1-500 | 501-1000 | 1001-1500 | 1501-2000 | 2001-2500 | 2501-3000 | 3001-3500 | 3501-3972
Book Chapter: Verse
2501 Psa 68:9 | aanschijn; zelfs deze Sinai, voor het aanschijn Gods, des
2502 Psa 68:11 | bereiddet ze door Uw goedheid voor den ellendige, o God! ~
2503 Psa 68:26 | 26 De zangers gingen voor, de speellieden achter,
2504 Psa 69:1 | 1 Een psalm van David, voor den opperzangmeester, op
2505 Psa 69:6 | dwaasheid, en mijn schulden zijn voor U niet verborgen. ~
2506 Psa 69:20 | al mijn benauwers zijn voor U. ~
2507 Psa 69:23 | 23 Hun tafel worde voor hun aangezicht tot een strik,
2508 Psa 70:1 | 1Een psalm van David, voor den opperzangmeester, om
2509 Psa 72:1 | 1 Voor Salomo. O God! geef den
2510 Psa 72:9 | van dorre plaatsen zullen voor zijn aangezicht knielen,
2511 Psa 72:11 | alle koningen zullen zich voor hem nederbuigen, alle heidenen
2512 Psa 72:15 | en men zal geduriglijk voor hem bidden; den gansen dag
2513 Psa 74:1 | 1 Een onderwijzing, voor Asaf. O God! waarom verstoot
2514 Psa 75:1 | 1 Voor den opperzangmeester, Altascheth;
2515 Psa 75:1 | Altascheth; een psalm, een lied, voor Asaf. ~
2516 Psa 76:1 | psalm, een lied van Asaf, voor den opperzangmeester, op
2517 Psa 76:8 | vreselijk zijt Gij; en wie zal voor Uw aangezicht bestaan, van
2518 Psa 77:1 | 1 Een psalm van Asaf, voor den opperzangmeester, over
2519 Psa 78:4 | zullen het niet verbergen voor hun kinderen, voor het navolgende
2520 Psa 78:4 | verbergen voor hun kinderen, voor het navolgende geslacht,
2521 Psa 78:12 | 12 Voor hun vaderen had Hij wonder
2522 Psa 78:50 | 50 Hij woog een pad voor Zijn toorn; Hij onttrok
2523 Psa 78:55 | 55 En Hij verdreef voor hun aangezicht de heidenen,
2524 Psa 79:10 | knechten onder de heidenen voor onze ogen bekend worden. ~
2525 Psa 79:11 | het gekerm der gevangenen voor Uw aanschijn komen; behoud
2526 Psa 80:1 | 1 Voor den opperzangmeester, op
2527 Psa 80:3 | 3 Wek Uw macht op voor het aangezicht van Efraim,
2528 Psa 80:10 | 10 Gij hebt de plaats voor hem bereid, en zijn wortelen
2529 Psa 81:1 | 1 Voor den opperzangmeester, op
2530 Psa 81:10 | god wezen, en gij zult u voor geen vreemden god nederbuigen. ~
2531 Psa 83:13 | de schone woningen Gods voor ons in erfelijke bezitting
2532 Psa 83:14 | een wervel, als stoppelen voor den wind. ~
2533 Psa 84:1 | 1 Voor den opperzangmeester, op
2534 Psa 84:1 | op de Gittith; een psalm, voor de kinderen van Korach. ~
2535 Psa 84:4 | huis, en de zwaluw een nest voor zich, waar zij haar jongen
2536 Psa 84:8 | van hen zal verschijnen voor God in Sion. ~
2537 Psa 85:1 | 1 Een psalm, voor den opperzangmeester, onder
2538 Psa 85:14 | 14 De gerechtigheid zal voor Zijn aangezicht henengaan,
2539 Psa 86:9 | zullen komen, en zullen zich voor Uw aanschijn nederbuigen,
2540 Psa 86:14 | ziel; en zij stellen U niet voor hun ogen. ~
2541 Psa 87:1 | 1Een psalm, een lied voor de kinderen van Korach.
2542 Psa 88:1 | 1 Een lied, een psalm voor de kinderen van Korach,
2543 Psa 88:1 | de kinderen van Korach, voor den opperzangmeester, op
2544 Psa 88:2 | bij dag, bij nacht roep ik voor U.
2545 Psa 88:3 | 3 Laat mijn gebed voor Uw aanschijn komen; neig
2546 Psa 88:14 | U, en mijn gebed komt U voor in den morgenstond. ~
2547 Psa 88:15 | en verbergt Uw aanschijn voor mij? ~
2548 Psa 89:15 | goedertierenheid en waarheid gaan voor Uw aanschijn henen. ~
2549 Psa 89:24 | wederpartijders verpletteren voor zijn aangezicht, en die
2550 Psa 89:37 | zijn, en zijn troon zal voor Mij zijn gelijk de zon. ~
2551 Psa 90:8 | stelt onze ongerechtigheden voor U, onze heimelijke zonden
2552 Psa 91:5 | 5 Gij zult niet vrezen voor den schrik des nachts, voor
2553 Psa 91:5 | voor den schrik des nachts, voor den pijl, die des daags
2554 Psa 91:6 | 6 Voor de pestilentie, die in de
2555 Psa 91:6 | in de donkerheid wandelt; voor het verderf, dat op den
2556 Psa 94:13 | kwade dagen; totdat de kuil voor den goddeloze gegraven wordt. ~
2557 Psa 94:16 | 16 Wie zal voor mij staan tegen de boosdoeners?
2558 Psa 94:16 | boosdoeners? Wie zal zich voor mij stellen tegen de werkers
2559 Psa 95:6 | nederbukken; laat ons knielen voor den HEERE, Die ons gemaakt
2560 Psa 96:6 | Majesteit en heerlijkheid zijn voor Zijn aangezicht, sterkte
2561 Psa 96:9 | des heiligdoms; schrikt voor Zijn aangezicht, gij ganse
2562 Psa 96:13 | 13 Voor het aangezicht des HEEREN;
2563 Psa 97:3 | 3 Een vuur gaat voor Zijn aangezicht heen, en
2564 Psa 97:5 | De bergen smelten als was voor het aanschijn des HEEREN,
