Book Chapter: Verse

5501 Matt   6:3  |            linker hand niet weten, wat uw rechter doet; ~
5502 Matt   6:4  |                                4 Opdat uw aalmoes in het verborgen
5503 Matt   6:4  |               in het verborgen zij; en uw Vader, Die in het verborgen
5504 Matt   6:6  |              wanneer gij bidt, gaat in uw binnenkamer, en uw deur
5505 Matt   6:6  |             gaat in uw binnenkamer, en uw deur gesloten hebbende,
5506 Matt   6:6  |                gesloten hebbende, bidt uw Vader, Die in het verborgen
5507 Matt   6:6  |                in het verborgen is; en uw Vader, Die in het verborgen
5508 Matt   6:8  |              dan hun niet gelijk; want uw Vader weet, wat gij van
5509 Matt   6:9  |                Die in de hemelen zijt! Uw Naam worde geheiligd. ~
5510 Matt   6:10 |                                     10 Uw Koninkrijk kome. Uw wil
5511 Matt   6:10 |                 10 Uw Koninkrijk kome. Uw wil geschiede, gelijk in
5512 Matt   6:13 |          verlos ons van den boze. Want Uw is het Koninkrijk, en de
5513 Matt   6:14 |              misdaden vergeeft, zo zal uw hemelse Vader ook u vergeven. ~
5514 Matt   6:15 |              niet vergeeft, zo zal ook uw Vader uw misdaden niet vergeven. ~
5515 Matt   6:15 |          vergeeft, zo zal ook uw Vader uw misdaden niet vergeven. ~
5516 Matt   6:17 |               gij, als gij vast, zalft uw hoofd, en wast uw aangezicht; ~
5517 Matt   6:17 |                zalft uw hoofd, en wast uw aangezicht; ~
5518 Matt   6:18 |                 als gij vast, maar van uw Vader, Die in het verborgen
5519 Matt   6:18 |                in het verborgen is; en uw Vader, Die in het verborgen
5520 Matt   6:21 |                           21 Want waar uw schat is, daar zal ook uw
5521 Matt   6:21 |              uw schat is, daar zal ook uw hart zijn. ~
5522 Matt   6:22 |        lichaams is het oog; indien dan uw oog eenvoudig is, zo zal
5523 Matt   6:22 |               oog eenvoudig is, zo zal uw gehele lichaam verlicht
5524 Matt   6:23 |                         23 Maar indien uw oog boos is, zo zal geheel
5525 Matt   6:23 |             oog boos is, zo zal geheel uw lichaam duister zijn. Indien
5526 Matt   6:25 |                 Zijt niet bezorgd voor uw leven, wat gij eten, en
5527 Matt   6:25 |                drinken zult; noch voor uw lichaam, waarmede gij u
5528 Matt   6:26 |           verzamelen in de schuren; en uw hemelse Vader voedt nochtans
5529 Matt   6:32 |               zoeken de heidenen; want uw hemelse Vader weet, dat
5530 Matt   7:3  |              is, maar den balk, die in uw oog is, merkt gij niet? ~
5531 Matt   7:4  |                 4 Of, hoe zult gij tot uw broeder zeggen: Laat toe,
5532 Matt   7:4  |                dat ik den splinter uit uw oog uitdoe; en zie, er is
5533 Matt   7:4  |              en zie, er is een balk in uw oog? ~
5534 Matt   7:5  |                werp eerst den balk uit uw oog, en dan zult gij bezien,
5535 Matt   7:6  |                honden niet, noch werpt uw paarlen voor de zwijnen;
5536 Matt   7:11 |               gij, die boos zijt, weet uw kinderen goede gaven te
5537 Matt   7:11 |             geven, hoeveel te meer zal uw Vader, Die in de hemelen
5538 Matt   7:22 |              Heere! hebben wij niet in Uw Naam geprofeteerd, en in
5539 Matt   7:22 |               Naam geprofeteerd, en in Uw Naam duivelen uitgeworpen,
5540 Matt   7:22 |            duivelen uitgeworpen, en in Uw Naam vele krachten gedaan? ~
5541 Matt   9:2  |        geraakte: Zoon! wees welgemoed; uw zonden zijn u vergeven. ~
5542 Matt   9:4  |          Waarom overdenkt gij kwaad in uw harten? ~
5543 Matt   9:6  |                geraakte): Sta op, neem uw bed op, en ga heen naar
5544 Matt   9:6  |                bed op, en ga heen naar uw huis. ~
5545 Matt   9:11 |            Zijn discipelen: Waarom eet uw Meester met de tollenaren
5546 Matt   9:14 |                en de Farizeen veel, en Uw discipelen vasten niet? ~
5547 Matt   9:18 |             gestorven, doch kom en leg Uw hand op haar, en zij zal
5548 Matt   9:22 |               Wees welgemoed, dochter! uw geloof heeft u behouden.
5549 Matt   9:29 |             zeggende: U geschiede naar uw geloof. ~
5550 Matt  10:9  |             zilver, noch koper geld in uw gordels; ~
5551 Matt  10:13 |               huis waardig is, zo kome uw vrede over hetzelve, maar
5552 Matt  10:13 |               niet waardig is, zo kere uw vrede weder tot u. ~
5553 Matt  10:14 |               niet zal ontvangen, noch uw woorden horen, uitgaande
5554 Matt  10:23 |            voorwaar zeg ik u: Gij zult uw reis door de steden Israels
5555 Matt  10:29 |              op de aarde vallen zonder uw Vader. ~
5556 Matt  10:30 |                              30 En ook uw haren des hoofds zijn alle
5557 Matt  11:10 |                Ik zend Mijn engel voor Uw aangezicht, die Uw weg bereiden
5558 Matt  11:10 |                voor Uw aangezicht, die Uw weg bereiden zal voor U
5559 Matt  11:29 |              gij zult rust vinden voor uw zielen. ~
5560 Matt  12:2  |           ziende, zeiden tot Hem: Zie, Uw discipelen doen, wat niet
5561 Matt  12:13 |               Hij tot dien mens: Strek uw hand uit; en hij strekte
5562 Matt  12:27 |                door wien werpen ze dan uw zonen uit? Daarom zullen
5563 Matt  12:27 |           zonen uit? Daarom zullen die uw rechters zijn. ~
