Book Chapter: Verse

5001 Heb   7:14  |            Heere uit Juda gesproten is; op welken stam Mozes niets
5002 Heb   7:27  |              eigen zonden slachtofferen op te offeren, daarna, voor
5003 Heb   8:4   |                       4 Want indien Hij op aarde ware, zo zou Hij zelfs
5004 Heb   8:5   |               naar de afbeelding, die u op den berg getoond is. ~
5005 Heb   8:9   |                niet gebleven, en Ik heb op hen niet geacht, zegt de
5006 Heb   9:10  |    rechtvaardigmakingen des vleses, tot op den tijd der verbetering
5007 Heb  10:20  |                                      20 Op een versen en levenden weg,
5008 Heb  10:24  |                          24 En laat ons op elkander acht nemen, tot
5009 Heb  11:13  |                 gasten en vreemdelingen op de aarde waren. ~
5010 Heb  11:21  |              heeft aangebeden, leunende op het opperste van zijn staf. ~
5011 Heb  11:26  |                 in Egypte; want hij zag op de vergelding des loons. ~
5012 Heb  11:34  |                 heirlegers der vreemden op de vlucht hebben gebracht; ~
5013 Heb  11:38  |               in woestijnen gedoold, en op bergen, en in spelonken,
5014 Heb  12:2   |                                2 Ziende op den oversten Leidsman en
5015 Heb  12:12  |                   12 Daarom richt weder op de trage handen, en de slappe
5016 Heb  12:25  |               dengene verwierpen, welke op aarde Goddelijke antwoorden
5017 Jako   1:6  |                van den wind gedreven en op en nedergeworpen wordt. ~
5018 Jako   2:3  |                hem zeggen: Zit gij hier op een eerlijke plaats; en
5019 Jako   2:21 |               zijn zoon, geofferd heeft op het altaar? ~
5020 Jako   5:5  |                 hebt lekkerlijk geleefd op de aarde, en wellusten gevolgd;
5021 Jako   5:17 |            regenen; en het regende niet op de aarde in drie jaren en
5022 1Pet   1:11 |                       11 Onderzoekende, op welke of hoedanigen tijd
5023 1Pet   1:11 |               getuigde, het lijden, dat op Christus komen zou, en de
5024 1Pet   1:13 |              zijnde, hoopt volkomenlijk op de genade, die u toegebracht
5025 1Pet   1:21 |                 opdat uw geloof en hoop op God zijn zou. ~
5026 1Pet   2:5  |               om geestelijke offeranden op te offeren, die Gode aangenaam
5027 1Pet   2:24 |             Zijn lichaam gedragen heeft op het hout; opdat wij, der
5028 1Pet   3:5  |                 de heilige vrouwen, die op God hoopten, en waren haar
5029 1Pet   4:14 |                en de Geest van God rust op u. Wat hen aangaat, Hij
5030 1Pet   5:7  |                 Werpt al uw bekommernis op Hem, want Hij zorgt voor
5031 2Pet   1:18 |               geweest, toen wij met Hem op de heilige berg waren. ~
5032 2Pet   1:19 |               gij daarop acht hebt, als op een licht, schijnende in
5033 2Pet   2:8  |            wonende onder hen, heeft dag op dag zijn rechtvaardige ziel
5034 2Pet   3:18 |                            18 Maar wast op in de genade en kennis van
5035 1Joh   3:3  |                 iegelijk, die deze hoop op Hem heeft, die reinigt zichzelven,
5036 1Joh   5:8  |              drie zijn er, die getuigen op de aarde, de Geest, en het
5037 Jud   1:7   |              steden rondom dezelve, die op gelijke wijze als deze gehoereerd
5038 Jud   1:20  |            geliefden, bouwt gij uzelven op uw allerheiligst geloof,
5039 Open   1:9  |                 van Jezus Christus, was op het eiland, genaamd Patmos,
5040 Open   1:10 |               10 En ik was in den geest op den dag des Heeren; en ik
5041 Open   1:17 |              Hij legde Zijn rechterhand op mij, zeggende tot mij: Vrees
5042 Open   2:17 |                een witten keursteen, en op den keursteen een nieuwen
5043 Open   3:3  |                 en gij zult niet weten, op wat ure Ik over u komen
5044 Open   3:10 |               zal, om te verzoeken, die op de aarde wonen. ~
5045 Open   3:12 |                 daaruit gaan; en Ik zal op hem schrijven den Naam Mijns
5046 Open   4:1  |              sprekende, zeide: Kom hier op, en Ik zal u tonen, hetgeen
5047 Open   4:2  |                den hemel, en er zat Een op den troon. ~
5048 Open   4:4  |              vier en twintig tronen; en op de tronen zag ik de vier
5049 Open   4:4  |                zij hadden gouden kronen op hun hoofden. ~
5050 Open   4:9  |              dankzegging gaven Hem, Die op den troon zat, Die in alle
5051 Open   4:10 |               ouderlingen voor Hem, Die op den troon zat, en aanbaden
5052 Open   5:1  |              rechter hand Desgenen, Die op den troon zat, een boek,