2565 Psa 97:5 | het aanschijn des HEEREN, voor het aanschijn des HEEREN
2566 Psa 97:7 | beroemen; buigt u neder voor Hem, alle gij goden! ~
2567 Psa 97:11 | 11 Het licht is voor den rechtvaardige gezaaid,
2568 Psa 97:11 | gezaaid, en vrolijkheid voor de oprechten van hart. ~
2569 Psa 98:2 | gerechtigheid geopenbaard voor de ogen der heidenen. ~
2570 Psa 98:6 | bazuinengeklank; juicht voor het aangezicht des Konings,
2571 Psa 99:5 | onzen God, en buigt u neder voor de voetbank Zijner voeten;
2572 Psa 99:9 | HEERE, onzen God, en buigt u voor den berg Zijner heiligheid;
2573 Psa 100:2 | HEERE met blijdschap, komt voor Zijn aanschijn met vrolijk
2574 Psa 101:3 | 3Ik zal geen Belials-stuk voor mijn ogen stellen; ik haat
2575 Psa 101:7 | die leugenen spreekt, zal voor mijn ogen niet bevestigd
2576 Psa 102:1 | en zijn klacht uitstort voor het aangezicht des HEEREN. ~
2577 Psa 102:3 | Verberg Uw aangezicht niet voor mij, neig Uw oor tot mij
2578 Psa 102:19 | Dat zal geschreven worden voor het navolgende geslacht;
2579 Psa 102:29 | zullen wonen, en hun zaad zal voor Uw aangezicht bevestigd
2580 Psa 104:7 | zij, zij haastten zich weg voor de stem Uws donders. ~
2581 Psa 104:8 | daalden, ter plaatse, die Gij voor hen gegrond hadt. ~
2582 Psa 104:14 | doet het gras uitspruiten voor de beesten, en het kruid
2583 Psa 104:18 | 18 De hoge bergen zijn voor de steenbokken; de steenrotsen
2584 Psa 104:18 | steenrotsen zijn een vertrek voor de konijnen. ~
2585 Psa 105:17 | 17 Hij zond een man voor hun aangezicht henen; Jozef
2586 Psa 106:19 | Horeb, en zij bogen zich voor een gegoten beeld. ~
2587 Psa 106:23 | uitverkorene, in de scheure voor Zijn aangezicht gestaan
2588 Psa 106:46 | gaf Hij hun barmhartigheid voor het aangezicht van allen,
2589 Psa 107:8 | 8 Laat hen voor den HEERE Zijn goedertierenheid
2590 Psa 107:8 | loven, en Zijn wonderwerken voor de kinderen der mensen. ~
2591 Psa 107:15 | 15 Laat hen voor den HEERE Zijn goedertierenheid
2592 Psa 107:15 | loven, en Zijn wonderwerken voor de kinderen der mensen; ~
2593 Psa 107:21 | 21 Laat hen voor den HEERE Zijn goedertierenheid
2594 Psa 107:21 | loven, en Zijn wonderwerken voor de kinderen der mensen. ~
2595 Psa 107:31 | 31 Laat hen voor den HEERE Zijn goedertierenheid
2596 Psa 107:31 | loven, en Zijn wonderwerken voor de kinderen der mensen. ~
2597 Psa 109:1 | 1 Een psalm van David, voor den opperzangmeester. O
2598 Psa 109:4 | 4 Voor mijn liefde, staan zij mij
2599 Psa 109:5 | En zij hebben mij kwaad voor goed opgelegd, en haat voor
2600 Psa 109:5 | voor goed opgelegd, en haat voor mijn liefde. ~
2601 Psa 109:15 | 15 Dat zij gedurig voor den HEERE zijn; en Hij roeie
2602 Psa 111:8 | Samech. Zij zijn ondersteund voor altoos, en in eeuwigheid;
2603 Psa 112:7 | 7 Mem. Hij zal voor geen kwaad gerucht vrezen;
2604 Psa 114:7 | 7Beef, gij aarde! voor het aangezicht des Heeren,
2605 Psa 114:7 | het aangezicht des Heeren, voor het aangezicht van den God
2606 Psa 116:9 | 9 Ik zal wandelen voor het aangezicht des HEEREN,
2607 Psa 116:12 | zal ik den HEERE vergelden voor al Zijn weldaden aan mij
2608 Psa 119:19 | aarde, verberg Uw geboden voor mij niet. ~
2609 Psa 119:46 | 46 Ook zal ik voor koningen spreken van Uw
2610 Psa 119:62 | sta ik op, om U te loven voor de rechten Uwer gerechtigheid. ~
2611 Psa 119:105 | Nun. Uw woord is een lamp voor mijn voet, en een licht
2612 Psa 119:105 | mijn voet, en een licht voor mijn pad. ~
2613 Psa 119:120 | gerezen van verschrikking voor U, en ik heb gevreesd voor
2614 Psa 119:120 | voor U, en ik heb gevreesd voor Uw oordelen. ~
2615 Psa 119:122 | 122 Wees borg voor Uw knecht ten goede; laat
2616 Psa 119:126 | 126 Het is tijd voor den HEERE, dat Hij werke,
2617 Psa 119:128 | alle Uw bevelen, van alles, voor recht gehouden; maar alle
2618 Psa 119:148 | ogen komen de nacht waken voor, om Uw rede te betrachten. ~
2619 Psa 119:161 | mijn hart heeft gevreesd voor Uw woord. ~
2620 Psa 119:168 | want al mijn wegen zijn voor U. ~
2621 Psa 119:169 | HEERE! laat mijn geschrei voor Uw aanschijn genaken, maak
2622 Psa 119:170 | 170 Laat mijn smeken voor Uw aanschijn komen, red
2623 Psa 122:9 | Gods wil, zal ik het goede voor u zoeken. ~ ~ ~ ~
2624 Psa 132:5 | 5 Totdat ik voor den HEERE een plaats gevonden
2625 Psa 132:5 | gevonden zal hebben, woningen voor den Machtige Jakobs! ~
2626 Psa 132:7 | wij zullen ons nederbuigen voor de voetbank Zijner voeten. ~
2627 Psa 132:17 | doen uitspruiten; Ik heb voor Mijn Gezalfde een lamp toegericht. ~
