Table of Contents | Words: Alphabetical - Frequency - Inverse - Length - Statistics | Help | IntraText Library
Alphabetical    [«  »]
syrie 76
syrie-maacha 1
syrier 9
syriers 75
syrisch 5
syrische 1
syro-fenicie 1
Frequency    [«  »]
75 overblijfsel
75 overgebleven
75 roept
75 syriers
75 uitgeroeid
75 weggenomen
74 amorieten

Bijbel

IntraText - Concordances

syriers

   Book Chapter: Verse
1 2Sa 8:5 | 5 En de Syriers van Damaskus kwamen om Hadad-ezer, 2 2Sa 8:5 | maar David sloeg van de Syriers twee en twintig duizend 3 2Sa 8:6 | Syrie van Damaskus, en de Syriers werden David tot knechten, 4 2Sa 8:13 | wederkwam, nadat hij de Syriers geslagen had, in het Zoutdal, 5 2Sa 10:6 | heen, en huurden van de Syriers van Beth-Rechob, en van 6 2Sa 10:6 | van Beth-Rechob, en van de Syriers van Zoba, twintig duizend 7 2Sa 10:8 | deur der poort; maar de Syriers van Zoba, en Rechob, en 8 2Sa 10:9 | stelde hen in orde tegen de Syriers aan; ~ 9 2Sa 10:11 | 11 En hij zeide: Zo de Syriers mij te sterk zullen zijn, 10 2Sa 10:13 | tot den strijd tegen de Syriers; en zij vloden voor zijn 11 2Sa 10:14 | kinderen Ammons zagen, dat de Syriers vloden, vloden zij ook voor 12 2Sa 10:15 | 15 Toen nu de Syriers zagen, dat zij voor Israels 13 2Sa 10:16 | Hadad-ezer zond heen, en deed de Syriers uitkomen, die op gene zijde 14 2Sa 10:17 | en kwam te Helam, en de Syriers stelden de slagorde tegen 15 2Sa 10:18 | 18 Maar de Syriers vloden voor Israels aangezicht, 16 2Sa 10:18 | en David versloeg van de Syriers zevenhonderd wagenen, en 17 2Sa 10:19 | Israel, en dienden hen; en de Syriers vreesden de kinderen Ammons 18 1Kon 20:20| sloeg zijn man, zodat de Syriers vloden, en Israel jaagde 19 1Kon 20:21| hij een groten slag aan de Syriers sloeg. ~ 20 1Kon 20:26| des jaars, dat Benhadad de Syriers monsterde; en hij toog op 21 1Kon 20:27| blote geitenkudden, maar de Syriers vervulden het land. ~ 22 1Kon 20:28| de HEERE: Daarom dat de Syriers gezegd hebben: De HEERE 23 1Kon 20:29| kinderen Israels sloegen van de Syriers honderd duizend voetvolks 24 1Kon 22:11| HEERE: Met deze zult gij de Syriers stoten, totdat gij hen gans 25 1Kon 22:35| staande gehouden tegenover de Syriers; maar hij stierf des avonds, 26 2Kon 5:1 | door hem had de HEERE den Syriers verlossing gegeven; zo was 27 2Kon 6:9 | plaats niet trekt, want de Syriers zijn daarhenen afgekomen. ~ 28 2Kon 6:23| Zo kwamen de benden der Syriers niet meer in het land van 29 2Kon 7:4 | laat ons in het leger der Syriers vallen; indien zij ons laten 30 2Kon 7:5 | schemering, om in het leger der Syriers te komen. Toen zij aan het 31 2Kon 7:5 | uiterste van het leger der Syriers kwamen, ziet, toen was er 32 2Kon 7:6 | de HEERE had het heir der Syriers doen horen een geluid van 33 2Kon 7:10| gekomen tot het leger der Syriers, en ziet, niemand was daar, 34 2Kon 7:12| te kennen geven, wat de Syriers ons gedaan hebben; zij weten, 35 2Kon 7:14| koning zond het leger der Syriers achterna, zeggende: Gaat 36 2Kon 7:15| klederen en gereedschap, die de Syriers