Table of Contents | Words: Alphabetical - Frequency - Inverse - Length - Statistics | Help | IntraText Library
Alphabetical    [«  »]
mestvee 1
mesullam 25
mesullemet 1
met 5303
metaal 1
metdegenen 1
meteen 4
Frequency    [«  »]
5967 heere
5858 des
5824 hem
5303 met
5157 op
4462 als
4422 mijn

Bijbel

IntraText - Concordances

met

1-500 | 501-1000 | 1001-1500 | 1501-2000 | 2001-2500 | 2501-3000 | 3001-3500 | 3501-4000 | 4001-4500 | 4501-5000 | 5001-5303

     Book Chapter: Verse
4001 Joe 2:12 | hart, en dat met vasten en met geween, en met rouwklage. ~ 4002 Joe 2:12 | vasten en met geween, en met rouwklage. ~ 4003 Joe 3:2 | dal van Josafat; en Ik zal met hen aldaar richten, vanwege 4004 Joe 3:4 | En ook, wat hebt gij met Mij te doen, gij Tyrus en 4005 Amos 1:3 | afwenden; omdat zij Gilead met ijzeren dorswagens hebben 4006 Amos 1:6 | gevankelijk hebben weggevoerd met een volkomen wegvoering,      4007 Amos 1:9 | afwenden; omdat zij Mijn volk met een volkomen wegvoering 4008 Amos 1:11 | omdat hij zijn broederen met het zwaard heeft vervolgd, 4009 Amos 1:14 | haar paleizen verteren; met een gejuich ten dage des 4010 Amos 1:14 | gejuich ten dage des strijds, met een onweder ten dage des 4011 Amos 2:2 | verteren; en Moab zal sterven met groot gedruis, met gejuich, 4012 Amos 2:2 | sterven met groot gedruis, met gejuich, met geluid der 4013 Amos 2:2 | groot gedruis, met gejuich, met geluid der bazuin. ~ 4014 Amos 2:3 | en al haar vorsten zal Ik met hem doden, zegt de HEERE. ~ 4015 Amos 3:15 | En Ik zal het winterhuis met het zomerhuis slaan; en 4016 Amos 4:2 | dat men u zal optrekken met haken, en uw nakomelingen 4017 Amos 4:2 | haken, en uw nakomelingen met visangelen. ~ 4018 Amos 4:9 | Ik heb ulieden geslagen met brandkoren en met honigdauw; 4019 Amos 4:9 | geslagen met brandkoren en met honigdauw; de veelheid uwer 4020 Amos 5:3 | HEERE: De stad, die uitgaat met duizend, zal honderd overhouden, 4021 Amos 5:3 | overhouden, en die uitgaat met honderd, zal tien overhouden, 4022 Amos 5:14 | de God der heirscharen, met ulieden zijn, gelijk als 4023 Amos 5:19 | kwam in een huis, en leunde met zijn hand aan den wand, 4024 Amos 6:6 | drinken, en zich zalven met de voortreffelijkste olie, 4025 Amos 6:11 | zal het grote huis slaan met inwatering, en het kleine 4026 Amos 6:11 | inwatering, en het kleine huis met spleten. ~ 4027 Amos 6:12 | steenrots? Zal men ook daarop met runderen ploegen? Want gijlieden 4028 Amos 7:4 | uit, dat Hij wilde twisten met vuur; en het verteerde een 4029 Amos 7:9 | tegen Jerobeams huis opstaan met het zwaard. ~ 4030 Amos 8:1 | zien; en ziet, een korf met zomervruchten. ~ 4031 Amos 8:2 | Amos? En ik zeide: Een korf met zomervruchten. Toen zeide 4032 Amos 8:5 | verkeerdelijk handelende met bedrieglijke weegschalen; ~ 4033 Amos 9:1 | en Ik zal hun achterste met het zwaard doden; en      4034 Jona 1:3 | ging neder in hetzelve, om met henlieden te gaan naar Tarsis, 4035 Jona 1:5 | schip, en lag neder, en was met een diepen slaap bevangen. ~ 4036 Jona 1:10 | Toen vreesden die mannen met grote vreze, en zeiden tot 4037 Jona 1:16 | vreesden de mannen den HEERE met grote vreeze; en zij slachtten 4038 Jona 2:9 | Maar ik zal U offeren met de stem der dankzegging; 4039 Jona 3:5 | uit, en bekleedden zich met zakken, van hun grootste 4040 Jona 3:6 | zich; en hij bedekte zich met een zak, en zat neder in 4041 Jona 3:8 | Maar mens en beest zullen met zakken bedekt zijn, en zullen 4042 Jona 4:1 | 1      Dit verdroot Jona met groot verdriet, en zijn 4043 Jona 4:6 | zich over den wonderboom met grote blijdschap. ~ 4044 Mic 1:7 | hoerenbeloningen zullen met vuur verbrand worden, en 4045 Mic 1:11 | gij inwoneres van Safir! met blote schaamte; de inwoneres 4046 Mic 2:10 | het u verderven, en dat met een geweldige verderving. ~ 4047 Mic 2:11 | Zo er iemand is, die met wind omgaat, en valselijk 4048 Mic 3:5 | Mijn volk verleiden; die met hun tanden bijten, en roepen 4049 Mic 3:10 | 10      Bouwende Sion met bloed, en Jeruzalem met 4050 Mic 3:10 | met bloed, en Jeruzalem met onrecht. ~ 4051 Mic 4:14 | 14      Nu, rot u met benden, gij dochter der 4052 Mic 4:14 | zullen den rechter Israels met de roede op het kinnebakken 4053 Mic 5:2 | Zijner broederen zich bekeren met de kinderen Israels. ~ 4054 Mic 5:5 | land van Assur afweiden met het zwaard, en het land 4055 Mic 6:1 | HEERE zegt: Maak u op, twist met de bergen, en laat de heuvelen 4056 Mic 6:2 | de HEERE heeft een twist met Zijn volk, en Hij zal Zich 4057 Mic 6:2 | Zijn volk, en Hij zal Zich met Israel in recht begeven. ~ 