1-500 | 501-1000 | 1001-1500 | 1501-2000 | 2001-2500 | 2501-3000 | 3001-3500 | 3501-4000 | 4001-4500 | 4501-5000 | 5001-5303
Book Chapter: Verse
5001 Efez 6:16 | het schild des geloofs, met hetwelk gij al de vurige
5002 Efez 6:18 | 18 Met alle bidding en smeking,
5003 Efez 6:18 | en tot hetzelve wakende met alle gedurigheid en smeking
5004 Efez 6:19 | in de opening mijns monds met vrijmoedigheid, om de verborgenheid
5005 Efez 6:23 | den broederen, en liefde met geloof, van God den Vader,
5006 Efez 6:24 | 24 De genade zij met al degenen, die onzen Heere
5007 Fili 1:1 | Jezus, die te Filippi zijn, met de opzieners en diakenen: ~
5008 Fili 1:4 | mijn gebed voor u allen met blijdschap het gebed doende) ~
5009 Fili 1:8 | begerig ben naar u allen, met innerlijke bewegingen van
5010 Fili 1:11 | 11 Vervuld met vruchten der gerechtigheid,
5011 Fili 1:23 | om ontbonden te worden en met Christus te zijn; want dat
5012 Fili 1:25 | dat ik zal blijven, en met u allen zal verblijven tot
5013 Fili 1:27 | gij staat in een geest, met een gemoed gezamenlijk strijdende
5014 Fili 2:12 | werkt uws zelfs zaligheid met vreze en beven; ~
5015 Fili 2:17 | ik mij, en verblijde mij met u allen. ~
5016 Fili 2:18 | en verblijdt ook ulieden met mij. ~
5017 Fili 2:22 | als een kind zijn vader, met mij gediend heeft in het
5018 Fili 2:29 | Ontvangt hem dan in den Heere, met alle blijdschap, en houdt
5019 Fili 4:3 | vrouwen behulpzaam, die met mij gestreden hebben in
5020 Fili 4:3 | hebben in het Evangelie, ook met Clemens, en de andere mijn
5021 Fili 4:6 | door bidden en smeken, met dankzegging bekend worden
5022 Fili 4:9 | en de God des vredes zal met u zijn. ~
5023 Fili 4:14 | gij wel gedaan, dat gij met mijn verdrukking gemeenschap
5024 Fili 4:21 | groeten de broeders, die met mij zijn. ~
5025 Fili 4:23 | Heere Jezus Christus zij met u allen. Amen. ~
5026 Kol 1:9 | gij moogt vervuld worden met de kennis van Zijn wil,
5027 Kol 1:11 | 11 Met alle kracht bekrachtigd
5028 Kol 1:11 | lijdzaamheid en lankmoedigheid, met blijdschap; ~
5029 Kol 1:29 | werking, die in mij werkt met kracht. ~ ~
5030 Kol 2:4 | opdat niet iemand u misleide met beweegredenen, die een schijn
5031 Kol 2:5 | 5 Want hoewel ik met het vlees van u ben, nochtans
5032 Kol 2:5 | van u ben, nochtans ben ik met den geest bij u, mij verblijdende
5033 Kol 2:7 | overvloedig zijnde in hetzelve, met dankzegging.
5034 Kol 2:11 | Welken gij ook besneden zijt met een besnijdenis, die zonder
5035 Kol 2:12 | 12 Zijnde met Hem begraven in den doop,
5036 Kol 2:12 | doop, in welken gij ook met Hem opgewekt zijt door het
5037 Kol 2:13 | vleses, mede levend gemaakt met Hem, al uw misdaden u vergevende; ~
5038 Kol 2:19 | samengevoegd zijnde, opwast met goddelijken wasdom. ~
5039 Kol 2:20 | 20 Indien gij dan met Christus de eerste beginselen
5040 Kol 2:20 | gij in de wereld leefdet, met inzettingen belast? ~
5041 Kol 3:1 | 1 Indien gij dan met Christus opgewekt zijt,
5042 Kol 3:3 | gestorven, en uw leven is met Christus verborgen in God. ~
5043 Kol 3:4 | leven is, dan zult ook gij met Hem geopenbaard worden in
5044 Kol 3:9 | uitgedaan hebt den ouden mens met zijn werken, ~
5045 Kol 3:16 | leert en vermaant elkander, met psalmen en lofzangen, en
5046 Kol 3:16 | liederen, zingende den Heere met aangenaamheid in uw hart. ~
5047 Kol 3:17 | 17 En al wat gij doet met woorden of met werken, doet
5048 Kol 3:17 | gij doet met woorden of met werken, doet het alles in
