Table of Contents | Words: Alphabetical - Frequency - Inverse - Length - Statistics | Help | IntraText Library
Alphabetical    [«  »]
alrede 30
alreeds 3
alrielieten 1
als 4462
alsdan 53
alsem 10
alsnog 1
Frequency    [«  »]
5824 hem
5303 met
5157 op
4462 als
4422 mijn
4250 want
4160 mij

Bijbel

IntraText - Concordances

als

1-500 | 501-1000 | 1001-1500 | 1501-2000 | 2001-2500 | 2501-3000 | 3001-3500 | 3501-4000 | 4001-4462

     Book Chapter: Verse
501 Num 5:27 | 27 Als hij haar nu dat water zal 502 Num 5:29 | is de wet der ijveringen, als een vrouw, onder haar man 503 Num 5:30 | 30 Of als over en man die ijvergeest 504 Num 6:7 | zich niet verontreinigen, als zij dood zijn; want het 505 Num 6:13 | des Nazireers: op den dag, als de dagen van zijn Nazireerschap 506 Num 7:1 | het geschiedde ten dage, als Mozes geeindigd had den 507 Num 7:10 | des altaars, op den dag als hetzelve gezalfd werd; de 508 Num 7:84 | oversten van Israel, op den dag als hetzelve gezalfd werd: twaalf 509 Num 7:89 | 89 En als Mozes in de tent der samenkomst 510 Num 8:2 | tot Aaron, en zeg tot hem: Als gij de lampen aansteken 511 Num 8:19 | onder de kinderen Israels, als de kinderen Israels tot 512 Num 8:22 | aangezicht zijner zonen; gelijk als de HEERE Mozes van de Levieten 513 Num 9:13 | 13 Als een man, die rein is, en 514 Num 9:14 | wanneer een vreemdeling bij u als vreemdeling verkeert, en 515 Num 9:15 | was over den tabernakel als een gedaante des vuurs, 516 Num 9:19 | 19 En als de wolk vele dagen over 517 Num 9:20 | 20 Als het nu was, dat de wolk 518 Num 9:21 | des daags, of des nachts, als de wolk opgeheven werd, 519 Num 9:22 | 22 Of als de wolk twee dagen, of een 520 Num 9:22 | en verreisden niet; en als zij verheven werd, verreisden 521 Num 10:3 | 3 Als zij met dezelve blazen zullen, 522 Num 10:4 | 4 Maar als zij met de ene zullen blazen, 523 Num 10:5 | 5 Als gij met een gebroken geklank 524 Num 10:6 | 6 Maar als gij ten tweeden male met 525 Num 10:28 | Israels, naar hun heiren, als zij reisden. ~ 526 Num 10:32 | 32 En het zal geschieden, als gij met ons zult gaan, en 527 Num 10:34 | was des daags over hen, als zij uit het leger verreisden. ~ 528 Num 10:36 | 36 En als zij rustte, zeide hij: Kom 529 Num 11:1 | 1 En het geschiedde, als het volk zich was beklagende, 530 Num 11:7 | 7 Het Man nu was als korianderzaad, en zijn verf 531 Num 11:7 | korianderzaad, en zijn verf was als de verf van den bedolah. ~ 532 Num 11:8 | koeken; en zijn smaak was als de smaak van de beste vochtigheid 533 Num 11:12 | het in uw schoot, gelijk als een voedstervader den zuigeling 534 Num 11:25 | oudsten; en het geschiedde, als de Geest op hen rustte, 535 Num 12:10 | Mirjam was melaats, wit als de sneeuw. En Aaron zag 536 Num 12:12 | Laat zij toch niet zijn als een dode, van wiens vlees, 537 Num 12:12 | een dode, van wiens vlees, als hij uit zijns moeders lijf 538 Num 13:33 | de reuzen; en wij waren als sprinkhanen in onze ogen, 539 Num 14:15 | 15 En zoudt Gij dit volk als een enigen man doden, zo 540 Num 14:17 | HEEREN groot worden, gelijk als Gij gesproken hebt, zeggende: ~ 541 Num 14:21 | zekerlijk, zo waarachtig als Ik leef, zo zal de ganse 542 Num 14:28 | Zeg tot hen: Zo waarachtig als Ik leef, spreekt de HEERE, 543 Num 14:28 | ulieden zo niet doe, gelijk als gij in Mijn oren gesproken 544 Num 15:14 | ook een vreemdeling bij u als vreemdeling verkeert, of 545 Num 15:14 | liefelijken reuk den HEERE; gelijk als gij zult doen, alzo zal 546 Num 15:15 | en den vreemdeling, die als vreemdeling bij u verkeert, 547 Num 15:16 | vreemdeling, die bij ulieden als vreemdeling verkeert. ~ 548 Num 15:18 | Israels, en zeg tot hen: Als gij zult gekomen zijn in 549 Num 15:19 | 19 Zo zal het geschieden, als gij van het brood des lands 550 Num 15:26 | het midden van henlieden als vreemdeling verkeert; want 551 Num 15:28 | doen over de dwalende ziel, als zij gezondigd heeft door 552 Num 15:29 | die in hunlieder midden als vreemdeling verkeert, enerlei 553 Num 15:32 | 32 Als nu de kinderen Israels in 554 Num 15:36 | dat hij stierf, gelijk als de HEERE Mozes geboden had. ~ 555 Num 16:1 | nam tot zich zo Dathan als Abiram, zonen van Eliab, 556 Num 16:4 | 4 Als Mozes dit hoorde, zo viel 557 Num 16:21 | vergadering, en Ik zal hen als in een ogenblik verteren! ~ 558 Num 