5564 Matt  12:37 |                            37 Want uit uw woorden zult gij gerechtvaardigd
5565 Matt  12:37 |         gerechtvaardigd worden, en uit uw woorden zult gij veroordeeld
5566 Matt  12:47 |             iemand zeide tot Hem: Zie, Uw moeder en Uw broeders staan
5567 Matt  12:47 |             tot Hem: Zie, Uw moeder en Uw broeders staan daar buiten,
5568 Matt  13:16 |                                16 Doch uw ogen zijn zalig, omdat zij
5569 Matt  13:16 |              zalig, omdat zij zien, en uw oren, omdat zij horen. ~
5570 Matt  13:27 |             hebt gij niet goed zaad in uw akker gezaaid? Van waar
5571 Matt  15:2  |                    2 Waarom overtreden Uw discipelen de inzetting
5572 Matt  15:3  |               gij het gebod Gods, door uw inzetting? ~
5573 Matt  15:6  |               krachteloos gemaakt door uw inzetting. ~
5574 Matt  15:28 |                haar: O vrouw! groot is uw geloof; u geschiede, gelijk
5575 Matt  17:16 |                   16 En ik heb hem tot Uw discipelen gebracht, en
5576 Matt  17:24 |       didrachmen ontvingen, en zeiden: Uw Meester, betaalt Hij de
5577 Matt  18:8  |                           8 Indien dan uw hand of uw voet u ergert,
5578 Matt  18:8  |                8 Indien dan uw hand of uw voet u ergert, houwt ze
5579 Matt  18:9  |                            9 En indien uw oog u ergert, trekt het
5580 Matt  18:15 |                         15 Maar indien uw broeder tegen u gezondigd
5581 Matt  18:15 |               hij u hoort, zo hebt gij uw broeder gewonnen. ~
5582 Matt  18:33 |          Behoordet gij ook niet u over uw mededienstknecht te ontfermen,
5583 Matt  19:8  |               uwer harten u toegelaten uw vrouwen te verlaten; maar
5584 Matt  19:19 |                                 19 Eer uw vader en moeder; en: Gij
5585 Matt  19:19 |                en moeder; en: Gij zult uw naaste liefhebben als uzelven. ~
5586 Matt  20:15 |               mijne, wat ik wil? Of is uw oog boos, omdat ik goed
5587 Matt  20:21 |               zitten mogen, de een tot Uw rechter- en de ander tot
5588 Matt  20:21 |               rechter- en de ander tot Uw linker hand in Uw Koninkrijk. ~
5589 Matt  20:21 |            ander tot Uw linker hand in Uw Koninkrijk. ~
5590 Matt  20:26 |           willen groot worden, die zij uw dienaar; ~
5591 Matt  20:27 |                de eerste zijn, die zij uw dienstknecht. ~
5592 Matt  21:5  |                der dochter Sions: Zie, uw Koning komt tot u, zachtmoedig
5593 Matt  22:37 |             zult liefhebben den Heere, uw God, met geheel uw hart,
5594 Matt  22:37 |              Heere, uw God, met geheel uw hart, en met geheel uw ziel,
5595 Matt  22:37 |          geheel uw hart, en met geheel uw ziel, en met geheel uw verstand. ~
5596 Matt  22:37 |          geheel uw ziel, en met geheel uw verstand. ~
5597 Matt  22:39 |               dit gelijk, is: Gij zult uw naaste liefhebben als uzelven. ~
5598 Matt  22:44 |                rechter hand, totdat Ik Uw vijanden zal gezet hebben
5599 Matt  23:8  |            genaamd worden; want Een is uw Meester, namelijk Christus;
5600 Matt  23:9  |                  9 En gij zult niemand uw vader noemen op de aarde;
5601 Matt  23:9  |               op de aarde; want Een is uw Vader, namelijk Die in de
5602 Matt  23:10 |            genoemd worden; want Een is uw Meester, namelijk Christus. ~
5603 Matt  23:11 |               Maar de meeste van u zal uw dienaar zijn. ~
5604 Matt  23:34 |            dezelve zult gij geselen in uw synagogen, en zult hen vervolgen
5605 Matt  23:37 |             zijn! hoe menigmaal heb Ik uw kinderen willen bijeenvergaderen,
5606 Matt  23:38 |                               38 Ziet, uw huis wordt u woest gelaten. ~
5607 Matt  24:3  |            welk zal het teken zijn van Uw toekomst, en van de voleinding
5608 Matt  24:20 |                      20 Doch bidt, dat uw vlucht niet geschiede des
5609 Matt  24:42 |                weet niet, in welke ure uw Heere komen zal. ~
5610 Matt  25:8  |               de wijzen: Geeft ons van uw olie; want onze lampen gaan
5611 Matt  25:25 |              ben ik heengegaan, en heb uw talent verborgen in de aarde;
5612 Matt  26:42 |              tenzij dat Ik hem drinke, Uw wil geschiede! ~
5613 Matt  26:52 |              zeide Jezus tot hem: Keer uw zwaard weder in zijn plaats;
5614 Matt  26:73 |             zijt ook van die, want ook uw spraak maakt u openbaar. ~
5615 Mark   1:2  |                Ik zend Mijn engel voor Uw aangezicht, die Uw weg voor
5616 Mark   1:2  |                voor Uw aangezicht, die Uw weg voor U heen bereiden
5617 Mark   1:44 |                priester, en offer voor uw reiniging, hetgeen Mozes
5618 Mark   2:5  |                tot den geraakte: Zoon, uw zonden zijn u vergeven. ~
5619 Mark   2:8  |           overdenkt gij deze dingen in uw harten? ~
5620 Mark   2:9  |                zeggen: Sta op, en neem uw beddeken op, en wandel? ~
5621 Mark   2:11 |              Ik zeg u: Sta op, en neem uw beddeken op, en ga heen
5622 Mark   2:11 |           beddeken op, en ga heen naar uw huis. ~
5623 Mark   2:18 |           Johannes en der Farizeen, en Uw discipelen vasten niet? ~
5624 Mark   3:5  |                Hij tot den mens: Strek uw hand uit. En hij strekte
5625 Mark   3:32 |               zij zeiden tot Hem: Zie, Uw moeder en Uw broeders daar
