Book Chapter: Verse
1 Gen 42:34 | opdat gij in het land Gosen moogt wonen; want alle schaapherder
2 Exo 10:2 | kinderen en uwer kindskinderen moogt vertellen, wat Ik in Egypte
3 Psa 68:24 | ja, de tong uwer honden, moogt steken in het bloed van
4 Spre 22:21| der waarheid antwoorden moogt dengenen, die u zenden. ~
5 Jes 43:26 | gij uw redenen, opdat gij moogt gerechtvaardigd worden. ~
6 Jes 45:3 | verborgene rijkdommen; opdat gij moogt weten, dat Ik de HEERE ben,
7 Jes 67:11 | 11 Opdat gij moogt zuigen, en verzadigd worden
8 Jes 67:11 | vertroostingen; opdat gij moogt uitzuigen, en u verlusten
9 Jer 51:51 | 51 Gij moogt zeggen: Wij zijn beschaamd
10 Matt 5:45| 45 Opdat gij moogt kinderen zijn uws Vaders,
11 Matt 9:6 | 6 Doch opdat gij moogt weten, dat de Zoon des mensen
12 Matt 27:4 | Wat gaat ons dat aan? Gij moogt toezien. ~
13 Matt 27:24| Rechtvaardigen; gijlieden moogt toezien. ~
14 Mark 2:10| 10 Doch opdat gij moogt weten, dat de Zoon des mensen
15 Luk 1:4 | 4 Opdat gij moogt kennen de zekerheid der
16 Luk 5:24 | 24 Doch opdat gij moogt weten, dat de Zoon des mensen
17 Luk 21:36 | tijd, biddende, dat gij moogt waardig geacht worden te
18 Joha 5:40| komen, opdat gij het leven moogt hebben. ~
19 Joha 10:38| gelooft de werken; opdat gij moogt bekennen en geloven, dat
20 Joha 11:15| geweest ben, opdat gij geloven moogt; doch laat ons tot hem gaan. ~
21 Joha 12:36| gij kinderen des Lichts moogt zijn. Deze dingen sprak
22 Joha 13:19| geschied zal zijn, gij geloven moogt, dat Ik het ben. ~
23 Joha 14:3 | nemen, opdat gij ook zijn moogt, waar Ik ben. ~
24 Joha 14:29| geschied zal zijn, gij geloven moogt. ~
25 Joha 16:4 | gekomen zijn, gij dezelve moogt gedenken, dat Ik ze u gezegd
26 Joha 19:35| is, opdat ook gij geloven moogt. ~
27 Rom 12:2 | vernieuwing uws gemoeds, opdat gij moogt beproeven, welke de goede,
28 Rom 15:6 | eendrachtelijk, met een mond, moogt verheerlijken den God en
29 Rom 15:13 | geloven, opdat gij overvloedig moogt zijn in de hoop, door de
30 1Kor 5:7 | gij een nieuw deeg zijn moogt, gelijk gij ongezuurd zijt.
31 1Kor 7:5 | gij u tot vasten en bidden moogt verledigen; en komt wederom
32 1Kor 9:24| Loopt alzo, dat gij dien moogt verkrijgen. ~
33 1Kor 14:1 | gaven, maar meest, dat gij moogt profeteren. ~
34 1Kor 14:12| gaven, zo zoekt dat gij moogt overvloedig zijn tot stichting
35 1Kor 16:6 | overwinteren, opdat gij mij moogt geleiden, waar ik zal henenreizen. ~
36 2Kor 6:1 | genade Gods niet tevergeefs moogt ontvangen hebben. ~
37 2Kor 9:3 | ik gezegd heb) gij bereid moogt zijn; ~
38 2Kor 9:8 | alle goed werk overvloedig moogt zijn. ~
39 Efez 1:18| uws verstands, opdat gij moogt weten, welke zij de hoop
40 Efez 6:21| 21 En opdat ook gij moogt weten hetgeen mij aangaat;
41 Fili 2:2 | mijn blijdschap, dat gij moogt eensgezind zijn, dezelfde
42 Fili 2:15| 15 Opdat gij moogt onberispelijk en oprecht
43 Kol 1:9 | bidden en te begeren, dat gij moogt vervuld worden met de kennis
44 Kol 1:10 | 10 Opdat gij moogt wandelen waardiglijk den
45 Kol 4:6 | zout besprengd, opdat gij moogt weten, hoe gij een iegelijk
46 Kol 4:12 | gebeden, opdat gij staan moogt volmaakt en volkomen in
47 1Tim 3:15| zo ik vertoef, opdat gij moogt weten, hoe men in het huis
48 Heb 10:36 | hebbende, de beloftenis moogt wegdragen; ~
49 Heb 13:21 | werk, opdat gij Zijn wil moogt doen; werkende in u, hetgeen
50 Jako 1:4 | volmaakt werk, opdat gij moogt volmaakt zijn en geheel
51 1Pet 2:2 | opdat gij door dezelve moogt opwassen; ~
52 1Pet 4:13| openbaring Zijner heerlijkheid u moogt verblijden en verheugen. ~
53 2Pet 1:15| deze dingen gedachtenis moogt hebben. ~
54 2Pet 3:14| onbestraffelijk van Hem bevonden moogt worden in vrede; ~
55 Open 3:18| het vuur, opdat gij rijk moogt worden; en witte klederen,
56 Open 3:18| witte klederen, opdat gij moogt bekleed worden, en de schande
57 Open 3:18| ogenzalf, opdat gij zien moogt. ~
|