1-500 | 501-1000 | 1001-1500 | 1501-2000 | 2001-2500 | 2501-3000 | 3001-3500 | 3501-4000 | 4001-4500 | 4501-5000 | 5001-5500 | 5501-5967
Book Chapter: Verse
3001 Psa 62:13 | En de goedertierenheid, o Heere! is Uwe; want Gij zult een
3002 Psa 64:11 | zal zich verblijden in den HEERE, en op Hem betrouwen; en
3003 Psa 66:18 | met mijn hart gezien, de Heere zou niet gehoord hebben. ~
3004 Psa 68:5 | rijdt, omdat Zijn Naam is HEERE; en springt op van vreugde
3005 Psa 68:12 | 12 De HEERE gaf te spreken; der boodschappers
3006 Psa 68:17 | Zijn woning; ook zal er de HEERE wonen in eeuwigheid. ~
3007 Psa 68:18 | duizenden verdubbeld. De Heere is onder hen, een Sinai
3008 Psa 68:19 | wederhorigen om bij U te wonen, o HEERE God! ~
3009 Psa 68:20 | 20 Geloofd zij de HEERE; dag bij dag overlaadt Hij
3010 Psa 68:21 | volkomene Zaligheid; en bij den HEERE, den Heere, zijn uitkomsten
3011 Psa 68:21 | Zaligheid; en bij den HEERE, den Heere, zijn uitkomsten tegen den
3012 Psa 68:23 | 23 De Heere heeft gezegd: Ik zal wederbrengen
3013 Psa 68:27 | God in de gemeenten, den Heere, gij, die zijt uit den springader
3014 Psa 68:33 | zingt Gode; psalmzingt den Heere! Sela. ~
3015 Psa 69:7 | worden, die U verwachten, o Heere, HEERE der heirscharen,
3016 Psa 69:7 | die U verwachten, o Heere, HEERE der heirscharen, laat hen
3017 Psa 69:14 | mijn gebed is tot U, o HEERE; er is een tijd des welbehagens,
3018 Psa 69:17 | 17 Verhoor mij, o HEERE, want Uw goedertierenheid
3019 Psa 69:32 | 32 En het zal den HEERE aangenamer zijn dan een
3020 Psa 69:34 | 34 Want de HEERE hoort de nooddruftigen,
3021 Psa 70:2 | om mij te verlossen, o HEERE, tot mijn hulp. ~
3022 Psa 70:6 | Hulp en mijn Bevrijder; HEERE, vertoef niet! ~
3023 Psa 71:1 | 1 Op U, o HEERE! betrouw ik; laat mij niet
3024 Psa 71:5 | Gij zijt mijn Verwachting, Heere, HEERE! mijn Vertrouwen
3025 Psa 71:5 | mijn Verwachting, Heere, HEERE! mijn Vertrouwen van mijn
3026 Psa 72:18 | 18 Geloofd zij de HEERE God, de God Israels, Die
3027 Psa 73:20 | ontwaken! Als Gij opwaakt, o Heere, dan zult Gij hun beeld
3028 Psa 73:28 | zet mijn betrouwen op den Heere HEERE, om al Uw werken te
3029 Psa 73:28 | mijn betrouwen op den Heere HEERE, om al Uw werken te vertellen ~
3030 Psa 74:18 | hieraan; de vijand heeft den HEERE gesmaad, en een dwaas volk
3031 Psa 76:12 | geloften en betaalt ze den HEERE, uw God, gij allen, die
3032 Psa 77:3 | benauwdheid zocht ik den HEERE; mijn hand was des nachts
3033 Psa 77:8 | 8 Zal dan de Heere in eeuwigheden verstoten,
3034 Psa 78:21 | 21 Daarom hoorde de HEERE, en werd verbolgen; en een
3035 Psa 78:65 | 65 Toen ontwaakte de Heere, als een slapende, als een
3036 Psa 79:5 | 5 Hoe lang, HEERE? Zult Gij eeuwiglijk toornen?
3037 Psa 79:12 | smaad, waarmede zij U, o Heere! gesmaad hebben. ~
3038 Psa 80:5 | 5 O HEERE, God der heirscharen! hoe
3039 Psa 80:20 | 20 O HEERE, God der heirscharen! breng
3040 Psa 81:11 | 11 Ik ben de Heere, uw God, Die u heb opgevoerd
3041 Psa 81:16 | 16 Die den HEERE haten, zouden zich Hem geveinsdelijk
3042 Psa 83:17 | vol schande, opdat zij, o HEERE! Uw Naam zoeken. ~
3043 Psa 83:19 | alleen met Uw Naam zijt de HEERE, de Allerhoogste over de
3044 Psa 84:2 | liefelijk zijn Uw woningen, o HEERE der heirscharen! ~
3045 Psa 84:4 | jongen legt, bij Uw altaren, HEERE der heirscharen, mijn Koning,
3046 Psa 84:9 | 9 HEERE, God der heirscharen! hoor
3047 Psa 84:12 | 12 Want God, de HEERE, is een Zon en Schild; de
3048 Psa 84:12 | is een Zon en Schild; de HEERE zal genade en eer geven;
3049 Psa 84:13 | 13 HEERE der heirscharen! welgelukzalig
3050 Psa 85:2 | Uw lande gunstig geweest, HEERE! de gevangenis van Jakob
3051 Psa 85:8 | ons Uw goedertierenheid, o HEERE, en geef ons Uw heil. ~
3052 Psa 85:9 | Ik zal horen, wat God, de HEERE, spreken zal; want Hij zal
3053 Psa 85:13 | 13 Ook zal de HEERE het goede geven; en ons
3054 Psa 86:1 | 1 Een gebed van David. HEERE! neig Uw oor, verhoor mij;
3055 Psa 86:3 | 3 Zijt mij genadig, HEERE! want ik roep tot U den
3056 Psa 86:4 | Uws knechts; want tot U, HEERE! verhef ik mijn ziel. ~
3057 Psa 86:5 | 5 Want Gij, HEERE! zijt goed, en gaarne vergevende,
3058 Psa 86:6 | 6 HEERE! neem mijn gebed ter ore,
3059 Psa 86:8 | goden is niemand U gelijk, Heere! en er zijn geen gelijk