16:31 | 31 En het geschiedde, als hij geeindigd had al deze 559 Num 16:40 | HEEREN; opdat hij niet worde als Korach, en zijn vergadering, 560 Num 16:40 | zijn vergadering, gelijk als hem de HEERE door den dienst 561 Num 16:42 | 42 En het geschiedde, als de vergadering zich verzamelde 562 Num 16:45 | en Ik zal hen verteren, als in een ogenblik! Toen vielen 563 Num 16:47 | En Aaron nam het, gelijk als Mozes gesproken had, en 564 Num 17:11 | En Mozes deed het; gelijk als de HEERE hem geboden had, 565 Num 18:11 | En Mozes deed het; gelijk als de HEERE hem geboden had, 566 Num 18:16 | zij niet sterven, zo zij als gijlieden. ~ 567 Num 18:40 | worden tot uw hefoffer, als koren van den dorsvloer, 568 Num 18:40 | koren van den dorsvloer, en als de volheid van de perskuip. ~ 569 Num 18:43 | zult dan tot hen zeggen: Als gij deszelfs beste daarvan 570 Num 18:43 | Levieten toegerekend worden als een inkomen des dorsvloers, 571 Num 18:43 | inkomen des dorsvloers, en als een inkomen des perskuips. ~ 572 Num 18:45 | daarover geen zonde dragen, als gij deszelfs beste daarvan 573 Num 19:3 | zij niet sterven, zo zij als gijlieden. ~ 574 Num 19:27 | worden tot uw hefoffer, als koren van den dorsvloer, 575 Num 19:27 | koren van den dorsvloer, en als de volheid van de perskuip. ~ 576 Num 19:30 | zult dan tot hen zeggen: Als gij deszelfs beste daarvan 577 Num 19:30 | Levieten toegerekend worden als een inkomen des dorsvloers, 578 Num 19:30 | inkomen des dorsvloers, en als een inkomen des perskuips. ~ 579 Num 19:32 | daarover geen zonde dragen, als gij deszelfs beste daarvan 580 Num 20:1 | 1 Als de kinderen Israels, de 581 Num 20:9 | aangezicht des HEEREN, gelijk als Hij hem geboden had. ~ 582 Num 20:27 | 27 Mozes nu deed, gelijk als de HEERE geboden had; want 583 Num 21:1 | 1 Als de Kanaaniet, de koning 584 Num 21:8 | dat al wie gebeten is, als hij haar aanziet, zo zal 585 Num 21:9 | stang; en het geschiedde, als een slang iemand beet, zo 586 Num 21:34 | gij zult hem doen, gelijk als gij Sihon, den koning der 587 Num 22:8 | antwoord wederbrengen, gelijk als de HEERE tot mij zal gesproken 588 Num 22:27 | 27 Als de ezelin den Engel des 589 Num 22:36 | 36 Als Balak hoorde, dat Bileam 590 Num 23:2 | 2 Balak nu deed, gelijk als Bileam gesproken had; en 591 Num 23:4 | 4 Als God Bileam ontmoet was, 592 Num 23:6 | 6 Als hij nu tot hem wederkeerde, 593 Num 23:16 | 16 Als de HEERE Bileam ontmoet 594 Num 23:22 | uitgevoerd; zijn krachten zijn als van een eenhoorn. ~ 595 Num 23:24 | Zie, het volk zal opstaan als een oude leeuw, en het zal 596 Num 23:24 | en het zal zich verheffen als een leeuw; het zal zich 597 Num 23:30 | 30 Balak nu deed, gelijk als Bileam gezegd had; en hij 598 Num 24:2 | 2 Als Bileam zijn ogen ophief, 599 Num 24:6 | beken breiden zij zich uit, als de hoven aan de rivieren; 600 Num 24:6 | HEERE heeft ze geplant, als de sandelbomen, als de cederbomen 601 Num 24:6 | geplant, als de sandelbomen, als de cederbomen aan het water. ~ 602 Num 24:8 | uitgevoerd; zijn krachten zijn als van een eenhoorn; hij zal 603 Num 24:9 | nedergelegd, gelijk een leeuw, en als een oude leeuw; wie zal 604 Num 24:23 | zeide: Och, wie zal leven, als God dit doen zal! ~ 605 Num 25:3 | 3 Als nu Israel zich koppelde 606 Num 26:4 | oud en daarboven; gelijk als de HEERE Mozes geboden had, 607 Num 26:9 | vergadering van Korach, als zij gekijf tegen den HEERE 608 Num 26:10 | verslond hen met Korach, als die vergadering stierf, 609 Num 26:64 | en Aaron, den priester, als zij de kinderen Israels 610 Num 27:11 | des rechts zijn, gelijk als de HEERE Mozes geboden heeft. ~ 611 Num 27:13 | worden, gij ook, gelijk als uw broeder Aaron verzameld 612 Num 27:17 | vergadering des HEEREN niet zij als schapen, die geen herder 613 Num 27:22 | 22 En Mozes deed, gelijk als de HEERE hem geboden had; 614 Num 27:23 | en gaf hem bevel; gelijk als de HEERE door den dienst 615 Num 28:26 | den dag der eerstelingen, als gij een nieuw spijsoffer 616 Num 30:3 | 3 Maar als een vrouw den HEERE een 617 Num 30:5 | dat zal breken, den dage als hij het hoort, al haar geloften, 618 Num 30:7 | dat zal horen, en ten dage als hij het hoort, tegen haar 619 Num 30:8 | indien haar man ten dage, als hij het hoorde, dat zal 620 Num 30:12 | te niet maakt, ten dage als hij het hoort, niets van 