2628 Psa 138:8 | 8De HEERE zal het voor mij voleinden; Uw goedertierenheid,
2629 Psa 139:1 | 1 Een psalm van David, voor den opperzangmeester. HEERE!
2630 Psa 139:7 | 7 Waar zou ik heengaan voor Uw Geest en waar zou ik
2631 Psa 139:7 | waar zou ik heenvlieden voor Uw aangezicht? ~
2632 Psa 139:12 | verduistert de duisternis voor U niet; maar de nacht licht
2633 Psa 139:15 | 15 Mijn gebeente was voor U niet verholen, als ik
2634 Psa 140:1 | 1 Een psalm van David, voor den opperzangmeester. ~
2635 Psa 140:2 | kwaden mens; behoed mij voor den man alles gewelds; ~
2636 Psa 140:14 | loven; de oprechten zullen voor Uw aangezicht blijven. ~ ~
2637 Psa 141:2 | worde gesteld als reukwerk voor Uw aangezicht, de opheffing
2638 Psa 141:3 | 3 HEERE! zet een wacht voor mijn mond, behoed de deur
2639 Psa 141:5 | want nog zal ook mijn gebed voor hen zijn in hun tegenspoeden. ~
2640 Psa 141:9 | 9 Bewaar mij voor het geweld des striks, dien
2641 Psa 141:9 | zij mij gelegd hebben, en voor de valstrikken van de werkers
2642 Psa 142:3 | stortte mijn klacht uit voor Zijn aangezicht; ik gaf
2643 Psa 142:3 | aangezicht; ik gaf te kennen voor Zijn aangezicht mijn benauwdheid. ~
2644 Psa 142:5 | er was geen ontvlieden voor mij; niemand zorgde voor
2645 Psa 142:5 | voor mij; niemand zorgde voor mijn ziel. ~
2646 Psa 143:2 | niemand, die leeft, zal voor Uw aangezicht rechtvaardig
2647 Psa 143:6 | uit tot U; mijn ziel is voor U als een dorstig land.
2648 Psa 144:2 | Vertrek en mijn Bevrijder voor mij, mijn Schild, en op
2649 Psa 147:8 | hemelen met wolken bedekt, Die voor de aarde regen bereidt;
2650 Psa 147:17 | stukken; wie zou bestaan voor Zijn koude? ~
2651 Psa 148:6 | En Hij heeft ze bevestigd voor altoos in eeuwigheid; Hij
2652 Spre 1:17 | wordt tevergeefs gespreid voor de ogen van allerlei gevogelte; ~
2653 Spre 1:22 | beminnen, en de spotters voor zich de spotternij begeren,
2654 Spre 2:7 | 7 Hij legt weg voor de oprechten een bestendig
2655 Spre 2:10 | gekomen zijn, en de wetenschap voor uw ziel zal liefelijk zijn; ~
2656 Spre 3:8 | Het zal een medicijn voor uw navel zijn, en een bevochtiging
2657 Spre 3:8 | zijn, en een bevochtiging voor uw beenderen. ~
2658 Spre 3:22 | Want zij zullen het leven voor uw ziel zijn, en een aangenaamheid
2659 Spre 3:22 | zijn, en een aangenaamheid voor uw hals. ~
2660 Spre 3:25 | 25 Vrees niet voor haastigen schrik, noch voor
2661 Spre 3:25 | voor haastigen schrik, noch voor de verwoesting der goddelozen,
2662 Spre 4:3 | zoon, teder, en een enige voor het aangezicht mijner moeder. ~
2663 Spre 4:22 | vinden, en een medicijn voor hun gehele vlees. ~
2664 Spre 4:25 | en uw oogleden zich recht voor u heen houden. ~
2665 Spre 5:21 | eens iegelijks wegen zijn voor de ogen des HEEREN, en Hij
2666 Spre 6:1 | 1 Mijn zoon! zo gij voor uw naaste borg geworden
2667 Spre 6:1 | naaste borg geworden zijt, voor een vreemde uw hand toegeklapt
2668 Spre 6:24 | 24 Om u te bewaren voor de kwade vrouw, voor het
2669 Spre 6:24 | bewaren voor de kwade vrouw, voor het gevlei der vreemde tong. ~
2670 Spre 7:5 | Opdat zij u bewaren voor een vreemde vrouw, voor
2671 Spre 7:5 | voor een vreemde vrouw, voor de onbekende, die met haar
2672 Spre 8:3 | Aan de zijde der poorten, voor aan de stad, aan den ingang
2673 Spre 8:9 | Zij zijn alle recht voor dengene, die verstandig
2674 Spre 8:9 | verstandig is, en rechtmatig voor degenen, die wetenschap
2675 Spre 8:22 | het beginsel Zijns wegs, voor Zijn werken, van toen aan. ~
2676 Spre 8:25 | de bergen ingevest waren, voor de heuvelen was Ik geboren. ~
2677 Spre 8:30 | vermakingen, te aller tijd voor Zijn aangezicht spelende; ~
2678 Spre 9:12 | wijs zijt, gij zijt wijs voor uzelven; en zijt gij een
2679 Spre 10:23 | 23 Het is voor den zot als spel, schandelijkheid
2680 Spre 10:23 | schandelijkheid te doen; maar voor een man van verstand, wijsheid
2681 Spre 10:29 | De weg des HEEREN is voor den oprechte sterkte; maar
2682 Spre 10:29 | den oprechte sterkte; maar voor de werkers der ongerechtigheid
2683 Spre 11:15 | 15 Als iemand voor een vreemde borg geworden
2684 Spre 11:18 | doet een vals werk; maar voor degene, die gerechtigheid
2685 Spre 12:19 | maar een valse tong is maar voor een ogenblik. ~
2686 Spre 13:3 | behoudt zijn ziel; maar voor hem is verstoring, die zijn
2687 Spre 13:19 | die geschiedt, is zoet voor de ziel; maar het is den
2688 Spre 13:22 | vermogen des zondaars is voor de rechtvaardige weggelegd. ~
2689 Spre 14:6 | gene; maar de wetenschap is voor den verstandige licht. ~