3060 Psa 86:9 | 9 Al de heidenen, Heere! die Gij gemaakt hebt, zullen
3061 Psa 86:11 | 11 Leer mij, HEERE! Uw weg; ik zal in Uw waarheid
3062 Psa 86:12 | 12 Heere, mijn God! ik zal U met
3063 Psa 86:15 | 15 Maar Gij, Heere! zijt een barmhartig en
3064 Psa 86:17 | beschaamd worden, als Gij, HEERE! mij geholpen, en mij getroost
3065 Psa 87:2 | 2De HEERE bemint de poorten van Sion
3066 Psa 87:6 | 6De HEERE zal hen rekenen in het opschrijven
3067 Psa 88:2 | 2 O HEERE, God mijns heils! bij dag,
3068 Psa 88:10 | treurt vanwege verdrukking; HEERE! ik roep tot U den gansen
3069 Psa 88:14 | 14 Maar ik, HEERE! roep tot U, en mijn gebed
3070 Psa 88:15 | 15 HEERE! waarom verstoot Gij mijn
3071 Psa 89:6 | de hemelen Uw wonderen, o HEERE! ook is Uw getrouwheid in
3072 Psa 89:7 | mag in den hemel tegen den HEERE geschat worden? Wie is den
3073 Psa 89:7 | geschat worden? Wie is den HEERE gelijk, onder de kinderen
3074 Psa 89:9 | 9 O HEERE, God der heirscharen! wie
3075 Psa 89:9 | als Gij, grootmachtig, o HEERE! en Uw getrouwheid is rondom
3076 Psa 89:16 | hetwelk het geklank kent; o HEERE! zij zullen in het licht
3077 Psa 89:19 | Want ons schild is van den HEERE, en onze koning is van den
3078 Psa 89:47 | 47 Hoe lang, o HEERE! zult Gij U steeds verbergen,
3079 Psa 89:50 | 50 HEERE! waar zijn Uw vorige goedertierenheden,
3080 Psa 89:51 | 51 Gedenk, HEERE! aan de smaad Uwer knechten,
3081 Psa 89:52 | 52 Waarmede, o HEERE! Uw vijanden smaden, waarmede
3082 Psa 89:53 | 53 Geloofd zij de HEERE in eeuwigheid! Amen, ja,
3083 Psa 90:1 | van Mozes, den man Gods. HEERE! Gij zijt ons geweest een
3084 Psa 90:13 | 13 Keer weder, HEERE! tot hoe lange? en het berouwe
3085 Psa 91:2 | 2 Ik zal tot den HEERE zeggen: Mijn Toevlucht en
3086 Psa 91:9 | 9 Want Gij, HEERE! zijt mijn Toevlucht! De
3087 Psa 92:2 | Het is goed, dat men den HEERE love, en Uw Naam psalmzinge,
3088 Psa 92:5 | Want Gij hebt mij verblijd, HEERE! met Uw daden, ik zal juichen
3089 Psa 92:6 | 6 O HEERE! hoe groot zijn Uw werken!
3090 Psa 92:9 | Allerhoogste in eeuwigheid de HEERE! ~
3091 Psa 92:10 | Want zie, Uw vijanden, o HEERE! want zie, Uw vijanden zullen
3092 Psa 92:16 | Om te verkondigen, dat de HEERE recht is; Hij is mijn Rotssteen,
3093 Psa 93:1 | 1De HEERE regeert, Hij is met hoogheid
3094 Psa 93:1 | met hoogheid bekleed; de HEERE is bekleed met sterkte,
3095 Psa 93:3 | 3De rivieren verheffen, o HEERE! de rivieren verheffen haar
3096 Psa 93:4 | 4Doch de HEERE in de hoogte is geweldiger
3097 Psa 93:5 | heiligheid is Uw huize sierlijk, HEERE! tot lange dagen. ~ ~
3098 Psa 94:1 | 1 O God der wraken! o HEERE, God der wraken! verschijn
3099 Psa 94:3 | zullen de goddelozen, o HEERE! hoe lang zullen de goddelozen
3100 Psa 94:5 | 5 O HEERE! zij verbrijzelen Uw volk,
3101 Psa 94:7 | 7 En zeggen: De HEERE ziet het niet, en de God
3102 Psa 94:11 | 11 De HEERE weet de gedachten des mensen,
3103 Psa 94:12 | Welgelukzalig is de man, o HEERE! dien Gij tuchtigt, en dien
3104 Psa 94:14 | 14 Want de HEERE zal Zijn volk niet begeven,
3105 Psa 94:17 | 17 Ten ware dat de HEERE mij een Hulp geweest ware,
3106 Psa 94:18 | Uw goedertierenheid, o HEERE! ondersteunde mij. ~
3107 Psa 94:22 | 22 Doch de HEERE is mij geweest tot een Hoog
3108 Psa 94:23 | hun boosheid verdelgen; de HEERE, onze God, zal hen verdelgen. ~ ~
3109 Psa 95:1 | 1 Komt, laat ons den HEERE vrolijk zingen; laat ons
3110 Psa 95:3 | 3 Want de HEERE is een groot God; ja, een
3111 Psa 95:6 | laat ons knielen voor den HEERE, Die ons gemaakt heeft. ~
3112 Psa 96:1 | 1 Zingt den HEERE een nieuw lied; zingt de
3113 Psa 96:1 | een nieuw lied; zingt de HEERE, gij ganse aarde! ~
3114 Psa 96:2 | 2 Zingt den HEERE, looft Zijn Naam; boodschapt
3115 Psa 96:4 | 4 Want de HEERE is groot, en zeer te prijzen;
3116 Psa 96:5 | volken zijn afgoden; maar de HEERE heeft de hemelen gemaakt. ~
3117 Psa 96:7 | 7 Geeft den HEERE, gij geslachten der volken!
3118 Psa 96:7 | geslachten der volken! geeft den HEERE eer en sterkte. ~
3119 Psa 96:8 | 8 Geeft den HEERE de eer Zijns Naams; brengt
3120 Psa 96:9 | 9 Aanbidt den HEERE in de heerlijkheid des heiligdoms;
3121 Psa 96:10 | Zegt onder de heidenen: De HEERE regeert; ook zal de wereld
3122 Psa 97:1 | 1 De HEERE regeert, de aarde verheuge
3123 Psa 97:8 | verheugd vanwege Uw oordelen, o HEERE! ~