5049 Kol 3:22 | heren naar het vlees, niet met ogendiensten als mensenbehagers,
5050 Kol 3:22 | als mensenbehagers, maar met eenvoudigheid des harten,
5051 Kol 4:2 | gebed, en waakt in hetzelve met dankzegging; ~
5052 Kol 4:5 | 5 Wandelt met wijsheid bij degenen, die
5053 Kol 4:6 | tijde in aangenaamheid, met zout besprengd, opdat gij
5054 Kol 4:9 | 9 Met Onesimus, den getrouwen
5055 Kol 4:18 | 18 De groetenis met mijn hand, van Paulus. Gedenkt
5056 Kol 4:18 | mijn banden. De genade zij met u. Amen. ~ ~ ~ ~
5057 1The 1:6 | hebbende in vele verdrukking, met blijdschap des Heiligen
5058 1The 2:3 | noch uit onreinigheid, noch met bedrog; ~
5059 1The 2:5 | 5 Want wij hebben nooit met pluimstrijkende woorden
5060 1The 2:5 | omgegaan, gelijk gij weet, noch met enig bedeksel van gierigheid;
5061 1The 2:17 | om uw aangezicht te zien, met grote begeerte. ~
5062 1The 3:13 | onzen Heere Jezus Christus met al Zijn heiligen. ~ ~
5063 1The 4:11 | dingen te doen, en te werken met uw eigen handen, gelijk
5064 1The 4:14 | in Jezus, weder brengen met Hem. ~
5065 1The 4:16 | 16 Want de Heere Zelf zal met een geroep, met de stem
5066 1The 4:16 | Zelf zal met een geroep, met de stem des archangels,
5067 1The 4:16 | stem des archangels, en met de bazuin Gods nederdalen
5068 1The 4:17 | overgebleven zijn, zullen te zamen met hen opgenomen worden in
5069 1The 4:17 | en alzo zullen wij altijd met den Heere wezen. ~
5070 1The 4:18 | dan, vertroost elkander met deze woorden. ~ ~
5071 1The 5:10 | dat wij slapen, te zamen met Hem leven zouden. ~
5072 1The 5:26 | 26 Groet al de broeders met een heiligen kus. ~
5073 1The 5:28 | Heere Jezus Christus zij met ulieden. Amen. ~
5074 2The 1:7 | verdrukt wordt, verkwikking met ons, in de openbaring van
5075 2The 1:7 | Heere Jezus van den hemel met de engelen Zijner kracht; ~
5076 2The 1:8 | 8 Met vlammend vuur wraak doende
5077 2The 1:11 | en het werk des geloofs met kracht. ~
5078 2The 3:12 | Jezus Christus, dat zij met stilheid werkende, hun eigen
5079 2The 3:14 | dien; en vermengt u niet met hem, opdat hij beschaamd
5080 2The 3:16 | allerlei wijze. De Heere zij met u allen. ~
5081 2The 3:17 | 17 De groetenis met mijn hand, van Paulus; hetwelk
5082 2The 3:18 | Heere Jezus Christus zij met u allen. Amen. ~ ~ ~
5083 1Tim 1:14 | zeer overvloedig geweest, met geloof en liefde, die er
5084 1Tim 2:9 | in een eerbaar gewaad, met schaamte en matigheid zichzelven
5085 1Tim 2:15 | liefde, en heiligmaking, met matigheid. ~ ~
5086 1Tim 3:4 | onderdanigheid houdende, met alle stemmigheid; ~
5087 1Tim 4:2 | hebbende hun eigen geweten als met een brandijzer toegeschroeid; ~
5088 1Tim 4:3 | geschapen heeft, tot nuttiging met dankzegging, voor de gelovigen,
5089 1Tim 4:4 | er is niets verwerpelijk, met dankzegging genomen zijnde; ~
5090 1Tim 4:14 | gegeven is door de profetie, met oplegging der handen des
5091 1Tim 6:3 | leert, en niet overeenkomt met de gezonde woorden van onzen
5092 1Tim 6:3 | Heere Jezus Christus, en met de leer, die naar de godzaligheid
5093 1Tim 6:6 | godzaligheid is een groot gewin met vergenoeging. ~
5094 1Tim 6:10 | geloof, en hebben zichzelven met vele smarten doorstoken. ~
5095 1Tim 6:21 | afgeweken. De genade zij met u. Amen. ~ ~ ~ ~
5096 2Tim 1:4 | aan uw tranen, opdat ik met blijdschap moge vervuld
5097 2Tim 1:8 | maar lijd verdrukkingen met het Evangelie, naar de kracht
5098 2Tim 1:9 | zalig gemaakt, en geroepen met een heilige roeping; niet