5626 Mark   3:32 |             tot Hem: Zie, Uw moeder en Uw broeders daar buiten zoeken
5627 Mark   5:9  |              Hij vraagde hem: Welke is uw naam? En hij antwoordde,
5628 Mark   5:19 |            zeide tot hem: Ga heen naar uw huis tot de uwen, en boodschap
5629 Mark   5:34 |               zeide tot haar: Dochter, uw geloof heeft u behouden;
5630 Mark   5:34 |               en zijt genezen van deze uw kwaal. ~
5631 Mark   5:35 |                der synagoge, zeggende: Uw dochter is gestorven; wat
5632 Mark   6:11 |             het stof af, dat onder aan uw voeten is, hun tot een getuigenis.
5633 Mark   7:5  |      Schriftgeleerden: Waarom wandelen Uw discipelen niet naar de
5634 Mark   7:9  |           gebod wel te niet, opdat gij uw inzettingen zoudt onderhouden. ~
5635 Mark   7:10 |                Mozes heeft gezegd: Eer uw vader en uw moeder; en:
5636 Mark   7:10 |                gezegd: Eer uw vader en uw moeder; en: wie vader of
5637 Mark   7:13 |            Gods woord krachteloos door uw inzetting, die gij ingezet
5638 Mark   7:29 |              ga heen, de duivel is uit uw dochter uitgevaren. ~
5639 Mark   8:17 |        verstaat gij niet, hebt gij nog uw verharde hart? ~
5640 Mark   9:18 |          tanden, en verdort; en ik heb Uw discipelen gezegd dat zij
5641 Mark   9:38 |                de duivelen uitwierp in Uw Naam, welke ons niet volgt;
5642 Mark   9:43 |                           43 En indien uw hand u ergert, houwt ze
5643 Mark   9:45 |                           45 En indien uw voet u ergert, houwt hem
5644 Mark   9:47 |                           47 En indien uw oog u ergert, werpt het
5645 Mark  10:19 |              niemand te kort doen; eer uw vader en uw moeder. ~
5646 Mark  10:19 |             kort doen; eer uw vader en uw moeder. ~
5647 Mark  10:37 |               mogen zitten, de een aan Uw rechter hand, en de ander
5648 Mark  10:37 |          rechter hand, en de ander aan Uw linker hand in Uw heerlijkheid. ~
5649 Mark  10:37 |            ander aan Uw linker hand in Uw heerlijkheid. ~
5650 Mark  10:43 |             zal willen worden, die zal uw dienaar zijn. ~
5651 Mark  10:52 |                zeide tot hem: Ga heen, uw geloof heeft u behouden.
5652 Mark  11:25 |                tegen iemand; opdat ook uw Vader, Die in de hemelen
5653 Mark  11:25 |              in de hemelen is, ulieden uw misdaden vergeve. ~
5654 Mark  11:26 |              gij niet vergeeft, zo zal uw Vader, Die in de hemelen
5655 Mark  11:26 |              Die in de hemelen is, ook uw misdaden niet vergeven. ~
5656 Mark  12:30 |              30 En gij zult den Heere, uw God, liefhebben uit geheel
5657 Mark  12:30 |             God, liefhebben uit geheel uw hart, en uit geheel uw ziel,
5658 Mark  12:30 |          geheel uw hart, en uit geheel uw ziel, en uit geheel uw verstand,
5659 Mark  12:30 |          geheel uw ziel, en uit geheel uw verstand, en uit geheel
5660 Mark  12:30 |                verstand, en uit geheel uw kracht. Dit is het eerste
5661 Mark  12:31 |               gelijk, is dit: Gij zult uw naaste liefhebben als uzelven.
5662 Mark  12:36 |                rechter hand, totdat Ik Uw vijanden zal gezet hebben
5663 Mark  13:18 |                      18 Doch bidt, dat uw vlucht niet geschiede des
5664 Mark  14:70 |              zijt ook een Galileer, en uw spraak gelijkt. ~
5665 Luk   1:13  |            Vrees niet, Zacharias! want uw gebed is verhoord, en uw
5666 Luk   1:13  |               uw gebed is verhoord, en uw vrouw Elizabet zal u een
5667 Luk   1:36  |                   36 En zie, Elizabet, uw nicht, is ook zelve bevrucht,
5668 Luk   1:38  |             Heeren; mij geschiede naar uw woord. En de engel ging
5669 Luk   1:61  |             tot haar: Er is niemand in uw maagschap, die met dien
5670 Luk   2:29  |                 29 Nu laat Gij, Heere! Uw dienstknecht gaan in vrede
5671 Luk   2:29  |        dienstknecht gaan in vrede naar Uw woord; ~
5672 Luk   2:30  |               30 Want mijn ogen hebben Uw zaligheid gezien, ~
5673 Luk   2:32  |                en tot heerlijkheid van Uw volk Israel. ~
5674 Luk   2:35  |                ook een zwaard zal door uw eigen ziel gaan) opdat de
5675 Luk   2:48  |                Gij ons zo gedaan? Zie, Uw vader en ik hebben U met
5676 Luk   3:14  |              en laat u vergenoegen met uw bezoldigingen. ~
5677 Luk   4:7   |            aanbidden, zo zal het alles Uw zijn.
5678 Luk   4:8   |        geschreven: Gij zult den Heere, uw God, aanbidden, en Hem alleen
5679 Luk   4:11  |                nemen zullen, opdat Gij Uw voet niet te eniger tijd
5680 Luk   4:12  |            gezegd: Gij zult den Heere, uw God, niet verzoeken. ~
5681 Luk   4:21  |               Heden is deze Schrift in uw oren vervuld. ~
5682 Luk   4:23  |                is, doe dat ook hier in Uw vaderland. ~
5683 Luk   5:4   |                naar de diepte, en werp uw netten uit om te vangen. ~
5684 Luk   5:5   |              en niet gevangen; doch op Uw woord zal ik het net uitwerpen. ~
5685 Luk   5:14  |                priester, en offer voor uw reiniging, gelijk Mozes
5686 Luk   5:20  |           geloof, zeide tot hem: Mens, uw zonden zijn u vergeven. ~
5687 Luk   5:22  |              hen: Wat overdenkt gij in uw harten? ~
5688 Luk   5:23  |              Wat is lichter te zeggen: Uw zonden zijn u vergeven,