3124 Psa 97:9 | 9 Want Gij, HEERE! zijt de Allerhoogste over
3125 Psa 97:12 | rechtvaardigen! verblijdt u in den HEERE, en spreekt lof ter gedachtenis
3126 Psa 98:1 | 1Een psalm. Zingt den HEERE een nieuw lied; want Hij
3127 Psa 98:2 | 2De HEERE heeft Zijn heil bekend gemaakt;
3128 Psa 98:4 | 4Juicht den HEERE, gij ganse aarde! roept
3129 Psa 98:5 | 5Psalmzingt den HEERE met de harp, met de harp
3130 Psa 99:1 | 1De HEERE regeert, dat de volken beven;
3131 Psa 99:2 | 2De HEERE is groot in Sion, en Hij
3132 Psa 99:5 | 5Verheft den HEERE, onzen God, en buigt u neder
3133 Psa 99:6 | Naams; zij riepen tot den HEERE, en Hij verhoorde hen. ~
3134 Psa 99:8 | 8O HEERE, onze God! Gij hebt hen
3135 Psa 99:9 | 9Verheft den HEERE, onzen God, en buigt u voor
3136 Psa 99:9 | Zijner heiligheid; want de HEERE, onze God, is heilig. ~ ~ ~
3137 Psa 100:1 | ganse aarde! juicht den HEERE. ~
3138 Psa 100:2 | 2Dient den HEERE met blijdschap, komt voor
3139 Psa 100:3 | 3Weet, dat de HEERE is God; Hij heeft ons gemaakt (
3140 Psa 100:5 | 5Want de HEERE is goed; Zijn goedertierenheid
3141 Psa 101:1 | U zal ik psalmzingen, o HEERE! ~
3142 Psa 102:2 | 2 O HEERE! hoor mijn gebed, en laat
3143 Psa 102:13 | 13 Maar Gij, HEERE! blijft in eeuwigheid, en
3144 Psa 102:17 | 17 Als de HEERE Sion zal opgebouwd hebben,
3145 Psa 102:19 | geschapen zal worden, zal den HEERE loven; ~
3146 Psa 102:20 | nederwaarts gezien; dat de HEERE uit den hemel op de aarde
3147 Psa 102:23 | de koninkrijken, om den HEERE te dienen. ~
3148 Psa 103:1 | psalm van David. Loof den HEERE, mijn ziel, en al wat binnen
3149 Psa 103:2 | 2 Loof den HEERE, mijn ziel, en vergeet geen
3150 Psa 103:6 | 6 De HEERE doet gerechtigheid en gerichten
3151 Psa 103:8 | Barmhartig en genadig is de HEERE, lankmoedig en groot van
3152 Psa 103:13 | kinderen, ontfermt Zich de HEERE over degenen, die Hem vrezen. ~
3153 Psa 103:19 | 19 De HEERE heeft Zijn troon in de hemelen
3154 Psa 103:20 | 20 Looft den HEERE, Zijn engelen! gij krachtige
3155 Psa 103:21 | 21 Looft den HEERE, al Zijn heirscharen! gij
3156 Psa 103:22 | 22 Looft den HEERE, al Zijn werken! aan alle
3157 Psa 103:22 | Zijner heerschappij. Loof den HEERE, mijn ziel! ~ ~
3158 Psa 104:1 | 1 Loof den HEERE, mijn ziel! O HEERE, mijn
3159 Psa 104:1 | den HEERE, mijn ziel! O HEERE, mijn God! Gij zijt zeer
3160 Psa 104:24 | groot zijn Uw werken, o HEERE! Gij hebt ze alle met wijsheid
3161 Psa 104:31 | tot in der eeuwigheid; de HEERE verblijde Zich in Zijn werken. ~
3162 Psa 104:33 | 33 Ik zal den HEERE zingen in mijn leven; ik
3163 Psa 104:34 | zijn; ik zal mij in den HEERE verblijden. ~
3164 Psa 104:35 | niet meer zijn. Loof den HEERE, mijn ziel! Hallelujah! ~ ~
3165 Psa 105:1 | 1 Looft den HEERE, roept Zijn Naam aan, maakt
3166 Psa 105:3 | het hart dergenen, die den HEERE zoeken, verblijde zich. ~
3167 Psa 105:4 | 4 Vraagt naar den HEERE en Zijn sterkte; zoekt Zijn
3168 Psa 105:7 | 7 Hij is de HEERE, onze God; Zijn oordelen
3169 Psa 106:1 | 1 Hallelujah! Looft den HEERE, want Hij is goed, want
3170 Psa 106:4 | 4 Gedenk mijner, o HEERE! naar het welbehagen tot
3171 Psa 106:29 | 29 En zij hebben den HEERE tot toorn verwekt met hun
3172 Psa 106:34 | volken niet verdelgd, die de HEERE hun gezegd had; ~
3173 Psa 106:47 | 47 Verlos ons, HEERE, onze God! en verzamel ons
3174 Psa 106:48 | 48 Geloofd zij de HEERE, de God Israels, van eeuwigheid
3175 Psa 107:1 | 1 Looft den HEERE, want Hij is goed; want
3176 Psa 107:6 | 6 Doch roepende tot den HEERE in de benauwdheid, die zij
3177 Psa 107:8 | 8 Laat hen voor den HEERE Zijn goedertierenheid loven,
3178 Psa 107:13 | 13 Doch roepende tot den HEERE in de benauwdheid, die zij
3179 Psa 107:15 | 15 Laat hen voor den HEERE Zijn goedertierenheid loven,
3180 Psa 107:19 | 19 Doch roepende tot den HEERE in de benauwdheid, die zij
3181 Psa 107:21 | 21 Laat hen voor den HEERE Zijn goedertierenheid loven,
3182 Psa 107:28 | 28 Doch roepende tot den HEERE in de benauwdheid, die zij
3183 Psa 107:31 | 31 Laat hen voor den HEERE Zijn goedertierenheid loven,
3184 Psa 108:4 | loven onder de volken, o HEERE! en ik zal U psalmzingen
3185 Psa 109:14 | vaderen worde gedacht bij den HEERE, en de zonde zijner moeder
3186 Psa 109:15 | Dat zij gedurig voor den HEERE zijn; en Hij roeie hun gedachtenis