4058 Mic 6:6 | God? Zal ik Hem tegenkomen met brandofferen, met eenjarige 4059 Mic 6:6 | tegenkomen met brandofferen, met eenjarige kalveren? ~ 4060 Mic 6:8 | ootmoediglijk te wandelen met uw God? ~ 4061 Mic 6:11 | 11      Zou ik rein zijn, met een goddeloze weegschaal 4062 Mic 6:11 | goddeloze weegschaal en met een zak van bedriegelijke 4063 Mic 6:15 | zult olijven treden, maar u met olie niet zalven, en most, 4064 Mic 7:2 | een iegelijk zijn broeder, met een jachtgaren. ~ 4065 Mic 7:3 | 3      Om met beide handen wel dapper 4066 Mic 7:14 | Gij dan, weid Uw volk met Uw staf, de kudde Uwer erfenis, 4067 Mic 7:17 | uit hun sloten; zij zullen met vervaardheid komen tot den 4068 Nah 1:8 | 8      En met een doorgaanden vloed zal 4069 Nah 2:7 | zullen haar geleiden, als met een stem der duiven, trommelende 4070 Nah 2:12 | die zijn holen vervulde met roof, en zijn woningen met 4071 Nah 2:12 | met roof, en zijn woningen met het geroofde. ~ 4072 Nah 3:4 | meesteres der toverijen, die met haar hoererijen volken verkocht 4073 Nah 3:4 | verkocht heeft, en geslachten met haar toverijen. ~ 4074 Nah 3:7 | verstoord, wie zal medelijden met haar hebben? Van waar zal 4075 Nah 3:12 | vastigheden zijn vijgebomen met de eerste vruchten; indien 4076 Zep 1:3 | der zee, en de ergernissen met de goddelozen; ja, Ik zal 4077 Zep 1:4 | en den naam der Chemarim met de      priesters; ~ 4078 Zep 1:8 | over allen, die zich kleden met      vreemde kleding. ~ 4079 Zep 1:9 | huis hunner heren vullen met geweld en bedrog. ~ 4080 Zep 1:12 | tijde, Ik zal Jeruzalem met lantaarnen doorzoeken; en 4081 Zep 1:18 | gewisselijk, een haastige, met al de inwoners dezes lands. ~  ~ 4082 Zep 2:1 | doorzoek nauw, gij volk, dat met geen lust bevangen wordt! ~ 4083 Zep 3:9 | aanroepen, opdat zij Hem dienen met een eenparigen schouder. ~ 4084 Zep 3:10 | Mijn ernstige aanbidders, met de dochter Mijner verstrooiden, 4085 Zep 3:17 | zal over u vrolijk zijn met blijdschap, Hij zal zwijgen 4086 Zep 3:17 | zal Zich over u verheugen met      gejuich. ~ 4087 Zac 1:6 | handelingen, alzo heeft Hij met ons gedaan. ~ 4088 Zac 1:9 | zeide tot mij de Engel, Die met mij sprak: Ik zal u tonen, 4089 Zac 1:13 | antwoordde den Engel, Die met mij sprak, goede woorden, 4090 Zac 1:14 | 14      En de Engel, Die met mij sprak, zeide tot mij: 4091 Zac 1:14 | over Jeruzalem en over Sion met een groten ijver. ~ 4092 Zac 1:15 | 15      En Ik ben met een zeer groten toorn vertoornd 4093 Zac 1:16 | tot Jeruzalem wedergekeerd met ontfermingen; Mijn huis 4094 Zac 1:19 | zeide tot den Engel, Die met mij sprak: Wat zijn deze? 4095 Zac 2:3 | En ziet, de Engel, Die met mij sprak, ging uit; en 4096 Zac 3:3 | Josua nu was bekleed met vuile klederen, als hij 4097 Zac 4:1 | 1      En de Engel, Die met mij sprak, kwam weder; en 4098 Zac 4:4 | zeide tot den Engel, Die met mij sprak, zeggende: Mijn 4099 Zac 4:5 | antwoordde de Engel, Die met mij sprak, en zeide tot 4100 Zac 4:7 | hoofdsteen voortbrengen met toeroepingen: Genade, genade 4101 Zac 5:4 | hij zal het      verteren, met zijn houten en zijn stenen. ~ 4102 Zac 5:5 | 5      En de Engel, Die met mij sprak, ging uit, en 4103 Zac 5:10 | zeide ik tot den Engel, Die met mij sprak: Waarhenen brengen 4104 Zac 6:4 | zeide tot den Engel, Die met mij sprak: Wat zijn deze, 4105 Zac 8:2 | Ik heb geijverd over Sion met een groten ijver; ja, met 4106 Zac 8:2 | met een groten ijver; ja, met grote grimmigheid heb Ik 4107 Zac 8:5 | stad zullen vervuld worden met knechtjes en meisjes, spelende 4108 Zac 8:16 | de waarheid, een iegelijk met zijn naaste; oordeelt de 4109 Zac 8:23 | man, zeggende: Wij zullen met ulieden gaan, want wij hebben 4110 Zac 8:23 | hebben gehoord, dat God met ulieden is. ~  ~  ~  ~ ~ 4111 Zac 9:2 | En ook zal Hij Hamath met dezelve bepalen; Tyrus en 4112 Zac 9:4 | zee verslaan; en zij zal met vuur verteerd worden. ~ 4113 Zac 9:8 | want nu      heb Ik het met Mijn ogen aangezien. ~ 4114 Zac 9:14 | bliksem; en de Heere HEERE zal met de bazuin blazen, en Hij 4115 Zac 9:14 | en Hij zal voorttreden met stormen uit      het zuiden. ~ 4116 Zac 10:2 | ijdele dromen, zij troosten met ijdelheid; daarom zijn zij 4117 Zac 10:5 | strijden; want de HEERE zal met hen wezen; en zij zullen 4118 Zac 10:9 | plaatsen; en zij zullen leven met hun kinderen, en wederkeren. ~ 4119 Zac 11:10 | mijn verbond, hetwelk ik met al deze volken gemaakt had. ~ 4120 Zac 12:4 | HEERE, zal Ik alle paarden met schuwigheid slaan, en hun 4121 Zac 12:4 | schuwigheid slaan, en hun ruiters met zinneloosheid; maar over 4122 Zac 12:4 | paarden