Table of Contents | Words: Alphabetical - Frequency - Inverse - Length - Statistics | Help | IntraText Library
Alphabetical    [«  »]
stelling 10
stellingen 15
stelpte 1
stelt 60
stem 527
stemde 1
stemden 1
Frequency    [«  »]
60 jehu
60 ophouden
60 roep
60 stelt
60 week
59 abner
59 daaraan

Bijbel

IntraText - Concordances

stelt

   Book Chapter: Verse
1 Gen 29:16 | voor mijn aangezicht, en stelt ruimte tussen kudde en tussen 2 Gen 31:10 | woont, en handelt daarin, en stelt u tot bezitters daarin. ~ 3 Exo 23:1 | vals gerucht opnemen; en stelt uw hand niet bij den goddeloze, 4 Deu 31:14 | sterven; roep Jozua, en stelt ulieden in de tent der samenkomst, 5 Joz 4:3 | ze met ulieden over, en stelt ze in het nachtleger, waar 6 Joz 6:18 | het leger van Israel niet stelt tot een ban, noch datzelve 7 Joz 10:18 | den mond der spelonk, en stelt mannen daarvoor om hen te 8 1Sa 10:19 | koning over ons; nu dan, stelt u voor het aangezicht des 9 1Sa 12:7 | 7 En nu, stelt u hier, dat ik met ulieden 10 1Sa 12:16 | 16 Ook stelt u nu hier, en ziet die grote 11 1Sa 28:9 | heeft uitgeroeid; waarom stelt gij dan mijn ziel een strik, 12 2Sa 22:34 | gelijk als der hinden, en stelt mij op mijn hoogten. ~ 13 1Kon 14:6 | huisvrouw van Jerobeam! Waarom stelt gij u dus vreemd aan? Want 14 2Kro 21:17| niet te strijden hebben; stelt uzelven, staat en ziet het 15 Job 10:16 | mij; Gij keert weder en stelt U wonderlijk tegen mij. ~ 16 Job 15:25 | en tegen den Almachtige stelt hij zich geweldiglijk aan. ~ 17 Job 24:23 | 23 Stelt hem God in gerustigheid, 18 Job 34:24 | niet doorzoeken kan, en stelt anderen in hun plaats. ~ 19 Job 36:48 | wanneer God over dezelve orde stelt, en het licht Zijner wolk 20 Job 40:22 | zieden gelijk een pot; hij stelt de zee als een apothekerskokerij. ~ 21 Psa 18:34 | gelijk als der hinden, en Hij stelt mij op mijn hoogten. ~ 22 Psa 33:7 | zee als op een hoop; Hij stelt den afgronden schatkameren. ~ 23 Psa 34:7 | zee als op een hoop; Hij stelt den afgronden schatkameren. ~ 24 Psa 37:5 | onrecht op zijn leger; hij stelt zich op een weg, die niet 25 Psa 41:5 | HEERE tot zijn vertrouwen stelt, en niet omziet naar de 26 Psa 42:13 | mijn oprechtigheid, en Gij stelt mij voor Uw aangezicht in 27 Psa 44:14 | 14 Gij stelt ons onze naburen tot smaad, 28 Psa 44:15 | 15 Gij stelt ons tot een spreekwoord 29 Psa 66:9 | onze zielen in het leven stelt, en niet toelaat, dat onze 30 Psa 90:8 | 8 Gij stelt onze ongerechtigheden voor 31 Psa 107:33 | 33 Hij stelt de rivieren tot een woestijn, 32 Psa 107:35 | 35 Hij stelt de woestijn tot een waterpoel, 33 Psa 147:14 | Die uw landpalen in vrede stelt; Hij verzadigt u met het 34 Spre 26:24| maar in zijn binnenste stelt hij bedrog aan. ~ 35 Jes 3:13 | 13      De HEERE stelt Zich om te pleiten, en Hij 36 Jes 21:4 | waar ik naar verlangd heb, stelt Hij mij tot beving. 37 Jes 26:1 | hebben een sterke stad, God stelt heil tot muren en voorschansen. ~ 38 Jes 35:3 | Versterkt de slappe handen, en stelt de struikelende knieen vast. ~ 39 Jes 58:7 | 7      Gij stelt uw leger op een hogen en 40 Jes 60:15 | wie van het boze wijkt, stelt zich tot een roof; en de 41 Jer 17:5 | vertrouwt, en vlees tot zijn arm stelt, en wiens hart van den HEERE 42 Jer 29:26 | uitgeeft, dat gij dien stelt in de gevangenis en in den 43 Jer 46:4 | klimt op, gij ruiters! en stelt u met helmen; vaagt de spiesen, 44 Jer 46:14 | Nof en Tachpanhes; zegt: Stelt er u naar, en maakt u gereed, 45 Jer 51:12 | Babel, versterkt de wacht, stelt wachters, bereidt de lagen; 46 Eze 14:4 | recht voor zijn aangezicht stelt, en komt tot den profeet, 47 Eze 14:7 | drekgoden op in zijn hart, en stelt den aanstoot      zijner 48 Eze 28:2 | mens      en geen God zijt, stelt gij nochtans uw hart, als 49 Dan 5:21 | mensen, en over dezelve      stelt, wien Hij wil. ~ 50 Amos 6:3 | die den bozen dag verre stelt, en den stoel des gewelds 51 Joha 10:11| Herder; de goede herder stelt zijn leven voor de schapen. ~ 52 Rom 6:13 | 13 En stelt uwe leden niet der zonde 53 Rom 6:13 | der ongerechtigheid; maar stelt uzelven Gode, als uit de 54 Rom 6:13 | levende geworden zijnde, en stelt uw leden Gode tot wapenen 55 Rom 6:16 | niet, dat wien gij uzelven stelt tot dienstknechten ter gehoorzaamheid, 56 Rom 6:19 | tot ongerechtigheid, alzo stelt nu uw leden, om dienstbaar 57 Rom 12:1 | Gods, dat gij uw lichamen stelt tot een levende, heilige 58 Rom 13:2 | die zich tegen de macht stelt, de ordinantie van God wederstaat; 59 Heb 7:28 | 28 Want de wet stelt tot hogepriesters mensen, 60 Heb 7:28 | die na de wet is gevolgd, stelt den Zoon, Die in der eeuwigheid


Best viewed with any browser at 800x600 or 768x1024 on Tablet PC
IntraText® (V89) - Some rights reserved by EuloTech SRL - 1996-2007. Content in this page is licensed under a Creative Commons License