Book Chapter: Verse
1 Gen 2:9 | den hof, en de boom der kennis des goeds en des kwaads. ~
2 Gen 2:17 | 17 Maar van den boom der kennis des goeds en des kwaads,
3 Gen 36:6 | hij met hem van geen ding kennis had, behalve van het brood,
4 Gen 36:8 | Zie, mijn heer heeft geen kennis met mij, wat er in het huis
5 2Kro 30:22| verstand hadden in de goede kennis des HEEREN; en zij aten
6 Job 21:14 | Wijk van ons, want aan de kennis Uwer wegen hebben wij geen
7 Job 36:12 | zij geven den geest zonder kennis. ~
8 Psa 14:4 | der ongerechtigheid geen kennis, die mijn volk opeten, alsof
9 Psa 53:5 | der ongerechtigheid geen kennis, die Mijn volk opeten, alsof
10 Psa 139:6 | 6 De kennis is mij te wonderbaar, zij
11 Spre 2:5 | HEEREN verstaan, en zult de kennis van God vinden. ~
12 Spre 2:6 | wijsheid; uit Zijn mond komt kennis en verstand. ~
13 Spre 8:12| kloekzinnigheid, en vinde de kennis van alle bedachtzaamheid. ~
14 Spre 24:14| 14 Zodanig is de kennis der wijsheid voor uw ziel;
15 Spre 29:7 | De rechtvaardige neemt kennis van de rechtzaak der armen;
16 Jes 1:3 | maar Israel heeft geen kennis, Mijn volk verstaat niet. ~
17 Jes 11:2 | der sterkte, de Geest der kennis en der vreze des HEEREN. ~
18 Jes 11:9 | want de aarde zal vol van kennis des HEEREN zijn, gelijk
19 Jes 28:9 | Wien zou Hij dan de kennis leren, en wien zou Hij het
20 Jes 33:6 | behoudenissen zal zijn wijsheid en kennis; de vreze des HEEREN zal
21 Jes 44:19 | zijn hart, en er is noch kennis noch verstand, dat hij zeggen
22 Jes 53:11 | verzadigd worden; door Zijn kennis zal Mijn Knecht, de Rechtvaardige,
23 Jes 59:2 | en een lust hebben aan de kennis Mijner wegen, als een volk,
24 Hos 4:1 | geen weldadigheid, en geen kennis van God in het land
25 Hos 4:6 | uitgeroeid, omdat het zonder kennis is; dewijl gij de kennis
26 Hos 4:6 | kennis is; dewijl gij de kennis verworpen hebt, heb Ik u
27 Hos 6:6 | niet tot offer; en tot de kennis Gods, meer dan tot brandofferen. ~
28 Luk 1:77 | 77 Om Zijn volk kennis der zaligheid te geven,
29 Luk 11:52 | gij hebt den sleutel der kennis weggenomen; gijzelven zijt
30 Hand 17:15| afbrenge, alsof gij nadere kennis zoudt nemen van zijn zaken;
31 Hand 18:22| afgekomen zijn, zo zal ik volle kennis nemen van uw zaken. ~
32 Hand 19:21| beriep, dat men hem tot de kennis des keizers bewaren zou,
33 Hand 20:3 | dewijl ik weet, dat gij kennis hebt van alle gewoonten
34 Rom 2:20 | hebbende de gedaante der kennis en der waarheid in de wet. ~
35 Rom 3:20 | want door de wet is de kennis der zonde. ~
36 Rom 11:33 | beide der wijsheid en der kennis Gods, hoe ondoorzoekelijk
37 Rom 15:14 | goedheid, vervuld met alle kennis, machtig om ook elkander
38 Rom 16:19 | uw gehoorzaamheid is tot kennis van allen gekomen. Ik verblijde
39 1Kor 1:5 | Hem, in alle rede en alle kennis; ~
40 1Kor 8:1 | dat wij allen te zamen kennis hebben. De kennis maakt
41 1Kor 8:1 | zamen kennis hebben. De kennis maakt opgeblazen, maar de
42 1Kor 8:7 | 7 Doch in allen is de kennis niet; maar sommigen, met
43 1Kor 8:10| Want zo iemand u, die de kennis hebt, ziet in der afgoden
44 1Kor 8:11| broeder, die zwak is, door uw kennis verloren gaan, om welken
45 1Kor 12:8 | een ander het woord der kennis, door denzelfden Geest; ~
46 1Kor 13:8 | zullen ophouden; hetzij kennis, zij zal te niet gedaan
47 1Kor 14:6 | of in openbaring, of in kennis, of in profetie of in lering? ~
48 1Kor 15:34| Want sommigen hebben de kennis van God niet. Ik zeg het
49 2Kor 2:14| Christus, en den reuk Zijner kennis door ons openbaar maakt
50 2Kor 4:6 | te geven verlichting der kennis der heerlijkheid Gods in
51 2Kor 6:6 | 6 In reinheid, in kennis, in lankmoedigheid, in goedertierenheid,
52 2Kor 8:7 | geloof, en in woord, en in kennis, en in alle naarstigheid,
53 2Kor 10:5 | die zich verheft tegen de kennis van God, en alle gedachte
54 Efez 1:17| en der openbaring in Zijn kennis; ~
55 Efez 3:19| liefde van Christus, die de kennis te boven gaat, opdat gij
56 Efez 4:13| enigheid des geloofs en der kennis van den Zoon Gods, tot een
57 Fili 3:8 | om de uitnemendheid der kennis van Christus Jezus, mijn
58 Kol 1:9 | moogt vervuld worden met de kennis van Zijn wil, in alle wijsheid
59 Kol 1:10 | dragende, en wassende in de kennis van God; ~
60 Kol 2:2 | verzekerdheid des verstands, tot kennis der verborgenheid van God
61 Kol 2:3 | schatten der wijsheid en der kennis verborgen zijn. ~
62 Kol 3:10 | die vernieuwd wordt tot kennis, naar het evenbeeld Desgenen,
63 1Tim 2:4 | mensen zalig worden, en tot kennis der waarheid komen. ~
64 2Tim 3:7 | leren, en nimmermeer tot kennis der waarheid kunnen komen. ~
65 2Tim 5:1 | uitverkorenen Gods, en de kennis der waarheid, die naar de
66 Tit 1:1 | uitverkorenen Gods, en de kennis der waarheid, die naar de
67 Heb 10:26 | willens zondigen, nadat wij de kennis der waarheid ontvangen hebben,
68 2Pet 1:2 | vermenigvuldigd door de kennis van God, en van Jezus, onzen
69 2Pet 1:3 | geschonken heeft, door de kennis Desgenen, Die ons geroepen
70 2Pet 1:5 | geloof deugd, en bij de deugd kennis, ~
71 2Pet 1:6 | 6 En bij de kennis matigheid, en bij de matigheid
72 2Pet 1:8 | onvruchtbaar laten in de kennis van onzen Heere Jezus Christus. ~
73 2Pet 2:20| indien zij, nadat zij door de kennis van den Heere en Zaligmaker
74 2Pet 3:18| wast op in de genade en kennis van onzen Heere en Zaligmaker
|