5099 2Tim 2:10 | die in Christus Jezus is, met eeuwige heerlijkheid. ~
5100 2Tim 2:11 | getrouw woord; want indien wij met Hem gestorven zijn, zo zullen
5101 2Tim 2:11 | zijn, zo zullen wij ook met Hem leven; ~
5102 2Tim 2:12 | verdragen, wij zullen ook met Hem heersen; indien wij
5103 2Tim 2:22 | geloof, liefde, vrede, met degenen, die den Heere aanroepen
5104 2Tim 2:25 | 25 Met zachtmoedigheid onderwijzende
5105 2Tim 3:6 | vrouwkens gevangen, die met zonden geladen zijn, en
5106 2Tim 4:11 | 11 Lukas is alleen met mij. Neem Markus mede, en
5107 2Tim 4:11 | Markus mede, en breng hem met u; want hij is mij zeer
5108 2Tim 4:22 | Heere Jezus Christus zij met uw geest. De genade zij
5109 2Tim 4:22 | uw geest. De genade zij met ulieden. Amen. ~ ~
5110 2Tim 5:16 | maar zij verloochenen Hem met de werken, alzo zij gruwelijk
5111 Tit 1:16 | maar zij verloochenen Hem met de werken, alzo zij gruwelijk
5112 Tit 2:15 | en vermaan, en bestraf met allen ernst. Dat niemand
5113 Tit 3:15 | 15 Die met mij zijn, groeten u allen.
5114 Tit 3:15 | het geloof. De genade zij met u allen. Amen. ~
5115 File 1:19 | Paulus, heb het geschreven met deze mijn hand, ik zal het
5116 File 1:25 | Heere Jezus Christus zij met uw geest. Amen.~ ~
5117 Heb 1:9 | U, o God! Uw God gezalfd met olie der vreugde boven Uw
5118 Heb 2:7 | gemaakt dan de engelen; met heerlijkheid en eer hebt
5119 Heb 2:9 | 9 Maar wij zien Jezus met heerlijkheid en eer gekroond,
5120 Heb 2:15 | verlossen zou al degenen, die met vreze des doods, door al
5121 Heb 3:10 | sprak: Altijd dwalen zij met het hart, en zij hebben
5122 Heb 4:2 | hun geen nut, dewijl het met het geloof niet gemengd
5123 Heb 4:13 | geopend voor de ogen Desgenen, met Welken wij te doen hebben. ~
5124 Heb 4:15 | niet kan medelijden hebben met onze zwakheden, maar Die
5125 Heb 4:16 | 16 Laat ons dan met vrijmoedigheid toegaan tot
5126 Heb 5:2 | behoorlijk medelijden kan hebben met de onwetenden en dwalenden,
5127 Heb 5:2 | dwalenden, overmits hij ook zelf met zwakheid omvangen is; ~
5128 Heb 5:7 | den dood kon verlossen, met sterke roeping en tranen
5129 Heb 6:9 | van u betere dingen, en met de zaligheid gevoegd, hoewel
5130 Heb 6:17 | onveranderlijkheid van Zijn raad, met een eed daartussen is gekomen; ~
5131 Heb 7:21 | 21 Maar Deze met eedzwering, door Dien, Die
5132 Heb 8:9 | naar het verbond, dat Ik met hun vaderen gemaakt heb,
5133 Heb 8:10 | dit is het verbond, dat Ik met het huis Israels maken zal
5134 Heb 9:4 | de ark des verbonds, alom met goud overdekt, in welke
5135 Heb 9:11 | volmaakten tabernakel, niet met handen gemaakt, dat is,
5136 Heb 9:19 | der kalveren en bokken, met water, en purperen wol,
5137 Heb 9:21 | de vaten van den dienst met het bloed. ~
5138 Heb 9:24 | ingegaan in het heiligdom, dat met handen gemaakt is, hetwelk
5139 Heb 9:25 | in het heiligdom ingaat met vreemd bloed; ~
5140 Heb 10:1 | beeld zelf der zaken, kan met dezelfde offeranden, die
5141 Heb 10:14 | 14 Want met een offerande heeft Hij
5142 Heb 10:16 | Dit is het verbond, dat Ik met hen maken zal na die dagen,
5143 Heb 10:22 | 22 Zo laat ons toegaan met een waarachtig hart, in
5144 Heb 10:22 | lichaam gewassen zijnde met rein water. ~
5145 Heb 10:33 | gij gemeenschap gehad hebt met degenen, die alzo behandeld
5146 Heb 10:34 | de roving uwer goederen met blijdschap aangenomen, wetende,
5147 Heb 11:9 | in tabernakelen gewoond met Izak en Jakob, die medeerfgenamen