3187 Psa 109:20 | mijner tegenstanders van den HEERE, en dergenen, die kwaad
3188 Psa 109:21 | 21 Maar Gij, o HEERE Heere! maak het met mij
3189 Psa 109:21 | 21 Maar Gij, o HEERE Heere! maak het met mij om Uws
3190 Psa 109:26 | 26 Help mij, HEERE, mijn God! verlos mij naar
3191 Psa 109:27 | Uw hand is, dat Gij het, HEERE! gedaan hebt. ~
3192 Psa 109:30 | 30 Ik zal den HEERE met mijn mond zeer loven,
3193 Psa 110:1 | 1Een psalm van David. De HEERE heeft tot mijn Heere gesproken:
3194 Psa 110:1 | De HEERE heeft tot mijn Heere gesproken: Zit aan Mijn
3195 Psa 110:2 | 2De HEERE zal de scepter Uwer sterkte
3196 Psa 110:4 | 4De HEERE heeft gezworen, en het zal
3197 Psa 110:5 | 5De HEERE is aan Uw rechterhand; Hij
3198 Psa 111:1 | Hallelujah! Aleph. Ik zal den HEERE loven van ganser harte;
3199 Psa 111:4 | gedachtenis gemaakt; Cheth. de HEERE is genadig en barmhartig. ~
3200 Psa 112:1 | Welgelukzalig is de man, die den HEERE vreest; Beth. die groten
3201 Psa 112:7 | vast, betrouwende op den HEERE. ~
3202 Psa 113:4 | 4De HEERE is hoog boven alle heidenen,
3203 Psa 113:5 | 5Wie is gelijk de HEERE, onze God? Die zeer hoog
3204 Psa 115:1 | 1 Niet ons, o HEERE! niet ons, maar Uw Naam
3205 Psa 115:9 | Israel! vertrouw gij op den HEERE; Hij is hun Hulp en hun
3206 Psa 115:10 | van Aaron! vertrouw op den HEERE; Hij is hun Hulp en hun
3207 Psa 115:11 | 11 Gijlieden, die den HEERE vreest! vertrouwt op den
3208 Psa 115:11 | vreest! vertrouwt op den HEERE; Hij is hun Hulp en hun
3209 Psa 115:12 | 12 De HEERE is onzer gedachtig geweest,
3210 Psa 115:13 | Hij zal zegenen, die den HEERE vrezen, de kleinen met de
3211 Psa 115:14 | 14 De HEERE zal den zegen over ulieden
3212 Psa 115:15 | 15 Gijlieden zijt den HEERE gezegend, Die den hemel
3213 Psa 115:17 | 17 De doden zullen den HEERE niet prijzen, noch die in
3214 Psa 115:18 | 18 Maar wij zullen den HEERE loven van nu aan tot in
3215 Psa 116:1 | 1 Ik heb lief, want de HEERE hoort mijn stem, mijn smekingen; ~
3216 Psa 116:4 | HEEREN aan, zeggende: Och HEERE! bevrijd mijn ziel. ~
3217 Psa 116:5 | 5 De HEERE is genadig en rechtvaardig,
3218 Psa 116:6 | 6 De HEERE bewaart de eenvoudigen;
3219 Psa 116:7 | weder tot uw rust, want de HEERE heeft aan u welgedaan. ~
3220 Psa 116:8 | 8 Want Gij, HEERE! hebt mijn ziel gered van
3221 Psa 116:12 | 12 Wat zal ik den HEERE vergelden voor al Zijn weldaden
3222 Psa 116:14 | Mijn geloften zal ik den HEERE betalen, nu, in de tegenwoordigheid
3223 Psa 116:16 | 16 Och, HEERE! zekerlijk ik ben Uw knecht,
3224 Psa 116:18 | Mijn geloften zal ik den HEERE betalen, nu, in de tegenwoordigheid
3225 Psa 117:1 | 1Looft den HEERE, alle heidenen; prijst Hem,
3226 Psa 118:1 | 1 Looft den HEERE, want Hij is goed; want
3227 Psa 118:4 | 4 Dat degenen, die den HEERE vrezen, nu zeggen, dat Zijn
3228 Psa 118:5 | de benauwdheid heb ik den HEERE aangeroepen; de HEERE heeft
3229 Psa 118:5 | den HEERE aangeroepen; de HEERE heeft mij verhoord, stellende
3230 Psa 118:6 | 6 De HEERE is bij mij, ik zal niet
3231 Psa 118:7 | 7 De HEERE is bij mij onder degenen,
3232 Psa 118:8 | 8 Het is beter tot den HEERE toevlucht te nemen, dan
3233 Psa 118:9 | 9 Het is beter tot den HEERE toevlucht te nemen, dan
3234 Psa 118:13 | tot vallens toe, maar de HEERE heeft mij geholpen. ~
3235 Psa 118:14 | 14 De HEERE is mijn Sterkte en Psalm,
3236 Psa 118:18 | 18 De HEERE heeft mij wel hard gekastijd;
3237 Psa 118:19 | daardoor ingaan, ik zal den HEERE loven. ~
3238 Psa 118:23 | 23 Dit is van den HEERE geschied, en het is wonderlijk
3239 Psa 118:24 | 24 Dit is de dag, dien de HEERE gemaakt heeft; laat ons
3240 Psa 118:25 | 25 Och HEERE! geef nu heil; och HEERE!
3241 Psa 118:25 | HEERE! geef nu heil; och HEERE! geef nu voorspoed. ~
3242 Psa 118:27 | 27 De HEERE is God, Die ons licht gegeven
3243 Psa 118:29 | 29 Loof den HEERE, want Hij is goed; want
3244 Psa 119:4 | 4 HEERE! Gij hebt geboden, dat men
3245 Psa 119:12 | 12 HEERE! Gij zijt gezegend; leer
3246 Psa 119:31 | aan Uw getuigenissen; o HEERE! beschaam mij niet. ~
3247 Psa 119:33 | 33 He. HEERE! leer mij den weg Uwer inzettingen,
3248 Psa 119:41 | goedertierenheden overkomen, o HEERE! Uw heil, naar Uw toezegging; ~
3249 Psa 119:52 | 52 Ik heb gedacht, o HEERE! aan Uw oordelen van ouds
3250 Psa 119:55 | 55 HEERE! des nachts ben ik Uws Naams
