Table of Contents | Words: Alphabetical - Frequency - Inverse - Length - Statistics | Help | IntraText Library
Alphabetical    [«  »]
zilpa 7
ziltige 2
zilver 171
zilveren 89
zilverlingen 22
zilvers 31
zilverschuim 1
Frequency    [«  »]
89 vrees
89 wagenen
89 wolk
89 zilveren
88 antwoordende
88 bevel
88 farizeen

Bijbel

IntraText - Concordances

zilveren

   Book Chapter: Verse
1 Gen 23:53 | En de knecht langde voort zilveren kleinoden, en gouden kleinoden, 2 Gen 40:2 | 2 En mijn beker, den zilveren beker, zult gij leggen in 3 Exo 3:22 | waardin haars huizes, eisen zilveren vaten, en gouden vaten, 4 Exo 11:2 | iedere vrouw van haar naaste zilveren vaten en gouden vaten eise. ~ 5 Exo 12:35 | van de Egyptenaren geeist zilveren vaten, en gouden vaten, 6 Exo 20:23 | zult nevens Mij niet maken zilveren goden, en gouden goden zult 7 Exo 26:19 | 19 Gij zult ook veertig zilveren voeten maken onder de twintig 8 Exo 26:21 | 21 Met hun veertig zilveren voeten; twee voeten onder 9 Exo 26:25 | acht berderen zijn met hun zilveren voeten, zijnde zestien voeten; 10 Exo 26:32 | goud zijn; staande op vier zilveren voeten. ~ 11 Exo 27:17 | voorhofs zullen rondom met zilveren banden bezet zijn; hun haken 12 Exo 36:24 | 24 En hij maakte veertig zilveren voeten onder de twintig 13 Exo 36:26 | 26 Met hun veertig zilveren voeten; twee voeten onder 14 Exo 36:30 | er acht berderen met hun zilveren voeten, zijnde zestien voeten: 15 Exo 36:36 | goud, en hij goot hun vier zilveren voeten. ~ 16 Lev 5:15 | kudde, met uw schatting aan zilveren sikkelen, naar den sikkel 17 Num 7:13 | zijn offerande was: een zilveren schotel, welks gewicht was 18 Num 7:13 | honderd dertig sikkelen; een zilveren sprengbekken van zeventig 19 Num 7:19 | offerde zijn offerande: een zilveren schotel, welks gewicht was 20 Num 7:19 | honderd dertig sikkelen; een zilveren sprengbekken van zeventig 21 Num 7:25 | Zijn offerande was: een zilveren schotel, welks gewicht was 22 Num 7:25 | honderd dertig sikkelen; een zilveren sprengbekken van zeventig 23 Num 7:31 | Zijn offerande was: een zilveren schotel, welks gewicht was 24 Num 7:31 | honderd dertig sikkelen; een zilveren sprengbekken van zeventig 25 Num 7:37 | Zijn offerande was: een zilveren schotel, welks gewicht was 26 Num 7:37 | honderd dertig sikkelen; een zilveren sprengbekken van zeventig 27 Num 7:43 | Zijn offerande was: een zilveren schotel, welks gewicht was 28 Num 7:43 | honderd dertig sikkelen; een zilveren sprengbekken van zeventig 29 Num 7:49 | Zijn offerande was: een zilveren schotel, welks gewicht was 30 Num 7:49 | honderd dertig sikkelen; een zilveren sprengbekken van zeventig 31 Num 7:55 | Zijn offerande was: een zilveren schotel, welks gewicht was 32 Num 7:55 | honderd dertig sikkelen; een zilveren sprengbekken van zeventig 33 Num 7:61 | Zijn offerande was: een zilveren schotel, welks gewicht was 34 Num 7:61 | honderd dertig sikkelen; een zilveren sprengbekken van zeventig 35 Num 7:67 | Zijn offerande was: een zilveren schotel, welks gewicht was 36 Num 7:67 | honderd dertig sikkelen; een zilveren sprengbekken van zeventig 37 Num 7:73 | Zijn offerande was: een zilveren schotel, welks gewicht was 38 Num 7:73 | honderd dertig sikkelen; een zilveren sprengbekken van zeventig 39 Num 7:79 | Zijn offerande was: een zilveren schotel, welks gewicht was 40 Num 7:79 | honderd dertig sikkelen; een zilveren sprengbekken van zeventig 41 Num 7:84 | hetzelve gezalfd werd: twaalf zilveren schotels, twaalf zilveren 42 Num 7:84 | zilveren schotels, twaalf zilveren sprengbekkens, twaalf gouden 43 Num 7:85 | 85 Een zilveren schotel