in hun verhaasten weggeworpen 37 2Kon 7:16| en beroofde het leger der Syriers; en een maat meelbloem werd 38 2Kon 8:28| koning van Syrie; en de Syriers sloegen Joram. ~ 39 2Kon 8:29| van de slagen, die hem de Syriers te Rama geslagen hadden, 40 2Kon 9:15| van de slagen, die hem de Syriers geslagen hadden, als hij 41 2Kon 14:5 | zij van onder de hand der Syriers uitkwamen; en de kinderen 42 2Kon 14:17| der verlossing tegen de Syriers; want gij zult de Syriers 43 2Kon 14:17| Syriers; want gij zult de Syriers slaan in Afek, tot verdoens 44 2Kon 14:19| hebben; dan zoudt gij de Syriers tot verdoens toe geslagen 45 2Kon 14:19| hebben; doch nu zult gij de Syriers driemaal slaan. ~ 46 2Kon 17:6 | de Joden uit Elath; en de Syriers kwamen te Elath, en hebben 47 2Kon 18:6 | de Joden uit Elath; en de Syriers kwamen te Elath, en hebben 48 2Kon 26:2 | Chaldeen, en de benden der Syriers, en de benden der Moabieten, 49 1Kro 18:5 | 5 En de Syriers van Damaskus kwamen, om 50 1Kro 18:5 | maar David sloeg van de Syriers twee en twintig duizend 51 1Kro 18:6 | van Damaskus, alzo dat de Syriers Davids knechten werden, 52 1Kro 19:5 | 5 En de Syriers van Damaskus kwamen, om 53 1Kro 19:5 | maar David sloeg van de Syriers twee en twintig duizend 54 1Kro 19:6 | van Damaskus, alzo dat de Syriers Davids knechten werden, 55 1Kro 20:10| stelde hen in orde tegen de Syriers aan. ~ 56 1Kro 20:12| hij zeide: Indien mij de Syriers te sterk worden, zo zult 57 1Kro 20:14| voor het aangezicht der Syriers; en zij vloden voor zijn 58 1Kro 20:15| kinderen Ammons zagen, dat de Syriers vloden, zo vloden zij ook 59 1Kro 20:16| 16 Als de Syriers zagen, dat zij voor het 60 1Kro 20:16| zij boden, en brachten de Syriers uit, die aan gene zijde 61 1Kro 20:17| David de slagorde tegen de Syriers gesteld had, zo streden 62 1Kro 20:18| 18 Doch de Syriers vloden voor het aangezicht 63 1Kro 20:18| en David versloeg van de Syriers zeven duizend wagenen, en 64 1Kro 20:19| David, en dienden hem; en de Syriers wilden de kinderen Ammons 65 2Kro 19:10| HEERE: Met deze zult gij de Syriers stoten, totdat gij hen gans 66 2Kro 19:34| staande houden tegenover de Syriers, tot den avond toe; en hij 67 2Kro 23:5 | Ramoth in Gilead; en de Syriers sloegen Joram. ~ 68 Psa 60:2 | hij gevochten had met de Syriers van Mesopotamie, en met 69 Psa 60:2 | van Mesopotamie, en met de Syriers van Zoba; en Joab wederkwam, 70 Jes 7:2 | boodschapte, zeggende: De Syriers rusten op Efraim, zo bewoog 71 Jes 7:4 | toorns van      Rezin en der Syriers, en van den zoon van Remalia; ~ 72 Jes 9:11 | 11      De Syriers van voren, en de Filistijnen 73 Jes 17:3 | en het overblijfsel der Syriers; zij zullen zijn gelijk 74 Jer 35:11 | vanwege het heir der Syriers; alzo zijn wij te Jeruzalem 75 Amos 9:7 | Filistijnen uit Kafthor, en de Syriers uit      Kir? ~


Best viewed with any browser at 800x600 or 768x1024 on Tablet PC
IntraText® (V89) - Some rights reserved by EuloTech SRL - 1996-2007. Content in this page is licensed under a Creative Commons License