der volken zal Ik met blindheid slaan. ~ 4123 Zac 12:10 | over Hem rouwklagen, als met de rouwklage over een enigen 4124 Zac 14:5 | komen, en al de heiligen met U, o HEERE! ~ 4125 Zac 14:18 | die plage over hen zijn, met dewelke de HEERE die heidenen      4126 Mal 2:3 | uwer feesten, zodat men u met denzelven wegnemen zal. ~ 4127 Mal 2:4 | heb; opdat Mijn verbond met Levi zij, zegt de HEERE 4128 Mal 2:5 | 5      Mijn verbond met hem was het leven, en de 4129 Mal 2:6 | lippen gevonden; hij wandelde met Mij in vrede en in rechtmatigheid, 4130 Mal 2:8 | wet, gij hebt het verbond met Levi verdorven, zegt de 4131 Mal 2:13 | altaar des HEEREN bedekt met tranen, met wening en met 4132 Mal 2:13 | HEEREN bedekt met tranen, met wening en met zuchting; 4133 Mal 2:13 | met tranen, met wening en met zuchting; zodat Hij niet 4134 Mal 2:13 | spijsoffer aanschouwen, noch met      welgevallen van uw 4135 Mal 2:14 | de huisvrouw uwer jeugd, met dewelke gij trouwelooslijk 4136 Mal 2:15 | zaad Gods. Daarom, wacht u met uw geest, en dat niemand      4137 Mal 2:16 | alhoewel hij den wrevel bedekt met Zijn kleed, zegt de HEERE 4138 Mal 2:16 | heirscharen; daarom wacht u met uw geest,      dat gij niet 4139 Mal 2:17 | Gij vermoeit den HEERE met uw woorden; nog zegt gij: 4140 Mal 3:5 | die het loon des dagloners met geweld inhouden, die de 4141 Mal 3:9 | 9      Met een vloek zijt gij vervloekt, 4142 Mal 4:6 | Ik niet kome, en de aarde met den ban sla. ~ 4143 Matt 1:18 | als Maria, Zijn moeder, met Jozef ondertrouwd was, eer 4144 Matt 1:23 | is, overgezet zijnde, God met ons. ~ 4145 Matt 2:3 | ontroerd, en geheel Jeruzalem, met hem. ~ 4146 Matt 2:10 | zagen, verheugden zij zich met zeer grote vreugde. ~ 4147 Matt 2:11 | vonden zij het Kindeken met Maria, Zijn moeder, en nedervallende 4148 Matt 2:34 | 11 Ik doop u wel met water tot bekering; maar 4149 Matt 2:34 | na te dragen; Die zal u met den Heiligen Geest en met 4150 Matt 2:34 | met den Heiligen Geest en met vuur dopen. ~ 4151 Matt 2:35 | samenbrengen, en zal het kaf met onuitblusselijk vuur verbranden. ~ 4152 Matt 4:21 | zijn broeder, in het schip met hun vader Zebedeus, hun 4153 Matt 4:24 | die kwalijk gesteld waren, met verscheidene ziekten en 4154 Matt 5:24 | gaat heen, verzoent u eerst met uw broeder, en komt dan 4155 Matt 5:25 | wederpartij, terwijl gij nog met hem op den weg zijt; opdat 4156 Matt 5:28 | alrede overspel in zijn hart met haar gedaan. ~ 4157 Matt 5:40 | 40 En zo iemand met u rechten wil, en uw rok 4158 Matt 5:41 | dwingen een mijl te gaan, gaat met hem twee mijlen. ~ 4159 Matt 6:27 | 27 Wie toch van u kan, met bezorgd te zijn, een el 4160 Matt 7:2 | 2 Want met welk oordeel gij oordeelt, 4161 Matt 7:2 | gij geoordeeld worden; en met welke mate gij meet, zal 4162 Matt 7:6 | niet te eniger tijd dezelve met hun voeten vertreden, en 4163 Matt 8:11 | oosten en westen en zullen met Abraham, en Izak, en Jakob, 4164 Matt 8:16 | wierp de boze geesten uit met den woorde, en Hij genas 4165 Matt 8:29 | Zone Gods! wat hebben wij met U te doen? Zijt Gij hier 4166 Matt 9:10 | kwamen en zaten mede aan, met Jezus en Zijn discipelen. ~ 4167 Matt 9:11 | discipelen: Waarom eet uw Meester met de tollenaren en de zondaren? ~ 4168 Matt 9:36 | scharen ziende, werd innerlijk met ontferming bewogen over 4169 Matt 11:8 | uitgegaan te zien? Een mens, met zachte klederen bekleed? 4170 Matt 11:12 | geweldigers nemen hetzelve met geweld. ~ 4171 Matt 12:3 | hem hongerde, en hun, die met hem waren? ~ 4172 Matt 12:4 | eten, noch ook hun, die met hem waren, maar den priesteren 4173 Matt 12:30 | 30 Wie met Mij niet is, die is tegen 4174 Matt 12:30 | die is tegen Mij; en wie met Mij niet vergadert, die 4175 Matt 12:41 | zullen opstaan in het oordeel met dit geslacht, en zullen 4176 Matt 12:42 | zal opstaan in het oordeel met dit geslacht, en hetzelve 4177 Matt 12:44 | komende, vindt hij het ledig, met bezemen gekeerd en versierd. ~ 4178 Matt 12:45 | Dan gaat hij heen en neemt met zich zeven andere geesten, 4179 Matt 12:45 | eerste. Alzo zal het ook met dit boos geslacht zijn. ~ 4180 Matt 13:14 | Jesaja vervuld, die zegt: Met het gehoor zult gij horen, 4181 Matt 13:15 | geworden, en zij hebben met de oren zwaarlijk gehoord, 4182 Matt 13:15 | zij niet te eniger tijd met de ogen zouden zien, en 4183 Matt 13:15 | de ogen zouden zien, en met de oren horen, en met het 4184 Matt 13:15 | en met de oren horen, en met het hart verstaan, en zich 4185 Matt 13:20 | Woord hoort, en dat terstond met vreugde ontvangt; ~ 4186 Matt 13:29 | vergaderende, ook mogelijk met