was van honderd 44 Num 10:2 | 2 Maak u twee zilveren trompetten; van dicht werk 45 1Sa 9:8 | hand het vierendeel eens zilveren sikkels; dat zal ik den 46 2Sa 8:10 | en in zijn hand waren zilveren vaten, en gouden vaten, 47 2Sa 24:24 | de runderen voor vijftig zilveren sikkelen. ~ 48 1Kon 10:25| een ieder zijn geschenk, zilveren vaten, en gouden vaten, 49 2Kon 12:13| voor het huis des HEEREN zilveren schalen, gaffelen, sprengbekkens, 50 2Kon 12:13| noch enig gouden vat, of zilveren vat, van het geld, dat ten 51 2Kon 13:13| voor het huis des HEEREN zilveren schalen, gaffelen, sprengbekkens, 52 2Kon 13:13| noch enig gouden vat, of zilveren vat, van het geld, dat ten 53 2Kon 16:20| geven, voor elk man vijftig zilveren sikkels; alzo keerde de 54 1Kro 18:10| Thou), en alle gouden, en zilveren, en koperen vaten; ~ 55 1Kro 19:10| Thou), en alle gouden, en zilveren, en koperen vaten; ~ 56 1Kro 29:14| dienst; ook zilver tot alle zilveren vaten bij gewicht, tot al 57 1Kro 29:15| zijn lampen; ook tot de zilveren kandelaars, naar het gewicht 58 1Kro 29:16| tafel, en het zilver tot de zilveren tafelen; ~ 59 1Kro 29:17| elken beker, desgelijks tot zilveren bekers, tot elken beker 60 1Kro 30:2 | tot gouden, en zilver tot zilveren, en koper tot koperen, ijzer 61 1Kro 30:5 | gouden, en zilver tot de zilveren vaten, en tot alle werk, 62 2Kro 10:24| een ieder zijn geschenk, zilveren vaten, en gouden vaten, 63 2Kro 24:14| rookschalen, en gouden en zilveren vaten; en zij offerden geduriglijk 64 Ezra 1:6 | sterkten hunlieder handen met zilveren vaten, met goud, met have, 65 Ezra 1:9 | gouden bekkens, duizend zilveren bekkens, negen en twintig 66 Ezra 1:10| vierhonderd en tien andere zilveren bekers; andere vaten, duizend. ~ 67 Ezra 6:5 | zal men ook de gouden en zilveren vaten van het huis Gods, 68 Ezra 8:26| talenten zilvers, en honderd zilveren vaten in talenten; aan goud, 69 Neh 5:15 | en wijn, daarna veertig zilveren sikkelen; ook heersten hun 70 Est 1:6 | linnen en purperen banden, in zilveren ringen, en aan marmeren 71 Spre 25:11| is als gouden appelen in zilveren gebeelde schalen. ~ 72 Pred 12:6 | 6      Eer dat het zilveren koord ontketend wordt, en 73 Hoo 1:11 | gouden spangen maken, met zilveren stipjes. ~ 74 Jes 2:20 | dien dag zal de mens zijn zilveren afgoden, en zijn gouden 75 Jes 30:22 | onrein houden het deksel uwer zilveren gesneden beelden, en het 76 Jes 31:7 | verwerpen, een ieder zijn zilveren afgoden en zijn gouden afgoden, 77 Jes 40:19 | het met goud, en giet er zilveren ketenen toe. ~ 78 Jer 32:9 | het geld toe, zeventien zilveren sikkelen. ~ 79 Dan 5:2 | hij, dat men de gouden en zilveren vaten voorbrengen zou, die 80 Dan 5:4 | prezen de gouden, en de zilveren, de koperen, de ijzeren, 81 Matt 26:15| hebben hem toegelegd dertig zilveren penningen. ~ 82 Matt 27:3 | gehad, en heeft de dertig zilveren penningen den overpriesters 83 Matt 27:5 | 5 En als hij de zilveren penningen in den tempel 84 Matt 27:6 | En de overpriesters, de zilveren penningen nemende, zeiden: 85 Matt 27:9 | En zij hebben de dertig zilveren penningen genomen, de waarde 86 Hand 13:19| bevonden vijftig duizend zilveren penningen. ~ 87 Hand 13:24| een zilversmid, die kleine zilveren tempelen van Diana maakte, 88 2Tim 2:20| zijn niet alleen gouden en zilveren vaten, maar ook houten en 89 Open 9:20| duivelen; en de gouden, en zilveren, en koperen, en stenen,


Best viewed with any browser at 800x600 or 768x1024 on Tablet PC
IntraText® (V89) - Some rights reserved by EuloTech SRL - 1996-2007. Content in this page is licensed under a Creative Commons License