2690 Spre 14:19 | 19 De kwaden buigen voor het aangezicht der goeden
2691 Spre 14:19 | neder, en de goddelozen voor de poorten des rechtvaardigen. ~
2692 Spre 14:22 | weldadigheid en trouw is voor degenen, die goed stichten. ~
2693 Spre 15:10 | De tucht is onaangenaam voor dengene die het pad verlaat;
2694 Spre 15:11 | hel en het verderf zijn voor den HEERE; hoeveel te meer
2695 Spre 15:33 | en de nederigheid gaat voor de eer. ~ ~
2696 Spre 16:18 | 18 Hovaardigheid is voor de verbreking, en hoogheid
2697 Spre 16:18 | en hoogheid des geestes voor den val. ~
2698 Spre 16:24 | zijn een honigraat, zoet voor de ziel, en medicijn voor
2699 Spre 16:24 | voor de ziel, en medicijn voor het gebeente. ~
2700 Spre 16:26 | des arbeidzamen arbeidt voor zichzelven; want zijn mond
2701 Spre 16:26 | want zijn mond buigt zich voor hem. ~
2702 Spre 17:3 | 3 De smeltkroes is voor het zilver, en de oven voor
2703 Spre 17:3 | voor het zilver, en de oven voor het goud; maar de HEERE
2704 Spre 17:13 | 13 Die kwaad voor goed vergeldt, het kwaad
2705 Spre 17:25 | zotte zoon is een verdriet voor zijn vader, en bittere droefheid
2706 Spre 17:25 | vader, en bittere droefheid voor degene, die hem gebaard
2707 Spre 18:12 | 12 Voor de verbreking zal des mensen
2708 Spre 18:12 | en de nederigheid gaat voor de eer. ~
2709 Spre 18:16 | ruimte, en zij geleidt hem voor het aangezicht der groten. ~
2710 Spre 19:29 | 29 Gerichten zijn voor de spotters bereid, en slagen
2711 Spre 19:29 | spotters bereid, en slagen voor den rug der zotten. ~ ~
2712 Spre 20:3 | 3 Het is eer voor een man, van twist af te
2713 Spre 20:16 | 16 Als iemand voor een vreemde borg geworden
2714 Spre 20:16 | zijn kleed; en pand hem voor de onbekenden. ~
2715 Spre 21:13 | Die zijn oor stopt voor het geschrei des armen,
2716 Spre 21:15 | blijdschap recht te doen; maar voor de werkers der ongerechtigheid
2717 Spre 21:18 | goddeloze is een rantsoen voor de rechtvaardigen, en de
2718 Spre 21:18 | rechtvaardigen, en de trouweloze voor de oprechten. ~
2719 Spre 22:26 | klappen, onder degenen, die voor schulden borg zijn. ~
2720 Spre 22:29 | in zijn werk is? Hij zal voor het aangezicht der koningen
2721 Spre 22:29 | koningen gesteld worden; voor het aangezicht der ongeachte
2722 Spre 23:1 | scherpelijk letten op dengene, die voor uw aangezicht is. ~
2723 Spre 23:9 | 9 Spreek niet voor het oor van een zot, want
2724 Spre 24:6 | wijze raadslagen zult gij voor u den krijg voeren, en in
2725 Spre 24:7 | 7 Alle wijsheid is voor den dwaze te hoog; hij zal
2726 Spre 24:13 | goed, en honigzeem is zoet voor uw gehemelte. ~
2727 Spre 24:14 | is de kennis der wijsheid voor uw ziel; als gij ze vindt,
2728 Spre 24:25 | 25 Maar voor degenen, die hem bestraffen,
2729 Spre 24:27 | daarbuiten, en bereid het voor u op den akker, en bouw
2730 Spre 25:4 | zilver weg, en er zal een vat voor den smelter uitkomen; ~
2731 Spre 25:6 | 6 Praal niet voor het aangezicht des konings,
2732 Spre 25:7 | dan dat men u vernedere voor het aangezicht eens prinsen,
2733 Spre 25:26 | rechtvaardige, wankelende voor het aangezicht des goddelozen,
2734 Spre 26:3 | 3 Een zweep is voor het paard, een toom voor
2735 Spre 26:3 | voor het paard, een toom voor den ezel, en een roede voor
2736 Spre 26:3 | voor den ezel, en een roede voor den rug der zotten. ~
2737 Spre 27:4 | wreedheid; maar wie zal voor nijdigheid bestaan? ~
2738 Spre 27:13 | 13 Als iemand voor een vreemde borg geworden
2739 Spre 27:13 | zijn kleed, en pand hem voor een onbekende vrouw. ~
2740 Spre 27:21 | 21 De smeltkroes is voor het zilver, en de oven voor
2741 Spre 27:21 | voor het zilver, en de oven voor het goud; alzo is een man
2742 Spre 28:8 | overwinst, vergadert dat voor dengene, die zich des armen
2743 Spre 29:5 | vleit, spreidt een net uit voor deszelfs gangen. ~
2744 Spre 30:18 | Deze drie dingen zijn voor mij te wonderlijk, ja, vier,
2745 Spre 30:30 | onder de gedierten, die voor niemand zal wederkeren; ~
2746 Spre 31:8 | 8 Open uw mond voor den stomme, voor de rechtzaak
2747 Spre 31:8 | uw mond voor den stomme, voor de rechtzaak van allen,
2748 Spre 31:21 | 21 Lamed. Zij vreest voor haar huis niet vanwege de
2749 Spre 31:22 | 22 Mem. Zij maakt voor zich tapijtsieraad; haar
2750 Pred 1:10 | geweest in de eeuwen, die voor ons geweest zijn. ~
2751 Pred 1:16 | vermeerderd, boven allen, die voor mij te Jeruzalem geweest
2752 Pred 2:7 | schapen, meer dan allen, die voor mij te Jeruzalem geweest
2753 Pred 2:9 | toe, meer dan iemand, die voor mij te Jeruzalem geweest
