HEERE liet blijven, om door hen Israel te verzoeken,
24 Ric 4:52 | zijn wagen te komen! Waarom blijven de gangen zijner wagenen
25 Ric 5:18 | voorzette. En Hij zeide: Ik zal blijven, totdat gij wederkomt. ~
26 Ric 16:11 | bewilligde bij dien man te blijven; en de jongeling was hem
27 Rut 2:7 | toe; nu is haar te huis blijven weinig. ~
28 1Sa 14:9 | ulieden komen; zo zullen wij blijven staan aan onze plaats, en
29 1Sa 26:19 | ik niet mag vastgehecht blijven in het erfdeel des HEEREN,
30 1Sa 30:21 | beek Besor hadden laten blijven, die gingen David tegemoet,
31 2Sa 11:11 | ark, en Israel, en Juda blijven in de tenten; en mijn heer
32 2Sa 16:18 | zijn, en bij hem zal ik blijven. ~
33 2Kon 6:31| Safat, heden op hem zal blijven staan! ~
34 2Kon 7:3 | de een tot den ander: Wat blijven wij hier, totdat wij sterven? ~
35 2Kon 7:4 | sterven, en indien wij hier blijven, wij zullen ook sterven;
36 Est 16:8 | niet oorbaar hen te laten blijven. ~
37 Est 17:8 | niet oorbaar hen te laten blijven. ~
38 Job 8:15 | maar het zal niet staande blijven. ~
39 Job 24:13 | Zijn wegen niet, en zij blijven niet op Zijn paden. ~
40 Psa 23:6 | zal in het huis des HEEREN blijven in lengte van dagen ~ ~
41 Psa 38:18 | erfenis zal in eeuwigheid blijven. ~
42 Psa 55:7 | zou henenvliegen, waar ik blijven mocht. ~
43 Psa 89:22 | Met welken Mijn hand vast blijven zal; ook zal hem Mijn arm
44 Psa 89:29 | Mijn verbond zal hem vast blijven. ~
45 Psa 101:7 | zal binnen mijn huis niet blijven; die leugenen spreekt, zal
46 Psa 102:27 | vergaan, maar Gij zult staande blijven; en zij alle zullen als
47 Psa 119:91 | 91 Naar Uw verordeningen blijven zij nog heden staan, want
48 Psa 140:14 | zullen voor Uw aangezicht blijven. ~ ~
49 Spre 20:3 | een man, van twist af te blijven; maar ieder dwaas zal er
50 Jes 17:6 | nalezing zal daarin overig blijven, gelijk in de afschudding
51 Jer 8:14 | 14 Waarom blijven wij zitten? Verzamelt u,
52 Jer 23:19 | pijnlijk onweder, het zal blijven op der goddelozen hoofd. ~
53 Jer 30:23 | aanhoudend onweder; het zal blijven op het hoofd der goddelozen. ~
54 Jer 35:15 | zo zult gij in het land blijven, dat Ik u en uw vaderen
55 Jer 42:10 | gijlieden in dit land zult blijven wonen, zo zal Ik u bouwen
56 Jer 42:13 | zullen in dit land niet blijven; opdat gij der stem des
57 Jer 42:14 | hongeren, en daar zullen wij blijven; ~
58 Jer 43:4 | in het land van Juda te blijven. ~
59 Eze 27:29 | het land zullen zij staan blijven. ~
60 Dan 11:8 | zal enige jaren staande blijven boven den koning van
61 Hos 3:3 | Gij zult vele dagen na mij blijven zitten (gij zult niet hoereren,
62 Hos 3:4 | Israels zullen vele dagen blijven zitten, zonder koning, en
63 Hos 9:3 | in des HEEREN land niet blijven; maar Efraim zal weder tot
64 Hos 11:6 | zwaard zal in zijn steden blijven, en zijn grendelen verteren,
65 Hos 13:13 | tijd in de kindergeboorte blijven staan. ~
66 Joe 3:20 | 20 Maar Juda zal blijven in eeuwigheid, en Jeruzalem
67 Amos 7:2 | toch; wie zou er van Jakob blijven staan; want hij is klein! ~
68 Amos 7:5 | op; wie zou er van Jakob blijven staan; want hij is klein! ~
69 Zac 12:6 | verteren; en Jeruzalem zal nog blijven in haar plaats te Jeruzalem. ~
70 Matt 10:22| maar die volstandig zal blijven tot het einde, die zal zalig
71 Mark 3:9 | scheepje steeds omtrent Hem blijven zou, om der schare wil,
72 Luk 19:5 | Ik moet heden in uw huis blijven. ~
73 Luk 24:29 | Hij ging in, om met hen te blijven. ~
74 Joha 1:33| zien nederdalen, en op Hem blijven, Deze is het, Die met den
75 Joha 15:7 | blijft, en Mijn woorden in u blijven, zo wat gij wilt, zult gij
76 Joha 15:10| zult gij in Mijn liefde blijven; gelijkerwijs Ik de geboden
77 Joha 19:31| niet aan het kruis zouden blijven op den sabbat, dewijl het
78 Hand 5:48| enige dagen bij hen wilde blijven. ~ ~ ~
79 Hand 6:23| harten bij den Heere zouden blijven. ~
80 Hand 7:43| spraken, en hen vermaanden te blijven bij de genade Gods. ~
81 Hand 8:22| vermanende, dat zij zouden blijven in het geloof, en dat wij
82 Hand 9:34| dacht Silas goed aldaar te blijven. ~
83 Hand 12:20| dat hij langer bij hen blijven zoude, bewilligde hij het
84 Hand 21:31| dezen in het schip niet blijven, gij kunt niet behouden
85 Hand 22:14| zeven dagen bij hen te blijven; en alzo gingen wij naar
86 Rom 6:1 | Zullen wij in de zonde blijven, opdat de genade te meerder
87 Rom 11:23 | zij in het ongeloof niet blijven, zullen ingeent worden;
88 1Kor 7:8 | is hun goed, indien zij blijven, gelijk als ik. ~
89 1Kor 16:6 | En ik zal mogelijk bij u blijven, of ook overwinteren, opdat
90 1Kor 16:7 | hoop enigen tijd bij u te blijven, indien het de Heere zal
91 1Kor 16:8 | 8 Maar ik zal te Efeze blijven tot den pinkster dag. ~
92 Efez 6:13| verricht hebbende, staande blijven. ~
93 Fili 1:24| 24 Maar in het vlees te blijven, is nodiger om uwentwil. ~
94 Fili 1:25| vertrouw en weet ik, dat ik zal blijven, en met u allen zal verblijven
95 1Tim 1:3 | dat gij te Efeze zoudt blijven, als ik naar Macedonie reisde,
96 Heb 7:23 | verhinderd werden altijd te blijven; ~
97 Heb 12:27 | welke gemaakt waren, opdat blijven zouden de dingen, die niet
98 2Pet 3:4 | de vaders ontslapen zijn, blijven alle dingen alzo gelijk
99 1Joh 2:24| den Zoon en in den Vader blijven. ~
100 1Joh 2:27| heeft, zo zult gij in Hem blijven. ~
101 1Joh 4:13| kennen wij, dat wij in Hem blijven, en Hij in ons, omdat Hij
102 Open 17:10| moet hij een weinig tijds blijven. ~
|