5148 Heb 11:25 | 25 Verkiezende liever met het volk van God kwalijk
5149 Heb 11:31 | de hoer, niet omgekomen met de ongehoorzamen, als zij
5150 Heb 11:31 | als zij de verspieders met vrede had ontvangen. ~
5151 Heb 12:1 | lichtelijk omringt, en laat ons met lijdzaamheid lopen de loopbaan,
5152 Heb 12:14 | 14 Jaagt den vrede na met allen, en de heiligmaking,
5153 Heb 12:17 | berouws, hoewel hij dezelve met tranen zocht. ~
5154 Heb 12:20 | aanraakt, het zal gestenigd of met een pijl doorschoten worden. ~
5155 Heb 12:28 | welbehagelijk Gode mogen dienen, met eerbied en godvruchtigheid. ~
5156 Heb 13:5 | geldgierigheid; en zijt vergenoegd met het tegenwoordige; want
5157 Heb 13:9 | 9 Wordt niet omgevoerd met verscheidene en vreemde
5158 Heb 13:17 | opdat zij dat doen mogen met vreugde en niet al zuchtende;
5159 Heb 13:23 | Timotheus losgelaten is, met welken (zo hij haast komt)
5160 Heb 13:25 | 25 De genade zij met u allen. Amen. ~ ~ ~ ~
5161 Jako 1:11 | Want de zon is opgegaan met de hitte, en heeft het gras
5162 Jako 1:13 | kan niet verzocht worden met het kwade, en Hij Zelf verzoekt
5163 Jako 1:21 | overvloed van boosheid, ontvangt met zachtmoedigheid het Woord,
5164 Jako 1:22 | alleen hoorders, uzelven met valse overlegging bedriegende. ~
5165 Jako 2:1 | Heere der heerlijkheid, met aanneming des persoons. ~
5166 Jako 2:2 | vergadering kwam een man met een gouden ring aan den
5167 Jako 2:2 | kwam ook een arm man in met een slechte kleding; ~
5168 Jako 2:22 | geloof mede gewrocht heeft met zijn werken, en het geloof
5169 Jako 5:14 | hem bidden, hem zalvende met olie in den Naam des Heeren. ~
5170 1Pet 1:8 | maar gelovende, u verheugt met een onuitsprekelijke en
5171 1Pet 2:18 | 18 Gij huisknechten, zijt met alle vreze onderdanig den
5172 1Pet 3:7 | insgelijks, woont bij haar met verstand, aan het vrouwelijke
5173 1Pet 3:7 | medeerfgenamen der genade des levens met haar zijt; opdat uw gebeden
5174 1Pet 3:8 | de broeders liefhebbende, met innerlijke barmhartigheid
5175 1Pet 3:15 | van de hoop, die in u is, met zachtmoedigheid en vreze. ~
5176 1Pet 4:1 | heeft, zo wapent gij u ook met dezelfde gedachte, namelijk
5177 1Pet 4:15 | kwaaddoener, of als een, die zich met eens anders doen bemoeit; ~
5178 1Pet 4:19 | getrouwen Schepper, bevelen met weldoen. ~ ~
5179 1Pet 5:2 | noch om vuil gewin, maar met een volvaardig gemoed; ~
5180 1Pet 5:5 | elkander onderdanig; zijt met de ootmoedigheid bekleed;
5181 1Pet 5:12 | broeder is, zo ik acht, heb ik met weinige woorden geschreven,
5182 1Pet 5:14 | 14 Groet elkander met een kus der liefde. Vrede
5183 2Pet 1:1 | die even dierbaar geloof met ons verkregen hebben, door
5184 2Pet 1:18 | gebracht is geweest, toen wij met Hem op de heilige berg waren. ~
5185 2Pet 2:3 | zullen door gierigheid, met gemaakte woorden, van u
5186 2Pet 2:6 | Gomorra tot as verbrandende met omkering veroordeeld heeft,
5187 2Pet 2:13 | als zij in de maaltijden met u zijn; ~
5188 2Pet 2:16 | jukdragende stomme dier, sprekende met mensenstem, heeft des profeten
5189 2Pet 2:22 | hun is overkomen, hetgeen met een waar spreekwoord gezegd
5190 2Pet 3:6 | de wereld, die toen was, met het water van den zondvloed
5191 2Pet 3:10 | nacht, in welken de hemelen met een gedruis zullen voorbijgaan,
5192 1Joh 1:1 | hetgeen wij gezien hebben met onze ogen, hetgeen wij aanschouwd
5193 1Joh 1:3 | verkondigen wij u, opdat ook gij met ons gemeenschap zoudt hebben,