hetzelve de tarwe niet uittrekt. ~ 4187 Matt 13:40 | het onkruid vergaderd, en met vuur verbrand wordt, alzo 4188 Matt 14:7 | 7 Waarom hij haar met ede beloofde te geven, wat 4189 Matt 14:9 | de eden, en degenen, die met hem aanzaten, gebood hij, 4190 Matt 14:14 | schare, en werd innerlijk met ontferming over hen bewogen, 4191 Matt 15:8 | 8 Dit volk genaakt Mij met hun mond, en eert Mij met 4192 Matt 15:8 | met hun mond, en eert Mij met de lippen, maar hun hart 4193 Matt 15:20 | ontreinigen; maar het eten met ongewassen handen ontreinigt 4194 Matt 15:32 | zeide: Ik word innerlijk met ontferming bewogen over 4195 Matt 16:27 | heerlijkheid Zijns Vaders, met Zijn engelen, en alsdan 4196 Matt 17:1 | En na zes dagen nam Jezus met Zich Petrus, en Jakobus, 4197 Matt 17:3 | werden gezien Mozes en Elias, met Hem samensprekende. ~ 4198 Matt 17:17 | geslacht, hoe lang zal Ik nog met ulieden zijn, hoe lang zal 4199 Matt 18:16 | zo neem nog een of twee met u; opdat in de mond van 4200 Matt 18:23 | zeker koning, die rekening met zijn dienstknechten houden 4201 Matt 18:27 | van dezen dienstknecht, met barmhartigheid innerlijk 4202 Matt 19:10 | Indien de zaak des mensen met de vrouw alzo staat, zo 4203 Matt 20:1 | een heer des huizes, die met den morgenstond uitging, 4204 Matt 20:2 | 2 En als hij met de arbeiders eens geworden 4205 Matt 20:13 | geen onrecht; zijt gij niet met mij eens geworden voor een 4206 Matt 20:15 | niet geoorloofd, te doen met het mijne, wat ik wil? Of 4207 Matt 20:20 | zonen van Zebedeus tot Hem met haar zonen, Hem aanbiddende, 4208 Matt 20:22 | dien Ik drinken zal, en met den doop gedoopt worden, 4209 Matt 20:23 | zult gij wel drinken, en met den doop, waarmede Ik gedoopt 4210 Matt 20:34 | innerlijk bewogen zijnde met barmhartigheid, raakte hun 4211 Matt 21:2 | gebonden vinden, en een veulen met haar; ontbindt ze, en brengt 4212 Matt 22:10 | de bruiloft werd vervuld met aanzittende gasten. ~ 4213 Matt 22:11 | mens, niet gekleed zijnde met een bruiloftskleed; ~ 4214 Matt 22:16 | tot Hem hun discipelen, met de Herodianen, zeggende: 4215 Matt 22:37 | liefhebben den Heere, uw God, met geheel uw hart, en met geheel 4216 Matt 22:37 | met geheel uw hart, en met geheel uw ziel, en met geheel 4217 Matt 22:37 | en met geheel uw ziel, en met geheel uw verstand. ~ 4218 Matt 23:4 | mensen; maar zij willen die met hun vinger niet verroeren. ~ 4219 Matt 23:30 | waren geweest, wij zouden met hen geen gemeenschap gehad 4220 Matt 24:30 | op de wolken des hemels, met grote kracht en heerlijkheid. ~ 4221 Matt 24:31 | zal Zijn engelen uitzenden met een bazuin van groot geluid, 4222 Matt 24:49 | en te eten en te drinken met de dronkaards; ~ 4223 Matt 24:51 | afscheiden, en zijn deel zetten met de geveinsden; daar zal 4224 Matt 25:3 | nemende, namen geen olie met zich. ~ 4225 Matt 25:4 | namen olie in haar vaten, met haar lampen. ~ 4226 Matt 25:10 | die gereed waren, gingen met hem in tot de bruiloft, 4227 Matt 25:19 | dienstknechten, en hield rekening met hen. ~ 4228 Matt 25:27 | mijne wedergenomen hebben met woeker. ~ 4229 Matt 25:31 | en al de heilige engelen met Hem, dan zal Hij zitten 4230 Matt 26:4 | te zamen, dat zij Jezus met listigheid vangen en doden 4231 Matt 26:7 | hebbende een albasten fles met zeer kostelijke zalf, en 4232 Matt 26:11 | de armen hebt gij altijd met u, maar Mij hebt gij niet 4233 Matt 26:18 | bij u het pascha houden met Mijn discipelen. ~ 4234 Matt 26:20 | geworden was, zat Hij aan met de twaalven. 4235 Matt 26:23 | antwoordende, zeide: Die de hand met Mij in den schotel indoopt, 4236 Matt 26:29 | op dien dag, wanneer Ik met u dezelve nieuw zal drinken 4237 Matt 26:35 | tot Hem: Al moest ik ook met U sterven, zo zal ik U geenszins 4238 Matt 26:36 | 36 Toen ging Jezus met hen in een plaats genaamd 4239 Matt 26:37 | 37 En met Zich nemende Petrus, en 4240 Matt 26:38 | toe; blijft hier en waakt met Mij. ~ 4241 Matt 26:40 | Kunt gij dan niet een uur met Mij waken? ~ 4242 Matt 26:47 | van de twaalven, kwam, en met hem een grote schare, met 4243 Matt 26:47 | met hem een grote schare, met zwaarden en stokken, gezonden 4244 Matt 26:51 | ziet, een van degenen, die met Jezus waren, de hand uitstekende, 4245 Matt 26:55 | als tegen een moordenaar, met zwaarden en stokken, om 4246 Matt 26:67 | aangezicht, en sloegen Hem met vuisten. ~ 4247 Matt 26:69 | zeggende: Gij waart ook met Jezus, den Galileer. ~ 4248 Matt 26:71 | aldaar waren: Deze was ook met Jezus den Nazarener. ~ 4249 Matt 26:72 | hij loochende het wederom met een eed, zeggende: Ik ken 4250 Matt 27:19 | zeggende: