Book Chapter: Verse
1 Gen 2:21 | van zijn ribben, en sloot derzelver plaats toe met vlees. ~
2 Gen 8:13 | eerste maand, op den eersten derzelver maand, dat de wateren droogden
3 Gen 24:18 | toegestopt hadden; en hij noemde derzelver namen naar de namen, waarmede
4 Gen 29:2 | en hij noemde den naam derzelver plaats Mahanaim. ~
5 Exo 15:23 | was bitter; daarom werd derzelver naam genoemd Mara. ~
6 Exo 22:11 | have geslagen heeft; en derzelver heer zal dien aannemen;
7 Exo 25:25 | een gouden krans rondom derzelver lijst maken. ~
8 Exo 25:26 | de vier hoeken, die aan derzelver vier voeten zijn zullen.
9 Exo 27:10 | zijn twintig pilaren en derzelver twintig voeten, van koper
10 Exo 27:11 | zijn twintig pilaren, en derzelver twintig voeten, van koper;
11 Exo 27:11 | de haken der pilaren, en derzelver banden zullen van zilver
12 Exo 27:12 | ellen; hun pilaren tien, en derzelver voeten tien.
13 Exo 35:18 | pennen des voorhofs, met derzelver zelen; ~
14 Exo 36:38 | overtrok hun hoofden en derzelver banden met goud; en hun
15 Exo 37:3 | alzo dat twee ringen op derzelver ene zijde waren, en twee
16 Exo 37:12 | een gouden krans rondom derzelver lijst. ~
17 Exo 37:13 | de vier hoeken, die aan derzelver vier voeten waren. ~
18 Exo 38:10 | 10 Hun twintig pilaren en derzelver twintig voeten, waren van
19 Exo 38:11 | hun twintig pilaren en derzelver twintig voeten waren van
20 Exo 38:11 | de haken der pilaren en derzelver banden waren van zilver. ~
21 Exo 38:12 | ellen, hun pilaren tien en derzelver voeten tien; de haken der
22 Exo 38:14 | zijde waren vijftien ellen, derzelver pilaren drie en hun voeten
23 Exo 38:15 | ellen; hun pilaren drie en derzelver voeten drie. ~
24 Exo 38:19 | 19 En hun vier pilaren en derzelver vier voeten waren van koper,
25 Lev 13:20 | lager is dan het vel, en derzelver haar in wit veranderd is,
26 Lev 22:37 | den vijftienden dag der derzelver maand is het feest van de
27 Num 4:6 | uitspreiden; en zij zullen derzelver handbomen aanleggen. ~
28 Num 4:8 | bedekken; en zij zullen derzelver handbomen aanleggen. ~
29 Num 5:7 | de hoofdsom daarvan, en derzelver vijfde deel zal hij daarboven
30 Num 11:34 | Daarom heet men den naam derzelver plaats Kibroth Thaava; want
31 Deu 13:15 | Zo zult gij de inwoners derzelver stad ganselijk slaan met
32 Deu 21:3 | daar zullen de oudsten derzelver stad een jonge koe van de
33 Deu 21:4 | 4 En de oudsten derzelver stad zullen de jonge koe
34 Deu 21:6 | 6 En alle oudsten derzelver stad, die naast aan den
35 Deu 22:18 | 18 Dan zullen de oudsten derzelver stad dien man nemen, en
36 Deu 22:24 | uitbrengen tot de poort derzelver stad, en gij zult hen met
37 Joz 5:10 | pascha op den veertienden dag derzelver maand, in den avond, op
38 Joz 8:27 | zichzelven het vee en den buit derzelver stad, naar het woord des
39 Joz 10:1 | Israel gemaakt hadden, en in derzelver midden waren; ~
40 Joz 10:28 | zwaards; daartoe verbande hij derzelver koning, henlieden en alle
41 Joz 10:30 | overblijven; en hij deed derzelver koning, gelijk als hij den
42 Joz 13:23 | Ruben was de Jordaan, en derzelver landpale; dat is het erfdeel
43 Joz 14:4 | steden om te bewonen, en derzelver voorsteden voor hun vee
44 Joz 15:12 | zijn tot de grote zee en derzelver landpale. Dit is de landpale
45 Joz 20:4 | voor de oren van de oudsten derzelver stad; dan zullenzij hem
46 Ric 3:6 | 6 Zo namen zij zich derzelver dochters tot vrouwen, en
47 Ric 3:6 | en gaven hun dochters aan derzelver zonen; en zij dienden derzelver
48 Ric 3:6 | derzelver zonen; en zij dienden derzelver goden. ~
49 Ric 17:7 | zagen het volk, hetwelk in derzelver midden was, zijnde gelegen
50 1Sa 7:14 | Gath toe; ook rukte Israel derzelver landpale uit de hand der
51 1Kon 19:8 | hij ging, door de kracht derzelver spijs, veertig dagen en