2754 Pred 2:24 | Is het dan niet goed voor den mens, dat hij ete en
2755 Pred 2:26 | vreugde den mens, die goed is voor Zijn aangezicht; maar den
2756 Pred 2:26 | het geve dien, die goed is voor Gods aangezicht. Dit is
2757 Pred 3:12 | gemerkt, dat er niets beters voor henlieden is, dan zich te
2758 Pred 3:14 | doet dat, opdat men vreze voor Zijn aangezicht. ~
2759 Pred 3:17 | want aldaar is de tijd voor alle voornemen, en over
2760 Pred 4:8 | rijkdom, en zegt niet: Voor wien arbeide ik toch, en
2761 Pred 4:16 | het volk, van allen, die voor hen geweest zijn; de nakomelingen
2762 Pred 5:1 | een woord voort te brengen voor Gods aangezicht; want God
2763 Pred 5:5 | doen zondigen; en zeg niet voor het aangezicht des engels,
2764 Pred 5:8 | voordeel des aardrijks is voor allen: de koning zelfs wordt
2765 Pred 6:2 | goederen, en eer; en hij heeft voor zijn ziel aan geen ding
2766 Pred 6:7 | de arbeid des mensen is voor zijn mond; en nochtans wordt
2767 Pred 6:8 | heeft de arme meer, die voor de levenden weet te wandelen? ~
2768 Pred 6:12 | Want wie weet, wat goed is voor den mens in dit leven, gedurende
2769 Pred 7:26 | banden zijn; wie goed is voor Gods aangezicht, zal van
2770 Pred 8:12 | welgaan, die God vrezen, die voor Zijn aangezicht vrezen. ~
2771 Pred 8:13 | gelijk een schaduw, omdat hij voor Gods aangezicht niet vreest. ~
2772 Pred 9:1 | mens niet uit al hetgeen voor zijn aangezicht is. ~
2773 Pred 9:4 | 4 Want voor dengene, die vergezelschapt
2774 Pred 10:11 | dan is er geen nuttigheid voor den allerwelsprekendsten
2775 Pred 11:9 | dingen, u zal doen komen voor het gericht. ~
2776 Pred 12:5 | 5 Ook wanneer zij voor de hoogte zullen vrezen,
2777 Hoo 7:13 | mijn Liefste! die heb ik voor U weggelegd. ~ ~ ~
2778 Hoo 8:7 | al het goed van zijn huis voor deze liefde, men zou hem
2779 Hoo 8:11 | hoeders, een ieder bracht voor deszelfs vrucht duizend
2780 Hoo 8:12 | wijngaard, dien ik heb, is voor mijn aangezicht; de duizend
2781 Hoo 8:12 | duizend zilverlingen zijn voor u, o Salomo! maar tweehonderd
2782 Hoo 8:12 | Salomo! maar tweehonderd zijn voor de hoeders van deszelfs
2783 Jes 1:12 | 12 Wanneer gijlieden voor Mijn aangezicht komt te
2784 Jes 1:15 | uitbreidt, verberg Ik Mijn ogen voor u; ook wanneer gij het gebed
2785 Jes 1:16 | boosheid uwer handelingen van voor Mijn ogen weg, laat af van
2786 Jes 1:23 | twistzaak der weduwen komt voor hen niet. ~
2787 Jes 2:8 | land vervuld met afgoden; voor het werk hunner handen buigen
2788 Jes 2:8 | handen buigen zij zich neder, voor hetgeen hun vingeren gemaakt
2789 Jes 2:20 | neder te buigen, wegwerpen voor de mollen en de vledermuizen; ~
2790 Jes 3:24 | het zal geschieden, dat er voor specerij stank zal zijn,
2791 Jes 3:24 | zal zijn, en lossigheid voor een gordel, en kaalheid
2792 Jes 5:9 | 9 Voor mijn oren heeft de HEERE
2793 Jes 6:8 | zal Ik zenden, en wie zal voor Ons henengaan? Toen zeide
2794 Jes 8:4 | buit van Samaria dragen voor het aangezicht van den koning
2795 Jes 8:17 | Zijn aangezicht verbergt voor het huis van Jakob, en ik
2796 Jes 8:19 | God vragen? zal men voor de levenden de doden vragen?
2797 Jes 9:2 | zullen nochtans blijde wezen voor Uw aangezicht, gelijk men
2798 Jes 10:24 | volk, dat te Sion woont! voor Assur, als hij u met de
2799 Jes 11:16 | zal een gebaande weg zijn voor het overblijfsel Zijns volks,
2800 Jes 13:16 | Ook zullen hun kinderkens voor hun ogen verpletterd worden;
2801 Jes 14:21 | Maakt de slachting voor zijn kinderen gereed, om
2802 Jes 16:4 | gij hun een schuilplaats voor het aangezicht des verstoorders;
2803 Jes 17:2 | zullen verlaten worden; voor de kudden zullen zij wezen,
2804 Jes 18:5 | 5 Want voor den oogst, als de botte
2805 Jes 19:10 | verbrijzeld worden, allen, die voor loon lustige staande wateren
2806 Jes 19:15 | En er zal geen werk wezen voor de Egyptenaren, hetwelk
2807 Jes 19:19 | teken aan haar landpalen voor den HEERE. ~
2808 Jes 21:15 | 15 Want zij vluchten voor de zwaarden, voor het uitgetrokken
2809 Jes 21:15 | vluchten voor de zwaarden, voor het uitgetrokken zwaard,
2810 Jes 21:15 | uitgetrokken zwaard, en voor den gespannen boog, en voor
2811 Jes 21:15 | voor den gespannen boog, en voor de zwarigheid des krijgs. ~
2812 Jes 22:11 | maken tussen beide de muren, voor de wateren des ouden vijvers;
2813 Jes 22:14 | der heirscharen heeft Zich voor mijn oren geopenbaard, zeggende:
2814 Jes 22:16 | uithouwt, die een woning voor zich op een rotssteen laat