Heb toch niet te doen met dien Rechtvaardige; want 4251 Matt 27:22 | hen: Wat zal ik dan doen met Jezus, Die genaamd wordt 4252 Matt 27:27 | krijgsknechten des stadhouders Jezus met zich in het rechthuis, en 4253 Matt 27:32 | zij een man van Cyrene, met name Simon; deze dwongen 4254 Matt 27:34 | zij Hem te drinken edik met gal gemengd; en als Hij 4255 Matt 27:38 | 38 Toen werden met Hem twee moordenaars gekruisigd, 4256 Matt 27:41 | desgelijks ook de overpriesters met de Schriftgeleerden, en 4257 Matt 27:44 | ook de moordenaars, die met Hem gekruisigd waren. ~ 4258 Matt 27:46 | de negende ure riep Jezus met een grote stem zeggende: 4259 Matt 27:48 | lopende, nam een spons, en die met edik gevuld hebbende, stak 4260 Matt 27:50 | 50 En Jezus, wederom met een grote stem roepende, 4261 Matt 27:54 | hoofdman over honderd, en die met hem Jezus bewaarden, ziende 4262 Matt 27:57 | rijk man van Arimathea, met name Jozef, die ook zelf 4263 Matt 27:66 | heengaande, verzekerden het graf met de wacht, den steen verzegeld 4264 Matt 28:8 | uitgaande van het graf, met vreze en grote blijdschap, 4265 Matt 28:12 | En zij vergaderd zijnde met de ouderlingen, en te zamen 4266 Matt 28:20 | 20 En ziet, Ik ben met ulieden al de dagen tot 4267 Mark 1:6 | En Johannes was gekleed met kemelshaar, en met een lederen 4268 Mark 1:6 | gekleed met kemelshaar, en met een lederen gordel om zijn 4269 Mark 1:8 | heb ulieden wel gedoopt met water, maar Hij zal u dopen 4270 Mark 1:8 | water, maar Hij zal u dopen met den Heilige Geest. ~ 4271 Mark 1:20 | vader Zebedeus in het schip, met de huurlingen, zijn Hem 4272 Mark 1:23 | in hun synagoge een mens, met een onreinen geest, en hij 4273 Mark 1:24 | Laat af, wat hebben wij met U te doen, Gij Jezus Nazarener, 4274 Mark 1:26 | scheurende, en roepende met een grote stem, ging uit 4275 Mark 1:27 | nieuwe leer is deze, dat Hij met macht ook den onreine geesten 4276 Mark 1:29 | huis van Simon en Andreas, met Jakobus en Johannes. ~ 4277 Mark 1:30 | Simons vrouws moeder lag met de koorts; en terstond zeiden 4278 Mark 1:36 | 36 En Simon, en die met hem waren, zijn Hem nagevolgd. ~ 4279 Mark 1:41 | 41 En Jezus, met barmhartigheid innerlijk 4280 Mark 2:15 | tollenaren en zondaren aanzaten met Jezus en Zijn discipelen; 4281 Mark 2:16 | Farizeen, ziende Hem eten met de tollenaren en zondaren, 4282 Mark 2:16 | discipelen: Wat is het, dat Hij met de tollenaren en zondaren 4283 Mark 2:25 | hongerde, en dengenen, die met hem waren? ~ 4284 Mark 2:26 | gegeven heeft dengenen, die met hem waren? ~ 4285 Mark 3:5 | 5 En als Hij hen met toorn rondom aangezien had, 4286 Mark 3:6 | zijnde, hebben terstond met de Herodianen te zamen raad 4287 Mark 3:7 | 7 En Jezus vertrok met Zijn discipelen naar de 4288 Mark 3:14 | stelde er twaalf, opdat zij met Hem zouden zijn, en opdat 4289 Mark 4:10 | die omtrent Hem waren, met de twaalven, naar de gelijkenis. ~ 4290 Mark 4:16 | hebben, terstond hetzelve met vreugde ontvangen; ~ 4291 Mark 4:24 | hen: Ziet, wat gij hoort. Met wat maat gij meet, zal u 4292 Mark 4:30 | Koninkrijk Gods vergelijken, of met wat gelijkenis zullen wij 4293 Mark 4:36 | waren nog andere scheepjes met Hem. ~ 4294 Mark 4:41 | 41 En zij vreesden met grote vreze, en zeiden tot 4295 Mark 5:2 | uit de graven, een mens met een onreinen geest; ~ 4296 Mark 5:3 | hem binden, ook zelfs niet met ketenen. ~ 4297 Mark 5:4 | 4 Want hij was menigmaal met boeien en ketenen gebonden 4298 Mark 5:5 | roepende en slaande zichzelven met stenen. ~ 4299 Mark 5:7 | 7 En met een grote stem roepende, 4300 Mark 5:7 | roepende, zeide hij: Wat heb ik met U te doen, Jezus, Gij Zone 4301 Mark 5:18 | bezeten was geweest, dat hij met Hem mocht zijn. ~ 4302 Mark 5:22 | de oversten der synagoge, met name Jairus; en Hem ziende, 4303 Mark 5:24 | 24 En Hij ging met hem; en een grote schare 4304 Mark 5:26 | baat gevonden had, maar met welke het veeleer erger 4305 Mark 5:40 | des kinds, en degenen die met Hem waren, en ging binnen, 4306 Mark 5:42 | oud; en zij ontzetten zich met grote ontzetting. ~ 4307 Mark 6:9 | schoenzolen zouden aanbinden, en met geen twee rokken gekleed 4308 Mark 6:13 | en zalfden vele kranken met olie, en maakten hen gezond. ~ 4309 Mark 6:25 | 25 En zij, terstond met haast ingaande tot den koning, 4310 Mark 6:34 | schare, en werd innerlijk met ontferming bewogen over 4311 Mark 6:50 | ontroerd; en terstond sprak Hij met hen, en zeide tot hen: Zijt 4312 Mark 7:2 | sommigen van Zijn discipelen met onreine, dat is, met ongewassen 4313 Mark 7:2 | discipelen met onreine, dat is, met ongewassen