3251 Psa 119:57 | 57 Cheth. De HEERE is mijn deel, ik heb gezegd,
3252 Psa 119:64 | 64 HEERE! de aarde is vol van Uw
3253 Psa 119:65 | bij Uw knecht goed gedaan, HEERE, naar Uw woord. ~
3254 Psa 119:75 | 75 Ik weet, HEERE! dat Uw gerichten de gerechtigheid
3255 Psa 119:89 | 89 Lamed. O HEERE! Uw woord bestaat in der
3256 Psa 119:107 | ben gans zeer verdrukt, HEERE! maak mij levend naar Uw
3257 Psa 119:108 | 108 Laat U toch, o HEERE! welgevallen de vrijwillige
3258 Psa 119:126 | 126 Het is tijd voor den HEERE, dat Hij werke, want zij
3259 Psa 119:137 | 137 Tsade. HEERE! Gij zijt rechtvaardig,
3260 Psa 119:145 | geroepen: verhoor mij, o HEERE! ik zal Uw inzettingen bewaren. ~
3261 Psa 119:149 | naar Uw goedertierenheid, o HEERE! maak mij levend naar Uw
3262 Psa 119:151 | 151 Maar Gij, HEERE! zijt nabij, en al Uw geboden
3263 Psa 119:156 | 156 HEERE! Uw barmhartigheden zijn
3264 Psa 119:159 | ik Uw bevelen lief heb, o HEERE! maak mij levend naar Uw
3265 Psa 119:166 | 166 O HEERE! ik hoop op Uw heil, en
3266 Psa 119:169 | 169 Thau. O HEERE! laat mijn geschrei voor
3267 Psa 119:174 | 174 O HEERE! ik verlang naar Uw heil,
3268 Psa 120:1 | Hammaaloth. Ik heb tot den HEERE geroepen in mijn benauwdheid,
3269 Psa 120:2 | 2O HEERE! red mijn ziel van de valse
3270 Psa 121:2 | 2Mijn hulp is van den HEERE, Die hemel en aarde gemaakt
3271 Psa 121:5 | 5De HEERE is uw Bewaarder, de HEERE
3272 Psa 121:5 | HEERE is uw Bewaarder, de HEERE is uw Schaduw, aan uw rechterhand. ~
3273 Psa 121:7 | 7De HEERE zal u bewaren van alle kwaad;
3274 Psa 121:8 | 8De HEERE zal uw uitgang en uw ingang
3275 Psa 123:2 | alzo zijn onze ogen op den HEERE,onze God, totdat Hij ons
3276 Psa 123:3 | 3Zijt ons genadig, o HEERE! zijt ons genadig, want
3277 Psa 124:1 | van David. Ten ware de HEERE, Die bij ons geweest is,
3278 Psa 124:2 | 2Ten ware de HEERE, Die bij ons geweest is,
3279 Psa 124:6 | 6De HEERE zij geloofd, Die ons in
3280 Psa 125:1 | lied Hammaaloth. Die op den HEERE vertrouwen, zijn als de
3281 Psa 125:2 | zijn bergen; alzo is de HEERE rondom Zijn volk, van nu
3282 Psa 125:5 | kromme wegen, die zal de HEERE weg doen gaan met de werkers
3283 Psa 126:1 | lied Hammaaloth. Als de HEERE de gevangenen Sions wederbracht,
3284 Psa 126:2 | men onder de heidenen: De HEERE heeft grote dingen aan dezen
3285 Psa 126:3 | 3De HEERE heeft grote dingen bij ons
3286 Psa 126:4 | 4O HEERE! wend onze gevangenis, gelijk
3287 Psa 127:1 | Hammaaloth, van Salomo. Zo de HEERE het huis niet bouwt, tevergeefs
3288 Psa 127:1 | bouwlieden daaraan; zo de HEERE de stad niet bewaart,tevergeefs
3289 Psa 128:1 | is een iegelijk, die den HEERE vreest, die in Zijn wegen
3290 Psa 128:4 | gezegend worden, die den HEERE vreest. ~
3291 Psa 128:5 | 5De HEERE zal u zegenen uit Sion,
3292 Psa 129:4 | 4De HEERE, Die rechtvaardig is, heeft
3293 Psa 130:1 | diepten roep ik tot U, o HEERE! ~
3294 Psa 130:3 | 3Zo Gij, HEERE! de ongerechtigheden gadeslaat;
3295 Psa 130:3 | ongerechtigheden gadeslaat; HEERE! wie zal bestaan? ~
3296 Psa 130:5 | 5Ik verwacht den HEERE; mijn ziel verwacht, en
3297 Psa 130:6 | 6Mijn ziel wacht op den HEERE, meer dan de wachters op
3298 Psa 130:7 | 7Israel hope op den HEERE; want bij den HEERE is goedertierenheid,
3299 Psa 130:7 | den HEERE; want bij den HEERE is goedertierenheid, en
3300 Psa 131:1 | Hammaaloth, van David. O HEERE! mijn hart is niet verheven,
3301 Psa 131:3 | 3Israel hope op den HEERE van nu aan tot in der eeuwigheid. ~ ~ ~ ~
3302 Psa 132:1 | 1 Een lied Hammaaloth. O HEERE! gedenk aan David, aan al
3303 Psa 132:2 | 2 Dat hij den HEERE gezworen heeft, den Machtige
3304 Psa 132:5 | 5 Totdat ik voor den HEERE een plaats gevonden zal
3305 Psa 132:8 | 8 Sta op, HEERE! tot Uw rust, Gij en de
3306 Psa 132:11 | 11 De HEERE heeft David de waarheid
3307 Psa 132:13 | 13 Want de HEERE heeft Sion verkoren, Hij
3308 Psa 133:3 | bergen van Sion, want de HEERE gebiedt aldaar den zegen
3309 Psa 134:1 | Hammaaloth. Ziet, looft den HEERE, alle gij knechten des HEEREN!
3310 Psa 134:2 | heiligdom, en looft den HEERE. ~
3311 Psa 134:3 | 3De HEERE zegene u uit Sion, Hij,
3312 Psa 135:3 | 3 Looft den HEERE, want de HEERE is goed;
3313 Psa 135:3 | Looft den HEERE, want de HEERE is goed; psalmzingt Zijn
3314 Psa 135:4 | 4 Want de HEERE heeft Zich Jakob verkoren,