2815 Jes 22:23 | wezen tot een stoel der eer voor het huis zijns vaders. ~
2816 Jes 23:13 | Assur heeft het gefondeerd voor degenen, die in de wildernissen
2817 Jes 23:18 | haar koophandel zal wezen voor hen, die voor den HEERE
2818 Jes 23:18 | wezen voor hen, die voor den HEERE wonen, opdat zij
2819 Jes 24:18 | het zal geschieden, zo wie voor de stem der vreze vlieden
2820 Jes 24:23 | Sion en te Jeruzalem, en voor zijn oudsten zal heerlijkheid
2821 Jes 28:4 | gelijk een vroegrijpe vrucht voor den zomer, welke, wanneer
2822 Jes 29:15 | zich diep versteken willen voor den HEERE, hun raad verbergende;
2823 Jes 29:17 | en het vruchtbare veld voor een woud geacht zal worden? ~
2824 Jes 30:8 | Nu dan, ga henen, schrijf voor hen op een tafel, en teken
2825 Jes 30:8 | blijve tot den laatsten dag, voor altoos, tot in eeuwigheid. ~
2826 Jes 30:22 | 22 En gijlieden zult voor onrein houden het deksel
2827 Jes 30:33 | gisteren bereid; ja, hij is ook voor den koning bereid; Hij heeft
2828 Jes 31:4 | tegen hem, verschrikt hij voor hun stem niet, en vernedert
2829 Jes 31:4 | nederdalen, om te strijden voor den berg Sions en voor
2830 Jes 31:4 | voor den berg Sions en voor haar heuvel. ~
2831 Jes 31:8 | hem verteren; en hij zal voor het zwaard vlieden, en zijn
2832 Jes 31:9 | en zijn vorsten zullen voor de banier verschrikken,
2833 Jes 32:15 | het vruchtbare veld zal voor een woud geacht worden. ~
2834 Jes 34:13 | der draken zijn, een zaal voor de jongen der struisen. ~
2835 Jes 34:14 | en het zal een rustplaats voor zich vinden. ~
2836 Jes 34:17 | Want Hij Zelf heeft voor hen het lot geworpen, en
2837 Jes 35:8 | niet doorgaan, maar hij zal voor deze zijn; die dezen weg
2838 Jes 36:7 | Jeruzalem gezegd heeft: Voor dit altaar zult gij u nederbuigen? ~
2839 Jes 36:8 | duizend paarden geven, zo gij voor u de ruiters daarop zult
2840 Jes 36:11 | niet met ons in het Joods, voor de oren des volks,
2841 Jes 37:4 | heeft; hef dan een gebed op voor het overblijfsel, dat gevonden
2842 Jes 37:6 | zegt de HEERE: Vrees niet voor de woorden, die gij gehoord
2843 Jes 37:14 | en Hizkia breidde die uit voor het aangezicht des HEEREN. ~
2844 Jes 37:29 | tegen Mij, en dat uw woeling voor Mijn oren opgekomen is,
2845 Jes 38:3 | HEERE, gedenk toch, dat ik voor Uw aangezicht in waarheid
2846 Jes 38:13 | 13 Ik stelde mij voor tot den morgenstond toe;
2847 Jes 40:2 | dubbel ontvangen heeft voor al haar zonden. ~
2848 Jes 40:3 | in de wildernis een baan voor onzen God! ~
2849 Jes 40:10 | en Zijn arbeidsloon is voor Zijn aangezicht. ~
2850 Jes 40:17 | Alle volken zijn als niets voor Hem; en zij worden bij Hem
2851 Jes 40:27 | spreekt, o Israel! mijn weg is voor den HEERE verborgen, en
2852 Jes 41:1 | 1 Zwijgt voor Mij, gij eilanden! en laat
2853 Jes 41:2 | op zijn voet? de heidenen voor zijn aangezicht gegeven,
2854 Jes 41:21 | Brengt ulieder twistzaak voor, zegt de HEERE; brengt uw
2855 Jes 42:16 | hebben; Ik zal de duisternis voor hun aangezicht ten
2856 Jes 43:10 | dat Ik Dezelve ben, dat voor Mij geen God geformeerd
2857 Jes 43:24 | Mij hebt gij geen kalmus voor geld gekocht, en met het
2858 Jes 44:7 | verkondigen, en het ordentelijk voor Mij stellen, sedert dat
2859 Jes 44:15 | 15 Dan is het voor den mens om te verbranden,
2860 Jes 44:15 | beeld van, en knielt er voor neder. ~
2861 Jes 44:17 | gesneden beeld; hij knielt er voor neder, en buigt zich, en
2862 Jes 44:19 | maken, zou ik nederknielen voor hetgeen van een boom
2863 Jes 45:1 | rechterhand Ik vat, om de volken voor zijn aangezicht neder te
2864 Jes 45:1 | koningen ontbinden, om voor zijn aangezicht de deuren
2865 Jes 45:2 | 2 Ik zal voor uw aangezicht gaan, en Ik
2866 Jes 45:13 | gevangenen loslaten, niet voor prijs, noch voor geschenk,
2867 Jes 45:13 | loslaten, niet voor prijs, noch voor geschenk, zegt de HEERE
2868 Jes 45:14 | overkomen; en zij zullen zich voor u buigen, zij zullen u smeken,
2869 Jes 46:1 | hun afgoden zijn geworden voor de dieren en voor de beesten;
2870 Jes 46:1 | geworden voor de dieren en voor de beesten; uw opgeladen
2871 Jes 46:1 | opgeladen pakken zijn een last voor de vermoeide beesten. ~
2872 Jes 48:7 | en niet van toen af, en voor dezen dag hebt gij ze ook
2873 Jes 48:19 | afgehouwen, noch verdelgd van voor Mijn aangezicht. ~
2874 Jes 49:7 | vorsten, en zij zullen zich voor U buigen; om des HEEREN
2875 Jes 49:16 | gegraveerd; uw muren zijn steeds voor Mij. ~
2876 Jes 49:20 | gij beroofd waart, zeggen voor uw oren: De plaats is mij