52 2Kon 24:19| heb tegen deze plaats en derzelver inwoners, dat zij tot een
53 1Kro 14:11| daarom noemden zij den naam derzelver plaats Baal-Perazim. ~
54 2Kro 3:15| en het kapiteel, dat op derzelver hoofd was, was van vijf
55 2Kro 29:24| ze, en ontzondigden met derzelver bloed op het altaar, om
56 2Kro 32:1 | deze geschiedenissen en derzelver bevestiging, kwam Sanherib,
57 2Kro 32:14| Wie is er onder alle goden derzelver natien, dewelke mijn vaders
58 Ezra 10:14| oudsten van elke stad en derzelver rechters; totdat wij van
59 Psa 46:4 | de bergen daveren, door derzelver verheffing! Sela. ~
60 Psa 74:6 | 6 Alzo hebben zij nu derzelver graveerselen samen met houwelen
61 Psa 106:35 | de heidenen, en leerden derzelver werken. ~
62 Jes 4:4 | zal verdreven hebben uit derzelver midden, door den Geest des
63 Jes 14:17 | een woestijn stelde, en derzelver steden verstoorde, die zijn
64 Jes 37:18 | al de landen, mitsgaders derzelver landerijen verwoest; ~
65 Jes 40:22 | den kloot der aarde, en derzelver inwoners zijn als sprinkhanen;
66 Jes 66:21 | wijngaarden planten, en derzelver vrucht eten. ~
67 Jer 33:12 | in is, mitsgaders in al derzelver steden, zullen wederom woningen
68 Jer 38:19 | dat zij mij misschien in derzelver hand overgeven, en zij den
69 Eze 1:16 | gedaante der raderen en derzelver maaksel was als de verf
70 Eze 11:6 | vermenigvuldigd, en gij hebt derzelver straten met de verslagenen
71 Eze 11:21 | hunner gruwelen nawandelt, derzelver weg zal Ik op hun hoofd
72 Eze 20:1 | vijfde maand, op den tienden derzelver maand, dat er mannen uit
73 Eze 20:9 | aan welke Ik Mij, voor derzelver ogen, bekend gemaakt
74 Eze 23:7 | zij verliefd was, met al derzelver drekgoden, verontreinigde
75 Eze 23:20 | zij werd verliefd meer dan derzelver bijwijven, welker vlees
76 Eze 26:10 | menigte zijner paarden zal u derzelver stof bedekken; uw muren
77 Eze 30:4 | Egypte; want zij zullen derzelver menigte wegnemen, en haar
78 Eze 40:6 | oosten, en hij ging bij derzelver trappen op, en mat den dorpel
79 Eze 40:20 | buitenste voorhof, hij mat derzelver lengte en derzelver breedte. ~
80 Eze 40:20 | mat derzelver lengte en derzelver breedte. ~
81 Eze 40:24 | naar het zuiden; en hij mat derzelver posten, en derzelver voorhuizen,
82 Eze 40:24 | mat derzelver posten, en derzelver voorhuizen, naar deze maten. ~
83 Eze 41:15 | dat achter dezelve was, en derzelver galerijen van deze en van
84 Eze 42:11 | het noorden waren, naar derzelver lengte, alzo naar derzelver
85 Eze 42:11 | derzelver lengte, alzo naar derzelver breedte; en al haar uitgangen
86 Eze 42:11 | uitgangen waren ook naar derzelver wijzen en naar derzelver
87 Eze 42:11 | derzelver wijzen en naar derzelver deuren. ~
88 Eze 48:34 | duizend en vijfhonderd; derzelver poorten drie: een poort
89 Hos 4:13 | populier, en iepeboom, omdat derzelver schaduw goed is; daarom
90 Joe 1:3 | hun kinderen vertellen, en derzelver kinderen aan een ander geslacht. ~
91 Amos 5:11| wijngaarden geplant, maar gij zult derzelver wijn niet drinken. ~
92 Amos 9:14| wijngaarden planten, en derzelver wijn drinken; en zij zullen
93 Amos 9:14| zullen hoven maken, en derzelver vrucht eten. ~
94 Mic 1:2 | op, gij aarde, mitsgaders derzelver volheid! de Heere HEERE
95 Mic 6:16 | Achab; en gij wandelt in derzelver raadslagen; opdat Ik u stelle
96 Zep 1:13 | wijngaarden, maar zij zullen derzelver wijn niet drinken. ~
97 Zac 11:16 | het vette zal hij eten, en derzelver klauwen zal hij verscheuren. ~
98 Luk 4:6 | macht, en de heerlijkheid derzelver koninkrijken geven; want
99 Rom 11:17 | wilde olijfboom zijnde, in derzelver plaats zijt ingeent, en
100 Heb 5:3 | 3 En om derzelver zwakheid wil moet hij gelijk
101 Heb 13:11 | heiligdom door den hogepriester, derzelver lichamen werden verbrand
|