Book Chapter: Verse
1 Gen 2:22 | 22 En de HEERE God bouwde de ribbe, die Hij van Adam
2 Gen 4:17 | en baarde Henoch; en hij bouwde een stad, en noemde den
3 Gen 8:20 | 20 En Noach bouwde den HEERE een altaar; en
4 Gen 12:7 | Ik dit land geven. Toen bouwde hij aldaar een altaar den
5 Gen 12:8 | tegen het oosten; en hij bouwde aldaar den HEERE een altaar,
6 Gen 13:18 | bij Hebron zijn; en hij bouwde aldaar den HEERE een altaar. ~
7 Gen 21:9 | God gezegd had; en Abraham bouwde aldaar een altaar, en hij
8 Gen 24:25 | 25 Toen bouwde hij daar een altaar, en
9 Gen 30:17 | reisde naar Sukkoth, en bouwde een huis voor zich, en maakte
10 Gen 32:7 | 7 En hij bouwde aldaar een altaar, en noemde
11 Exo 1:11 | met hun lasten; want men bouwde voor Farao schatsteden,
12 Exo 1:21 | vroedvrouwen God vreesden, zo bouwde Hij haar huizen. ~
13 Exo 17:15 | 15 En Mozes bouwde een altaar; en hij noemde
14 Exo 24:4 | morgens vroeg op, en hij bouwde een altaar onder aan den
15 Exo 32:5 | 5 Als Aaron dat zag, zo bouwde hij een altaar voor hetzelve;
16 Exo 33:5 | 5 Als Aaron dat zag, zo bouwde hij een altaar voor hetzelve;
17 Num 23:14 | hoogte van Pisga; en hij bouwde zeven altaren, en hij offerde
18 Joz 8:30 | 30 Toen bouwde Jozua een altaar den HEERE,
19 Joz 19:50 | gebergte van Efraim; en hij bouwde die stad, en woonde in dezelve. ~
20 Ric 1:26 | land der Hethieten, en hij bouwde een stad, en noemde haar
21 Ric 5:24 | 24 Toen bouwde Gideon aldaar den HEERE
22 Ric 20:4 | volk vroeg opmaakte, en bouwde aldaar een altaar; en zij
23 1Sa 7:17 | richtte hij Israel; en hij bouwde aldaar den HEERE een altaar. ~ ~ ~
24 1Sa 14:35 | 35 Toen bouwde Saul den HEERE een altaar;
25 1Sa 14:35 | altaar, dat hij den HEERE bouwde. ~
26 2Sa 5:9 | dien Davids stad. En David bouwde rondom van Millo af en binnenwaarts. ~
27 2Sa 24:25 | 25 En David bouwde aldaar den HEERE een altaar,
28 1Kon 6:1 | hij het huis des HEEREN bouwde. ~
29 1Kon 6:2 | koning Salomo den HEERE bouwde, was van zestig ellen in
30 1Kon 6:5 | aan den wand van het huis bouwde hij kameren, aan de wanden
31 1Kon 6:9 | 9 Alzo bouwde hij het huis, en volmaakte
32 1Kon 6:10| 10 Hij bouwde ook de kameren aan het ganse
33 1Kon 6:14| 14 Alzo bouwde Salomo dat huis en volmaakte
34 1Kon 6:15| 15 Ook bouwde hij de wanden van het huis
35 1Kon 6:16| 16 Daartoe bouwde hij twintig ellen met cederen
36 1Kon 6:16| vloer af tot de wanden; dit bouwde hij Hem van binnen tot een
37 1Kon 6:36| 36 Daarna bouwde hij het binnenste voorhof
38 1Kon 7:1 | 1 Maar aan zijn huis bouwde Salomo dertien jaren, en
39 1Kon 7:2 | 2 Hij bouwde ook het huis des wouds van
40 1Kon 9:17| 17 Alzo bouwde Salomo Gezer, en het lage
41 1Kon 9:24| voor haar gebouwd had; toen bouwde hij Millo. ~
42 1Kon 11:7 | 7 Toen bouwde Salomo een hoogte voor Kamos,
43 1Kon 11:27| den koning ophief. Salomo bouwde Millo, en sloot de breuk
44 1Kon 12:25| 25 Jerobeam nu bouwde Sichem op het gebergte van
45 1Kon 12:25| en toog van daar uit, en bouwde Penuel. ~
46 1Kon 15:17| toog op tegen Juda, en bouwde Rama; opdat hij niemand
47 1Kon 15:22| gebouwd had; en de koning Asa bouwde daarmede Geba-Benjamins,