5689 Luk   5:24  |              Ik zeg u, sta op, en neem uw beddeken op, en ga heen
5690 Luk   5:24  |           beddeken op, en ga heen naar uw huis. ~
5691 Luk   6:10  |                Hij tot den mens: Strek uw hand uit. En hij deed alzo;
5692 Luk   6:22  |              afscheiden, en smaden, en uw naam als kwaad verwerpen,
5693 Luk   6:23  |              zijt vrolijk; want, ziet, uw loon is groot in den hemel;
5694 Luk   6:24  |              gij rijken, want gij hebt uw troost weg. ~
5695 Luk   6:27  |           ulieden, die dit hoort: Hebt uw vijanden lief; doet wel
5696 Luk   6:35  |                           35 Maar hebt uw vijanden lief, en doet goed,
5697 Luk   6:35  |                iets weder te hopen; en uw loon zal groot zijn, en
5698 Luk   6:36  |             dan barmhartig, gelijk ook uw Vader barmhartig is. ~
5699 Luk   6:38  |            overlopende maat zal men in uw schoot geven; want met dezelfde
5700 Luk   6:41  |                is, en den balk, die in uw eigen oog is, merkt gij
5701 Luk   6:42  |                 42 Of hoe kunt gij tot uw broeder zeggen: Broeder,
5702 Luk   6:42  |                ik den splinter, die in uw oog is, uitdoe; daar gij
5703 Luk   6:42  |              gij zelf den balk, die in uw oog is, niet ziet? Gij geveinsde!
5704 Luk   6:42  |                 doe eerst den balk uit uw oog, en dan zult gij bezien,
5705 Luk   7:27  |               Ik zende Mijn engel voor Uw aangezicht, die Uw weg voor
5706 Luk   7:27  |                voor Uw aangezicht, die Uw weg voor U heen bereiden
5707 Luk   7:44  |              gij deze vrouw? Ik ben in uw huis gekomen; water hebt
5708 Luk   7:48  |              48 En Hij zeide tot haar: Uw zonden zijn u vergeven. ~
5709 Luk   7:50  |                Hij zeide tot de vrouw: Uw geloof heeft u behouden;
5710 Luk   8:20  |                van enigen, die zeiden: Uw moeder en Uw broeders staan
5711 Luk   8:20  |               die zeiden: Uw moeder en Uw broeders staan daar buiten,
5712 Luk   8:25  |             Hij zeide tot hen: Waar is uw geloof? Maar zij, bevreesd
5713 Luk   8:30  |                hem, zeggende: Welke is uw naam? En hij zeide: Legio.
5714 Luk   8:39  |                     39 Keer weder naar uw huis, en vertel, wat grote
5715 Luk   8:48  |               Dochter, wees welgemoed, uw geloof heeft u behouden;
5716 Luk   8:49  |            synagoge, zeggende tot hem: Uw dochter is gestorven; zijt
5717 Luk   9:5   |             schudt ook het stof af van uw voeten, tot een getuigenis
5718 Luk   9:40  |                           40 En ik heb Uw discipelen gebeden, dat
5719 Luk   9:41  |               ulieden verdragen? Breng uw zoon hier. ~
5720 Luk   9:44  |               Legt gij deze woorden in uw oren: Want de Zoon des mensen
5721 Luk   9:49  |              hebben een gezien, die in Uw Naam de duivelen uitwierp,
5722 Luk  10:6   |             zoon des vredes is, zo zal uw vrede op hem rusten; maar
5723 Luk  10:6   |               maar indien niet, zo zal uw vrede tot u wederkeren. ~
5724 Luk  10:11  |               11 Ook het stof, dat uit uw stad aan ons kleeft, schudden
5725 Luk  10:17  |               zijn ons onderworpen, in Uw Naam. ~
5726 Luk  10:20  |             verblijdt u veel meer, dat uw namen geschreven zijn in
5727 Luk  10:27  |             zeide: Gij zult den Heere, uw God, liefhebben, uit geheel
5728 Luk  10:27  |                 liefhebben, uit geheel uw hart, en uit geheel uw ziel,
5729 Luk  10:27  |          geheel uw hart, en uit geheel uw ziel, en uit geheel uw kracht,
5730 Luk  10:27  |          geheel uw ziel, en uit geheel uw kracht, en uit geheel uw
5731 Luk  10:27  |               uw kracht, en uit geheel uw verstand; en uw naaste als
5732 Luk  10:27  |             uit geheel uw verstand; en uw naaste als uzelven. ~
5733 Luk  11:2   |                Die in de hemelen zijt! Uw Naam worde geheiligd. Uw
5734 Luk  11:2   |               Uw Naam worde geheiligd. Uw Koninkrijk kome. Uw wil
5735 Luk  11:2   |         geheiligd. Uw Koninkrijk kome. Uw wil geschiede, gelijk in
5736 Luk  11:13  |               gij, die boos zijt, weet uw kinderen goede gaven te
5737 Luk  11:19  |           uitwerp, door wien werpen ze uw zonen uit? Daarom zullen
5738 Luk  11:19  |               uit? Daarom zullen dezen uw rechters zijn. ~
5739 Luk  11:34  |                is het oog: wanneer dan uw oog eenvoudig is, zo is
5740 Luk  11:34  |                eenvoudig is, zo is ook uw gehele lichaam verlicht;
5741 Luk  11:34  |              zo het boos is, zo is ook uw gehele lichaam duister. ~
5742 Luk  11:36  |                          36 Indien dan uw lichaam geheel verlicht
5743 Luk  11:46  |            lasten niet aan met een van uw vingeren. ~
5744 Luk  11:47  |                graven der profeten, en uw vaders hebben dezelve gedood. ~
5745 Luk  12:20  |                 in dezen nacht zal men uw ziel van u afeisen; en hetgeen
5746 Luk  12:22  |                 Zijt niet bezorgd voor uw leven, wat gij eten zult,
5747 Luk  12:30  |                volken der wereld; maar uw Vader weet, dat gij deze
5748 Luk  12:34  |                           34 Want waar uw schat is, aldaar zal ook
5749 Luk  12:34  |               schat is, aldaar zal ook uw hart zijn. ~
5750 Luk  12:35  |                                35 Laat uw lendenen omgord zijn, en
5751 Luk  12:58  |              Want als gij heengaat met uw wederpartij voor de overheid,