handen brood 4314 Mark 7:5 | ouden, maar eten het brood met ongewassen handen? ~ 4315 Mark 7:6 | geschreven is: Dit volk eert Mij met de lippen, maar hun hart 4316 Mark 8:2 | 2 Ik word innerlijk met ontferming bewogen over 4317 Mark 8:4 | Van waar zal iemand dezen met broden hier in de woestijn 4318 Mark 8:10 | het schip gegaan zijnde met Zijn discipelen, is Hij 4319 Mark 8:11 | gingen uit, en begonnen met Hem te twisten, begerende 4320 Mark 8:14 | hadden niet dan een brood met zich in het schip. ~ 4321 Mark 8:19 | mannen, hoeveel volle korven met brokken gij opnaamt? Zij 4322 Mark 8:20 | mannen, hoeveel volle manden met brokken gij opnaamt? En 4323 Mark 8:34 | geroepen hebbende de schare met Zijn discipelen, zeide Hij 4324 Mark 8:38 | heerlijkheid Zijns Vaders, met de heilige engelen. ~  ~ 4325 Mark 9:1 | dat het Koninkrijk Gods met kracht gekomen is. ~ 4326 Mark 9:2 | En na zes dagen nam Jezus met Zich Petrus, en Jakobus, 4327 Mark 9:4 | van hen werd gezien Elias met Mozes, en zij spraken met 4328 Mark 9:4 | met Mozes, en zij spraken met Jezus. ~ 4329 Mark 9:14 | en enige Schriftgeleerden met hen twistende. ~ 4330 Mark 9:16 | Schriftgeleerden: Wat twist gij met dezen? ~ 4331 Mark 9:18 | hem, en schuimt, en knerst met zijn tanden, en verdort; 4332 Mark 9:22 | maar zo Gij iets kunt, wees met innerlijke ontferming over 4333 Mark 9:24 | vader des kinds, roepende met tranen, zeide: Ik geloof, 4334 Mark 9:36 | onder hen, en omving het met Zijn armen, en zeide tot 4335 Mark 9:49 | 49 Want een ieder zal met vuur gezouten worden, en 4336 Mark 9:49 | en iedere offerande zal met zout gezouten worden. ~ 4337 Mark 10:12 | haar man zal verlaten, en met een anderen trouwen, die 4338 Mark 10:16 | 16 En Hij omving ze met Zijn armen, en de handen 4339 Mark 10:30 | en kinderen, en akkers, met de vervolgingen, en in de 4340 Mark 10:38 | drinken, dien Ik drink, en met den doop gedoopt worden, 4341 Mark 10:39 | zult gij wel drinken, en met den doop gedoopt worden, 4342 Mark 11:11 | ging Hij uit naar Bethanie met de twaalven. ~ 4343 Mark 13:26 | zien, komende in de wolken, met grote kracht en heerlijkheid. ~ 4344 Mark 13:35 | of ter middernacht, of met het hanengekraai, of in 4345 Mark 14:1 | Schriftgeleerden zochten, hoe zij Hem met listigheid vangen en doden 4346 Mark 14:3 | hebbende een albasten fles met zalf van onvervalsten nardus, 4347 Mark 14:7 | de armen hebt gij altijd met u, en wanneer gij wilt, 4348 Mark 14:14 | eetzaal, daar Ik het pascha met Mijn discipelen eten zal? ~ 4349 Mark 14:17 | avond geworden was, kwam Hij met de twaalven. ~ 4350 Mark 14:18 | zeg u, dat een van u, die met Mij eet, Mij zal verraden. ~ 4351 Mark 14:20 | een uit de twaalven, die met Mij in de schotel indoopt. ~ 4352 Mark 14:31 | des te meer: Al moest ik met U sterven, zo zal ik U geenszins 4353 Mark 14:33 | 33 En Hij nam met Zich Petrus, en Jakobus, 4354 Mark 14:43 | was van de twaalven, en met hem een grote schare, met 4355 Mark 14:43 | met hem een grote schare, met zwaarden en stokken, gezonden 4356 Mark 14:48 | hen: Zijt gij uitgegaan, met zwaarden en stokken, als 4357 Mark 14:54 | en hij was mede zittende met de dienaren, en zich warmende 4358 Mark 14:58 | Ik zal dezen tempel, die met handen gemaakt is, afbreken, 4359 Mark 14:62 | der kracht Gods, en komen met de wolken des hemels. ~ 4360 Mark 14:65 | aangezicht te bedekken, en met vuisten te slaan, en tot 4361 Mark 14:67 | en zeide: Ook gij waart met Jezus den Nazarener. ~ 4362 Mark 15:1 | overpriesters te zamen raad, met de ouderlingen en Schriftgeleerden, 4363 Mark 15:7 | genaamd Bar-abbas, gevangen met andere medeoproermakers, 4364 Mark 15:12 | Wat wilt gij dan, dat ik met Hem doen zal, Dien gij een 4365 Mark 15:19 | 19 En sloegen Zijn hoofd met een rietstok, en bespogen 4366 Mark 15:27 | 27 En zij kruisigden met Hem twee moordenaars, een 4367 Mark 15:28 | die daar zegt: En Hij is met de misdadigers gerekend. ~ 4368 Mark 15:31 | insgelijks ook de overpriesters, met de schriftgeleerden, zeiden 4369 Mark 15:32 | en geloven mogen. Ook die met Hem gekruist waren, smaadden 4370 Mark 15:34 | negender ure, riep Jezus met een grote stem, zeggende: 4371 Mark 15:36 | een, en vulde een spons met edik, en stak ze op een 4372 Mark 15:41 | vele andere vrouwen, die met Hem naar Jeruzalem opgekomen 4373 Mark 16:5 | ter rechter zijde, bekleed met een wit lang kleed, en werden 4374 Mark 16:10 | boodschapte het dengenen, die met Hem geweest waren, welke 4375 Mark 16:17 | zij duivelen uitwerpen; met nieuwe tongen zullen zij 4376 Luk 1:5 | was een zeker priester, met