5053 Open   5:3  |              niemand in den hemel, noch op de aarde, noch onder de
5054 Open   5:7  |              rechter hand Desgenen, Die op den troon zat. ~
5055 Open   5:10 |             zullen als koningen heersen op de aarde. ~
5056 Open   5:13 |                 dat in den hemel is, en op de aarde, en onder de aarde,
5057 Open   5:13 |              hoorde ik zeggen: Hem, Die op den troon zit, en het Lam,
5058 Open   6:10 |             bloed niet van degenen, die op de aarde wonen? ~
5059 Open   6:13 |               sterren des hemels vielen op de aarde, gelijk een vijgeboom
5060 Open   6:16 |                tot de steenrotsen: Valt op ons, en verbergt ons van
5061 Open   6:16 |                aangezicht Desgenen, Die op den troon zit, en van den
5062 Open   7:1  |               zag ik vier engelen staan op de vier hoeken der aarde,
5063 Open   7:1  |              opdat geen wind zou waaien op de aarde, noch op de zee,
5064 Open   7:1  |                waaien op de aarde, noch op de zee, noch tegen enigen
5065 Open   7:10 |            zaligheid zij onzen God, Die op den troon zit, en het Lam. ~
5066 Open   7:11 |             vielen voor den troon neder op hun aangezicht, en aanbaden
5067 Open   7:15 |            nacht in Zijn tempel; en Die op den troon zit, zal hen overschaduwen. ~
5068 Open   7:16 |             meer dorsten, en de zon zal op hen niet vallen, noch enige
5069 Open   8:3  |               aller heiligen zou leggen op het gouden altaar, dat voor
5070 Open   8:4  |              gebeden der heiligen, ging op van de hand des engels voor
5071 Open   8:5  |               des altaars, en wierp het op de aarde; en er geschiedden
5072 Open   8:7  |          gemengd met bloed, en zij zijn op de aarde geworpen; en het
5073 Open   8:10 |               den hemel, en is gevallen op het derde deel der rivieren,
5074 Open   8:10 |             derde deel der rivieren, en op de fonteinen der wateren. ~
5075 Open   8:13 |                 wee, wee, dengenen, die op de aarde wonen, van de overige
5076 Open   9:1  |                  gevallen uit den hemel op de aarde, en haar werd gegeven
5077 Open   9:3  |                 rook kwamen sprinkhanen op de aarde, en hun werd macht
5078 Open   9:7  |              den oorlog bereid zijn; en op hun hoofden waren als kronen,
5079 Open  10:2  |              hij zette zijn rechtervoet op de zee, en den linker op
5080 Open  10:2  |                op de zee, en den linker op de aarde. ~
5081 Open  10:5  |                engel, dien ik zag staan op de zee, en op de aarde,
5082 Open  10:5  |                 zag staan op de zee, en op de aarde, hief zijn hand
5083 Open  10:5  |                de aarde, hief zijn hand op naar den hemel; ~
5084 Open  10:8  |                 hand des engels is, die op de zee en op de aarde staat. ~
5085 Open  10:8  |             engels is, die op de zee en op de aarde staat. ~
5086 Open  10:9  |                mij: Neem dat en eet het op; en het zal uw buik bitter
5087 Open  10:10 |                des engels, en ik at dat op; en het was in mijn mond
5088 Open  11:1  |               engel stond en zeide: Sta op, en meet den tempel Gods
5089 Open  11:8  |             dode lichamen zullen liggen op de straat der grote stad,
5090 Open  11:10 |                               10 En die op de aarde wonen, die zullen
5091 Open  11:10 |              twee profeten degenen, die op de aarde wonen, gepijnigd
5092 Open  11:11 |              hen gegaan; en zij stonden op hun voeten; en er is grote
5093 Open  11:11 |                 is grote vrees gevallen op degenen, die hen aanschouwden. ~
5094 Open  11:12 |               hen zeide: Komt herwaarts op. En zij voeren op naar den
5095 Open  11:12 |             herwaarts op. En zij voeren op naar den hemel in de wolk;
5096 Open  11:16 |        ouderlingen, die voor God zitten op hun tronen, vielen neder
5097 Open  11:16 |                hun tronen, vielen neder op hun aangezichten, en aanbaden
5098 Open  12:1  |               was onder haar voeten, en op haar hoofd een kroon van
5099 Open  12:3  |            hoofden, en tien hoornen, en op zijn hoofden zeven koninklijke
5100 Open  12:4  |                des hemels, en wierp die op de aarde. En de draak stond
5101 Open  12:9  |                hij is, zeg ik, geworpen op de aarde; en zijn engelen
5102 Open  12:13 |              toen de draak zag, dat hij op de aarde geworpen was, zo
5103 Open  12:17 |                17 En de draak vergrimde op de vrouw, en ging heen om
5104 Open  12:18 |                          18 En ik stond op het zand der zee. ~  ~  ~ 
