Book Chapter: Verse
1 Num 14:9 | zijt tegen den HEERE niet wederspannig! en vreest gij niet het
2 Num 20:24 | omdat gijlieden Mijn mond wederspannig geweest zijt bij de wateren
3 Num 27:14 | Naardien gijlieden Mijn mond wederspannig zijt geweest in de woestijn
4 Deu 1:26 | mond des HEEREN uws Gods, wederspannig. ~
5 Deu 1:43 | waart den mond des HEEREN wederspannig, en handeldet trotselijk,
6 Deu 9:7 | deze plaats, zijt gijlieden wederspannig geweest tegen den HEERE. ~
7 Deu 9:23 | mond des HEEREN, uws Gods, wederspannig, en geloofdet Hem niet,
8 Deu 9:24 | 24 Wederspannig zijt gij geweest tegen den
9 Deu 21:20 | onze zoon is afwijkende en wederspannig, hij is onze stem niet gehoorzaam;
10 Deu 31:27 | met ulieden leve, zijt gij wederspannig geweest tegen den HEERE;
11 Joz 1:18 | 18 Alle man, die uw mond wederspannig wezen zal, en uw woorden
12 Joz 23:16 | om heden tegen den HEERE wederspannig te zijn? ~
13 Joz 23:18 | geschieden, als gij heden wederspannig zijt tegen den HEERE, zo
14 Joz 23:19 | van ons; maar zijt niet wederspannig tegen den HEERE, en zijt
15 Joz 23:19 | HEERE, en zijt ook niet wederspannig tegen ons, een altaar voor
16 Joz 23:29 | van ons dat wij zouden wederspannig zijn tegen den HEERE, of
17 1Sa 12:14 | den mond des HEEREN niet wederspannig zijt, zo zult gijlieden,
18 1Sa 12:15 | maar den mond des HEEREN wederspannig zijn, zo zal de hand des
19 1Kon 13:21| den mond des HEEREN zijt wederspannig geweest, en niet gehouden
20 1Kon 13:26| die den mond des HEEREN wederspannig is geweest; daarom heeft
21 Neh 9:26 | 26 Maar zij zijn wederspannig geworden, en hebben tegen
22 Psa 5:11 | overtredingen, want zij zijn wederspannig tegen U. ~
23 Psa 78:8 | vaders, een wederhorig en wederspannig geslacht; een geslacht,
24 Psa 105:28 | zij waren Zijn woord niet wederspannig. ~
25 Psa 106:7 | geweest; maar zij waren wederspannig aan de zee, bij de Schelfzee. ~
26 Psa 107:11 | 11 Omdat zij wederspannig waren geweest tegen Gods
27 Jes 1:20 | Maar indien gij weigert, en wederspannig zijt, zo zult gij van het
28 Jes 30:9 | 9 Want het is een wederspannig volk; het zijn leugenachtige
29 Jes 50:5 | geopend, en Ik ben niet wederspannig, Ik wijk niet achterwaarts. ~
30 Jes 64:10 | 10 Maar zij zijn wederspannig geworden, en zij hebben
31 Jer 4:17 | haar; omdat zij tegen Mij wederspannig geweest is, spreekt de HEERE. ~
32 Jer 5:23 | volk heeft een afvallig en wederspannig hart; zij zijn afgevallen
33 Klaa 1:18| rechtvaardig, want ik ben Zijn mond wederspannig geweest; hoort toch, alle
34 Klaa 1:20| van mij, want ik ben zeer wederspannig geweest; van buiten
35 Klaa 1:86| overtreden, en wij zijn wederspannig geweest, daarom hebt Gij
36 Eze 2:5 | zullen (want zij zijn een wederspannig huis), zo zullen zij weten,
37 Eze 2:6 | aangezicht, want zij zijn een wederspannig huis. ~
38 Eze 2:7 | laten zullen; want zij zijn wederspannig. ~
39 Eze 2:8 | u spreek; wees gij niet wederspannig, gelijk dat wederspannig
40 Eze 2:8 | wederspannig, gelijk dat wederspannig huis; open uw mond, en eet,
41 Eze 3:9 | aangezichten, omdat zij een wederspannig huis zijn. ~
42 Eze 3:26 | bestraffenden man; want zij zijn een wederspannig huis. ~
43 Eze 3:27 | want zij zijn een wederspannig huis. ~ ~
44 Eze 12:2 | woont in het midden van een wederspannig huis, dewelke ogen hebben
45 Eze 12:2 | want zij zijn een wederspannig huis. ~
46 Eze 12:3 | het merken, hoewel zij een wederspannig huis zijn. ~
47 Eze 12:9 | niet het huis Israels, het wederspannig huis, tot u gezegd: Wat
48 Eze 12:25 | worden; want in uw dagen, o wederspannig huis, zal Ik een woord spreken,
49 Eze 17:12 | 12 Zeg nu tot dat wederspannig huis: Weet gij niet, wat
50 Eze 20:8 | 8 Maar zij waren wederspannig tegen Mij, en wilden naar
51 Eze 20:13 | Maar het huis Israels werd wederspannig tegen Mij in de woestijn;
52 Eze 20:21 | Maar die kinderen waren ook wederspannig tegen Mij; zij wandelden
53 Eze 24:3 | gebruik een gelijkenis tot dat wederspannig huis, en zeg tot hen: Alzo
54 Hos 14:1 | woest worden, want zij is wederspannig geweest tegen haar God;
|