Book Chapter: Verse
1 Gen 11:13 | hij Selah gewonnen had, vierhonderd en drie jaren; en hij gewon
2 Gen 11:15 | hij Heber gewonnen had, vierhonderd en drie jaren, en hij gewon
3 Gen 11:17 | hij Peleg gewonnen had, vierhonderd en dertig jaren; en hij
4 Gen 14:37 | zij zullen hen verdrukken vierhonderd jaren. ~
5 Gen 22:15 | hoor mij; een land van vierhonderd sikkelen zilvers, wat is
6 Gen 22:16 | oren van de zonen Heths, vierhonderd sikkelen zilvers, onder
7 Gen 29:6 | trekt hij u tegemoet, en vierhonderd mannen met hem. ~
8 Gen 30:1 | en ziet, Ezau kwam, en vierhonderd mannen met hem. Toen verdeelde
9 Exo 12:40 | Egypte gewoond hebben, is vierhonderd jaren en dertig jaren. ~
10 Exo 12:41 | geschiedde ten einde van de vierhonderd en dertig jaren, zo is het
11 Exo 38:29 | talenten, en twee duizend vierhonderd sikkelen. ~
12 Num 1:29 | vier en vijftig duizend en vierhonderd. ~
13 Num 1:31 | zeven en vijftig duizend en vierhonderd. ~
14 Num 1:37 | vijf en dertig duizend en vierhonderd. ~
15 Num 1:43 | drie en vijftig duizend en vierhonderd. ~
16 Num 2:6 | vier en vijftig duizend en vierhonderd. ~
17 Num 2:8 | zeven en vijftig duizend en vierhonderd. ~
18 Num 2:9 | zes en tachtig duizend en vierhonderd, naar hun heiren. Zij zullen
19 Num 2:16 | honderd een en vijftig duizend vierhonderd en vijftig; naar hun heiren.
20 Num 2:23 | vijf en dertig duizend en vierhonderd. ~
21 Num 2:30 | drie en vijftig duizend en vierhonderd. ~
22 Num 7:85 | vaten was twee duizend en vierhonderd sikkelen, naar den sikkel
23 Num 26:43 | vier en zestig duizend en vierhonderd. ~
24 Num 26:47 | drie en vijftig duizend en vierhonderd. ~
25 Num 26:50 | vijf en veertig duizend en vierhonderd. ~
26 Ric 19:2 | vergadering van het volk Gods, vierhonderd duizend man te voet, die
27 Ric 19:17 | geteld, behalve Benjamin, vierhonderd duizend mannen, die het
28 Ric 20:12 | inwoners van Jabes in Gilead vierhonderd jonge dochters, die maagden
29 1Sa 22:2 | zodat bij hem waren omtrent vierhonderd mannen. ~
30 1Sa 25:13 | op achter David, omtrent vierhonderd man, en daar bleven er tweehonderd
31 1Sa 30:10 | vervolgde hen, hij en die vierhonderd mannen; en tweehonderd mannen
32 1Sa 30:17 | een man van hen, behalve vierhonderd jonge mannen, die op kemelen
33 1Kon 6:1 | Het geschiedde nu in het vierhonderd en tachtigste jaar, na den
34 1Kon 7:42| 42 En de vierhonderd granaatappelen tot de twee
35 1Kon 9:28| haalden van daar aan goud, vierhonderd en twintig talenten, en
36 1Kon 10:26| ruiteren, en hij had duizend en vierhonderd wagenen, en twaalf duizend
37 1Kon 18:19| op den berg Karmel, en de vierhonderd en vijftig profeten van
38 1Kon 18:19| profeten van Baal, en de vierhonderd profeten van het bos, die
39 1Kon 18:22| de profeten van Baal zijn vierhonderd en vijftig mannen. ~
40 1Kon 22:6 | Israel de profeten, omtrent vierhonderd man, en hij zeide tot hen:
41 2Kon 15:13| Efraim tot aan de Hoekpoort, vierhonderd ellen. ~
42 1Kro 22:5 | zwaard uittrokken, en Juda vierhonderd duizend, en zeventig duizend
43 2Kro 1:14| ruiteren, zodat hij duizend en vierhonderd wagenen, en twaalf duizend
44 2Kro 4:13| 13 En de vierhonderd granaatappelen tot de twee
45 2Kro 9:18| en zij haalden van daar vierhonderd en vijftig talenten gouds,
46 2Kro 14:3 | heir van strijdbare helden, vierhonderd duizend uitgelezen mannen;
47 2Kro 19:5 | van Israel de profeten, vierhonderd mannen, en hij zeide tot
48 2Kro 25:23| Efraim tot aan de Hoekpoort, vierhonderd ellen. ~
49 Ezra 1:10| 10 Dertig gouden bekers, vierhonderd en tien andere zilveren
50 Ezra 1:11| zilver waren vijf duizend en vierhonderd; deze alle voerde Sesbazar
51 Ezra 2:15| 15 De kinderen van Adin, vierhonderd vier en vijftig. ~
52 Ezra 2:67| 67 Hun kemelen, vierhonderd vijf en dertig; de ezelen,
53 Ezra 6:17| runderen, tweehonderd rammen, vierhonderd lammeren en twaalf geitenbokken,
54 Neh 7:69 | 69 Kemelen, vierhonderd vijf en dertig; ezelen,
55 Neh 11:6 | Jeruzalem woonden, waren vierhonderd acht en zestig dappere mannen. ~
56 Hand 7:20| 20 En daarna omtrent vierhonderd en vijftig jaren, gaf Hij
57 Gal 3:17 | wordt door de wet, die na vierhonderd en dertig jaren gekomen
|