Book Chapter: Verse
1 Num 23:7 | spreuk op, en zeide: Uit Syrie heeft mij Balak, de koning
2 Ric 3:10 | Rischataim, den koning van Syrie, in zijn hand, dat zijn
3 Ric 9:6 | Astharoth, en de goden van Syrie, en de goden van Sidon,
4 2Sa 8:6 | David legde bezettingen in Syrie van Damaskus, en de Syriers
5 2Sa 8:12 | 12 Van Syrie, en van Moab, en van de
6 2Sa 15:8 | beloofd, als ik te Gesur in Syrie woonde, zeggende: Indien
7 1Kon 10:29| en voor de koningen van Syrie.
8 1Kon 11:25| Israel, en hij regeerde over Syrie. ~
9 1Kon 15:18| van Hezion, den koning van Syrie, die te Damaskus woonde,
10 1Kon 19:15| zalf Hazael ten koning over Syrie. ~
11 1Kon 20:1 | Benhadad, de koning van Syrie, vergaderde al zijn macht;
12 1Kon 20:20| Benhadad, de koning van Syrie, ontkwam op een paard, met
13 1Kon 20:22| jaars zal de koning van Syrie tegen u optrekken. ~
14 1Kon 20:23| knechten van den koning van Syrie hadden tot hem gezegd: Hun
15 1Kon 22:1 | er geen krijg was tussen Syrie en tussen Israel. ~
16 1Kon 22:3 | hand van den koning van Syrie. ~
17 1Kon 22:31| 31 De koning nu van Syrie had geboden aan de oversten
18 2Kon 5:1 | krijgsoverste van den koning van Syrie, was een groot man voor
19 2Kon 5:2 | 2 En er waren benden uit Syrie getogen, en hadden een kleine
20 2Kon 5:5 | Toen zeide de koning van Syrie: Ga heen, kom, en ik zal
21 2Kon 6:8 | 8 En de koning van Syrie voerde krijg tegen Israel,
22 2Kon 6:11| het hart des konings van Syrie onstuimig over dezen handel;
23 2Kon 6:24| Benhadad, de koning van Syrie, zijn gehele leger verzamelde,
24 2Kon 8:7 | Benhadad, de koning van Syrie, krank was; en men boodschapte
25 2Kon 8:9 | Benhadad, de koning van Syrie, heeft mij tot u gezonden,
26 2Kon 8:13| gij koning zijn zult over Syrie. ~
27 2Kon 8:28| tegen Hazael, den koning van Syrie; en de Syriers sloegen Joram. ~
28 2Kon 8:29| tegen Hazael den koning van Syrie; en Ahazia, de zoon van
29 2Kon 9:14| van Hazael, den koning van Syrie; ~
30 2Kon 9:15| tegen Hazael, den koning van Syrie.) En Jehu zeide: Zo het
31 2Kon 12:17| trok Hazael, de koning van Syrie op, en krijgde tegen Gath,
32 2Kon 12:18| tot Hazael, den koning van Syrie; toen trok hij op van Jeruzalem. ~
33 2Kon 13:17| trok Hazael, de koning van Syrie op, en krijgde tegen Gath,
34 2Kon 13:18| tot Hazael, den koning van Syrie; toen trok hij op van Jeruzalem. ~
35 2Kon 14:3 | van Hazael, den koning van Syrie, en in de hand van Benhadad,
36 2Kon 14:4 | Israel, dat de koning van Syrie hen verdrukte. ~
37 2Kon 14:7 | voetvolks; want de koning van Syrie had hen omgebracht, en had
38 2Kon 14:22| Hazael nu, de koning van Syrie, verdrukte Israel, al de
39 2Kon 14:24| En Hazael, de koning van Syrie, stierf, en zijn zoon Benhadad
40 2Kon 16:37| zenden Rezin, den koning van Syrie, en Pekah, den zoon van
41 2Kon 17:5 | toog Rezin, de koning van Syrie, op, met Pekah, den zoon
42 2Kon 17:6 | bracht Rezin, de koning van Syrie, Elath weder aan Syrie,
43 2Kon 17:6 | van Syrie, Elath weder aan Syrie, en wierp de Joden uit Elath;
44 2Kon 17:7 | hand van den koning van Syrie, en uit de hand van den
45 2Kon 18:5 | toog Rezin, de koning van Syrie, op, met Pekah, den zoon
46 2Kon 18:6 | bracht Rezin, de koning van Syrie, Elath weder aan Syrie,
47 2Kon 18:6 | van Syrie, Elath weder aan Syrie, en wierp de Joden uit Elath;
48 2Kon 18:7 | hand van den koning van Syrie, en uit de hand van den
49 1Kro 18:6 | David legde bezetting in Syrie van Damaskus, alzo dat de
50 1Kro 19:6 | David legde bezetting in Syrie van Damaskus, alzo dat de
51 2Kro 1:17| en voor de koningen van Syrie. ~ ~
52 2Kro 17:2 | Benhadad, den koning van Syrie, die te Damaskus woonde,
53 2Kro 17:7 | gesteund hebt op den koning van Syrie, en niet gesteund hebt op
54 2Kro 17:7 | het heir des konings van Syrie uit uw hand ontkomen. ~
55 2Kro 19:30| 30 De koning nu van Syrie had geboden aan de oversten
56 2Kro 21:2 | gene zijde der zee, uit Syrie, en zie, zij zijn te Hazezon-Thamar,
57 2Kro 23:5 | tegen Hazael, den koning van Syrie, bij Ramoth in Gilead; en
58 2Kro 23:6 | tegen Hazael, den koning van Syrie; en Azarja, de zoon van
59 2Kro 24:23| jaars, dat de heirkracht van Syrie tegen hem optoog, en zij
60 2Kro 24:24| Hoewel de heirkracht van Syrie met weinig mannen kwam,
61 2Kro 28:5 | de hand des konings van Syrie, dat zij hem sloegen, en
62 2Kro 28:23| de goden der koningen van Syrie hen helpen, zal ik hun offeren,
63 Jes 7:1 | dat Rezin, de koning van Syrie, en Pekah, de zoon van Remalia,
64 Jes 7:8 | Damaskus zal het hoofd van Syrie zijn, en Rezin het hoofd
65 Eze 16:57 | versmading van de dochteren van Syrie, en van al degenen, die
66 Eze 27:16 | 16 Syrie dreef koophandel met u,
67 Hos 12:13 | vlood toch naar het veld van Syrie, en Israel diende om een
68 Amos 1:5 | Beth-Eden; en het volk van Syrie zal gevankelijk weggevoerd
69 Matt 4:24| ging van daar uit in geheel Syrie; en zij brachten tot Hem
70 Luk 2:2 | geschiedde, als Cyrenius over Syrie stadhouder was. ~
71 Hand 9:23| heidenen, die in Antiochie, en Syrie, en Cilicie zijn, zaligheid. ~
72 Hand 9:41| 41 En hij doorreisde Syrie en Cilicie, versterkende
73 Hand 12:18| en scheepte van daar naar Syrie; en Priscilla en Aquila
74 Hand 14:3 | gelegd werden, als hij naar Syrie zoude varen, zo werd hij
75 Hand 15:3 | hadden, voeren wij naar Syrie, en kwamen aan te Tyrus;
76 Gal 1:21 | gekomen in de gewesten van Syrie en van Cilicie. ~
|