Book Chapter: Verse
1 Gen 1:16 | lichten; dat grote licht tot heerschappij des daags, en dat kleine
2 Gen 1:16 | en dat kleine licht tot heerschappij des nachts; ook de sterren. ~
3 Gen 1:26 | Onze gelijkenis; en dat zij heerschappij hebben over de vissen der
4 Gen 1:28 | onderwerpt haar, en hebt heerschappij over de vissen der zee,
5 Gen 3:16 | zijn, en hij zal over u heerschappij hebben. ~
6 Lev 24:43 | 43 Gij zult geen heerschappij over hem hebben met wreedheid;
7 Lev 24:46 | gij zult over hem geen heerschappij hebben met wreedheid. ~
8 Lev 24:53 | zijn; men zal over hem geen heerschappij hebben met wreedheid voor
9 Lev 25:17 | uw haters zullen over u heerschappij hebben, en gij zult vlieden,
10 1Kon 4:24| 24 Want hij had heerschappij over al wat op deze zijde
11 1Kon 5:16| duizend en driehonderd, die heerschappij hadden over het volk, hetwelk
12 1Kon 9:19| in het ganse land zijner heerschappij. ~
13 1Kon 9:23| vijfhonderd en vijftig, die heerschappij hadden over het volk, dat
14 2Kon 22:13| huis, noch in zijn ganse heerschappij, dat hij hun niet toonde. ~
15 2Kro 9:6 | in het ganse land zijner heerschappij. ~
16 2Kro 9:10| vijftig, die over het volk heerschappij hadden. ~
17 2Kro 23:33| en de machtigen, en die heerschappij hadden onder het volk, en
18 2Kro 32:9 | voor Lachis, en al zijn heerschappij met hem) tot Jehizkia, den
19 Job 37:33 | hemels, of kunt gij deszelfs heerschappij op de aarde bestellen? ~
20 Psa 103:22 | aan alle plaatsen Zijner heerschappij. Loof den HEERE, mijn ziel! ~ ~
21 Psa 114:2 | heiligdom, Israel Zijn volkomene heerschappij. ~
22 Psa 136:8 | 8 De zon tot heerschappij op den dag; want Zijn goedertierenheid
23 Psa 136:9 | 9 De maan en sterren tot heerschappij in den nacht; want Zijn
24 Psa 145:13 | Koninkrijk van alle eeuwen, en Uw heerschappij is in alle geslacht en geslacht. ~
25 Pred 8:4 | des konings is, daar is heerschappij; en wie zal tot hem zeggen:
26 Pred 8:8 | Er is geen mens, die heerschappij heeft over den geest, om
27 Pred 8:8 | houden; en hij heeft geen heerschappij over den dag des doods;
28 Jes 9:5 | Zoon is ons gegeven, en de heerschappij is op Zijn schouder; en
29 Jes 9:6 | Der grootheid dezer heerschappij en des vredes zal geen einde
30 Jes 22:21 | uw gordel sterken, en uw heerschappij zal Ik in zijn hand geven;
31 Jes 39:2 | huis, noch in zijn ganse heerschappij, dat Hizkia hun niet toonde. ~
32 Jer 34:1 | der aarde, die onder de heerschappij zijner hand waren,
33 Jer 51:28 | ja, het ganse land harer heerschappij. ~
34 Dan 4:3 | een eeuwig Rijk, en Zijn heerschappij is van geslacht tot geslacht. ~
35 Dan 4:17 | bekennen, dat de Allerhoogste heerschappij heeft over de koninkrijken
36 Dan 4:22 | reikt aan den hemel, en uw heerschappij aan het einde des aardrijks. ~
37 Dan 4:25 | bekent, dat de Allerhoogste heerschappij heeft over de koninkrijken
38 Dan 4:32 | koninkrijken der mensen heerschappij heeft, en dat Hij ze geeft,
39 Dan 4:34 | Eeuwiglevende, omdat Zijn heerschappij is een eeuwige heerschappij,
40 Dan 4:34 | heerschappij is een eeuwige heerschappij, en Zijn Koninkrijk is van
41 Dan 6:27 | gegeven, dat men in de ganse heerschappij mijns koninkrijks beve en
42 Dan 6:27 | niet verderfelijk, en Zijn heerschappij is tot het einde toe. ~
43 Dan 7:6 | aan hetzelve werd de heerschappij gegeven. ~
44 Dan 7:12 | overige dieren, men nam hun heerschappij weg, want verlenging van
45 Dan 7:14 | En Hem werd gegeven heerschappij, en eer, en het Koninkrijk,
46 Dan 7:14 | tongen eren zouden; Zijn heerschappij is een eeuwige heerschappij,
47 Dan 7:14 | heerschappij is een eeuwige heerschappij, die niet vergaan zal,
48 Dan 7:26 | zitten, en men zal zijn heerschappij wegnemen, hem verdelgende
49 Dan 7:27 | Maar het rijk, en de heerschappij, en de grootheid der koninkrijken
50 Dan 11:3 | koning opstaan, die met grote heerschappij heersen zal, en hij zal
51 Dan 11:4 | nakomelingen, ook niet naar zijn heerschappij, waarmede hij heerste;
52 Dan 11:5 | en hij zal heersen; zijn heerschappij zal een grote heerschappij
53 Dan 11:5 | heerschappij zal een grote heerschappij zijn. ~
54 Mic 4:8 | daar zal komen de vorige heerschappij, het koninkrijk der dochteren
55 Zac 9:10 | heidenen vrede spreken; en Zijn heerschappij zal zijn van zee tot
56 Matt 20:25| dat de oversten der volken heerschappij voeren over hen, en de groten
57 Mark 10:42| oversten te zijn der volken, heerschappij voeren over hen, en hun
58 Luk 20:20 | vangen mochten, om Hem aan de heerschappij en de macht des stadhouders
59 1Kor 15:24| niet gedaan hebben alle heerschappij, en alle macht en kracht. ~
60 2Kor 1:24| 24 Niet dat wij heerschappij voeren over uw geloof, maar
61 Efez 1:21| en macht, en kracht, en heerschappij, en allen naam, die genaamd
62 1Pet 5:3 | 3 Noch als heerschappij voerende over het erfdeel
63 2Pet 2:10| begeerlijkheid wandelen, en de heerschappij verachten; die stout zijn,
64 Jud 1:8 | het vlees, en verwerpen de heerschappij, en lasteren de heerlijkheden. ~
|