name Zacharias, van de dagorde 4377 Luk 1:15 | hij drinken, en hij zal met den Heiligen Geest vervuld 4378 Luk 1:27 | maagd, die ondertrouwd was met een man, wiens naam was 4379 Luk 1:28 | begenadigde; de Heere is met u; gij zijt gezegend onder 4380 Luk 1:36 | is ook zelve bevrucht, met een zoon, in haar ouderdom; 4381 Luk 1:39 | diezelfde dagen, reisde met haast naar het gebergte, 4382 Luk 1:41 | en Elizabet werd vervuld met den Heiligen Geest; ~ 4383 Luk 1:42 | 42 En riep uit met een grote stem, en zeide: 4384 Luk 1:53 | 53 Hongerigen heeft Hij met goederen vervuld; en rijken 4385 Luk 1:58 | haar bewezen had, en waren met haar verblijd. ~ 4386 Luk 1:61 | niemand in uw maagschap, die met dien naam genaamd wordt. ~ 4387 Luk 1:66 | En de hand des Heeren was met hem. ~ 4388 Luk 1:67 | zijn vader, werd vervuld met den Heiligen Geest, en profeteerde, 4389 Luk 1:78 | barmhartigheid onzes Gods, met welke ons bezocht heeft 4390 Luk 2:5 | Om beschreven te worden met Maria, zijn ondertrouwde 4391 Luk 2:9 | omscheen hen, en zij vreesden met grote vreze. ~ 4392 Luk 2:13 | En van stonde aan was er met den engel een menigte des 4393 Luk 2:16 | 16 En zij kwamen met haast, en vonden Maria en 4394 Luk 2:27 | naar de gewoonte der wet met Hem te doen; ~ 4395 Luk 2:36 | ouderdom gekomen, welke met haar man zeven jaren had 4396 Luk 2:37 | niet week uit den tempel, met vasten en bidden, God dienende 4397 Luk 2:40 | in den geest, en vervuld met wijsheid; en de genade Gods 4398 Luk 2:48 | Uw vader en ik hebben U met angst gezocht. ~ 4399 Luk 2:51 | 51 En Hij ging met hen af, en kwam te Nazareth, 4400 Luk 3:14 | ontvreemdt niemand het zijne met bedrog, en laat u vergenoegen 4401 Luk 3:14 | bedrog, en laat u vergenoegen met uw bezoldigingen. ~ 4402 Luk 3:16 | zeggende: Ik doop u wel met water; maar Hij komt, Die 4403 Luk 3:16 | ontbinden; Deze zal u dopen met den Heiligen Geest en met 4404 Luk 3:16 | met den Heiligen Geest en met vuur; ~ 4405 Luk 3:17 | samenbrengen; maar het kaf zal Hij met onuitblusselijk vuur verbranden. ~ 4406 Luk 4:28 | werden allen in de synagoge met toorn vervuld, als zij dit 4407 Luk 4:32 | leer, want Zijn woord was met macht. ~ 4408 Luk 4:33 | duivels; en hij riep uit met grote stemme, ~ 4409 Luk 4:34 | Laat af, wat hebben wij met U te doen, Gij Jezus Nazarener? 4410 Luk 4:36 | Wat woord is dit, dat Hij met macht en kracht den onreinen 4411 Luk 4:38 | Simons vrouws moeder was met een grote koorts bevangen, 4412 Luk 4:40 | allen, die kranken hadden, met verscheidenen ziekten bevangen, 4413 Luk 5:9 | bevangen, en allen, die met hem waren, over de vangst 4414 Luk 5:19 | hem door de tichelen neder met het beddeken, in het midden, 4415 Luk 5:26 | verheerlijkten God, en werden vervuld met vreze, zeggende: Wij hebben 4416 Luk 5:27 | uit, en zag een tollenaar, met name Levi, zitten in het 4417 Luk 5:29 | tollenaren, en van anderen, die met hen aanzaten. ~ 4418 Luk 5:30 | Waarom eet en drinkt gij met tollenaren en zondaren? 4419 Luk 5:36 | lap van het nieuwe komt met het oude niet overeen. ~ 4420 Luk 6:1 | en aten ze, die wrijvende met de handen. ~ 4421 Luk 6:3 | hongerde, en dengenen, die met hem waren? ~ 4422 Luk 6:4 | ook gegeven dengenen, die met hem waren, welke niet zijn 4423 Luk 6:11 | 11 En zij werden vervuld met uitzinnigheid, en spraken 4424 Luk 6:11 | uitzinnigheid, en spraken samen met elkander, wat zij Jezus 4425 Luk 6:17 | 17 En met hen afgekomen zijnde, stond 4426 Luk 6:17 | op een vlakke plaats, en met Hem de schare Zijner discipelen, 4427 Luk 6:38 | in uw schoot geven; want met dezelfde maat, waarmede 4428 Luk 7:6 | 6 En Jezus ging met hen. En als Hij nu niet 4429 Luk 7:7 | U te komen; maar zeg het met een woord, en mijn knecht 4430 Luk 7:11 | een stad, genaamd Nain, en met Hem gingen velen van Zijn 4431 Luk 7:12 | grote schare van de stad was met haar. ~ 4432 Luk 7:13 | haar ziende, werd innerlijk met ontferming over haar bewogen, 4433 Luk 7:25 | uitgegaan te zien? Een mens, met zachte klederen bekleed? 