5105 Open  13:1  |             hoofden en tien hoornen; en op zijn hoornen waren tien
5106 Open  13:1  |             tien koninklijke hoeden, en op zijn hoofden was een naam
5107 Open  13:8  |                         8 En allen, die op de aarde wonen, zullen hetzelve
5108 Open  13:13 |              uit den hemel doet afkomen op de aarde, voor de mensen. ~
5109 Open  13:14 |                En verleidt degenen, die op de aarde wonen, door de
5110 Open  13:14 |               zeggende tot degenen, die op de aarde wonen, dat zij
5111 Open  14:1  |                  en ziet, het Lam stond op den berg Sion, en met Hem
5112 Open  14:2  |              van citerspelers, spelende op hun citers; ~
5113 Open  14:6  |               verkondigen dengenen, die op de aarde wonen, en aan alle
5114 Open  14:11 |             rook van hun pijniging gaat op in alle eeuwigheid, en zij
5115 Open  14:14 |                ziet, een witte wolk, en op de wolk was Een gezeten,
5116 Open  14:14 |            mensen Zoon gelijk, hebbende op Zijn hoofd een gouden kroon;
5117 Open  14:15 |             grote stem tot Dengene, Die op de wolk zat: Zend Uw sikkel
5118 Open  14:16 |                               16 En Die op de wolk zat, zond Zijn sikkel
5119 Open  14:16 |              wolk zat, zond Zijn sikkel op de aarde, en de aarde werd
5120 Open  14:19 |               de engel zond zijn sikkel op de aarde en sneed de druiven
5121 Open  16:1  |           fiolen van den toorn Gods uit op de aarde. ~
5122 Open  16:2  |                  en goot zijn fiool uit op de aarde; en er werd een
5123 Open  16:8  |               engel goot zijn fiool uit op de zon; en haar is macht
5124 Open  16:10 |               engel goot zijn fiool uit op den troon van het beest;
5125 Open  16:12 |               engel goot zijn fiool uit op de grote rivier, den Eufraat;
5126 Open  16:18 |              geschied van dat de mensen op de aarde geweest zijn, namelijk
5127 Open  16:21 |                viel neder uit den hemel op de mensen; en de mensen
5128 Open  17:1  |                grote hoer, die daar zit op vele wateren; ~
5129 Open  17:3  |                 zag een vrouw, zittende op een scharlaken rood beest,
5130 Open  17:5  |                                    5 En op haar voorhoofd was een naam
5131 Open  17:8  |               ten verderve gaan; en die op de aarde wonen, zullen verwonderd
5132 Open  17:9  |              hoofden zijn zeven bergen, op welke de vrouw zit. ~
5133 Open  17:12 |                koningen macht ontvangen op een ure met het beest. ~
5134 Open  17:16 |            hoornen, die gij gezien hebt op het beest, die zullen de
5135 Open  18:5  |                 haar zonden zijn de ene op de andere gevolgd tot den
5136 Open  18:8  |               Daarom zullen haar plagen op een dag komen, namelijk
5137 Open  18:17 |             stuurlieden, en al het volk op de schepen, en bootsgezellen,
5138 Open  18:19 |                  19 En zij wierpen stof op hun hoofden, en riepen,
5139 Open  18:21 |             sterke engel hief een steen op als een groten molensteen,
5140 Open  18:24 |               dergenen, die gedood zijn op de aarde. ~  ~
5141 Open  19:3  |            Halleluja! En haar rook gaat op in alle eeuwigheid. ~
5142 Open  19:4  |             neder, en aanbaden God, Die op den troon zat, zeggende:
5143 Open  19:11 |             ziet, een wit paard, en Die op hetzelve zat, was genaamd
5144 Open  19:12 |            waren als een vlam vuurs, en op Zijn hoofd waren vele koninklijke
5145 Open  19:14 |                in den hemel volgden Hem op witte paarden, gekleed met
5146 Open  19:16 |                         16 En Hij heeft op Zijn kleed en op Zijn dij
5147 Open  19:16 |              Hij heeft op Zijn kleed en op Zijn dij dezen Naam geschreven:
5148 Open  19:19 |                te voeren tegen Hem, Die op het paard zat, en tegen
5149 Open  19:21 |                het zwaard Desgenen, Die op het paard zat, hetwelk uit
5150 Open  20:4  |                zag tronen, en zij zaten op dezelve; en het oordeel
5151 Open  20:9  |                 9 En zij zijn opgekomen op de breedte der aarde, en
5152 Open  21:5  |                                5 En Die op den troon zat, zeide: Ziet,
5153 Open  21:10 |             voerde mij weg in den geest op een groten en hogen berg,
5154 Open  21:16 |                de stad met den rietstok op twaalf duizend stadien;
5155 Open  21:17 |                 17 En hij mat haar muur op honderd vier en veertig
5156 Open  22:2  |               midden van haar straat en op de ene en de andere zijde
5157 Open  22:4  |       aangezicht zien, en Zijn Naam zal op hun voorhoofden zijn. ~