Table of Contents | Words: Alphabetical - Frequency - Inverse - Length - Statistics | Help | IntraText Library
Alphabetical    [«  »]
beve 1
beveel 11
beveelt 4
bevel 88
bevele 1
bevelen 40
bevelhebber 2
Frequency    [«  »]
89 wolk
89 zilveren
88 antwoordende
88 bevel
88 farizeen
88 gebood
88 linnen

Bijbel

IntraText - Concordances

bevel

   Book Chapter: Verse
1 Gen 24:5 | en heeft onderhouden Mijn bevel, Mijn geboden, Mijn inzettingen 2 Gen 37:40 | mijn huis zijn, en op uw bevel zal al mijn volk de hand 3 Gen 41:21 | hun wagenen, naar Farao's bevel; ook gaf hij hun teerkost 4 Exo 6:12 | en tot Aaron, en gaf hun bevel aan de kinderen Israels, 5 Exo 17:1 | de woestijn Sin, op het bevel des HEEREN, en zij legerden 6 Lev 18:30 | 30 Daarom zult gij Mijn bevel onderhouden, dat gij niet 7 Lev 22:9 | 9 Zij zullen dan Mijn bevel onderhouden, opdat zij geen 8 Num 3:16 | Mozes telde hen naar het bevel des HEEREN, gelijk hem geboden 9 Num 3:39 | welke Mozes en Aaron, op het bevel des HEEREN, naar hun geslachten, 10 Num 3:51 | aan zijn zonen, naar het bevel des HEEREN, gelijk als de 11 Num 4:27 | dienst, zal zijn naar het bevel van Aaron en van zijn zonen; 12 Num 4:37 | geteld hebben, naar het bevel des HEEREN, door de hand 13 Num 4:41 | en Aaron telden, naar het bevel des HEEREN. ~ 14 Num 4:45 | geteld hebben, naar het bevel des HEEREN, door de hand 15 Num 4:49 | Men telde hen, naar het bevel des HEEREN, door de hand 16 Num 14:41 | overtreedt gij alzo het bevel des HEEREN? Want dat zal 17 Num 22:18 | zo vermocht ik niet het bevel des HEEREN mijns Gods te 18 Num 24:13 | goud gave, zo kan ik het bevel des HEEREN niet overtreden, 19 Num 27:19 | vergadering; en geef hem bevel voor hun ogen; ~ 20 Num 27:23 | handen op hem, en gaf hem bevel; gelijk als de HEERE door 21 Deu 11:1 | allen dage onderhouden Zijn bevel, en Zijn inzettingen, en 22 Deu 31:14 | der samenkomst, dat Ik hem bevel geve. Zo ging Mozes, en 23 1Sa 15:24 | gezondigd, omdat ik des HEEREN bevel en uw woorden overtreden 24 2Sa 17:23 | huis in zijn stad, en gaf bevel aan zijn huis, en verhing 25 2Kon 22:1 | Zo zegt de HEERE: Geef bevel aan uw huis, want gij zult 26 2Kon 25:35| land, om dat geld naar het bevel van Farao te geven; een 27 2Kon 26:3 | geschiedde dit naar het bevel des HEEREN tegen Juda, dat 28 1Kro 23:12| kloekheid en verstand, en geve u bevel over Israel, en dat om te 29 2Kro 24:11| de kist, naar des konings bevel, door de hand der Levieten, 30 2Kro 31:13| zijn broeder; door het bevel van den koning Jehizkia 31 Ezra 4:19| 19 En als van mij bevel gegeven was, hebben zij 32 Ezra 4:21| 21 Geeft dan nu bevel, om diezelve mannen te beletten, 33 Ezra 4:21| opgebouwd worde, totdat van mij bevel zal worden gegeven. ~ 34 Ezra 5:3 | tot hen: Wie heeft ulieden bevel gegeven dit huis te bouwen, 35 Ezra 5:9 | gezegd: Wie heeft ulieden bevel gegeven dit huis te bouwen, 36 Ezra 5:13| Babel, heeft de koning Kores bevel gegeven dit huis Gods te 37 Ezra 5:17| is, of het zij, dat een bevel van den koning Kores gegeven 38 Ezra 6:1 | Toen gaf de koning Darius bevel; en zij zochten in de kanselarij, 39 Ezra 6:3 | gaf de koning Kores dit bevel: Het huis Gods te Jeruzalem, 40 Ezra 6:8 | 8 Ook wordt van mij bevel gegeven, wat gijlieden doen 41 Ezra 6:11| 11 Voorts wordt bevel van mij gegeven, dat al 42 Ezra 6:12| is. Ik, Darius, heb het bevel gegeven, dat het spoediglijk 43 