5752 Luk  13:12  |            Vrouw, gij zijt verlost van uw krankheid. ~
5753 Luk  13:26  |               te zeggen: Wij hebben in Uw tegenwoordigheid gegeten
5754 Luk  13:34  |             zijn, hoe menigmaal heb Ik uw kinderen willen bijeenvergaderen,
5755 Luk  13:35  |                               35 Ziet, uw huis wordt ulieden woest
5756 Luk  14:12  |              zult houden, zo roep niet uw vrienden, noch uw broeders,
5757 Luk  14:12  |            roep niet uw vrienden, noch uw broeders, noch uw magen,
5758 Luk  14:12  |                 noch uw broeders, noch uw magen, noch uw rijke geburen;
5759 Luk  14:12  |          broeders, noch uw magen, noch uw rijke geburen; opdat ook
5760 Luk  15:19  |               ik ben niet meer waardig uw zoon genaamd te worden;
5761 Luk  15:19  |           worden; maak mij als een van uw huurlingen. ~
5762 Luk  15:21  |               en ben niet meer waardig uw zoon genaamd te worden. ~
5763 Luk  15:27  |              27 En deze zeide tot hem: Uw broeder is gekomen, en uw
5764 Luk  15:27  |              Uw broeder is gekomen, en uw vader heeft het gemeste
5765 Luk  15:29  |               vele jaren, en heb nooit uw gebod overtreden, en gij
5766 Luk  15:30  |                       30 Maar als deze uw zoon gekomen is, die uw
5767 Luk  15:30  |                uw zoon gekomen is, die uw goed met hoeren doorgebracht
5768 Luk  15:32  |              blijde te zijn; want deze uw broeder was dood, en is
5769 Luk  16:2   |             van u? Geef rekenschap van uw rentmeesterschap; want gij
5770 Luk  16:6   |                hij zeide tot hem: Neem uw handschrift, en nederzittende,
5771 Luk  16:7   |                hij zeide tot hem: Neem uw handschrift, en schrijf
5772 Luk  16:15  |               de mensen; maar God kent uw harten; want dat hoog is
5773 Luk  16:25  |           zeide: Kind, gedenk, dat gij uw goed ontvangen hebt in uw
5774 Luk  16:25  |              uw goed ontvangen hebt in uw leven, en Lazarus desgelijks
5775 Luk  17:3   |               Wacht uzelven. En indien uw broeder tegen u zondigt,
5776 Luk  17:19  |               hem: Sta op, en ga heen; uw geloof heeft u behouden. ~
5777 Luk  18:20  |            valse getuigenis geven; eer uw vader en uw moeder. ~
5778 Luk  18:20  |      getuigenis geven; eer uw vader en uw moeder. ~
5779 Luk  18:42  |            zeide tot hem: Word ziende; uw geloof heeft u behouden. ~
5780 Luk  19:5   |              af; want Ik moet heden in uw huis blijven. ~
5781 Luk  19:16  |           eerste kwam, en zeide: Heer, uw pond heeft tien ponden daartoe
5782 Luk  19:18  |           tweede kwam, en zeide: Heer, uw pond heeft vijf ponden gewonnen. ~
5783 Luk  19:20  |               zeggende: Heer, zie hier uw pond, hetwelk ik in een
5784 Luk  19:22  |            Maar hij zeide tot hem: Uit uw mond zal ik u oordelen,
5785 Luk  19:39  |              tot Hem: Meester, bestraf Uw discipelen. ~
5786 Luk  19:42  |             bekendet, ook nog in dezen uw dag, hetgeen tot uw vrede
5787 Luk  19:42  |              dezen uw dag, hetgeen tot uw vrede dient! Maar nu is
5788 Luk  19:42  |               nu is het verborgen voor uw ogen. ~
5789 Luk  19:43  |                dagen over u komen, dat uw vijanden een begraving rondom
5790 Luk  19:44  |              den grond nederwerpen, en uw kinderen in u; en zij zullen
5791 Luk  20:43  |                           43 Totdat Ik Uw vijanden zal gezet hebben
5792 Luk  21:14  |                        14 Neemt dan in uw harten voor, van te voren
5793 Luk  21:18  |              18 Doch niet een haar uit uw hoofd zal verloren gaan. ~
5794 Luk  21:19  |                               19 Bezit uw zielen in uw lijdzaamheid. ~
5795 Luk  21:19  |                  19 Bezit uw zielen in uw lijdzaamheid. ~
5796 Luk  21:28  |                zo ziet omhoog, en heft uw hoofden opwaarts, omdat
5797 Luk  21:28  |                hoofden opwaarts, omdat uw verlossing nabij is. ~
5798 Luk  21:34  |               34 En wacht uzelven, dat uw harten niet te eniger tijd
5799 Luk  22:32  |                heb voor u gebeden, dat uw geloof niet ophoude; en
5800 Luk  22:32  |              bekeerd zijn, zo versterk uw broeders. ~
5801 Luk  22:53  |               uitgestoken; maar dit is uw ure, en de macht der duisternis. ~
5802 Luk  23:14  |                 en ziet, ik heb Hem in uw tegenwoordigheid ondervraagd,
5803 Luk  23:28  |            weent over uzelven, en over uw kinderen. ~
5804 Luk  23:42  |              gedenk mijner, als Gij in Uw Koninkrijk zult gekomen
5805 Luk  23:46  |               stemme, zeide: Vader, in Uw handen beveel Ik Mijn geest.
5806 Luk  24:38  |         klimmen zulke overleggingen in uw harten? ~
5807 Joha   2:17 |            geschreven is: De ijver van Uw huis heeft mij verslonden. ~
5808 Joha   4:16 |                tot haar: Ga heen, roep uw man, en kom hier. ~
5809 Joha   4:18 |                en dien gij nu hebt, is uw man niet; dat hebt gij met
5810 Joha   4:35 |            oogst? Ziet, Ik zeg u: Heft uw ogen op en aanschouwt de
5811 Joha   4:50 |                zeide tot hem: Ga heen, uw zoon leeft. En de mens geloofde
5812 Joha   4:51 |                boodschapten, zeggende: Uw kind leeft! ~
5813 Joha   4:53 |              Jezus tot hem gezegd had: Uw zoon leeft. En hij geloofde