3315 Psa 135:5 | 5 Want ik weet, dat de HEERE groot is, en dat onze Heere
3316 Psa 135:5 | HEERE groot is, en dat onze Heere boven alle goden is. ~
3317 Psa 135:6 | 6 Al wat den HEERE behaagt, doet Hij, in de
3318 Psa 135:13 | 13 O HEERE! Uw Naam is in eeuwigheid;
3319 Psa 135:13 | Uw Naam is in eeuwigheid; HEERE! Uw gedachtenis is van geslacht
3320 Psa 135:14 | 14 Want de HEERE zal Zijn volk richten, en
3321 Psa 135:19 | huis Israels! looft den HEERE; gij huis Aarons! looft
3322 Psa 135:19 | gij huis Aarons! looft den HEERE. ~
3323 Psa 135:20 | huis van Levi! looft den HEERE; gij die den HEERE vreest!
3324 Psa 135:20 | looft den HEERE; gij die den HEERE vreest! looft den HEERE. ~
3325 Psa 135:20 | HEERE vreest! looft den HEERE. ~
3326 Psa 135:21 | 21 Geloofd zij de HEERE uit Sion, Die te Jeruzalem
3327 Psa 136:1 | 1 Looft den HEERE, want Hij is goed; want
3328 Psa 136:3 | 3 Looft den Heere der heren; want Zijn goedertierenheid
3329 Psa 138:4 | koningen der aarde zullen U, o HEERE! loven, wanneer zij gehoord
3330 Psa 138:6 | 6Want de HEERE is hoog, nochtans ziet Hij
3331 Psa 138:8 | 8De HEERE zal het voor mij voleinden;
3332 Psa 138:8 | voleinden; Uw goedertierenheid, HEERE! is in der eeuwigheid; en
3333 Psa 139:1 | voor den opperzangmeester. HEERE! Gij doorgrondt en kent
3334 Psa 139:4 | woord op mijn tong is, zie, HEERE! Gij weet het alles. ~
3335 Psa 139:21 | 21 Zou ik niet haten HEERE! die U haten? en verdriet
3336 Psa 140:2 | 2 Red mij, HEERE! van den kwaden mens; behoed
3337 Psa 140:5 | 5 Bewaar mij, HEERE! van de handen des goddelozen;
3338 Psa 140:7 | 7 Ik heb tot den HEERE gezegd: Gij zijt mijn God;
3339 Psa 140:7 | mijn God; neem ter ore, o HEERE! de stem mijner smekingen. ~
3340 Psa 140:8 | 8 HEERE, Heere, Sterkte mijns heils!
3341 Psa 140:8 | 8 HEERE, Heere, Sterkte mijns heils! Gij
3342 Psa 140:9 | 9 Geef, HEERE! de begeerten des goddelozen
3343 Psa 140:13 | 13 Ik weet, dat de HEERE de rechtzaak des ellendigen,
3344 Psa 141:1 | 1 Een psalm van David. HEERE! ik roep U aan, haast U
3345 Psa 141:3 | 3 HEERE! zet een wacht voor mijn
3346 Psa 141:8 | Doch op U zijn mijn ogen, HEERE, Heere! op U betrouw ik,
3347 Psa 141:8 | U zijn mijn ogen, HEERE, Heere! op U betrouw ik, ontbloot
3348 Psa 142:2 | riep met mijn stem tot den HEERE; ik smeekte tot den HEERE
3349 Psa 142:2 | HEERE; ik smeekte tot den HEERE met mijn stem. ~
3350 Psa 142:6 | 6Tot U riep ik, o HEERE! ik zeide: Gij zijt mijn
3351 Psa 143:1 | 1 Een psalm van David. O HEERE! hoor mijn gebed, neig de
3352 Psa 143:7 | Verhoor mij haastelijk, HEERE! mijn geest bezwijkt; verberg
3353 Psa 143:9 | 9 Red mij, HEERE! van mijn vijanden; bij
3354 Psa 143:11 | 11 O HEERE! maak mij levend, om Uws
3355 Psa 144:1 | van David. Gezegend zij de HEERE, mijn Rotssteen, Die mijn
3356 Psa 144:3 | 3 O HEERE! wat is de mens, dat Gij
3357 Psa 144:5 | 5 Neig Uw hemelen, HEERE! en daal neder; raak de
3358 Psa 144:15 | is het volk, wiens God de HEERE is. ~ ~ ~ ~
3359 Psa 145:3 | 3 Gimel. De HEERE is groot en zeer te prijzen,
3360 Psa 145:8 | Genadig en barmhartig is de HEERE, lankmoedig en groot van
3361 Psa 145:9 | 9 Teth. De HEERE is aan allen goed, en Zijn
3362 Psa 145:10 | 10 Jod. Al Uw werken, HEERE, zullen U loven, en Uw gunstgenoten
3363 Psa 145:14 | 14 Samech. De HEERE ondersteunt allen, die vallen,
3364 Psa 145:17 | 17 Tsade. De HEERE is rechtvaardig in al Zijn
3365 Psa 145:18 | 18 Koph. De HEERE is nabij allen, die Hem
3366 Psa 145:20 | 20 Schin. De HEERE bewaart al degenen, die
3367 Psa 146:1 | O mijn ziel! prijs den HEERE. ~
3368 Psa 146:2 | 2 Ik zal den HEERE prijzen in mijn leven; ik
3369 Psa 146:5 | wiens verwachting op den HEERE, zijn God is; ~
3370 Psa 146:7 | hongerige brood geeft; de HEERE maakt de gevangenen los. ~
3371 Psa 146:8 | 8 De HEERE opent de ogen der blinden;
3372 Psa 146:8 | de ogen der blinden; de HEERE richt de gebogenen op; de
3373 Psa 146:8 | richt de gebogenen op; de HEERE heeft de rechtvaardigen
3374 Psa 146:9 | 9 De HEERE bewaart de vreemdelingen;
3375 Psa 146:10 | 10 De HEERE zal in eeuwigheid regeren;
3376 Psa 147:1 | 1 Looft den HEERE, want onzen God te psalmzingen
3377 Psa 147:2 | 2 De HEERE bouwt Jeruzalem; Hij vergadert
3378 Psa 147:5 | 5 Onze Heere is groot en van veel kracht;