Ezra 6:14| voltrokken het, naar het bevel van den God Israels, en 44 Ezra 6:14| God Israels, en naar het bevel van Kores, en Darius, en 45 Ezra 7:13| 13 Van mij wordt bevel gegeven, dat al wie vrijwillig 46 Ezra 7:21| koning Arthahsasta, wordt bevel gegeven aan alle schatmeesters, 47 Ezra 7:23| 23 Al wat naar het bevel van den God des hemels is, 48 Ezra 8:17| 17 En ik gaf hun bevel aan Iddo, het hoofd in de 49 Neh 7:2 | 2 En ik gaf bevel aan mijn broeder Hanani, 50 Neh 13:9 | 9 Voorts gaf ik bevel, en zij reinigden de kameren; 51 Neh 13:19 | voor den sabbat, dat ik bevel gaf, en de deuren werden 52 Est 1:20 | 20 Als het bevel des konings, hetwelk hij 53 Est 24:1 | Haman spoeden, dat hij het bevel van ~ 54 Est 28:1 | ik morgen doen naar het bevel des konings. ~ 55 Est 54:1 | 32 En het bevel van ~ 56 Job 38:30 | 30 Is het naar uw bevel, dat de arend zich omhoog 57 Psa 71:3 | daarin te gaan; Gij hebt bevel gegeven, om mij te verlossen, 58 Psa 147:15 | 15 Hij zendt Zijn bevel op aarde; Zijn woord loopt 59 Spre 8:29| zette, opdat de wateren Zijn bevel niet zouden overtreden; 60 Jes 10:6 | huichelachtig volk, en Ik zal hem bevel geven tegen het volk Mijner 61 Jes 13:3 | heb aan Mijn geheiligden bevel gegeven; ook heb Ik tot 62 Jes 23:11 | beroerd; de HEERE heeft bevel gegeven tegen Kanaan, om 63 Jes 38:1 | Alzo zegt de HEERE: Geef bevel aan uw huis; want gij      64 Jes 45:11 | werk Mijner handen      bevel geven? ~ 65 Jes 45:12 | uitgebreid, en Ik heb al hun heir bevel gegeven. ~ 66 Jer 14:14 | niet gezonden, noch hun bevel gegeven, noch tot hen gesproken; 67 Jer 34:22 | 22      Ziet, Ik zal bevel geven, spreekt de HEERE, 68 Jer 37:21 | Toen gaf de koning Zedekia bevel; en zij bestelden Jeremia 69 Jer 39:11 | Nebukadrezar, de koning van Babel, bevel gegeven in de hand van Nebuzaradan, 70 Jer 47:7 | heeft toch aan het zwaard bevel gegeven; tegen Askelon en 71 Dan 3:10 | Gij, o koning! hebt een bevel gegeven, dat alle mensen, 72 Dan 3:29 | Daarom wordt van mij een bevel gegeven, dat alle volk, 73 Dan 4:6 | 6      Daarom is er een bevel van mij gesteld, dat men 74 Dan 6:27 | 27      Van mij is een bevel gegeven, dat men in de ganse 75 Amos 6:11| Want ziet, de HEERE geeft bevel, en Hij zal het grote huis 76 Amos 9:9 | Want ziet, Ik geef bevel, en Ik zal het huis Israels 77 Jona 3:7 | men sprak te Nineve, uit bevel des konings en zijner groten, 78 Matt 10:5 | Jezus uitgezonden, en hun bevel gegeven, zeggende: Gij zult 79 Hand 11:15| tot Athene toe; en als zij bevel gekregen hadden aan Silas 80 Hand 19:23| stad waren, werd Paulus op bevel van Festus voor gebracht. ~ 81 Rom 16:26 | profetische Schriften, naar het bevel des eeuwigen Gods, tot gehoorzaamheid 82 1Kor 7:6 | uit toelating, niet uit bevel. ~ 83 1Kor 7:25| maagden nu, heb ik geen bevel des Heeren; maar ik zeg 84 1Tim 1:1 | Jezus Christus, naar het bevel van God, onzen Zaligmaker, 85 2Tim 5:3 | toebetrouwd is, naar het bevel van God, onze Zaligmaker; 86 Tit 1:3 | toebetrouwd is, naar het bevel van God, onze Zaligmaker; 87 Heb 7:5 | priesterdom ontvangen, hebben wel bevel om tienden te nemen van 88 Heb 11:22 | kinderen Israels, en heeft bevel gegeven van zijn gebeente. ~


Best viewed with any browser at 800x600 or 768x1024 on Tablet PC
IntraText® (V89) - Some rights reserved by EuloTech SRL - 1996-2007. Content in this page is licensed under a Creative Commons License