2877 Jes 49:23 | zoogvrouwen; zij zullen zich voor u buigen met het aangezicht
2878 Jes 50:6 | aangezicht verberg Ik niet voor smaadheden en speeksel. ~
2879 Jes 51:7 | smaadheid van den mens, en voor hun smaadredenen ontzet
2880 Jes 51:12 | zijt gij, dat gij vreest voor den mens, die sterven zal?
2881 Jes 51:12 | mens, die sterven zal? en voor eens mensen kind, dat hooi
2882 Jes 52:10 | Zijn heiligen arm ontbloot voor de ogen aller heidenen;
2883 Jes 52:12 | henengaan; want de HEERE zal voor ulieder aangezicht henentrekken,
2884 Jes 53:2 | Want Hij is als een rijsje voor Zijn aangezicht opgeschoten,
2885 Jes 53:3 | verbergende het aangezicht voor Hem; Hij was veracht,
2886 Jes 53:7 | een schaap, dat stom is voor het aangezicht zijner
2887 Jes 53:12 | zonden gedragen heeft, en voor de overtreders gebeden heeft. ~ ~
2888 Jes 54:7 | 7 Voor een klein ogenblik heb Ik
2889 Jes 55:2 | weegt gijlieden geld uit voor hetgeen geen brood is, en
2890 Jes 55:2 | geen brood is, en uw arbeid voor hetgeen niet verzadigen
2891 Jes 55:12 | maken met vrolijk gezang voor uw aangezicht, en alle bomen
2892 Jes 55:13 | 13 Voor een doorn zal een denneboom
2893 Jes 55:13 | zal een denneboom opgaan, voor een distel zal een mirteboom
2894 Jes 56:2 | weegt gijlieden geld uit voor hetgeen geen brood is, en
2895 Jes 56:2 | geen brood is, en uw arbeid voor hetgeen niet verzadigen
2896 Jes 56:12 | maken met vrolijk gezang voor uw aangezicht, en alle bomen
2897 Jes 56:13 | 13 Voor een doorn zal een denneboom
2898 Jes 56:13 | zal een denneboom opgaan, voor een distel zal een mirteboom
2899 Jes 57:7 | bedehuis genoemd worden voor alle volken. ~
2900 Jes 58:1 | rechtvaardige weggeraapt wordt voor het kwaad. ~
2901 Jes 58:11 | 11 Maar voor wien hebt gij geschroomd
2902 Jes 58:16 | zijn; want de geest zou van voor Mijn aangezicht overstelpt
2903 Jes 59:7 | gij hem dekt, en dat gij u voor uw vlees niet verbergt? ~
2904 Jes 59:8 | en uw gerechtigheid zal voor uw aangezicht heengaan,
2905 Jes 59:10 | En zo gij uw ziel opent voor den hongerige, en de bedrukte
2906 Jes 60:4 | Er is niemand, die voor de gerechtigheid roept,
2907 Jes 60:4 | gerechtigheid roept, en niemand, die voor de waarheid in het gericht
2908 Jes 60:8 | paden maken zij verkeerd voor zich zelven, al wie daarop
2909 Jes 60:12 | overtredingen zijn vele voor U, en onze zonden getuigen
2910 Jes 60:20 | tot Sion komen, namelijk voor hen, die zich bekeren van
2911 Jes 61:17 | 17 Voor koper zal Ik goud brengen,
2912 Jes 61:17 | zal Ik goud brengen, en voor ijzer zal Ik zilver brengen,
2913 Jes 61:17 | zal Ik zilver brengen, en voor hout koper, en voor stenen
2914 Jes 61:17 | en voor hout koper, en voor stenen ijzer; en zal uw
2915 Jes 62:3 | hun gegeven worde sieraad voor as, vreugdeolie voor treurigheid,
2916 Jes 62:3 | sieraad voor as, vreugdeolie voor treurigheid, het gewaad
2917 Jes 62:3 | treurigheid, het gewaad des lofs voor een benauwden geest; opdat
2918 Jes 62:7 | 7 Voor uw dubbele schaamte en schande
2919 Jes 62:11 | en lof doen uitspruiten voor al de volken. ~ ~
2920 Jes 63:7 | En zwijgt niet stil voor Hem, totdat Hij bevestige,
2921 Jes 63:8 | meer zal geven tot spijs voor uw vijanden, en indien de
2922 Jes 63:11 | en Zijn arbeidsloon is voor Zijn aangezicht. ~
2923 Jes 64:12 | van Mozes; Die de wateren voor hunlieder aangezichten kliefde
2924 Jes 65:2 | maken! Laat alzo de heidenen voor Uw aangezicht beven. ~
2925 Jes 65:7 | Gij verbergt Uw aangezicht voor ons, en Gij doet ons smelten,
2926 Jes 66:6 | 6 Ziet, het is voor Mijn aangezicht geschreven;
2927 Jes 66:10 | Achor tot een runderleger, voor Mijn volk, dat Mij gezocht
2928 Jes 66:11 | gij aanrichters ener tafel voor die bende, en gij opvullers
2929 Jes 66:11 | gij opvullers des dranks voor dat getal! ~
2930 Jes 66:16 | vergeten zijn, en omdat zij voor Mijn ogen verborgen zijn. ~
2931 Jes 67:2 | verslagene van geest, en die voor Mijn woord beeft. ~
2932 Jes 67:5 | des HEEREN woord, gij, die voor Zijn woord beeft! Uw broeders,
2933 Jes 67:22 | aarde, die Ik maken zal, voor Mijn aangezicht zullen staan,
2934 Jes 67:23 | komen zal om aan te bidden voor Mijn aangezicht, zegt
2935 Jer 1:8 | 8 Vrees niet voor hun aangezicht, want Ik
2936 Jer 1:15 | een iegelijk zijn troon voor de deur der poorten van
2937 Jer 1:16 | en zich gebogen hebben voor de werken hunner handen. ~
2938 Jer 1:17 | zal; wees niet verslagen voor hun aangezicht, opdat Ik
2939 Jer 1:17 | hun aangezicht, opdat Ik u voor hun aangezicht niet versla. ~