621 Num 30:14 | stilgezwegen heeft, ten dage als hij het hoorde. ~ 622 Num 31:7 | tegen de Midianieten, gelijk als de HEERE Mozes geboden had, 623 Num 31:31 | priester, deden, gelijk als de HEERE Mozes geboden had. ~ 624 Num 31:41 | heffing des HEEREN, gelijk als de HEERE Mozes geboden had. ~ 625 Num 31:47 | HEEREN waarnamen, gelijk als de HEERE Mozes geboden had. ~ 626 Num 31:61 | 8 Zo deden uw vaders, als ik hen van Kades-Barnea 627 Num 31:62 | 9 Als zij opgekomen waren tot 628 Num 31:72 | Jordaan, en verder heen, als onze erfenis ons toegekomen 629 Num 31:76 | uw zonde gewaar worden, als zij u vinden zal! ~ 630 Num 31:78 | knechten zullen doen, gelijk als mijn heer gebiedt. ~ 631 Num 31:80 | HEEREN tot den strijd, gelijk als mijn heer gesproken heeft. ~ 632 Num 31:82 | het aangezicht des HEEREN, als het land voor uw aangezicht 633 Num 32:4 | 4 Als de Egyptenaars begroeven 634 Num 32:5 | 5 Als de kinderen Israels van 635 Num 32:39 | drie en twintig jaren oud, als hij stierf op den berg Hor. ~ 636 Num 32:56 | dat Ik u zal doen, gelijk als Ik hun dacht te doen. ~  ~  ~  ~ 637 Num 34:19 | zal den doodslager doden; als hij hem ontmoet, zal hij 638 Num 34:21 | dezen doodslager doden, als hij hem ontmoet. ~ 639 Num 35:4 | 4 Als ook de kinderen Israels 640 Num 35:10 | 10 Gelijk als de HEERE Mozes geboden had, 641 Deu 1:10 | en ziet, gij zijt heden als de sterren des hemels in 642 Deu 1:11 | vaderen God, doe tot u, zo als gij nu zijt, duizendmaal 643 Deu 1:11 | en Hij zegene u, gelijk als Hij tot u gesproken heeft! ~ 644 Deu 1:17 | gij zult den kleine, zowel als den grote, horen; gij zult 645 Deu 1:21 | bezit het erfelijk, gelijk als de HEERE, uwer vaderen God, 646 Deu 1:31 | u daarin gedragen heeft, als een man zijn zoon draagt, 647 Deu 1:34 | 34 Als nu de HEERE de stem uwer 648 Deu 1:41 | God, ons geboden heeft. Als gij nu een iegelijk zijn 649 Deu 1:43 | 43 Doch als ik tot u sprak, zo hoordet 650 Deu 1:44 | en vervolgden u, gelijk als de bijen doen; en zij verpletterden 651 Deu 1:45 | 45 Als gij nu wederkwaamt en weendet 652 Deu 2:8 | 8 Als wij nu doorgetrokken waren 653 Deu 2:11 | ook voor reuzen gehouden, als de Enakieten; en de Moabieten 654 Deu 2:12 | hunlieder plaats gewoond; gelijk als Israel gedaan heeft aan 655 Deu 2:16 | 16 En het geschiedde, als al de krijgslieden verteerd 656 Deu 2:21 | menigvuldig, en lang volk, als de Enakieten; en de HEERE 657 Deu 2:22 | 22 Gelijk als Hij aan de kinderen van 658 Deu 3:2 | gij zult hem doen, gelijk als gij Sihon, den koning der 659 Deu 4:5 | inzettingen en rechten, gelijk als de HEERE, mijn God, mij 660 Deu 4:7 | hetwelk de goden zo nabij zijn als de HEERE, onze God, zo dikwijls 661 Deu 4:7 | HEERE, onze God, zo dikwijls als wij Hem aanroepen? ~ 662 Deu 4:8 | inzettingen en rechten heeft, als deze ganse wet is, die ik 663 Deu 4:10 | 10 Ten dage, als gij voor het aangezicht 664 Deu 4:10 | Gods, aan Horeb stondt, als de HEERE tot mij zeide: 665 Deu 4:15 | gelijkenis gezien, ten dage als de HEERE op Horeb uit het 666 Deu 4:29 | God, zoeken, en vinden; als gij Hem zoeken zult met 667 Deu 4:32 | geschied of gehoord zij, als dit: ~ 668 Deu 4:33 | midden des vuurs, gelijk als gij gehoord hebt, en levend 669 Deu 4:38 | hunlieder land ter erfenis gave, als het te dezen dage is. ~ 670 Deu 4:45 | tot de kinderen Israels, als zij uit Egypte waren uitgetogen; ~ 671 Deu 4:46 | en de kinderen Israels, als zij uit Egypte waren uitgetogen, ~ 672 Deu 5:12 | gij dien heiligt; gelijk als de HEERE, uw God, u geboden 673 Deu 5:14 | dienstmaagd ruste, gelijk als gij. ~ 674 Deu 5:16 | vader, en uw moeder, gelijk als de HEERE, uw God, u geboden 675 Deu 5:23 | 23 En het geschiedde, als gij die stem uit het midden 676 Deu 5:28 | 28 Als nu de HEERE de stem uwer 677 Deu 5:32 | waar, dat gij doet, gelijk als de HEERE, uw God, u geboden 678 Deu 6:3 | vermenigvuldigdet (gelijk als u de HEERE, uwer vaderen 679 Deu 6:7 | inscherpen, en daarvan spreken, als gij in uw huis zit, en als 680 Deu 6:7 | als gij in uw huis zit, en als gij op den weg gaat, en 681 Deu 6:7 | gij op den weg gaat, en als gij nederligt, en als gij 682 Deu 6:7 | en als gij nederligt, en als gij opstaat. ~ 683 Deu 6:10 | 10 Als het dan zal geschied zijn, 684 Deu 6:16 | niet verzoeken, gelijk als gij Hem verzocht hebt te 685 Deu 