5814 Joha   5:8  |            zeide tot hem: Sta op, neem uw beddeken op, en wandel.
5815 Joha   5:11 |             Die heeft mij gezegd: Neem uw beddeken op, en wandel. ~
5816 Joha   5:12 |               Die u gezegd heeft: Neem uw beddeken op, en wandel? ~
5817 Joha   6:49 |                                     49 Uw vaders hebben het Manna
5818 Joha   6:58 |           nedergedaald is; niet gelijk uw vaders het Manna gegeten
5819 Joha   7:3  |               heen in Judea, opdat ook Uw discipelen Uw werken mogen
5820 Joha   7:3  |                opdat ook Uw discipelen Uw werken mogen aanschouwen,
5821 Joha   7:6  |            tijd is nog niet hier, maar uw tijd is altijd bereid. ~
5822 Joha   8:10 |            haar: Vrouw, waar zijn deze uw beschuldigers? Heeft u niemand
5823 Joha   8:13 |               Gij getuigt van Uzelven; Uw getuigenis is niet waarachtig. ~
5824 Joha   8:17 |                     17 En er is ook in uw wet geschreven, dat de getuigenis
5825 Joha   8:19 |                zeiden tot Hem: Waar is Uw Vader? Jezus antwoordde:
5826 Joha   8:21 |             gij zult Mij zoeken, en in uw zonden zult gij sterven;
5827 Joha   8:24 |               u dan gezegd, dat gij in uw zonden zult sterven; want
5828 Joha   8:24 |                Ik Die ben, gij zult in uw zonden sterven. ~
5829 Joha   8:38 |              doet dan ook, wat gij bij uw vader gezien hebt. ~
5830 Joha   8:42 |              zeide tot hen: Indien God uw Vader ware, zo zoudt gij
5831 Joha   8:54 |             eert, Welken gij zegt, dat uw God is. ~
5832 Joha   8:56 |                            56 Abraham, uw vader, heeft met verheuging
5833 Joha   9:17 |                gij van Hem; dewijl Hij uw ogen geopend heeft? En hij
5834 Joha   9:19 |        vraagden hun, zeggende: Is deze uw zoon, welken gij zegt, dat
5835 Joha   9:26 |                u gedaan? Hoe heeft Hij uw ogen geopend? ~
5836 Joha   9:41 |                Wij zien; zo blijft dan uw zonde. ~  ~  ~ 
5837 Joha  10:34 |               Is er niet geschreven in uw wet: Ik heb gezegd, gij
5838 Joha  11:23 |               23 Jezus zeide tot haar: Uw broeder zal wederopstaan. ~
5839 Joha  12:15 |                gij dochter Sions, zie, uw Koning komt, zittende op
5840 Joha  12:28 |                  28 Vader, verheerlijk Uw Naam. Er kwam dan een stem
5841 Joha  13:14 |                de Heere en de Meester, uw voeten gewassen heb, zo
5842 Joha  13:38 |               antwoordde hem: Zult gij uw leven voor Mij zetten? Voorwaar,
5843 Joha  14:1  |                                      1 Uw hart worde niet ontroerd;
5844 Joha  14:27 |              hem geeft, geef Ik hem u. Uw hart worde niet ontroerd
5845 Joha  15:11 |             blijdschap in u blijve, en uw blijdschap vervuld worde. ~
5846 Joha  15:16 |               en vrucht dragen, en dat uw vrucht blijve; opdat, zo
5847 Joha  16:6  |             heb, zo heeft de droefheid uw hart vervuld. ~
5848 Joha  16:20 |               zult bedroefd zijn, maar uw droefheid zal tot blijdschap
5849 Joha  16:22 |              Ik zal u wederom zien, en uw hart zal zich verblijden,
5850 Joha  16:22 |             verblijden, en niemand zal uw blijdschap van u wegnemen. ~
5851 Joha  16:24 |              gij zult ontvangen, opdat uw blijdschap vervuld zij. ~
5852 Joha  17:1  |                is gekomen, verheerlijk Uw Zoon, opdat ook Uw Zoon
5853 Joha  17:1  |         verheerlijk Uw Zoon, opdat ook Uw Zoon U verheerlijke. ~
5854 Joha  17:6  |                               6 Ik heb Uw Naam geopenbaard den mensen,
5855 Joha  17:6  |                gegeven hebt. Zij waren Uw, en Gij hebt Mij dezelve
5856 Joha  17:6  |         dezelve gegeven; en zij hebben Uw woord bewaard. ~
5857 Joha  17:9  |            gegeven hebt, want zij zijn Uw. ~
5858 Joha  17:10 |                  10 En al het Mijne is Uw, en het Uwe is Mijn; en
5859 Joha  17:11 |            Heilige Vader, bewaar ze in Uw Naam, die Gij Mij gegeven
5860 Joha  17:12 |          wereld was, bewaarde Ik ze in Uw Naam. Die Gij Mij gegeven
5861 Joha  17:14 |                          14 Ik heb hun Uw woord gegeven; en de wereld
5862 Joha  17:17 |                        17 Heilig ze in Uw waarheid; Uw woord is de
5863 Joha  17:17 |              Heilig ze in Uw waarheid; Uw woord is de waarheid. ~
5864 Joha  17:26 |                       26 En Ik heb hun Uw Naam bekend gemaakt, en
5865 Joha  18:11 |                zeide tot Petrus: Steek uw zwaard in de schede. Den
5866 Joha  18:31 |              Hem, en oordeelt Hem naar uw wet. De Joden dan zeiden
5867 Joha  18:35 |           antwoordde: Ben ik een Jood? Uw volk en de overpriesters
5868 Joha  19:14 |              zeide tot de Joden: Ziet, uw Koning! ~
5869 Joha  19:15 |          Pilatus zeide tot hen: Zal ik uw Koning kruisigen? De overpriesters
5870 Joha  19:26 |               Zijn moeder: Vrouw, zie, uw zoon. ~
5871 Joha  19:27 |             Hij tot den discipel: Zie, uw moeder. En van die ure aan
5872 Joha  20:17 |              vare op tot Mijn Vader en uw Vader, en tot Mijn God en
5873 Joha  20:17 |              Vader, en tot Mijn God en uw God. ~
5874 Joha  20:27 |            zeide Hij tot Thomas: Breng uw vinger hier, en zie Mijn
5875 Joha  20:27 |              zie Mijn handen, en breng uw hand, en steek ze in Mijn
5876 Joha  21:18 |             geworden zijn, zo zult gij uw handen uitstrekken, en een
