Table of Contents | Words: Alphabetical - Frequency - Inverse - Length - Statistics | Help | IntraText Library
Alphabetical    [«  »]
leveren 11
levert 1
levet 3
levi 82
leviathan 4
leviathans 1
leviet 26
Frequency    [«  »]
82 kent
82 koperen
82 lam
82 levi
82 rechtvaardig
82 verstaan
82 verwoesting

Bijbel

IntraText - Concordances

levi

   Book Chapter: Verse
1 Gen 27:34 | daarom noemde zij zijn naam Levi. ~ 2 Gen 31:25 | zonen van Jakob, Simeon en Levi, broeders van Dina, een 3 Gen 31:30 | Jakob tot Simeon en tot Levi: Gij hebt mij beroerd, mits 4 Gen 32:23 | eerstgeborene, daarna Simeon, en Levi, en Juda, en Issaschar, 5 Gen 42:11 | 11 En de zonen van Levi: Gerson, Kehath en Merari. ~ 6 Gen 45:5 | 5 Simeon en Levi zijn gebroeders! hun handelingen 7 Exo 1:2 | 2 Ruben, Simeon, Levi, en Juda; ~ 8 Exo 2:1 | een man van het huis van Levi ging, en nam een dochter 9 Exo 2:1 | en nam een dochter van Levi. ~ 10 Exo 6:15 | zijn de namen der zonen van Levi, naar hun geboorten: Gerson, 11 Exo 6:15 | de jaren des levens van Levi waren honderd zeven en dertig 12 Exo 6:18 | zijn de huisgezinnen van Levi, naar hun geboorten. ~ 13 Exo 32:26 | tot hem al de zonen van Levi. ~ 14 Exo 32:28 | 28 En de zonen van Levi deden naar het woord van 15 Exo 33:26 | tot hem al de zonen van Levi. ~ 16 Exo 33:28 | 28 En de zonen van Levi deden naar het woord van 17 Num 1:49 | 49 Alleen de stam van Levi zult gij niet tellen, noch 18 Num 3:6 | 6 Doe den stam van Levi naderen, en stel hem voor 19 Num 3:15 | 15 Tel de zonen van Levi naar het huis hunner vaderen, 20 Num 3:17 | Dit nu waren de zonen van Levi met hun namen: Gerson, en 21 Num 3:32 | overste nu der oversten van Levi zal zijn Eleazar, de zoon 22 Num 4:2 | het midden der zonen van Levi, naar hun geslachten, naar 23 Num 16:1 | zoon van Kohath, zoon van Levi, nam tot zich zo Dathan 24 Num 16:7 | voor u, gij, kinderen van Levi! ~ 25 Num 16:8 | toch, gij, kinderen van Levi! ~ 26 Num 16:10 | broederen, de kinderen van Levi, met u, heeft doen naderen; 27 Num 17:3 | schrijven op den staf van Levi; want een staf zal er zijn 28 Num 17:8 | staf, voor het huis van Levi, bloeide; want hij bracht 29 Num 18:3 | schrijven op den staf van Levi; want een staf zal er zijn 30 Num 18:8 | staf, voor het huis van Levi, bloeide; want hij bracht 31 Num 18:15 | broederen, den stam van Levi, den stam uws vaders, met 32 Num 18:34 | zie, aan de kinderen van Levi heb Ik alle tienden in Israel 33 Num 19:2 | broederen, den stam van Levi, den stam uws vaders, met 34 Num 19:21 | zie, aan de kinderen van Levi heb Ik alle tienden in Israel 35 Num 26:57 | zijn nu de getelden van Levi, naar hun geslachten: van 36 Num 26:58 | Dit zijn de geslachten van Levi: het geslacht der Libnieten, 37 Num 26:59 | Jochebed, de dochter van Levi, welke de huisvrouw van 38 Num 26:59 | welke de huisvrouw van Levi baarde in Egypte; en deze 39 Deu 10:8 | scheidde de HEERE den stam Levi uit, om de ark des verbonds 40 Deu 10:9 | 9 Daarom heeft Levi geen deel noch erve