4434 Luk 7:29 | horende, en de tollenaars, die met den doop van Johannes gedoopt 4435 Luk 7:36 | Farizeen bad Hem, dat Hij met hem ate; en ingegaan zijnde 4436 Luk 7:37 | bracht een albasten fles met zalf. ~ 4437 Luk 7:38 | Zijn voeten nat te maken met tranen, en zij droogde ze 4438 Luk 7:38 | tranen, en zij droogde ze af met het haar van haar hoofd, 4439 Luk 7:38 | Zijn voeten, en zalfde ze met de zalf. ~ 4440 Luk 7:44 | maar deze heeft Mijn voeten met tranen nat gemaakt, en met 4441 Luk 7:44 | met tranen nat gemaakt, en met het haar van haar hoofd 4442 Luk 7:46 | 46 Met olie hebt gij Mijn hoofd 4443 Luk 7:46 | maar deze heeft Mijn voeten met zalf gezalfd. ~ 4444 Luk 8:1 | Gods; en de twaalven waren met Hem; ~ 4445 Luk 8:13 | gehoord hebben, het Woord met vreugde ontvangen; en dezen 4446 Luk 8:16 | ontsteekt, bedekt dezelve met een vat, of zet ze onder 4447 Luk 8:22 | ging, en Zijn discipelen met Hem; en Hij zeide tot hen: 4448 Luk 8:27 | die van over langen tijd met duivelen was bezeten geweest; 4449 Luk 8:27 | bezeten geweest; en was met geen klederen gekleed, en 4450 Luk 8:28 | voor Hem neder, en zeide met een grote stem: Wat heb 4451 Luk 8:28 | een grote stem: Wat heb ik met U te doen, Jezus, Gij Zone 4452 Luk 8:29 | bevangen gehad; en hij werd met ketenen en met boeien gebonden, 4453 Luk 8:29 | hij werd met ketenen en met boeien gebonden, om bewaard 4454 Luk 8:37 | wegging; want zij waren met grote vreze bevangen. En 4455 Luk 8:45 | ontkenden, zeide Petrus en die met hem waren: Meester, de scharen 4456 Luk 9:18 | biddende, dat de discipelen met Hem waren, en Hij vraagde 4457 Luk 9:30 | ziet, twee mannen spraken met Hem, welke waren Mozes en 4458 Luk 9:32 | 32 Petrus nu, en die met hem waren, waren met slaap 4459 Luk 9:32 | die met hem waren, waren met slaap bezwaard; en ontwaakt 4460 Luk 9:49 | hem verboden, omdat hij U met ons niet volgt. ~ 4461 Luk 10:17 | zeventigen zijn wedergekeerd met blijdschap, zeggende: Heere, 4462 Luk 10:33 | en hem ziende, werd hij met innerlijke ontferming bewogen. ~ 4463 Luk 10:38 | vlek; en een zekere vrouw, met name Martha, ontving Hem 4464 Luk 10:40 | Doch Martha was zeer bezig met veel dienens, en daarbij 4465 Luk 11:7 | gesloten, en mijn kinderen zijn met mij in de slaapkamer; ik 4466 Luk 11:23 | 23 Wie met Mij niet is, die is tegen 4467 Luk 11:23 | die is tegen Mij; en wie met Mij niet vergadert, die 4468 Luk 11:25 | En komende, vindt hij het met bezemen gekeerd en versierd. ~ 4469 Luk 11:26 | gaat hij heen, en neemt met zich zeven anderen geesten, 4470 Luk 11:31 | zal opstaan in het oordeel met de mannen van dit geslacht, 4471 Luk 11:32 | zullen opstaan in het oordeel met dit geslacht, en zullen 4472 Luk 11:36 | gelijk wanneer de kaars met het schijnsel u verlicht. ~ 4473 Luk 11:46 | want gij belast de mensen met lasten, zwaar om te dragen, 4474 Luk 11:46 | gij die lasten niet aan met een van uw vingeren. ~ 4475 Luk 12:13 | zeg mijn broeder, dat hij met mij de erfenis dele. ~ 4476 Luk 12:21 | 21 Alzo is het met dien, die zichzelven schatten 4477 Luk 12:25 | 25 Wie toch van u kan, met bezorgd te zijn, een el 4478 Luk 12:46 | en zal zijn deel zetten met de ontrouwen. ~ 4479 Luk 12:47 | wil gedaan heeft, die zal met vele slagen geslagen worden. ~ 4480 Luk 12:48 | slagen waardig zijn, die zal met weinige slagen geslagen 4481 Luk 12:50 | 50 Maar Ik moet met een doop gedoopt worden; 4482 Luk 12:58 | 58 Want als gij heengaat met uw wederpartij voor de overheid, 4483 Luk 13:1 | Galileers, welker bloed Pilatus met hun offeranden gemengd had. ~ 4484 Luk 14:9 | gij alsdan zoudt beginnen met schaamte de laatste plaats 4485 Luk 14:10 | eer zijn voor degenen, die met u aanzitten. ~ 4486 Luk 14:25 | 25 En vele scharen gingen met Hem; en Hij, Zich omkerende, 4487 Luk 14:31 | beraadslaagt, of hij machtig is met tien duizend te ontmoeten 4488 Luk 14:31 | te ontmoeten dengene, die met twintig duizend tegen hem 4489 Luk 15:2 | ontvangt de zondaars, en eet met hen. ~ 4490 Luk 15:6 | zeggende tot hen: Weest blijde met mij; want ik heb mijn schaap 4491 Luk 15:8 | kaars, en keert het huis met bezemen, en zoekt naarstiglijk, 4492 Luk 15:9 | zeggende: Weest blijde met mij; want ik heb den penning 4493 Luk 15:16 | begeerde zijn buik te vullen met den draf, dien de zwijnen 4494 Luk 15:20 | hem zijn vader, en werd met innerlijke ontferming bewogen; 4495 Luk 15:29 | bokje gegeven, opdat ik met mijn vrienden mocht vrolijk 4496 Luk 15:30 | gekomen is, die uw goed met hoeren doorgebracht heeft, 4497 Luk 16:19 | rijk mens, en was gekleed met purper en zeer fijn lijnwaad, 4498 Luk 16:20 | was een zeker bedelaar, met name Lazarus, welke lag 4499 Luk 17:15 | genezen was, keerde wederom, met grote stemme God verheerlijkende. ~ 4500 Luk 17:20 | Koninkrijk Gods komt niet met uiterlijk gelaat. ~


1-500 | 501-1000 | 1001-1500 | 1501-2000 | 2001-2500 | 2501-3000 | 3001-3500 | 3501-4000 | 4001-4500 | 4501-5000 | 5001-5303

Best viewed with any browser at 800x600 or 768x1024 on Tablet PC
IntraText® (V89) - Some rights reserved by EuloTech SRL - 1996-2007. Content in this page is licensed under a Creative Commons License