5877 Hand   2:14 |               en laat mijn woorden tot uw oren ingaan. ~
5878 Hand   2:17 |                Geest op alle vlees; en uw zonen en uw dochters zullen
5879 Hand   2:17 |             alle vlees; en uw zonen en uw dochters zullen profeteren,
5880 Hand   2:17 |         dochters zullen profeteren, en uw jongelingen zullen gezichten
5881 Hand   2:17 |              zullen gezichten zien, en uw ouden zullen dromen dromen. ~
5882 Hand   2:27 |               niet verlaten, noch zult Uw Heilige over geven, om verderving
5883 Hand   2:28 |          vervullen met verheuging door Uw aangezicht. ~
5884 Hand   2:35 |                           35 Totdat Ik Uw vijanden zal gezet hebben
5885 Hand   2:39 |                komt de belofte toe, en uw kinderen, en allen, die
5886 Hand   3:16 |       volmaakte gezondheid gegeven, in uw aller tegenwoordigheid. ~
5887 Hand   3:17 |            gedaan hebt, gelijk als ook uw oversten. ~
5888 Hand   3:19 |               dan, en bekeert u, opdat uw zonden mogen uitgewist worden;
5889 Hand   3:22 |              vaderen gezegd: De Heere, uw God, zal u een Profeet verwekken,
5890 Hand   3:22 |             een Profeet verwekken, uit uw broederen, gelijk mij; Dien
5891 Hand   3:25 |            zeggende tot Abraham: En in uw zade zullen alle geslachten
5892 Hand   3:26 |              iegelijk van u afkere van uw boosheden. ~  ~  ~ 
5893 Hand   4:25 |                door den mond van David Uw knecht, gezegd hebt: Waarom
5894 Hand   4:27 |          waarheid zijn vergaderd tegen Uw heilig Kind Jezus, Welken
5895 Hand   4:28 |                   28 Om te doen al wat Uw hand en Uw raad te voren
5896 Hand   4:28 |              te doen al wat Uw hand en Uw raad te voren bepaald had,
5897 Hand   4:29 |                hun dreigingen, en geef Uw dienstknechten met alle
5898 Hand   4:29 |                met alle vrijmoedigheid Uw woord te spreken; ~
5899 Hand   4:30 |                     30 Daarin, dat Gij Uw hand uitstrekt tot genezing,
5900 Hand   4:30 |           geschieden door den Naam van Uw heilig Kind Jezus. ~
5901 Hand   5:4  |           Heere? En hij zeide tot hem: Uw gebeden en uw aalmoezen
5902 Hand   5:4  |           zeide tot hem: Uw gebeden en uw aalmoezen zijn tot gedachtenis
5903 Hand   5:31 |            kleed, en zeide: Cornelius! uw gebed is verhoord, en uw
5904 Hand   5:31 |               uw gebed is verhoord, en uw aalmoezen zijn voor God
5905 Hand   6:14 |               zult zalig worden, en al uw huis. ~
5906 Hand   6:38 |             tot hem: Omgord u, en bind uw schoenzolen aan. En hij
5907 Hand   6:38 |                hij zeide tot hem: Werp uw mantel om, en volg mij. ~
5908 Hand   7:35 |           anderen psalm zegt: Gij zult Uw Heilige niet over geven,
5909 Hand   7:41 |               want Ik werk een werk in uw dagen, een werk, hetwelk
5910 Hand   8:10 |               grote stem: Sta recht op uw voeten! En hij sprong op
5911 Hand   9:24 |             woorden ontroerd hebben en uw zielen wankelende gemaakt,
5912 Hand  10:31 |              zult zalig worden, gij en uw huis. ~
5913 Hand  11:23 |           doorgaande, en aanschouwende uw heiligdommen, heb ik ook
5914 Hand  11:28 |             wij; gelijk ook enigen van uw poeten gezegd hebben: Want
5915 Hand  12:6  |         klederen af, en zeide tot hen: Uw bloed zij op uw hoofd; ik
5916 Hand  12:6  |               tot hen: Uw bloed zij op uw hoofd; ik ben rein; en van
5917 Hand  13:37 |             noch kerkrovers zijn, noch uw godin lasteren. ~
5918 Hand  16:16 |                op, en laat u dopen, en uw zonden afwassen, aanroepende
5919 Hand  16:18 |             Jeruzalem; want zij zullen uw getuigenis van Mij niet
5920 Hand  16:20 |                het bloed van Stefanus, Uw getuige, vergoten werd,
5921 Hand  17:35 |                Ik zal u horen, als ook uw beschuldigers hier zullen
5922 Hand  18:3  |             deze volke geschieden door uw voorzichtigheid, machtigste
5923 Hand  18:4  |               bid u, dat gij ons, naar uw bescheidenheid, kortelijk
5924 Hand  18:22 |              ik volle kennis nemen van uw zaken. ~
5925 Hand  20:16 |             Maar richt u op, en sta op uw voeten; want hiertoe ben
5926 Hand  21:34 |              nemen, want dat dient tot uw behouding; want niemand
5927 Rom   1:8   |             Christus over u allen, dat uw geloof verkondigd wordt
5928 Rom   2:5   |                            5 Maar naar uw hardigheid, en onbekeerlijk
5929 Rom   2:25  |         overtreder der wet zijt, zo is uw besnijdenis voorhuid geworden. ~
5930 Rom   3:4   |               gerechtvaardigd wordt in Uw woorden, en overwint, wanneer
5931 Rom   4:18  |           hetgeen gezegd was: Alzo zal uw zaad wezen. ~
5932 Rom   6:12  |                de zonde niet heerse in uw sterfelijk lichaam, om haar
5933 Rom   6:13  |              geworden zijnde, en stelt uw leden Gode tot wapenen der
5934 Rom   6:19  |            vleses wil; want gelijk gij uw leden gesteld hebt, om dienstbaar
5935 Rom   6:19  |         ongerechtigheid, alzo stelt nu uw leden, om dienstbaar te
5936 Rom   6:22  |               gemaakt zijnde, hebt gij uw vrucht tot heiligmaking,
5937 Rom   8:11  |              doden opgewekt heeft, ook uw sterfelijke lichamen levend
5938 Rom  10:6   |             spreekt aldus: Zeg niet in uw hart: Wie zal in den hemel