6:19 | aangezicht te verdrijven, gelijk als de HEERE gesproken heeft. ~ 686 Deu 6:25 | ons gerechtigheid zijn, als wij zullen waarnemen te 687 Deu 8:5 | God, u kastijdt, gelijk als een man zijn zoon kastijdt. ~ 688 Deu 8:10 | 10 Als gij dan zult gegeten hebben, 689 Deu 8:12 | 12 Opdat niet misschien, als gij zult gegeten hebben, 690 Deu 9:3 | haastelijk te niet doen, gelijk als de HEERE tot u gesproken 691 Deu 9:9 | 9 Als ik op den berg geklommen 692 Deu 9:11 | dagen en veertig nachten, als mij de HEERE de twee stenen 693 Deu 9:18 | het aangezicht des HEEREN, als in het eerst, veertig dagen 694 Deu 9:23 | 23 Voorts als de HEERE ulieden zond uit 695 Deu 10:1 | Houw u twee stenen tafelen, als de eerste, en klim tot Mij 696 Deu 10:3 | hieuw twee stenen tafelen als de eerste; en ik klom op 697 Deu 10:5 | aldaar zijn zij, gelijk als de HEERE mij geboden heeft. ~ 698 Deu 10:9 | is zijn Erfdeel, gelijk als de HEERE, uw God, tot hem 699 Deu 10:10 | En ik stond op den berg, als de vorige dagen, veertig 700 Deu 10:22 | de HEERE, uw God, gesteld als de sterren des hemels in 701 Deu 11:4 | aangezicht deed overzwemmen, als zij ulieden van achteren 702 Deu 11:10 | om dat te erven, is niet als Egypteland, van waar gij 703 Deu 11:10 | bewaterdet met uw gang, als een kruidhof. ~ 704 Deu 11:19 | kinderen, sprekende daarvan, als gij in uw huis zit, en als 705 Deu 11:19 | als gij in uw huis zit, en als gij op den weg gaat, en 706 Deu 11:19 | gij op den weg gaat, en als gij nederligt, en als gij 707 Deu 11:19 | en als gij nederligt, en als gij opstaat; 708 Deu 11:25 | gij treden zult, gelijk als Hij tot u gesproken heeft. ~ 709 Deu 11:29 | 29 En het zal geschieden, als u de HEERE, uw God, zal 710 Deu 12:15 | reine zal daarvan eten, als van een ree, en als van 711 Deu 12:15 | eten, als van een ree, en als van een hert. ~ 712 Deu 12:16 | het op de aarde uitgieten als water. ~ 713 Deu 12:20 | zal verwijd hebben, gelijk als Hij tot u gesproken heeft, 714 Deu 12:21 | u gegeven heeft, gelijk als ik u geboden heb; en gij 715 Deu 12:22 | 22 Doch gelijk als een ree en een hert gegeten 716 Deu 12:24 | aarde zult gij het uitgieten als water; ~ 717 Deu 12:25 | uw kinderen na u, welga, als gij zult gedaan hebben, 718 Deu 12:28 | welga tot in eeuwigheid, als gij zult gedaan hebben wat 719 Deu 12:30 | goden, zeggende: Gelijk als deze volken hun goden gediend 720 Deu 13:6 | schoot, of uw vriend, die als uw ziel is, u zal aanporren 721 Deu 13:17 | vermenigvuldige, gelijk als Hij uw vaderen gezworen 722 Deu 15:6 | God, zal u zegenen, gelijk als Hij tot u heeft gesproken, 723 Deu 15:10 | hart zal niet boos zijn, als gij hem geeft; want om dezer 724 Deu 15:13 | 13 En als gij hem vrij van u gaan 725 Deu 15:16 | Maar het zal geschieden, als hij tot u zeggen zal: Ik 726 Deu 15:18 | niet hard zijn in uw ogen, als gij hem vrij van u gaan 727 Deu 15:18 | vrij van u gaan laat; want als een dubbel-loons-dagloner 728 Deu 15:21 | 21 Doch als enig gebrek daaraan zal 729 Deu 15:22 | onreine en de reine te zamen, als een ree, en als een hert, ~ 730 Deu 15:22 | te zamen, als een ree, en als een hert, ~ 731 Deu 15:23 | het op de aarde uitgieten als water. ~ 732 Deu 16:6 | slachten aan den avond, als de zon ondergaat, ter bestemder 733 Deu 16:13 | gij u zeven dagen houden, als gij zult hebben ingezameld 734 Deu 17:14 | koning over mij stellen, als al de volken, die rondom 735 Deu 17:18 | Voorts zal het geschieden, als hij op den stoel zijns koninkrijks 736 Deu 18:2 | is zijn Erfdeel, gelijk als Hij tot hem gesproken heeft. ~ 737 Deu 18:7 | des HEEREN, zijns Gods, als al zijn broederen, de Levieten, 738 Deu 18:15 | van u, uit uw broederen, als mij, zal u de HEERE, uw 739 Deu 18:18 | midden hunner broederen, als u; en Ik zal Mijn woorden 740 Deu 19:5 | 5 Als, dewelke met zijn naaste 741 Deu 19:6 | doodslager niet najage, als zijn hart verhit is, en 742 Deu 19:8 | landpale zal verwijden, gelijk als Hij uw vaderen gezworen 743 Deu 19:19 | gijlieden hem doen, gelijk als hij zijn broeder dacht te 744 Deu 20:2 | 2 En het zal geschieden, als gijlieden tot den strijd 745 Deu 20:9 | 9 En het zal geschieden, als die ambtlieden geeindigd 746 Deu 20:17 | en de Jebusieten, gelijk als u de HEERE, uw God, geboden 747 Deu 21:16 | het geschieden, ten dage als hij zijn zonen zal