Book Chapter: Verse
1 Gen 24:1 | was honger in dat land, behalve den eerste honger, die in
2 Gen 36:6 | van geen ding kennis had, behalve van het brood, dat hij at.
3 Gen 43:26 | vijfde deel zou hebben; behalve dat alleen het land der
4 Exo 12:37 | te voet, mannen alleen, behalve de kinderkens. ~
5 Exo 22:20 | 20 Wie de goden offert, behalve den HEERE alleen, die zal
6 Lev 9:17 | stak het aan op het altaar, behalve het morgenbrandoffer. ~
7 Lev 21:2 | 2 Behalve over zijn bloedvriend, die
8 Lev 22:69 | 38 Behalve de sabbatten des HEEREN,
9 Lev 22:69 | sabbatten des HEEREN, en behalve uw gaven, en behalve al
10 Lev 22:69 | en behalve uw gaven, en behalve al uw geloften, en behalve
11 Lev 22:69 | behalve al uw geloften, en behalve al uw vrijwillige offeren,
12 Num 5:8 | wordt, des priesters zijn; behalve den ram der verzoening,
13 Num 5:20 | man bij u gelegen heeft, behalve uw man: ~
14 Num 6:21 | Nazireerschap zal beloofd hebben, behalve wat zijn hand bekomen zal;
15 Num 11:6 | dor, er is niet met al, behalve dit Man voor onze ogen! ~
16 Num 13:28 | 28 Behalve dat het een sterk volk is,
17 Num 14:30 | u daarin zou doen wonen, behalve Kaleb, de zoon van Jefunne,
18 Num 16:49 | duizend en zevenhonderd, behalve die gestorven waren om de
19 Num 28:23 | 23 Behalve het morgenbrandoffer, hetwelk
20 Num 28:31 | 31 Behalve het gedurig brandoffer,
21 Num 29:6 | 6 Behalve het brandoffer der maand,
22 Num 29:11 | geitenbok ten zondoffer, behalve het zondoffer der verzoeningen,
23 Num 29:16 | geitenbok ten zondoffer; behalve het gedurig brandoffer,
24 Num 29:19 | geitenbok ten zondoffer; behalve het gedurig brandoffer,
25 Num 29:22 | En een bok ten zondoffer; behalve het gedurig brandoffer,
26 Num 29:25 | geitenbok ten zondoffer; behalve het gedurig brandoffer,
27 Num 29:28 | En een bok ten zondoffer; behalve het gedurig brandoffer,
28 Num 29:31 | En een bok ten zondoffer; behalve het gedurig brandoffer,
29 Num 29:34 | En een bok ten zondoffer; behalve het gedurig brandoffer,
30 Num 29:38 | En een bok ten zondoffer; behalve het gedurig brandoffer,
31 Num 29:39 | op uw gezette hoogtijden; behalve uw geloften, en uw vrijwillige
32 Num 31:65 | 12 Behalve Kaleb, de zoon van Jefunne,
33 Deu 1:36 | 36 Behalve Kaleb, de zoon van Jefunne;
34 Deu 2:37 | 37 Behalve tot het land van de kinderen
35 Deu 3:5 | poorten en grendelen gesterkt, behalve zeer vele onbemuurde steden. ~
36 Deu 3:19 | 19 Behalve uw vrouwen, en uw kinderkens,
37 Deu 4:12 | gij zaagt geen gelijkenis, behalve de stem. ~
38 Deu 20:14 | 14 Behalve de vrouwen, en de kinderkens,
39 Joz 8:2 | haar koning gedaan hebt; behalve dat gij haar roof en haar
40 Joz 11:13 | op haar heuvelen stonden, behalve Hazor alleen; dat verbrandde
41 Joz 11:19 | met de kinderen Israels, behalve de Hevieten, inwoners van
42 Joz 17:5 | vielen tien snoeren toe, behalve het land Gilead en Bazan,
43 Joz 23:19 | altaar voor u bouwende, behalve het altaar van den HEERE,
44 Joz 23:29 | spijsoffer, of ten slachtoffer, behalve het altaar van den HEERE,
45 Ric 4:9 | zekerlijk met u trekken, behalve dat de eer de uwe niet zal
46 Ric 19:15 | die het zwaard uittrokken, behalve dat de inwoners van Gibea
47 Ric 19:17 | van Israel werden geteld, behalve Benjamin, vierhonderd duizend
48 Rut 4:4 | wete; want er is niemand, behalve gij, die het losse, en ik
49 1Sa 30:17 | ontkwam niet een man van hen, behalve vierhonderd jonge mannen,
50 2Sa 22:32 | 32 Want wie is God, behalve de HEERE, en wie is een
51 2Sa 22:32 | en wie is een rotssteen, behalve onze God? ~
52 1Kon 3:18| was met ons in dat huis, behalve ons tweeen in het huis. ~
53 1Kon 5:16| 16 Behalve de oversten van Salomo's
54 1Kon 10:13| behagen, wat zij begeerde; behalve dat hij haar gaf naar het
55 1Kon 10:15| 15 Behalve dat van de kramers was,
56 2Kon 19:18| aangezicht; er bleef niets over, behalve de stam van Juda alleen. ~
57 2Kon 23:16| het andere vervuld had; behalve zijn zonde, die hij Juda
58 1Kro 3:9 | allen zijn zonen van David, behalve de kinderen der bijwijven,
59 1Kro 17:20| gelijk Gij, en er is geen God behalve Gij, naar alles, wat wij
60 1Kro 30:3 | mijns Gods daarenboven, behalve al wat ik ten huize des
61 2Kro 10:12| behagen, wat zij begeerde, behalve hetgeen zij tot den koning
62 2Kro 10:14| 14 Behalve dat zij van de kramers en
63 2Kro 18:19| den dienst des konings; behalve degenen, die de koning in
64 2Kro 27:2 | vader Uzzia gedaan had, behalve dat hij in den tempel des
65 Ezra 1:6 | en met kostelijkheden; behalve alles, wat vrijwillig gegeven
66 Ezra 2:65| 65 Behalve hun knechten en hun maagden,
67 Neh 7:67 | 67 Behalve hun knechten en hun maagden,
68 Job 34:32 | 32 Behalve wat ik zie, leer Gij mij;
69 Psa 18:32 | 32 Want wie is God, behalve de HEERE? En wie is een
70 Jes 26:13 | onze God! andere heren, behalve Gij, hebben over ons geheerst;
71 Jes 43:11 | HEERE, en er is geen Heiland behalve Mij. ~
72 Jes 44:6 | en Ik ben de Laatste, en behalve Mij is er geen God. ~
73 Jes 44:8 | getuigen: is er ook een God behalve Mij? Immers, er is geen
74 Jes 45:21 | er is geen God meer behalve Mij, een rechtvaardig God,
75 Jes 65:4 | geen oog heeft het gezien, behalve Gij, o God! wat Hij doen
76 Jer 44:14 | zullen er niet wederkeren, behalve die ontkomen zullen. ~
77 Dan 6:8 | van enigen god of mens, behalve van u, o koning! die zal
78 Dan 6:13 | iets verzoeken zou, behalve van u, o koning! in den
79 Dan 11:18 | tegen hem doen ophouden, behalve dat hij zijn smaad op hem
80 Amos 9:8 | den aardbodem verdelge; behalve dat Ik het huis Jakobs niet
|