3379 Psa 147:6 | 6 De HEERE houdt de zachtmoedigen staande;
3380 Psa 147:7 | 7 Zingt den HEERE bij beurte met dankzegging;
3381 Psa 147:11 | 11 De HEERE heeft een welgevallen aan
3382 Psa 147:12 | 12 O Jeruzalem! roem den HEERE; o Sion! loof uw God. ~
3383 Psa 148:1 | 1 Hallelujah! Looft den HEERE uit de hemelen; looft Hem
3384 Psa 148:7 | 7 Looft den HEERE, van de aarde; gij walvissen
3385 Psa 149:1 | 1Hallelujah! Zingt den HEERE een nieuw lied; Zijn lof
3386 Psa 149:4 | 4Want de HEERE heeft een welgevallen aan
3387 Psa 150:6 | wat adem heeft, love den HEERE! Hallelujah! ~ ~
3388 Spre 2:6 | 6 Want de HEERE geeft wijsheid; uit Zijn
3389 Spre 3:5 | 5 Vertrouw op den HEERE met uw ganse hart, en steun
3390 Spre 3:7 | wijs in uw ogen; vrees den HEERE, en wijk van het kwade. ~
3391 Spre 3:9 | 9 Vereer den HEERE van uw goed, en van de eerstelingen
3392 Spre 3:12 | 12 Want de HEERE kastijdt dengene, dien Hij
3393 Spre 3:19 | 19 De HEERE heeft de aarde door wijsheid
3394 Spre 3:26 | 26 Want de HEERE zal met uw hoop wezen, en
3395 Spre 3:32 | Want de afwijker is den HEERE een gruwel; maar Zijn verborgenheid
3396 Spre 6:16 | 16 Deze zes haat de HEERE; ja, zeven zijn Zijn ziel
3397 Spre 8:22 | 22 De HEERE bezat Mij in het beginsel
3398 Spre 8:35 | een welgevallen van den HEERE. ~
3399 Spre 10:3 | 3 De HEERE laat de ziel des rechtvaardigen
3400 Spre 11:1 | bedriegelijke weegschaal is den HEERE een gruwel; maar een volkomen
3401 Spre 11:20 | verkeerden van hart zijn den HEERE een gruwel; maar de oprechten
3402 Spre 12:2 | welgevallen trekken van den HEERE; maar een man van schandelijke
3403 Spre 12:22 | Valse lippen zijn den HEERE een gruwel; maar die trouwelijk
3404 Spre 14:2 | oprechtheid wandelt, vreest den HEERE; maar die afwijkt in zijn
3405 Spre 15:8 | offer der goddelozen is den HEERE een gruwel; maar het gebed
3406 Spre 15:9 | weg der goddelozen is den HEERE een gruwel; maar dien, die
3407 Spre 15:11 | het verderf zijn voor den HEERE; hoeveel te meer de harten
3408 Spre 15:25 | huis der hovaardigen zal de HEERE afrukken; maar de landpale
3409 Spre 15:26 | bozen gedachten zijn den HEERE een gruwel; maar der reinen
3410 Spre 15:29 | 29 De HEERE is ver van de goddelozen;
3411 Spre 16:1 | antwoord der tong is van den HEERE. ~
3412 Spre 16:2 | zuiver in zijn ogen; maar de HEERE weegt de geesten. ~
3413 Spre 16:3 | Wentel uw werken op den HEERE, en uw gedachten zullen
3414 Spre 16:4 | 4 De HEERE heeft alles gewrocht om
3415 Spre 16:5 | hoog is van hart, is den HEERE een gruwel; hand aan hand,
3416 Spre 16:7 | Als iemands wegen den HEERE behagen, zo zal Hij ook
3417 Spre 16:9 | overdenkt zijn weg; maar de HEERE stiert zijn gang. ~
3418 Spre 16:20 | goede vinden; en die op den HEERE vertrouwt, is welgelukzalig. ~
3419 Spre 16:33 | beleid daarvan is van den HEERE. ~ ~
3420 Spre 17:3 | oven voor het goud; maar de HEERE proeft de harten. ~
3421 Spre 17:15 | rechtvaardige verdoemt, zijn den HEERE een gruwel, ja, die beiden. ~
3422 Spre 18:22 | welgevallen getrokken van den HEERE. ~
3423 Spre 19:3 | hart zal zich tegen den HEERE vergrammen. ~
3424 Spre 19:14 | verstandige vrouw is van den HEERE. ~
3425 Spre 19:17 | armen ontfermt, leent den HEERE, en Hij zal hem zijn weldaad
3426 Spre 20:10 | weegsteen, tweeerlei efa is den HEERE een gruwel, ja die beide. ~
3427 Spre 20:12 | en een ziend oog heeft de HEERE gemaakt, ja, die beide. ~
3428 Spre 20:22 | vergelden; wacht op den HEERE, en Hij zal u verlossen. ~
3429 Spre 20:23 | Tweeerlei weegsteen is den HEERE een gruwel, en de bedriegelijke
3430 Spre 20:24 | treden des mans zijn van den HEERE; hoe zou dan een mens zijn
3431 Spre 21:2 | recht in zijn ogen; maar de HEERE weegt de harten. ~
3432 Spre 21:3 | recht te doen is bij den HEERE uitgelezener dan offer. ~
3433 Spre 21:30 | er is geen raad tegen den HEERE. ~
3434 Spre 22:2 | armen ontmoeten elkander; de HEERE heeft hen allen gemaakt. ~
3435 Spre 22:14 | diepe gracht; op welken de HEERE vergramd is, zal daarin
3436 Spre 22:19 | Opdat uw vertrouwen op den HEERE zij, maak ik u die heden
3437 Spre 22:23 | 23 Want de HEERE zal hun twistzaak twisten,
3438 Spre 24:18 | 18 Opdat het de HEERE niet zie, en het kwaad zij
3439 Spre 24:21 | Mijn zoon! vrees den HEERE en den koning; vermeng u
3440 Spre 25:22 | zijn hoofd hopen, en de HEERE zal het u vergelden. ~