doen 748 Deu 23:4 | met brood en met water, als gij uit Egypte uittoogt; 749 Deu 23:11 | met water zal baden; en als de zon ondergegaan is, zal 750 Deu 23:13 | en het zal geschieden, als gij buiten gezeten hebt, 751 Deu 23:22 | 22 Maar als gij nalaat te beloven, zo 752 Deu 23:23 | gij houden en doen; gelijk als gij den HEERE, uw God, een 753 Deu 24:3 | zal hebben laten gaan; of als deze laatste man, die ze 754 Deu 24:8 | ulieden zullen leren; gelijk als ik hun geboden heb, zult 755 Deu 24:9 | aan Mirjam, op den weg, als gij uit Egypte waart uitgetogen. ~ 756 Deu 24:13 | pand zekerlijk wedergeven, als de zon ondergaat, dat hij 757 Deu 25:4 | zult gij niet muilbanden, als hij dorst. ~ 758 Deu 25:17 | gedaan heeft op den weg, als gij uit Egypte uittoogt; ~ 759 Deu 25:18 | al de zwakken achter u, als gij moede en mat waart; 760 Deu 25:19 | Het zal dan geschieden, als u de HEERE, uw God, rust 761 Deu 26:5 | Egypte, en verkeerde aldaar als vreemdeling met weinig volks; 762 Deu 26:15 | ons gegeven hebt, gelijk als Gij onzen vaderen gezworen 763 Deu 26:18 | eigendoms zult zijn, gelijk als Hij u gesproken heeft, en 764 Deu 26:19 | den HEERE, uw God, gelijk als Hij gesproken heeft. ~ 765 Deu 27:2 | dan geschieden, ten dage als gij over de Jordaan zult 766 Deu 27:3 | alle woorden dezer wet, als gij overgegaan zult zijn; 767 Deu 27:3 | van melk en honig, gelijk als de HEERE, uwer vaderen God, 768 Deu 27:4 | Het zal dan geschieden, als gij over de Jordaan gegaan 769 Deu 27:12 | zegenen op den berg Gerizim, als gij over de Jordaan gegaan 770 Deu 28:9 | volk bevestigen, gelijk als Hij u gezworen heeft, wanneer 771 Deu 28:29 | middag zult omtasten, gelijk als een blinde omtast in het 772 Deu 28:49 | einde der aarde, gelijk als een arend vliegt; een volk, 773 Deu 28:62 | plaats dat gij geweest zijt als de sterren des hemels in 774 Deu 28:63 | het zal geschieden, gelijk als de HEERE Zich over ulieden 775 Deu 29:13 | tot een God zij, gelijk als Hij tot u gesproken heeft, 776 Deu 29:13 | gesproken heeft, en gelijk als Hij uw vaderen, Abraham, 777 Deu 29:19 | 19 En het geschiede, als hij de woorden dezes vloeks 778 Deu 29:22 | verren lande komen zal, als zij zullen zien de plagen 779 Deu 29:25 | Hij met hen gemaakt had, als Hij hen uit Egypteland uitvoerde; ~ 780 Deu 30:9 | verblijden ten goede, gelijk als Hij Zich over uw vaderen 781 Deu 31:3 | aangezicht overgaan, gelijk als de HEERE gesproken heeft. ~ 782 Deu 31:4 | HEERE zal hun doen, gelijk als Hij aan Sihon en Og, koningen 783 Deu 31:11 | 11 Als gans Israel zal komen, om 784 Deu 31:24 | 24 En het geschiedde, als Mozes voleind had de woorden 785 Deu 32:2 | 2 Mijn leer druipe als een regen, mijn rede vloeie 786 Deu 32:2 | regen, mijn rede vloeie als een dauw; als een stofregen 787 Deu 32:2 | rede vloeie als een dauw; als een stofregen op de grasscheutjes, 788 Deu 32:2 | op de grasscheutjes, en als druppelen op het kruid. ~ 789 Deu 32:10 | onderwees hem, Hij bewaarde hem als Zijn oogappel. ~ 790 Deu 32:15 | 15 Als nu Jeschurun vet werd, zo 791 Deu 32:19 | 19 Als het de HEERE zag, zo versmaadde 792 Deu 32:35 | de vergelding, ten tijde als hunlieder voet zal wankelen; 793 Deu 32:45 | 45 Als nu Mozes geeindigd had al 794 Deu 32:50 | vergaderd tot uw volken; gelijk als uw broeder Aaron stierf 795 Deu 33:5 | was Koning in Jeschurun, als de hoofden des volks zich 796 Deu 33:20 | ruimte maakt! hij woont als een oude leeuw, en verscheurt 797 Deu 33:22 | een jonge leeuw; hij zal als uit Bazan voortspringen. ~ 798 Deu 34:7 | honderd en twintig jaren oud, als hij stierf; zijn oog was 799 Deu 34:9 | naar hem, en deden gelijk als de HEERE Mozes geboden had. ~ 800 Joz 1:3 | heb Ik u gegeven, gelijk als Ik tot Mozes gesproken heb. ~ 801 Joz 1:5 | dagen uws levens; gelijk als Ik met Mozes geweest ben, 802 Joz 1:15 | uw broederen rust geve, als ulieden, en dat zij ook 803 Joz 1:17 | uw God, met u zij, gelijk als Hij met Mozes geweest is! ~ 804 Joz 2:5 | 5 En het geschiedde, als men de poort zou sluiten, 805 Joz 2:5 | men de poort zou sluiten, als het duister was, dat die 806 Joz 2:11 | 11 Als wij het hoorden, zo versmolt 807 Joz 2:13 | het leven zult behouden, als ook mijn broeders en mijn 808 Joz 3:7 | Ik met u zijn zal, gelijk als Ik met Mozes geweest ben. ~ 809 Joz 3:15 | 15 En als zij, die