5194 1Joh 1:3 | onze gemeenschap ook zij met den Vader, en met Zijn Zoon
5195 1Joh 1:3 | ook zij met den Vader, en met Zijn Zoon Jezus Christus. ~
5196 1Joh 1:6 | zeggen, dat wij gemeenschap met Hem hebben, en wij in de
5197 1Joh 1:7 | zo hebben wij gemeenschap met elkander, en het bloed van
5198 1Joh 2:19 | geweest waren, zo zouden zij met ons gebleven zijn; maar
5199 1Joh 3:18 | laat ons niet liefhebben met den woorde, noch met de
5200 1Joh 3:18 | liefhebben met den woorde, noch met de tong, maar met de daad
5201 1Joh 3:18 | noch met de tong, maar met de daad en waarheid. ~
5202 2Joh 1:2 | wil, die in ons blijft, en met ons zal zijn in der eeuwigheid: ~
5203 2Joh 1:3 | barmhartigheid, vrede zij met ulieden van God den Vader,
5204 2Joh 1:12 | komen, en mond tot mond met u te spreken, opdat onze
5205 3Joh 1:10 | zijn werken, die hij doet, met boze woorden snaterende
5206 3Joh 1:13 | ik wil u niet schrijven met inkt en pen; ~
5207 3Joh 1:15 | groeten u. Groet de vrienden met name.~ ~
5208 Jud 1:6 | oordeel des groten dags met eeuwige banden onder de
5209 Jud 1:9 | de archangel, toen hij met den duivel twistte, en handelde
5210 Jud 1:12 | liefdemaaltijden, en als zij met u ter maaltijd zijn, weiden
5211 Jud 1:14 | Ziet, de Heere is gekomen met Zijn vele duizenden heiligen; ~
5212 Open 1:7 | 7 Ziet, Hij komt met de wolken en alle oog zal
5213 Open 1:12 | om te zien de stem, die met mij gesproken had; en mij
5214 Open 1:13 | mensen gelijk zijnde, bekleed met een lang kleed tot de voeten,
5215 Open 1:13 | en omgord aan de borsten met een gouden gordel; ~
5216 Open 2:16 | zal tegen hen krijg voeren met het zwaard Mijns monds. ~
5217 Open 2:22 | werp haar te bed, en die met haar overspel bedrijven,
5218 Open 2:27 | 27 En hij zal ze hoeden met een ijzeren staf; zij zullen
5219 Open 3:4 | bevlekt hebben, en zij zullen met Mij wandelen in witte klederen,
5220 Open 3:5 | die zal bekleed worden met witte klederen; en Ik zal
5221 Open 3:18 | geopenbaard worde; en zalf uw ogen met ogenzalf, opdat gij zien
5222 Open 3:20 | tot hem inkomen, en Ik zal met hem avondmaal houden, en
5223 Open 3:20 | avondmaal houden, en hij met Mij. ~
5224 Open 3:21 | overwint, Ik zal hem geven met Mij te zitten in Mijn troon,
5225 Open 3:21 | overwonnen heb, en ben gezeten met Mijn Vader in Zijn troon. ~
5226 Open 4:1 | had, als van een bazuin, met mij sprekende, zeide: Kom
5227 Open 4:4 | ouderlingen zittende, bekleed met witte klederen, en zij hadden
5228 Open 5:1 | en van buiten, verzegeld met zeven zegelen. ~
5229 Open 5:2 | sterken engel, uitroepende met een grote stem: Wie is waardig
5230 Open 5:9 | en hebt ons Gode gekocht met Uw bloed, uit alle geslacht,
