Book Chapter: Verse
1 Gen 37:55 | en Farao zeide tot alle Egyptenaren: Gaat tot Jozef, doet wat
2 Gen 37:56 | was, en verkocht aan de Egyptenaren; want de honger was sterk
3 Gen 39:32 | het bijzonder; en voor de Egyptenaren, die met hem aten, in het
4 Gen 39:32 | Hebreen, dewijl zulks den Egyptenaren een gruwel is. ~
5 Gen 41:2 | met wenen, zodat het de Egyptenaren hoorden, en dat het Farao'
6 Gen 42:34 | alle schaapherder is de Egyptenaren een gruwel. ~ ~
7 Gen 46:11 | Dit is een zware rouw der Egyptenaren; daarom noemde men haar
8 Exo 3:8 | verlosse uit de hand der Egyptenaren, en het opvoere uit dit
9 Exo 3:21 | genade geven in de ogen der Egyptenaren; en het zal geschieden,
10 Exo 6:5 | van onder de lasten der Egyptenaren, en Ik zal u redden uit
11 Exo 6:6 | van onder de lasten der Egyptenaren. ~
12 Exo 7:19 | uit over de wateren der Egyptenaren, over hun stromen, over
13 Exo 8:21 | alzo dat de huizen der Egyptenaren met deze vermenging zullen
14 Exo 8:26 | doe; want wij zouden der Egyptenaren gruwel den HEERE, onzen
15 Exo 8:26 | offeren; zie, indien wij der Egyptenaren gruwel voor hun ogen offerden,
16 Exo 9:4 | Israelieten, en tussen het vee der Egyptenaren, dat er niets sterve van
17 Exo 9:6 | daags; en al het vee der Egyptenaren stierf; maar van het vee
18 Exo 9:11 | waren zweren, en aan al de Egyptenaren. ~
19 Exo 10:6 | knechten, en de huizen van alle Egyptenaren; dewelke uw vaders, noch
20 Exo 10:14 | neder aan al de palen der Egyptenaren, zeer zwaar; voor dezen
21 Exo 11:3 | volk genade in de ogen der Egyptenaren; ook was de man Mozes zeer
22 Exo 11:7 | dat de HEERE tussen de Egyptenaren en tussen de Israelieten
23 Exo 12:12 | oefenen aan alle goden der Egyptenaren, Ik, de HEERE! ~
24 Exo 12:23 | HEERE zal doorgaan, om de Egyptenaren te slaan; doch wanneer Hij
25 Exo 12:27 | voorbijging in Egypte, toen Hij de Egyptenaren sloeg, en onze huizen bevrijdde!
26 Exo 12:35 | Mozes, en hadden van de Egyptenaren geeist zilveren vaten, en
27 Exo 12:36 | genade gegeven in de ogen der Egyptenaren, dat zij hun hun begeerte
28 Exo 12:36 | deden; en zij beroofden de Egyptenaren. ~
29 Exo 14:12 | van ons, en laat ons de Egyptenaren dienen? Want het ware ons
30 Exo 14:12 | ware ons beter geweest de Egyptenaren te dienen, dan in deze woestijn
31 Exo 14:17 | zie, Ik zal het hart der Egyptenaren verstokken, dat zij na hen
32 Exo 14:20 | kwamen tussen het leger der Egyptenaren, en tussen het leger van
33 Exo 14:24 | wolk, zag op het leger der Egyptenaren; en Hij verschrikte het
34 Exo 14:24 | verschrikte het leger der Egyptenaren. ~
35 Exo 14:30 | dien dag uit de hand der Egyptenaren; en Israel zag de Egyptenaren
36 Exo 14:30 | Egyptenaren; en Israel zag de Egyptenaren dood aan den oever der zee. ~
37 Exo 14:31 | hand, die de HEERE aan de Egyptenaren bewezen had; en het volk
38 Exo 18:8 | HEERE aan Farao en aan de Egyptenaren gedaan had, om Israels wil;
39 Exo 18:9 | verlost had uit de hand der Egyptenaren. ~
40 Exo 18:10 | verlost heeft uit de hand der Egyptenaren, en uit Farao's hand; Die
41 Exo 18:10 | volk van onder de hand der Egyptenaren verlost heeft! ~
42 Exo 19:4 | hebt gezien, wat Ik den Egyptenaren gedaan heb; hoe Ik u op
43 Lev 25:13 | Die u uit het land der Egyptenaren uitgevoerd heb, opdat gij
44 Num 32:3 | hand, voor de ogen van alle Egyptenaren; ~
45 Deu 7:15 | van de kwade ziekten der Egyptenaren, die gij kent, opleggen,
46 Deu 7:18 | God, aan Farao en aan alle Egyptenaren gedaan heeft; ~
47 Deu 11:4 | gedaan heeft aan het heir der Egyptenaren, aan deszelfs paarden en
48 Ric 5:9 | verlost van de hand der Egyptenaren, en van de hand van allen,
49 Ric 9:11 | Israels: Heb Ik u niet van de Egyptenaren, en van de Amorieten, en
50 1Sa 10:18 | ulieden van de hand der Egyptenaren gered, en van de hand van
51 1Kon 4:30| en dan alle wijsheid der Egyptenaren; ~
52 2Kon 7:6 | Hethieten, en de koningen der Egyptenaren, om tegen ons te komen. ~
53 Ezra 9:1 | Ammonieten, de Moabieten, de Egyptenaren en Amorieten. ~
54 Psa 136:10 | 10 Dien, Die de Egyptenaren geslagen heeft in hun eerstgeborenen;
55 Jes 10:24 | naar de wijze der Egyptenaren; ~
56 Jes 10:26 | verheffen zal, naar de wijze der Egyptenaren. ~
57 Jes 19:1 | aangezicht, en het hart der Egyptenaren zal smelten in het binnenste
58 Jes 19:2 | 2 Want Ik zal de Egyptenaren tegen de Egyptenaren verwarren,
59 Jes 19:2 | de Egyptenaren tegen de Egyptenaren verwarren, dat zij zullen
60 Jes 19:3 | 3 En de geest der Egyptenaren zal uitgeledigd worden in
61 Jes 19:15 | geen werk wezen voor de Egyptenaren, hetwelk het hoofd of de
62 Jes 19:17 | het land van Juda zal den Egyptenaren tot een schrik zijn; zo
63 Jes 19:21 | En de HEERE zal den Egyptenaren bekend worden, en de Egyptenaars
64 Jes 19:24 | Israel de derde wezen met de Egyptenaren en met de Assyriers, een
65 Jes 20:4 | voortdrijven de gevangenen der Egyptenaren, en de Moren, die weggevoerd
66 Jes 20:4 | met blote billen, den Egyptenaren tot schaamte. ~
67 Jes 31:3 | 3 Want de Egyptenaren zijn mensen, en geen God,
68 Jes 45:14 | de HEERE: De arbeid der Egyptenaren en de koophandel der Moren
69 Eze 29:14 | Ik zal de gevangenis der Egyptenaren wenden, en hen wederbrengen
70 Zac 14:18 | indien het geslacht der Egyptenaren, over dewelke de. regen
71 Zac 14:19 | Dit zal de zonde der Egyptenaren zijn, mitsgaders de zonde
|