de ark droegen, 810 Joz 4:7 | des verbonds des HEEREN; als zij toog door de Jordaan, 811 Joz 4:8 | Israels nu deden alzo, gelijk als Jozua geboden had; en zij 812 Joz 4:8 | midden uit de Jordaan, gelijk als de HEERE tot Jozua gesproken 813 Joz 4:11 | 11 En het geschiedde, als al het volk geeindigd had 814 Joz 4:12 | kinderen Israels, gelijk als Mozes tot hen gesproken 815 Joz 4:14 | zij vreesden hem, gelijk als zij Mozes gevreesd hadden, 816 Joz 4:18 | in hun plaats, en gingen als gisteren en eergisteren 817 Joz 4:23 | waart doorgegaan; gelijk als de HEERE, uw God, aan de 818 Joz 5:8 | 8 En het geschiedde, als men een einde gemaakt had 819 Joz 5:13 | 13 Voorts geschiedde het, als Jozua bij Jericho was, dat 820 Joz 6:5 | 5 En het zal geschieden, als men langzaam met den ramshoorn 821 Joz 6:5 | met den ramshoorn blaast, als gijlieden het geluid der 822 Joz 6:16 | geschiedde ten zevenden male, als de priesters met de bazuinen 823 Joz 6:20 | 20 Het volk dan juichte, als zij met de bazuinen bliezen; 824 Joz 6:20 | bliezen; en het geschiedde, als het volk het geluid der 825 Joz 6:22 | al wat zij heeft, gelijk als gij haar gezworen hebt. ~ 826 Joz 7:2 | 2 Als Jozua mannen zond van Jericho 827 Joz 7:9 | 9 Als het de Kanaanieten, en alle 828 Joz 7:17 | 17 Als hij het geslacht van Juda 829 Joz 7:18 | 18 Welks huisgezin als hij deed aankomen, man voor 830 Joz 8:2 | haar koning doen, gelijk als gij aan Jericho en haar 831 Joz 8:5 | tegemoet zullen uitgaan, gelijk als in het eerst, zo zullen 832 Joz 8:6 | onze aangezichten, gelijk als in het eerst; zo zullen 833 Joz 8:20 | 20 Als de mannen van Ai zich achterom 834 Joz 8:25 | dien dage vielen, zo mannen als vrouwen, waren twaalf duizend, 835 Joz 8:31 | 31 Gelijk als Mozes, de knecht des HEEREN, 836 Joz 8:33 | droegen, zo vreemdelingen als inboorlingen, een helft 837 Joz 8:33 | tegenover den berg Ebal, gelijk als Mozes, de knecht des HEEREN, 838 Joz 9:3 | 3 Als de inwoners te Gibeon hoorden, 839 Joz 10:1 | alzo gedaan had, gelijk als hij aan Jericho en haar 840 Joz 10:2 | Gibeon was een grote stad, als een der koninklijke steden; 841 Joz 10:12 | tot den HEERE, ten dage als de HEERE de Amorieten voor 842 Joz 10:24 | 24 En het geschiedde, als zij die koningen uitgebracht 843 Joz 10:27 | het geschiedde, ten tijde als de zon onderging, beval 844 Joz 10:28 | koning van Makkeda, gelijk als hij den koning van Jericho 845 Joz 10:30 | derzelver koning, gelijk als hij den koning van Jericho 846 Joz 10:37 | zwaards, zo haar koning als al haar steden, en alle 847 Joz 10:39 | overigen overblijven; gelijk als hij aan Hebron gedaan had, 848 Joz 10:39 | en haar koning, en gelijk als hij aan Libna en haar koning 849 Joz 10:40 | alles, wat adem had, gelijk als de HEERE, de God Israels, 850 Joz 11:1 | 1 Het geschiedde daarna, als Jabin, de koning van Hazor, 851 Joz 11:4 | heirlegers met hen; veel volks, als het zand, dat aan den oever 852 Joz 11:12 | hen verbannende, gelijk als Mozes, de knecht des HEEREN 853 Joz 11:15 | 15 Gelijk als de HEERE Mozes, Zijn knecht, 854 Joz 11:20 | verdelgen zoude, gelijk als de HEERE Mozes geboden had. ~ 855 Joz 13:6 | ten erfdeel valle, gelijk als Ik u geboden heb. ~ 856 Joz 13:8 | tegen het oosten, gelijk als Mozes, de knecht des HEEREN, 857 Joz 13:14 | zijn zijne erfenis, gelijk als Hij tot hem gesproken had. ~ 858 Joz 13:33 | hunlieder Erfdeel, gelijk als Hij tot hen gesproken heeft. ~  ~ 859 Joz 14:2 | lot hunner erfenis, gelijk als de HEERE door den dienst 860 Joz 14:5 | 5 Gelijk als de HEERE Mozes geboden had, 861 Joz 14:7 | antwoord bracht, gelijk als het in mijn hart was. ~ 862 Joz 14:10 | het leven behouden, gelijk als Hij gesproken heeft; het 863 Joz 14:11 | nog heden zo sterk, gelijk als ik was ten dage, toen Mozes 864 Joz 14:12 | ik hen verdreef, gelijk als de HEERE gesproken heeft. ~ 865 Joz 15:18 | 18 En het geschiedde, als zij tot hem kwam, zo porde 866 Joz 17:13 | 13 En het geschiedde, als de kinderen Israels sterk 867 Joz 20:5 | 5En als de bloedwreker hem najaagt, 868 Joz 23:7 | Jordaan westwaarts. Verder ook als Jozua hen liet trekken naar 869 Joz 23:12 | 12 Als de kinderen Israels dit 870 Joz 23:18 | het zal dan geschieden, als gij heden wederspannig zijt 871 Joz 24:5 | erfelijk bezitten, gelijk als de HEERE, uw God, tot u 872 Joz 24:8 | zult gij aanhangen, gelijk als gij tot op dezen dag gedaan 873 Joz 24:15 | het zal geschieden, gelijk als al die goede dingen over 874 Joz 25:5 | Ik plaagde Egypte, gelijk als Ik in deszelfs midden gedaan 875 Joz 25:6 | 6 Als Ik uw vaders uit Egypte 876 Ric 1:7 | kruimen oplezende; gelijk als ik gedaan heb, alzo heeft 877 Ric 1:14 | 14 En het geschiedde, als zij tot hem kwam, dat zij 878 Ric 1:20 | Hebron aan Kaleb, gelijk als Mozes gesproken had; en 879 Ric 1:25 | 25 En als hij hun den ingang der stad 880 Ric 1:28 | 28 En het geschiedde, als Israel sterk werd, dat hij 881 Ric 2:4 | 4 En het geschiedde, als de Engel des HEEREN deze 882 Ric 2:6 | 6 Als Jozua het volk had laten 883 Ric 2:8 | 8 Maar als Jozua, de zoon van Nun, 884 Ric 2:15 | tegen hen, ten kwade, gelijk als de HEERE gesproken, en gelijk 885 Ric 2:15 | HEERE gesproken, en gelijk als de HEERE gezworen had; en 886 Ric 2:21 | Jozua heeft achtergelaten, als hij stierf; ~ 887 Ric 2:22 | daarin te wandelen, gelijk als hun vaderen gehouden hebben, 888 Ric 3:5 | 5 Als nu de kinderen Israels woonden 889 Ric 3:18 | 18 En het geschiedde, als hij geeindigd had het geschenk 890 Ric 3:24 | 24 Als hij uitgegaan was, zo kwamen 891 Ric 3:25 | 25 Als zij nu tot schamens toe 892 Ric 3:27 | 27 En het geschiedde, als hij aankwam, zo blies hij 893 Ric 4:1 | was in de ogen des HEEREN, als Ehud gestorven was. ~ 894 Ric 4:50 | zij streek zijn hoofd af, als zij zijn slaap had doornageld 895 Ric 4:55 | liefhebben, moeten zijn, als wanneer de zon opgaat in 896 Ric 5:2 | 2 Als nu de hand der Midianieten 897 Ric 5:3 | 3 Want het geschiedde, als Israel gezaaid had, zo kwamen 898 Ric 5:7 | 7 En het geschiedde, als de kinderen Israels tot 899 Ric 5:16 | gij de Midianieten slaan, als een enigen man. ~ 900 Ric 5:27 | knechten, en deed, gelijk als de HEERE tot hem gesproken 901 Ric 5:28 | 28 Als nu de mannen van die stad 902 Ric 5:29 | heeft dit stuk gedaan? En als zij onderzochten en navraagden, 903 Ric 5:36 | hand zult verlossen, gelijk als Gij gesproken hebt; ~ 904 Ric 5:37 | hand zult verlossen, gelijk als Gij gesproken hebt. ~ 905 Ric 6:5 | water zal lekken, gelijk als een hond zou lekken, dien 906 Ric 6:15 | 15 En het geschiedde, als Gideon de vertelling dezes 907 Ric 6:17 | mij en doet alzo; en ziet, als ik zal komen aan het uiterste 908 Ric 6:17 | zal het geschieden, gelijk als ik zal doen, alzo zult gij 909 Ric 6:18 | 18 Als ik met de bazuin zal blazen, 910 Ric 6:19 | de middelste nachtwaak, als zij maar even de wachters 911 Ric 6:22 | 22 Als de driehonderd met de bazuinen 912 Ric 7:3 | liet hun toorn van hem af, als hij dit woord sprak. ~ 913 Ric 7:4 | 4 Als nu Gideon gekomen was aan 914 Ric 7:7 | Toen zeide Gideon: Daarom, als de HEERE Zebah en Tsalmuna 915 Ric 7:8 | antwoordden hem, gelijk als de lieden van Sukkoth geantwoord 916 Ric 7:9 | lieden van Pnuel, zeggende: Als ik met vrede wederkome, 917 Ric 7:18 | zij, enerlei, van gedaante als koningszonen. ~ 918 Ric 7:19 | mijner moeder; zo waarlijk als de HEERE leeft, zo gij hen 919 Ric 7:22 | Heers over ons, zo gij als uw zoon en uws zoons zoon, 920 Ric 7:33 | 33 En het geschiedde, als Gideon gestorven was, dat 921 Ric 8:7 | 7 Als zij dit Jotham aanzeiden, 922 Ric 8:22 | 22 Als nu Abimelech drie jaren 923 Ric 8:30 | 30 Als Zebul, de overste der stad, 924 Ric 8:33 | geschiede in den morgen, als de zon opgaat, zo maak u 925 Ric 8:33 | uittrekken, zo doe hem, gelijk als uw hand vinden zal. ~ 926 Ric 8:36 | 36 Als Gaal dat volk zag, zo zeide 927 Ric 8:46 | 46 Als alle burgers des torens 928 Ric 8:48 | zien doen, haast u, doet als ik. ~ 929 Ric 8:55 | 55 Als nu de mannen van Israel 930 Ric 9:10 | onzen God hebben verlaten, als dat wij de Baals gediend 931 Ric 10:5 | 5 Zo geschiedde het, als de kinderen Ammons tegen 932 Ric 10:13 | van Jeftha: Omdat Israel, als hij uit Egypte optoog, mijn 933 Ric 10:16 | 16 Want als zij uit Egypte optogen, 934 Ric 10:31 | mij tegemoet zal uitgaan, als ik met vrede van de kinderen 935 Ric 10:35 | 35 En het geschiedde, als hij haar zag, zo verscheurde 936 Ric 10:36 | den HEERE, doe mij, gelijk als uit uw mond gegaan is; naardien 937 Ric 11:3 | 3 Als ik nu zag, dat gij niet 938 Ric 11:5 | Jordaan af; en het geschiedde, als de vluchtelingen van Efraim 939 Ric 12:6 | mij, Wiens aangezicht