Table of Contents | Words: Alphabetical - Frequency - Inverse - Length - Statistics | Help | IntraText Library
Alphabetical    [«  »]
zoeken 171
zoekende 18
zoekers 1
zoekt 98
zoengeld 1
zoet 26
zoete 2
Frequency    [«  »]
98 vergaan
98 zelfs
98 zielen
98 zoekt
97 blijft
97 dienstmaagd
97 dode

Bijbel

IntraText - Concordances

zoekt

   Book Chapter: Verse
1 Gen 34:15 | deze man, zeggende: Wat zoekt gij? ~ 2 Lev 19:31 | tot de duivelskunstenaars; zoekt hen niet, u met hen verontreinigende; 3 Num 16:10 | met u, heeft doen naderen; zoekt gij nu ook het priesterambt? ~ 4 Ric 4:22 | den man wijzen, dien gij zoekt. Zo kwam hij tot haar in, 5 1Sa 19:2 | zeggende: Mijn vader Saul zoekt u te doden; nu dan, wacht 6 1Sa 20:1 | vaders, dat hij mijn ziel zoekt? ~ 7 1Sa 23:10 | zekerlijk gehoord, dat Saul zoekt naar Kehila te komen, en 8 1Sa 24:10 | mensen, zeggende: Zie, David zoekt uw kwaad? ~ 9 1Sa 28:7 | Saul tot zijn knechten: Zoekt mij een vrouw, die een waarzeggenden 10 2Sa 16:11 | mijn lijf is voortgekomen, zoekt mijn ziel; hoeveel te meer 11 2Sa 17:3 | wederkeren; de man, dien gij zoekt, is gelijk het wederkeren 12 2Sa 20:19 | getrouwen in Israel, en gij zoekt te doden een stad, die een 13 1Kon 11:22| dat, zie, gij in uw land zoekt te trekken? En hij zeide: 14 1Kon 20:7 | ziet, dat deze het kwade zoekt; want hij had tot mij gezonden, 15 2Kon 5:7 | dat hij oorzaak tegen mij zoekt. ~ 16 2Kon 6:19| leiden tot den man, dien gij zoekt; en hij leidde hen naar 17 1Kro 16:11| den HEERE en Zijn sterkte, zoekt Zijn aangezicht geduriglijk. ~ 18 1Kro 29:8 | oren onzes Gods, houdt en zoekt al de geboden des HEEREN, 19 1Kro 29:9 | gedachten; indien gij Hem zoekt, Hij zal van u gevonden 20 2Kro 16:2 | Hem zijt; en zo gij Hem zoekt, Hij zal van u gevonden 21 Job 8:5 | indien gij naar God vroeg zoekt, en tot den Almachtige om 22 Job 38:11 | bergen, is zijn weide; en hij zoekt allerlei groensel na. ~ 23 Psa 9:13 | 13 Want Hij zoekt de bloedstortingen, Hij 24 Psa 38:32 | op den rechtvaardige, en zoekt hem te doden. ~ 25 Psa 56:2 | genadig, o God! want de mens zoekt mij op te slokken; den gansen 26 Psa 57:4 | makende dengene, die mij zoekt op te slokken. Sela. God 27 Psa 69:33 | verblijden; en gij, die God zoekt, ulieder hart zal leven. ~ 28 Psa 105:4 | den HEERE en Zijn sterkte; zoekt Zijn aangezicht geduriglijk. ~ 29 Spre 2:4 | 4      Zo gij haar zoekt als zilver, en naspeurt 30 Spre 11:27| het goede vroeg nazoekt, zoekt welgevalligheid; maar wie 31 Spre 13:24| maar die hem liefheeft, zoekt hem vroeg met tuchtiging. ~ 32 Spre 14:6 | 6      De spotter zoekt wijsheid, en er is gene; 33 Spre 17:9 | de overtreding toedekt, zoekt liefde; maar die de zaak 34 Spre 17:11| Zekerlijk, de wederspannige zoekt het kwaad; maar een wrede 35 Spre 17:19| die zijn deur verhoogt, zoekt verbreking. ~ 36 Spre 18:15| wetenschap, en het oor der wijzen zoekt wetenschap. ~ 37 Spre 31:13| 13      Daleth. Zij zoekt wol en vlas, en werkt met 38 Pred 3:15| is alrede geweest; en God zoekt het weggedrevene. ~ 39 Pred 7:28| Dewelke mijn ziel nog zoekt, maar ik heb haar niet gevonden: 40 Jes 1:17 | 17      Leert goed doen, zoekt het recht, helpt den verdrukte, 41 Jes 16:5 | die oordeelt en het recht zoekt, en vaardig is ter      42 Jes 34:16 | 16      Zoekt in het boek des HEEREN, 43 Jes 40:20 | dat niet verrotte; hij zoekt zich een wijzen werkmeester, 44 Jes 45:19 | zaad van Jakob niet gezegd: Zoekt Mij te vergeefs; Ik ben 45 Jes 51:1 | najaagt, gij, die den HEERE zoekt! aanschouwt den rotssteen, 46 Jes 55:6 | 6      Zoekt den HEERE, terwijl Hij te 47 Jes 56:6 | 6      Zoekt den HEERE, terwijl