48 1Kon 16:24| den naam der stad, die hij bouwde, naar den naam van Semer,
49 1Kon 16:34| 34 In zijn dagen bouwde Hiel, de Betheliet, Jericho;
50 1Kon 18:32| 32 En hij bouwde met die stenen het altaar
51 2Kon 15:22| 22 Die bouwde Elath, en bracht haar weder
52 2Kon 16:35| nog op de hoogten; dezelve bouwde de hoge poort aan het huis
53 2Kon 17:11| 11 En Uria, de priester, bouwde een altaar, naar alles,
54 2Kon 18:11| 11 En Uria, de priester, bouwde een altaar, naar alles,
55 2Kon 23:3 | 3 Want hij bouwde de hoogten weder op, die
56 2Kon 23:4 | 4 En hij bouwde altaren in het huis des
57 2Kon 23:5 | 5 Daartoe bouwde hij altaren voor al het
58 1Kro 6:32| des HEEREN te Jeruzalem bouwde; en zij stonden naar hun
59 1Kro 7:24| dochter nu was Seera, die bouwde het lage en het hoge Beth-horon,
60 1Kro 11:8 | 8 En hij bouwde de stad rondom, van Millo
61 1Kro 22:26| 26 Toen bouwde David aldaar den HEERE een
62 2Kro 9:2 | welke Huram hem gegeven had, bouwde, en de kinderen Israels
63 2Kro 9:4 | 4 Hij bouwde ook Thadmor in de woestijn,
64 2Kro 9:4 | de schatsteden, die hij bouwde in Hamath. ~
65 2Kro 9:5 | 5 Ook bouwde hij het hoge Beth-horon
66 2Kro 12:5 | woonde te Jeruzalem; en hij bouwde steden tot vastigheden in
67 2Kro 12:6 | 6 Hij bouwde nu Bethlehem, en Etham,
68 2Kro 15:6 | 6 Daartoe bouwde hij vaste steden in Juda;
69 2Kro 17:1 | Israel, op tegen Juda, en bouwde Rama, opdat hij niemand
70 2Kro 17:6 | Baesa gebouwd had; en hij bouwde daarmede Geba en Mizpa. ~
71 2Kro 18:12| ten hoogste groot; daartoe bouwde hij in Juda burchten en
72 2Kro 26:2 | 2 Dezelve bouwde Eloth, en bracht ze weder
73 2Kro 26:6 | muur van Asdod; daartoe bouwde hij steden in Asdod, en
74 2Kro 26:9 | 9 Daartoe bouwde Uzzia torens te Jeruzalem,
75 2Kro 26:10| 10 Hij bouwde ook torens in de woestijn,
76 2Kro 27:3 | 3Dezelve bouwde de hoge poorten aan het
77 2Kro 27:3 | het huis des HEEREN; hij bouwde ook veel aan den muur van
78 2Kro 27:4 | 4Daartoe bouwde hij steden op het gebergte
79 2Kro 27:4 | van Juda; en in de wouden bouwde hij burchten en torens. ~
80 2Kro 32:5 | versterkte hij zich, en bouwde den gehelen muur op, die
81 2Kro 33:3 | 3 Want hij bouwde de hoogten weder op, die
82 2Kro 33:4 | 4 En bouwde altaren in het huis des
83 2Kro 33:5 | 5 Daartoe bouwde hij altaren voor al het
84 2Kro 33:14| 14 En na dezen bouwde hij den buitenmuur aan de
85 Neh 3:2 | mannen van Jericho; ook bouwde aan zijn hand Zacchur, de
86 Neh 3:14 | het deel Beth-Cherem; hij bouwde ze, en richtte haar deuren
87 Neh 3:15 | het deel van Mizpa; hij bouwde ze, en overdekte ze, en
88 Psa 78:69 | 69 En Hij bouwde Zijn heiligdom als hoogten,
89 Pred 2:4 | maakte mij grote werken, ik bouwde mij huizen, ik plantte mij
90 Pred 9:14| hij omsingelde ze, en hij bouwde grote vastigheden tegen
91 Matt 21:33| een wijnpersbak daarin, en bouwde een toren, en verhuurde
92 Mark 12:1 | groef een wijnpersbak, en bouwde een toren, en verhuurde
93 Luk 6:48 | gelijk een mens, die een huis bouwde, en groef, en verdiepte,
94 Luk 6:49 | gelijk een mens, die een huis bouwde op de aarde zonder fondament;
|