Table of Contents | Words: Alphabetical - Frequency - Inverse - Length - Statistics | Help | IntraText Library
Alphabetical    [«  »]
46 101
47 91
48 83
49 77
4aanschouw 1
4al 1
4alle 1
Frequency    [«  »]
78 koren
78 staf
78 waart
77 49
77 bestaan
77 brandofferen
77 dengene

Bijbel

IntraText - Concordances

49

   Book Chapter: Verse
1 Gen 23:49 | 49 Nu dan, zo gijlieden weldadigheid 2 Gen 28:49 | 49 En Mizpa; omdat hij zeide: 3 Gen 37:49 | 49 Alzo bracht Jozef zeer veel 4 Gen 45 | 49 ~ 5 Exo 12:49 | 49 Enerlei wet zij voor de 6 Lev 13:49 | 49 En die plaag aan het kleed, 7 Lev 14:49 | 49 Daarna zal hij, om dat huis 8 Lev 24:49 | 49 Of zijn oom, of de zoon 9 Num 1:49 | 49 Alleen de stam van Levi 10 Num 3:49 | 49 Toen nam Mozes dat losgeld 11 Num 4:49 | 49 Men telde hen, naar het 12 Num 7:49 | 49 Zijn offerande was: een 13 Num 16:49 | 49 Die nu aan die plaag gestorven 14 Num 26:49 | 49 Van Jezer het geslacht der 15 Num 31:49 | 49 En zij zeiden tot Mozes: 16 Num 32:49 | 49 En zij legerden zich aan 17 Deu 4:49 | 49 En al het vlakke veld, aan 18 Deu 28:49 | 49 De HEERE zal tegen u een 19 Deu 32:49 | 49 Klim op den berg Abarim ( 20 Joz 15:49 | 49 En Danna, en Kirjath-Sanna, 21 Joz 19:49 | 49 Toen zij nu geeindigd hadden 22 Ric 8:49 | 49 Zo hieuw ook al het volk 23 1Sa 14:49 | 49 De zonen van Saul nu waren: 24 1Sa 17:49 | 49 En David stak zijn hand 25 2Sa 22:49 | 49 En Die mij uitvoert van 26 1Kon 1:49| 49 Toen verschrikten en stonden 27 1Kon 7:49| 49 En de kandelaren, vijf aan 28 1Kon 8:49| 49 Hoor dan in den hemel, de 29 1Kon 22:49| 49 En Josafat maakte schepen 30 1Kro 1:49| 49 En Saul stierf, en Baal-Hanan, 31 1Kro 2:49| 49 En de huisvrouw van Saaf, 32 1Kro 6:49| 49 Aaron nu en zijn zonen rookten 33 Ezra 2:49| 49 De kinderen van Uza, de 34 Neh 7:49 | 49 De kinderen van Hanan, de 35 Psa 18:49 | 49 Die mij uithelpt van mijn 36 Psa 49 | 49 ~ 37 Psa 78:49 | 49 Hij zond onder hen de hittigheid 38 Psa 89:49 | 49 Wat man leeft er, die den 39 Psa 119:49 | 49  Zain. Gedenk des woords, 40 Jes 49 | 49 ~ 41 Jer 49 | 49 ~ 42 Jer 51:49 | 49      Gelijk Babel geweest 43 Klaa 1:93| 49      Ain. Mijn oog vliet, 44 Eze 16:49 | 49      Ziet, dit was de ongerechtigheid 45 Eze 20:49 | 49      En ik zeide: Ach, Heere 46 Eze 23:49 | 49      Alzo zullen zij uw 47 Eze 40:49 | 49      De lengte van het voorhuis 48 Dan 2:49 | 49      Toen verzocht Daniel 49 Matt 12:49| 49 En Zijn hand uitstrekkende 50 Matt 13:49| 49 Alzo zal het in de voleinding 51 Matt 24:49| 49 En zou beginnen zijn mededienstknechten 52 Matt 26:49| 49 En terstond komende tot 53 Matt 27:49| 49 Doch de anderen zeiden: 54 Mark 6:49| 49 En zij, ziende Hem wandelen 55 Mark 9:49| 49 Want een ieder zal met vuur 56 Mark 10:49| 49 En Jezus, stil staande, 57 Mark 14:49| 49 Dagelijks was Ik bij ulieden 58 Luk 1:49 | 49 Want grote dingen heeft 59 Luk 2:49 | 49 En Hij zeide tot hen: Wat 60 Luk 6:49 | 49 Maar die ze gehoord, en 61 Luk 7:49 | 49 En die mede aanzaten, begonnen 62 Luk 8:49 | 49 Als Hij nog sprak, kwam 63 Luk 9:49 | 49 En Johannes antwoordde en 64 Luk 11:49 | 49 Waarom ook de wijsheid Gods 65 Luk 12:49 | 49 Ik ben gekomen, om vuur 66 Luk 22:49 | 49 En die bij Hem waren, ziende, 67 Luk 23:49 | 49 En al Zijn bekenden stonden 68 Luk 24:49 | 49 En ziet, Ik zende de belofte 69 Joha 1:49| 49 Nathanael zeide tot Hem: 70 Joha 4:49| 49 De koninklijke hoveling 71 Joha 6:49| 49 Uw vaders hebben het Manna 72 Joha 7:49| 49 Maar deze schare, die de 73 Joha 8:49| 49 Jezus antwoordde: Ik heb 74 Joha 11:49| 49 En een uit hen, namelijk 75 Joha 12:49| 49 Want Ik heb uit Mijzelven 76 Hand 7:49| 49 En het Woord des Heeren 77 1Kor 15:49| 49 En gelijkerwijs wij het


Best viewed with any browser at 800x600 or 768x1024 on Tablet PC
IntraText® (V89) - Some rights reserved by EuloTech SRL - 1996-2007. Content in this page is licensed under a Creative Commons License