met 41 Deu 18:1 | priesteren, de ganse stam van Levi, zullen geen deel noch erve 42 Deu 21:5 | priesters, de kinderen van Levi, toetreden; want de HEERE, 43 Deu 27:12 | gegaan zult zijn: Simeon, en Levi, en Juda, en Issaschar, 44 Deu 31:9 | priesteren, de zonen van Levi, die de ark des verbonds 45 Deu 33:8 | 8 En van Levi zeide hij: Uw Thummim en 46 Joz 13:14 | Alleenlijk gaf hij den stam Levi geen erfenis. De vuurofferen 47 Joz 13:33 | 33 Maar aan den stam van Levi gaf Mozes geen erfdeel; 48 Joz 21:10 | Kahathieten, uit de kinderen van Levi; want het eerste lot was 49 1Kon 12:31| niet waren uit de zonen van Levi. ~ 50 1Kro 2:1 | van Israel: Ruben, Simeon, Levi en Juda, Issaschar en Zebulon, ~ 51 1Kro 6:1 | 1 De kinderen van Levi waren Gerson, Kahath en 52 1Kro 6:16| zijn dan de kinderen van Levi: Gerson, Kahath en Merari. 53 1Kro 6:38| van Kahath, den zoon van Levi, den zoon van Israel. ~ 54 1Kro 6:43| van Gerson, den zoon van Levi. ~ 55 1Kro 6:47| van Merari, den zoon van Levi. ~ 56 1Kro 9:18| legers der kinderen van Levi. ~ 57 1Kro 12:26| 26 Van de kinderen van Levi, vier duizend en zeshonderd; ~ 58 1Kro 22:6 | 6 Doch Levi en Benjamin telde hij onder 59 1Kro 24:6 | verdelingen, naar de kinderen van Levi, Gerson, Kehath en Merari. ~ 60 1Kro 24:14| genoemd onder den stam van Levi. ~ 61 1Kro 24:24| Dit zijn de kinderen van Levi, naar het huis hunner vaderen, 62 1Kro 24:27| David werden de kinderen van Levi geteld, van twintig jaren 63 1Kro 25:20| de overige kinderen van Levi nu, was van de kinderen 64 Ezra 8:15| geen van de kinderen van Levi. ~ 65 Ezra 8:18| van Mahli, den zoon van Levi, den zoon van Israel; namelijk 66 Neh 10:39 | Israels en de kinderen van Levi moeten hefoffer van koren, 67 Neh 12:23 | 23 De kinderen van Levi, de hoofden der vaderen, 68 Psa 135:20 | 20 Gij huis van Levi! looft den HEERE; gij die 69 Eze 40:46 | uit de kinderen      van Levi tot den HEERE naderen, om 70 Eze 48:31 | van Juda, een poort van Levi. ~ 71 Zac 12:13 | geslacht van het huis van Levi bijzonder, en hun vrouwen 72 Mal 2:4 | opdat Mijn verbond met Levi zij, zegt de HEERE der heirscharen. ~ 73 Mal 2:8 | gij hebt het verbond met Levi verdorven, zegt de HEERE 74 Mal 3:3 | Hij zal de kinderen van Levi reinigen, en Hij zal ze 75 Mark 2:14| En voorbijgaande zag Hij Levi, den zoon van Alfeus, zitten 76 Luk 3:24 | van Matthat, den zoon van Levi, den zoon van Melchi, den 77 Luk 3:29 | van Matthat, den zoon van Levi, ~ 78 Luk 5:27 | een tollenaar, met name Levi, zitten in het tolhuis, 79 Luk 5:29 | 29 En Levi richtte Hem een groten maaltijd 80 Heb 7:5 | die uit de kinderen van Levi het priesterdom ontvangen, 81 Heb 7:9 | En, om zo te spreken, ook Levi, die tienden neemt, heeft 82 Open 7:7 | verzegeld; uit het geslacht van Levi waren twaalf duizend verzegeld;


Best viewed with any browser at 800x600 or 768x1024 on Tablet PC
IntraText® (V89) - Some rights reserved by EuloTech SRL - 1996-2007. Content in this page is licensed under a Creative Commons License