was als het aangezicht van een Engel 940 Ric 12:20 | 20 En het geschiedde, als de vlam van het altaar opvoer 941 Ric 12:20 | in de vlam des altaars. Als Manoach en zijn huisvrouw 942 Ric 12:23 | tijd laten horen, zulks als dit is. ~ 943 Ric 13:5 | henen af naar Thimnath. Als zij nu kwamen tot aan de 944 Ric 13:10 | 10 Als nu zijn vader afgekomen 945 Ric 13:11 | 11 En het geschiedde, als zij hem zagen, zo namen 946 Ric 14:5 | brand zowel de korenhopen als het staande koren, zelfs 947 Ric 14:7 | Zoudt gij alzo doen? Zeker, als ik mij aan u gewroken heb, 948 Ric 14:10 | om hem te doen, gelijk als hij ons gedaan heeft. ~ 949 Ric 14:11 | hij zeide tot hen: Gelijk als zij mij gedaan hebben, alzo 950 Ric 14:14 | 14 Als hij kwam tot Lechi, zo juichten 951 Ric 14:14 | zijn armen waren, werden als linnen draden, die van het 952 Ric 14:17 | 17 En het geschiedde, als hij geeindigd had te spreken, 953 Ric 14:18 | 18 Als nu hem zeer dorstte, zo 954 Ric 15:7 | ik zwak worden, en wezen als een ander mens. ~ 955 Ric 15:9 | verbrak hij de zelen, gelijk als een snoertje van grof vlas 956 Ric 15:9 | grof vlas verbroken wordt, als het vuur riekt. Alzo werd 957 Ric 15:11 | ik zwak worden, en wezen als een ander mens. ~ 958 Ric 15:12 | verbrak hij ze van zijn armen als een draad. ~ 959 Ric 15:16 | 16 En het geschiedde, als zij hem alle dagen met haar 960 Ric 15:17 | zou zwak worden, en wezen als alle de mensen. ~ 961 Ric 15:18 | 18 Als nu Delila zag, dat hij haar 962 Ric 15:20 | Ik zal ditmaal uitgaan, als op andere malen, en mij 963 Ric 15:24 | 24 Desgelijks als hem het volk zag, loofden 964 Ric 15:25 | 25 En het geschiedde, als hun hart vrolijk was, dat 965 Ric 15:27 | en vrouwen, die toezagen, als Simson speelde. ~ 966 Ric 16:7 | Leviet, en verkeerde aldaar als vreemdeling. ~ 967 Ric 16:8 | gelegenheid zou vinden. Als hij nu kwam aan het gebergte 968 Ric 16:11 | en de jongeling was hem als een van zijn zonen. ~ 969 Ric 17:10 | 10 (Als gij daarhenen komt, zo zult 970 Ric 17:18 | 18 Als die nu ten huize van Micha 971 Ric 17:22 | 22 Als zij nu verre van Micha's 972 Ric 18:1 | geschiedde ook in die dagen, als er geen koning was in Israel, 973 Ric 18:1 | Levietisch man was, verkerende als vreemdeling aan de zijden 974 Ric 18:3 | het huis haars vaders. En als de vader van de jonge vrouw 975 Ric 18:8 | 8 Als hij op den vijfden dag des 976 Ric 18:11 | 11 Als zij nu bij Jebus waren, 977 Ric 18:16 | gebergte van Efraim, doch als vreemdeling verkeerde te 978 Ric 18:17 | 17 Als hij nu zijn ogen ophief, 979 Ric 18:19 | toch onze ezelen zowel stro als voeder hebben, en ook brood 980 Ric 18:25 | morgen, en lieten haar gaan, als de dageraad oprees. ~ 981 Ric 18:27 | 27 Als nu haar heer des morgens 982 Ric 18:29 | 29 Als hij nu in zijn huis kwam, 983 Ric 19:1 | vergadering verzamelde zich, als een enig man, van Dan af 984 Ric 19:8 | maakte zich al het volk op, als een enig man, zeggende: 985 Ric 19:11 | tot deze stad, verbonden als een enig man. ~ 986 Ric 19:30 | schikten den strijd op Gibea, als op de andere malen. ~ 987 Ric 19:32 | ons aangezicht geslagen, als te voren; maar de kinderen 988 Ric 19:39 | ons aangezicht geslagen, als in den vorigen strijd. ~ 989 Ric 19:40 | op te gaan van de stad, als een pilaar van rook; als 990 Ric 19:40 | als een pilaar van rook; als nu Benjamin achter zich 991 Ric 20:21 | 21 En let er op, en ziet, als de dochters van Silo zullen 992 Rut 1:1 | 1 In de dagen, als de richters richtten, zo 993 Rut 1:1 | man van Bethlehem-Juda, om als vreemdeling te verkeren 994 Rut 1:7 | schoondochters met haar. Als zij nu gingen op den weg, 995 Rut 1:8 | bij u weldadigheid, gelijk als gij gedaan hebt bij de doden, 996 Rut 1:9 | het huis van haar man! En als zij haar kuste, hieven zij 997 Rut 1:18 | 18 Als zij nu zag, dat zij vastelijk 998 Rut 1:19 | inkwamen; en het geschiedde, als zij te Bethlehem inkwamen, 999 Rut 2:9 | dat men u niet aanroere? Als u dorst, zo ga tot de vaten, 1000 Rut 2:14 | 14 Als het nu etenstijd was, zeide


1-500 | 501-1000 | 1001-1500 | 1501-2000 | 2001-2500 | 2501-3000 | 3001-3500 | 3501-4000 | 4001-4462

Best viewed with any browser at 800x600 or 768x1024 on Tablet PC
IntraText® (V89) - Some rights reserved by EuloTech SRL - 1996-2007. Content in this page is licensed under a Creative Commons License