Book Chapter: Verse
1 Gen 17:13 | gelachen, zeggende: Zou ik ook waarlijk baren, nu ik oud geworden
2 Gen 19:12 | 12 En ook is zij waarlijk mijn zuster; zij is mijns
3 Gen 38:15 | gij beproefd worden: zo waarlijk als Farao leeft! indien
4 Gen 38:16 | zij; en indien niet, zo waarlijk als Farao leeft, zo zijt
5 Exo 9:16 | 16 Maar waarlijk, daarom heb Ik u verwekt,
6 Ric 7:19 | zonen mijner moeder; zo waarlijk als de HEERE leeft, zo gij
7 1Sa 20:21 | en er is geen ding, zo waarlijk de HEERE leeft! ~
8 1Kon 8:27| 27 Maar waarlijk, zou God op de aarde wonen?
9 2Kon 21:17| 17 Waarlijk, HEERE, hebben de koningen
10 2Kro 7:18| 18 Maar waarlijk, zou God bij de mensen op
11 Job 9:2 | 2 Waarlijk, ik weet, dat het zo is;
12 Job 12:7 | 7 En waarlijk, vraag toch de beesten,
13 Job 19:4 | 4 Maar ook het zij waarlijk, dat ik gedwaald heb, mijn
14 Job 19:5 | 5 Indien gijlieden waarlijk u verheft tegen mij, en
15 Job 34:12 | 12 Ook waarlijk, God handelt niet goddelooslijk,
16 Psa 58:2 | 2 Spreekt gijlieden waarlijk gerechtigheid, gij, vergadering?
17 Jes 37:18 | 18 Waarlijk, HEERE! hebben de koningen
18 Jes 53:4 | 4 Waarlijk, Hij heeft onze krankheden
19 Jer 3:20 | 20 Waarlijk, gelijk een vrouw trouwelooslijk
20 Jer 3:23 | 23 Waarlijk, tevergeefs verwacht men
21 Jer 3:23 | en de menigte der bergen; waarlijk, in den HEERE, onzen God,
22 Jer 4:10 | zeide ik: Ach, Heere HEERE! waarlijk, Gij hebt dit volk en Jeruzalem
23 Jer 7:5 | wegen en uw handelingen waarlijk zult goed maken; indien
24 Jer 7:5 | zult goed maken; indien gij waarlijk zult recht doen tussen den
25 Jer 8:8 | HEEREN is bij ons! Ziet, waarlijk tevergeefs werkt de valse
26 Hos 6:9 | op den weg naar Sichem, waarlijk, zij doen schandelijke daden. ~
27 Mic 3:8 | 8 Maar waarlijk, ik ben vol krachts van
28 Zep 3:7 | wat Ik haar bezocht hebbe, waarlijk, zij hebben zich vroeg
29 Matt 14:33| aanbaden Hem, zeggende: Waarlijk, Gij zijt Gods Zoon! ~
30 Matt 26:73| bijkomende, zeiden tot Petrus: Waarlijk, gij zijt ook van die, want
31 Matt 27:54| zeer bevreesd, zeggende: Waarlijk, Deze was Gods Zoon! ~
32 Mark 11:32| allen van Johannes, dat hij waarlijk een profeet was. ~
33 Mark 14:70| zeiden wederom tot Petrus: Waarlijk, gij zijt een van die; want
34 Mark 15:39| geest gegeven had, zeide: Waarlijk, deze Mens was Gods Zoon! ~
35 Luk 9:27 | 27 En Ik zeg u waarlijk: Er zijn sommigen dergenen,
36 Luk 12:44 | 44 Waarlijk, Ik zeg ulieden, dat hij
37 Luk 21:3 | 3 En Hij zeide: Waarlijk, Ik zeg u, dat deze arme
38 Luk 23:47 | verheerlijkte hij God, en zeide: Waarlijk, deze Mens was rechtvaardig. ~
39 Luk 24:34 | Welke zeiden: De Heere is waarlijk opgestaan, en is van Simon
40 Joha 1:48| en zeide tot hem: Zie, waarlijk een Israeliet, in welken
41 Joha 4:42| gehoord, en weten, dat Deze waarlijk is de Christus, de Zaligmaker
42 Joha 6:14| gedaan had, zeiden: Deze is waarlijk de Profeet, Die in de wereld
43 Joha 6:55| 55 Want Mijn vlees is waarlijk Spijs, en Mijn bloed is
44 Joha 6:55| Spijs, en Mijn bloed is waarlijk Drank. ~
45 Joha 7:26| Zouden nu wel de oversten waarlijk weten, dat Deze waarlijk
46 Joha 7:26| waarlijk weten, dat Deze waarlijk is de Christus? ~
47 Joha 7:40| horende, zeiden: Deze is waarlijk de Profeet. ~
48 Joha 8:31| woord blijft, zo zijt gij waarlijk Mijn discipelen; ~
49 Joha 8:36| vrijgemaakt hebben, zo zult gij waarlijk vrij zijn. ~
50 Joha 17:8 | ontvangen, en zij hebben waarlijk bekend, dat Ik van U uitgegaan
51 Hand 20:9 | 9 Ik meende waarlijk bij mijzelven, dat ik tegen
52 1Kor 14:25| en verkondigen, dat God waarlijk onder u is. ~
53 2Kor 12:1 | 1 Te roemen is mij waarlijk niet oorbaar; want ik zal
54 Gal 3:21 | levend te maken, zo zou waarlijk de rechtvaardigheid uit
55 1The 2:13| woord, maar (gelijk het waarlijk is) als Gods Woord, dat
56 1Tim 5:3 | 3 Eer de weduwen, die waarlijk weduwen zijn. ~
57 1Tim 5:5 | 5 Die nu waarlijk weduwe is, en alleen gelaten,
58 1Tim 5:16| opdat zij degenen, die waarlijk weduwen zijn, genoegzame
59 Heb 2:16 | 16 Want waarlijk, Hij neemt de engelen niet
60 Heb 6:14 | 14 Zeggende: Waarlijk, zegenende zal Ik u zegenen,
61 2Pet 2:18| ontuchtigheden, degenen, die waarlijk ontvloden waren van degenen,
62 1Joh 2:5 | Woord bewaart, in dien is waarlijk de liefde Gods volmaakt
|