Hij te 48 Jer 2:33 | goed, daar gij boelering zoekt? Waarom gij ook de booste 49 Jer 5:1 | nu toe, en verneemt, en zoekt op haar straten, of gij 50 Jer 5:1 | recht doet, die waarheid zoekt, zo zal Ik haar      genadig 51 Jer 29:7 | 7      En zoekt den vrede der stad, waarhenen 52 Jer 38:4 | sprekende; want deze man zoekt den vrede dezes volks niet, 53 Klaa 1:69| verwachten, der ziele, die Hem zoekt. ~ 54 Eze 34:4 | weder, en het verlorene zoekt gij niet; maar gij heerst      55 Eze 34:6 | en niemand, die      ze zoekt. ~ 56 Amos 5:4 | HEERE tot het huis Israels: Zoekt Mij, en leeft. ~ 57 Amos 5:5 | 5      Maar zoekt Beth-El niet, en komt niet 58 Amos 5:6 | 6      Zoekt den HEERE, en leeft; opdat 59 Amos 5:14| 14      Zoekt het goede, en niet het boze, 60 Zep 2:3 | 3      Zoekt den HEERE, alle gij zachtmoedigen 61 Zep 2:3 | die Zijn recht werken! Zoekt gerechtigheid, zoekt zachtmoedigheid, 62 Zep 2:3 | werken! Zoekt gerechtigheid, zoekt zachtmoedigheid, misschien 63 Mal 3:1 | die Heere, Dien gijlieden zoekt, te weten de Engel des verbonds,      64 Matt 6:33| 33 Maar zoekt eerst het Koninkrijk Gods 65 Matt 7:7 | en u zal gegeven worden; zoekt, en gij zult vinden; klopt, 66 Matt 7:8 | bidt, die ontvangt; en die zoekt, die vindt; en die klopt, 67 Matt 13:45| koopman, die schone parelen zoekt; ~ 68 Matt 28:5 | niet; want ik weet, dat gij zoekt Jezus, Die gekruisigd was. ~ 69 Mark 16:6 | Zijt niet verbaasd; gij zoekt Jezus den Nazarener, Die 70 Luk 11:9 | en u zal gegeven worden; zoekt, en gij zult vinden; klopt, 71 Luk 11:10 | bidt, die ontvangt; en die zoekt, die vindt; en die klopt, 72 Luk 12:31 | 31 Maar zoekt het Koninkrijk Gods, en 73 Luk 15:8 | het huis met bezemen, en zoekt naarstiglijk, totdat zij 74 Luk 24:5 | zeiden zij tot haar: Wat zoekt gij den Levende bij de doden? ~ 75 Joha 1:39| 39 Wat zoekt gij? En zij zeiden tot Hem: 76 Joha 4:23| waarheid; want de Vader zoekt ook dezulken, die Hem alzo 77 Joha 5:44| van God alleen is, niet zoekt? ~ 78 Joha 6:26| voorwaar zeg Ik u: gij zoekt Mij, niet omdat gij tekenen 79 Joha 7:4 | iets in het verborgen, en zoekt zelf, dat men openlijk van 80 Joha 7:18| van zichzelven spreekt, zoekt zijn eigen eer; maar Die 81 Joha 7:18| eigen eer; maar Die de eer zoekt Desgenen, Die Hem gezonden 82 Joha 7:19| niemand van u doet de wet. Wat zoekt gij Mij te doden? ~ 83 Joha 7:20| Gij hebt den duivel; wie zoekt U te doden? ~ 84 Joha 8:37| Abrahams zaad zijt; maar gij zoekt Mij te doden; want Mijn 85 Joha 8:40| 40 Maar nu zoekt gij Mij te doden, een Mens, 86 Joha 8:50| niet; er is Een, Die ze zoekt en oordeelt. ~ 87 Joha 18:4 | en zeide tot hen: Wien zoekt gij? ~ 88 Joha 18:7 | vraagde hun dan wederom: Wien zoekt gij? En zij zeiden: Jezus 89 Joha 18:8 | ben. Indien gij dan Mij zoekt, zo laat dezen heengaan. ~ 90 Joha 20:15| Vrouw, wat weent gij? Wien zoekt gij? Zij, menende, dat het 91 Hand 5:21| Ziet, ik ben het, dien gij zoekt; wat is de oorzaak, waarom 92 Rom 3:11 | er is niemand, die God zoekt. ~ 93 Rom 11:7 | Wat dan? Hetgeen Israel zoekt, dat heeft het niet verkregen; 94 1Kor 13:5 | niet ongeschiktelijk, zij zoekt zichzelve niet, zij wordt 95 1Kor 14:12| naar geestelijke gaven, zo zoekt dat gij moogt overvloedig 96 2Kor 13:3 | 3 Dewijl gij zoekt een proeve van Christus, 97 Kol 3:1 | Christus opgewekt zijt, zo zoekt de dingen, die boven zijn, 98 3Joh 1:9 | Diotrefes, die onder hen zoekt de eerste te zijn, neemt


Best viewed with any browser at 800x600 or 768x1024 on Tablet PC
IntraText® (V89) - Some rights reserved by EuloTech SRL - 1996-2007. Content in this page is licensed under a Creative Commons License