5231 Open 5:12 | 12 Zeggende met een grote stem: Het Lam,
5232 Open 6:8 | het vierde deel der aarde, met zwaard, en met honger, en
5233 Open 6:8 | der aarde, met zwaard, en met honger, en met den dood,
5234 Open 6:8 | zwaard, en met honger, en met den dood, en door de wilde
5235 Open 6:10 | 10 En zij riepen met grote stem, zeggende: Hoelang,
5236 Open 7:2 | levenden Gods; en hij riep met een grote stem tot de vier
5237 Open 7:9 | het Lam, bekleed zijnde met lange witte klederen, en
5238 Open 7:10 | 10 En zij riepen met grote stem, zeggende: De
5239 Open 7:13 | Dezen, die bekleed zijn met de lange witte klederen,
5240 Open 8:3 | reukwerks gegeven, opdat hij het met de gebeden aller heiligen
5241 Open 8:4 | En de rook des reukwerks, met de gebeden der heiligen,
5242 Open 8:5 | wierookvat, en vulde dat met het vuur des altaars, en
5243 Open 8:7 | geworden hagel en vuur, gemengd met bloed, en zij zijn op de
5244 Open 8:13 | midden des hemels, zeggende met grote stem: Wee, wee, wee,
5245 Open 9:19 | hoofden, en beschadigen met dezelve. ~
5246 Open 10:1 | den hemel, die bekleed was met een wolk; en een regenboog
5247 Open 10:3 | 3 En hij riep met een grote stem, gelijkerwijs
5248 Open 10:8 | den hemel, sprak wederom met mij, en zeide: Ga henen,
5249 Open 11:3 | tweehonderd zestig dagen, met zakken bekleed. ~
5250 Open 11:6 | verkeren, en de aarde te slaan met allerlei plage, zo menigmaal
5251 Open 12:1 | namelijk een vrouw, bekleed met de zon; en de maan was onder
5252 Open 12:5 | al de heidenen zou hoeden met een ijzeren roede; en haar
5253 Open 12:9 | aarde; en zijn engelen zijn met hem geworpen. ~
5254 Open 13:10 | gevangenis; indien iemand met het zwaard zal doden, die
5255 Open 13:10 | zal doden, die moet zelf met het zwaard gedood worden.
5256 Open 14:1 | stond op den berg Sion, en met Hem honderd vier en veertig
5257 Open 14:4 | 4 Dezen zijn het, die met vrouwen niet bevlekt zijn,
5258 Open 14:7 | 7 Zeggende met een grote stem: Vreest God,
5259 Open 14:9 | is hen gevolgd, zeggende met een grote stem: Indien iemand
5260 Open 14:10 | hij zal gepijnigd worden met vuur en sulfer voor de heilige
5261 Open 14:13 | arbeid; en hun werken volgen met hen. ~
5262 Open 14:15 | uit den tempel, roepende met een grote stem tot Dengene,
5263 Open 14:18 | over het vuur; en hij riep met een groot geroep, tot dengene,
5264 Open 15:2 | zag als een glazen zee, met vuur gemengd; en die de
5265 Open 15:6 | uit den tempel, bekleed met rein en blinkend lijnwaad,
5266 Open 15:6 | lijnwaad, en omgord om de borst met gouden gordels. ~
5267 Open 15:8 | 8En de tempel werd vervuld met rook uit de heerlijkheid
5268 Open 16:9 | de mensen werden verhit met grote hitte, en lasterden