3441 Spre 28:5 | recht niet; maar die den HEERE zoeken, verstaan alles. ~
3442 Spre 28:25 | gekijf; maar die op den HEERE vertrouwt, zal vet worden. ~
3443 Spre 29:13 | bedrieger ontmoeten elkander; de HEERE verlicht hun beider ogen. ~
3444 Spre 29:25 | een strik; maar die op den HEERE vertrouwt, zal in een hoog
3445 Spre 29:26 | ieders recht is van den HEERE. ~
3446 Spre 30:9 | verloochene, en zegge: Wie is de HEERE? of dat ik, verarmd zijnde,
3447 Spre 31:30 | maar een vrouw, die den HEERE vreest, die zal geprezen
3448 Jes 1:2 | ore, gij aarde! want de HEERE spreekt: Ik heb kinderen
3449 Jes 1:4 | kinderen! Zij hebben den HEERE verlaten, zij hebben den
3450 Jes 1:9 | 9 Zo niet de HEERE der heirscharen ons nog
3451 Jes 1:11 | uwer slachtoffers? zegt de HEERE; Ik ben zat van de brandoffers
3452 Jes 1:18 | ons samen rechten, zegt de HEERE; al waren uw zonden als
3453 Jes 1:24 | 24 Daarom spreekt de Heere, HEERE der heirscharen,
3454 Jes 1:24 | Daarom spreekt de Heere, HEERE der heirscharen, de Machtige
3455 Jes 1:28 | zondaars te zamen; en die den HEERE verlaten, zullen omkomen. ~
3456 Jes 2:11 | nedergebogen worden; en de HEERE alleen zal in dien dag verheven
3457 Jes 2:17 | vernederd worden; en de HEERE alleen zal in die dag verheven
3458 Jes 3:1 | 1 Want ziet, de Heere, HEERE der heirscharen,
3459 Jes 3:1 | Want ziet, de Heere, HEERE der heirscharen, zal van
3460 Jes 3:8 | en handelingen tegen den HEERE zijn, om de ogen Zijner
3461 Jes 3:13 | 13 De HEERE stelt Zich om te pleiten,
3462 Jes 3:14 | 14 De HEERE komt ten gerichte tegen
3463 Jes 3:15 | ellendigen vermaalt? spreekt de Heere, HEERE der heirscharen. ~
3464 Jes 3:15 | vermaalt? spreekt de Heere, HEERE der heirscharen. ~
3465 Jes 3:16 | 16 Verder zegt de HEERE: Daarom dat de dochteren
3466 Jes 3:17 | 17 Zo zal de HEERE den schedel der dochteren
3467 Jes 3:17 | Sion schurftig maken, en de HEERE zal haar schaamte ontbloten. ~
3468 Jes 3:18 | Ten zelfden dage zal de HEERE wegnemen het sieraad der
3469 Jes 4:4 | 4 Als de Heere zal afgewassen hebben den
3470 Jes 4:5 | 5 En de HEERE zal over alle woning van
3471 Jes 5:7 | Want de wijngaard van den HEERE der heirscharen is het huis
3472 Jes 5:9 | Voor mijn oren heeft de HEERE der heirscharen gesproken:
3473 Jes 5:16 | 16 Doch de HEERE der heirscharen zal verhoogd
3474 Jes 6:1 | Uzzia stierf, zo zag ik den Heere, zittende op een hogen en
3475 Jes 6:3 | Heilig, heilig, heilig is de HEERE der heirscharen! De ganse
3476 Jes 6:5 | hebben den Koning, den HEERE der heirscharen gezien. ~
3477 Jes 6:11 | Toen zeide ik: Hoe lang, Heere? En Hij zeide: Totdat de
3478 Jes 6:12 | 12 Want de HEERE zal die mensen verre wegdoen,
3479 Jes 7:3 | 3 En de HEERE zeide tot Jesaja: Ga nu
3480 Jes 7:7 | 7 Alzo zegt de Heere HEERE: Het zal niet bestaan,
3481 Jes 7:7 | Alzo zegt de Heere HEERE: Het zal niet bestaan, en
3482 Jes 7:10 | 10 En de HEERE voer voort te spreken tot
3483 Jes 7:11 | Eis u een teken van den HEERE, uw God; eis beneden in
3484 Jes 7:12 | niet eisen, en ik zal den HEERE niet verzoeken. ~
3485 Jes 7:14 | 14 Daarom zal de Heere Zelf ulieden een teken geven;
3486 Jes 7:17 | 17 Doch de HEERE zal over u, en over uw volk,
3487 Jes 7:18 | dage geschieden, dat de HEERE zal toesissen de vliegen,
3488 Jes 7:20 | Te dien dage zal de Heere door een gehuurd scheermes,
3489 Jes 8:1 | 1 Verder zeide de HEERE tot mij: Neem u een grote
3490 Jes 8:3 | en baarde een zoon; en de HEERE zeide tot mij: Noem zijn
3491 Jes 8:5 | 5 En de HEERE sprak nog verder tot mij,
3492 Jes 8:7 | Daarom ziet, zo zal de Heere over hen doen opkomen die
3493 Jes 8:11 | Want alzo heeft de HEERE tot mij gezegd, met een
3494 Jes 8:13 | 13 Den HEERE der heirscharen, Dien zult
3495 Jes 8:17 | 17 Daarom zal ik den Heere verbeiden, Die Zijn aangezicht
3496 Jes 8:18 | de kinderen, die mij de HEERE gegeven heeft, zijn tot
3497 Jes 8:18 | wonderen in Israel, van den HEERE der heirscharen, Die op
3498 Jes 9:7 | 7 De Heere heeft een woord gezonden
3499 Jes 9:10 | 10 Want de HEERE zal Rezins tegenpartijders
3500 Jes 9:12 | Dien, Die het slaat, en den HEERE der heirscharen zoeken zij
1-500 | 501-1000 | 1001-1500 | 1501-2000 | 2001-2500 | 2501-3000 | 3001-3500 | 3501-4000 | 4001-4500 | 4501-5000 | 5001-5500 | 5501-5967 |