2940 Jer 2:2 | 2 Ga en roep voor de oren van Jeruzalem, zeggende:
2941 Jer 2:3 | die hem opaten, werden voor schuldig gehouden; kwaad
2942 Jer 2:5 | Zo zegt de HEERE: Wat voor onrecht hebben uw vaders
2943 Jer 2:22 | toch uw ongerechtigheid voor Mijn aangezicht getekend,
2944 Jer 3:2 | niet beslapen? Gij hebt voor hen gezeten aan de wegen,
2945 Jer 5:22 | spreekt de HEERE; zult gij voor Mijn aangezicht niet beven?
2946 Jer 6:7 | weedom en plaging is steeds voor Mijn aangezicht. ~
2947 Jer 6:16 | zo zult gij rust vinden voor uw ziel; maar zij zeggen:
2948 Jer 6:20 | Waartoe zal dan de wierook voor Mij uit Scheba komen, en
2949 Jer 7:10 | En dan komen en staan voor Mijn aangezicht in dit huis,
2950 Jer 7:16 | 16 Gij dan, bid niet voor dit volk, en hef geen geschrei
2951 Jer 7:16 | geen geschrei noch gebed voor hen op, en loop Mij niet
2952 Jer 7:18 | gebeelde koeken te maken voor de Melecheth des hemels,
2953 Jer 8:2 | zij zullen ze uitspreiden voor de zon, en voor de maan,
2954 Jer 8:2 | uitspreiden voor de zon, en voor de maan, en voor het ganse
2955 Jer 8:2 | zon, en voor de maan, en voor het ganse heir des hemels,
2956 Jer 8:2 | gezocht hebben, en voor dewelke zij zich nedergebogen
2957 Jer 8:3 | 3 En de dood zal voor het leven verkoren worden,
2958 Jer 9:13 | Omdat zij Mijn wet, die Ik voor hun aangezicht gegeven had,
2959 Jer 10:2 | heidenen niet, en ontzet u niet voor de tekenen des hemels, dewijl
2960 Jer 10:2 | dewijl zich de heidenen voor dezelve ontzetten. ~
2961 Jer 10:5 | kunnen niet gaan; vreest niet voor hen, want zij kunnen geen
2962 Jer 11:13 | gijlieden altaren gesteld voor die schaamte, altaren om
2963 Jer 11:14 | 14 Gij dan, bid niet voor dit volk, en hef geen geschrei
2964 Jer 11:14 | geen geschrei noch gebed voor hen op; want Ik zal niet
2965 Jer 12:12 | lands; er is geen vrede voor enig vlees. ~
2966 Jer 13:10 | navolgt, om die te dienen, en voor die zich neder te buigen;
2967 Jer 14:11 | HEERE tot mij: Bid niet voor dit volk ten goede. ~
2968 Jer 14:19 | geslagen, dat er geen genezing voor ons is? Men wacht naar vrede,
2969 Jer 15:1 | Al stond Mozes en Samuel voor Mijn aangezicht, zo zou
2970 Jer 15:9 | aan het zwaard overgeven, voor het aangezicht hunner vijanden,
2971 Jer 15:11 | benauwdheid, bij den vijand voor u tussenkome! ~
2972 Jer 15:19 | doen wederkeren; gij zult voor Mijn aangezicht staan; en
2973 Jer 16:9 | Ik zal van deze plaats, voor ulieder ogen en in ulieder
2974 Jer 16:11 | en die gediend, en zich voor die nedergebogen; maar
2975 Jer 16:17 | op al hun wegen; zij zijn voor Mijn aangezicht niet verborgen,
2976 Jer 16:17 | ongerechtigheid verholen van voor Mijn ogen. ~
2977 Jer 17:16 | mijn lippen is gegaan, is voor Uw aangezicht geweest. ~
2978 Jer 18:17 | oostenwind zal Ik hen verstrooien voor het aangezicht des vijands;
2979 Jer 18:20 | 20 Zal dan kwaad voor goed vergolden worden? want
2980 Jer 18:20 | gegraven; gedenk, dat ik voor Uw aangezicht gestaan heb,
2981 Jer 18:20 | aangezicht gestaan heb, om goed voor hen te spreken, om Uw
2982 Jer 18:22 | strikken verborgen voor mijn voeten. ~
2983 Jer 18:23 | delg hun zonde niet uit van voor Uw aangezicht; maar laat
2984 Jer 18:23 | nedergeveld worden voor Uw aangezicht; handel alzo
2985 Jer 19:2 | des zoons van Hinnom, dat voor de deur der Zonnepoort is,
2986 Jer 19:7 | plaats verijdelen, en zal hen voor het aangezicht hunner vijanden
2987 Jer 19:10 | zult gij de kruik verbreken voor de ogen der mannen, die
2988 Jer 20:4 | Ik stel u tot een schrik voor uzelven en voor al uw liefhebbers;
2989 Jer 20:4 | een schrik voor uzelven en voor al uw liefhebbers; die zullen
2990 Jer 21:2 | Vraag toch den HEERE voor ons, want Nebukadrezar,
2991 Jer 21:8 | de HEERE: Ziet, Ik stel voor ulieder aangezicht den weg
2992 Jer 22:9 | verlaten, en hebben zich voor andere goden nedergebogen,
2993 Jer 22:25 | en in de hand dergenen, voor welker aangezicht gij schrikt,
2994 Jer 24:1 | twee vijgenkorven, gezet voor den tempel des HEEREN; nadat
2995 Jer 25:6 | om die te dienen, en u voor die neder te buigen; en
2996 Jer 26:4 | wandelt in Mijn wet, die Ik voor uw aangezicht gegeven heb; ~
2997 Jer 26:15 | gezonden, om al deze woorden voor uw oren te spreken. ~
2998 Jer 28:1 | in het huis des HEEREN, voor de ogen der priesteren en
2999 Jer 28:5 | tot den profeet Hananja, voor de ogen der priesteren,
3000 Jer 28:5 | ogen der priesteren, en voor de ogen des gansen volks,
1-500 | 501-1000 | 1001-1500 | 1501-2000 | 2001-2500 | 2501-3000 | 3001-3500 | 3501-3972 |