5269 Open 17:1 | fiolen hadden, kwam en sprak met mij, en zeide tot mij: Kom
5270 Open 17:2 | 2 Met welke de koningen der aarde
5271 Open 17:4 | En de vrouw was bekleed met purper en scharlaken, en
5272 Open 17:4 | scharlaken, en versierd met goud, en kostelijk gesteente,
5273 Open 17:6 | verwonderde mij, als ik haar zag, met grote verwondering. ~
5274 Open 17:12 | macht ontvangen op een ure met het beest. ~
5275 Open 17:14 | Koning der koningen), en die met Hem zijn, de geroepenen,
5276 Open 17:16 | vlees eten, en zullen haar met vuur verbranden. ~
5277 Open 18:2 | En hij riep krachtelijk met een grote stem, zeggende:
5278 Open 18:3 | en de koningen der aarde met haar gehoereerd hebben,
5279 Open 18:8 | rouw, en honger, en zij zal met vuur verbrand worden; want
5280 Open 18:9 | koningen der aarde, die met haar gehoereerd en weelde
5281 Open 18:16 | grote stad, die bekleed was met fijn lijnwaad, en purper,
5282 Open 18:16 | scharlaken, en versierd met goud, en met kostelijk gesteente,
5283 Open 18:16 | en versierd met goud, en met kostelijk gesteente, en
5284 Open 18:16 | kostelijk gesteente, en met paarlen; want in een ure
5285 Open 18:21 | zal de grote stad Babylon met geweld geworpen worden,
5286 Open 19:2 | de aarde verdorven heeft met haar hoererij, en Hij het
5287 Open 19:8 | gegeven, dat zij bekleed worde met rein en blinkend fijn lijnwaad;
5288 Open 19:13 | 13 En Hij was bekleed met een kleed, dat met bloed
5289 Open 19:13 | bekleed met een kleed, dat met bloed geverfd was; en Zijn
5290 Open 19:14 | op witte paarden, gekleed met wit en rein fijn lijnwaad. ~
5291 Open 19:15 | zou. En Hij zal hen hoeden met een ijzeren roede; en Hij
5292 Open 19:17 | staande in de zon; en hij riep met een grote stem, zeggende
5293 Open 19:20 | beest werd gegrepen, en met hetzelve de valse profeet,
5294 Open 19:20 | den poel des vuurs, die met sulfer brandt. ~
5295 Open 19:21 | de overigen werden gedood met het zwaard Desgenen, Die
5296 Open 20:4 | en heersten als koningen met Christus, de duizend jaren. ~
5297 Open 20:6 | Christus zijn, en zij zullen met Hem als koningen heersen
5298 Open 21:9 | laatste plagen, en sprak met mij, zeggende: Kom herwaarts,
5299 Open 21:15 | 15 En hij die met mij sprak, had een gouden
5300 Open 21:16 | breedte. En hij mat de stad met den rietstok op twaalf duizend
5301 Open 21:19 | den muur der stad waren met allerlei kostelijk gesteente
5302 Open 22:12 | haastiglijk en Mijn loon is met Mij, om een iegelijk te
5303 Open 22:21 | Heere Jezus Christus zij met u allen. Amen. ~ ~
1-500 | 501-1000 | 1001-1500 | 1501-2000 | 2001-2500 | 2501-3000 | 3001-3500 | 3501-4000 | 4001-4500 | 4501-5000 | 5001-5303 |