5939 Rom  10:8   |               Nabij u is het Woord, in uw mond en in uw hart. Dit
5940 Rom  10:8   |                Woord, in uw mond en in uw hart. Dit is het Woord des
5941 Rom  10:9   |               Namelijk, indien gij met uw mond zult belijden den Heere
5942 Rom  10:9   |                den Heere Jezus, en met uw hart geloven, dat God Hem
5943 Rom  11:3   |                    3 Heere! zij hebben Uw profeten gedood, en Uw altaren
5944 Rom  11:3   |          hebben Uw profeten gedood, en Uw altaren omgeworpen; en ik
5945 Rom  11:31  |            geweest, opdat ook zij door uw barmhartigheid zouden barmhartigheid
5946 Rom  12:1   |             ontfermingen Gods, dat gij uw lichamen stelt tot een levende,
5947 Rom  12:1   |     welbehagelijke offerande, welke is uw redelijke godsdienst. ~
5948 Rom  12:20  |                          20 Indien dan uw vijand hongert, zo spijzigt
5949 Rom  13:9   |              namelijk in dit: Gij zult uw naaste liefhebben gelijk
5950 Rom  14:10  |             Maar gij, wat oordeelt gij uw broeder? Of ook gij, wat
5951 Rom  14:10  |               ook gij, wat veracht gij uw broeder? Want wij zullen
5952 Rom  14:15  |                         15 Maar indien uw broeder om der spijze wil
5953 Rom  14:15  |          liefde. Verderf dien niet met uw spijze, voor welken Christus
5954 Rom  14:16  |                             16 Dat dan uw goed niet gelasterd worde. ~
5955 Rom  14:21  |            drinken, noch iets, waaraan uw broeder zich stoot, of geergerd
5956 Rom  15:9   |         belijden onder de heidenen, en Uw Naam lofzingen. ~
5957 Rom  16:19  |                                19 Want uw gehoorzaamheid is tot kennis
5958 Rom  16:20  |              zal den satan haast onder uw voeten verpletteren. De
5959 1Kor   1:26 |                       26 Want gij ziet uw roeping, broeders, dat gij
5960 1Kor   2:5  |                                5 Opdat uw geloof niet zou zijn in
5961 1Kor   5:6  |                                      6 Uw roem is niet goed. Weet
5962 1Kor   6:15 |                  15 Weet gij niet, dat uw lichamen leden van Christus
5963 1Kor   6:20 |                verheerlijkt dan God in uw lichaam en in uw geest,
5964 1Kor   6:20 |                God in uw lichaam en in uw geest, welke Godes zijn. ~  ~  ~ 
5965 1Kor   7:14 |             den man; want anders waren uw kinderen onrein, maar nu
5966 1Kor   7:35 |                   35 En dit zeg ik tot uw eigen voordeel; niet opdat
5967 1Kor   8:9  |                Maar ziet toe, dat deze uw macht niet enigerwijze een
5968 1Kor   8:11 |             broeder, die zwak is, door uw kennis verloren gaan, om
5969 1Kor  14:16 |                vervult, amen zeggen op uw dankzegging, dewijl hij
5970 1Kor  14:34 |                                 34 Dat uw vrouwen in de Gemeenten
5971 1Kor  15:14 |       prediking ijdel, en ijdel is ook uw geloof. ~
5972 1Kor  15:17 |                niet opgewekt is, zo is uw geloof tevergeefs, zo zijt
5973 1Kor  15:17 |         tevergeefs, zo zijt gij nog in uw zonden. ~
5974 1Kor  15:55 |                       55 Dood, waar is uw prikkel? Hel, waar is uw
5975 1Kor  15:55 |               uw prikkel? Hel, waar is uw overwinning? ~
5976 1Kor  15:58 |              Heeren, als die weet, dat uw arbeid niet ijdel is in
5977 1Kor  16:3  |               door brieven, zenden, om uw gave naar Jeruzalem over
5978 1Kor  16:14 |                              14 Dat al uw dingen in de liefde geschieden. ~
5979 2Kor   1:6  |            verdrukt worden, het is tot uw vertroosting en zaligheid,
5980 2Kor   1:6  |           vertroost worden, het is tot uw vertroosting en zaligheid; ~
5981 2Kor   1:14 |               ons erkend hebt, dat wij uw roem zijn, gelijk gij ook
5982 2Kor   1:16 |                             16 En door uw stad naar Macedonie gaan,
5983 2Kor   1:24 |               heerschappij voeren over uw geloof, maar wij zijn medewerkers
5984 2Kor   2:3  |             allen, dat mijn blijdschap uw aller blijdschap is. ~
5985 2Kor   2:9  |               ook geschreven, opdat ik uw beproeving mocht verstaan,
5986 2Kor   4:5  |           Heere; en onszelven, dat wij uw dienaars zijn om Jezus'
5987 2Kor   5:11 |          geworden; doch ik hoop ook in uw gewetens geopenbaard te
5988 2Kor   6:12 |             ons, maar gij zijt nauw in uw ingewanden. ~
5989 2Kor   7:3  |                  3 Ik zeg dit niet tot uw veroordeling; want ik heb
5990 2Kor   7:7  |         geweest, als hij ons verhaalde uw verlangen, uw kermen, uw
5991 2Kor   7:7  |                verhaalde uw verlangen, uw kermen, uw ijver voor mij;
5992 2Kor   7:7  |               uw verlangen, uw kermen, uw ijver voor mij; alzo dat
5993 2Kor   7:13 |                vertroost geworden over uw vertroosting; en zijn nog
5994 2Kor   7:15 |        overvloediger jegens u, als hij uw aller gehoorzaamheid overdenkt,
5995 2Kor   8:7  |               alle naarstigheid, en in uw liefde tot ons, ziet, dat
5996 2Kor   8:14 |             dezen tegenwoordigen tijd, uw overvloed zij om hun gebrek
5997 2Kor   8:14 |               ook hun overvloed zij om uw gebrek te vervullen, opdat
5998 2Kor   9:5  |          zouden komen, en voorbereiden uw te voren aangedienden zegen;
5999 2Kor   9:10 |             spijze, en vermenigvuldige uw gezaaisel, en vermeerdere
6000 2Kor  10:6  |              ongehoorzaamheid, wanneer uw gehoorzaamheid zal vervuld