Book Chapter: Verse
1 Num 33:13 | dat gij door het lot ten erve innemen zult, hetwelk de
2 Num 33:17 | die ulieden het land ten erve zullen uitdelen: Eleazar,
3 Num 33:18 | overste nemen, om het land ten erve uit te delen. ~
4 Deu 10:9 | heeft Levi geen deel noch erve met zijn broederen; de HEERE
5 Deu 12:12 | hij heeft geen deel noch erve met ulieden. ~
6 Deu 14:27 | hij heeft geen deel noch erve met u. ~
7 Deu 14:29 | dewijl hij geen deel noch erve met u heeft, en de vreemdeling,
8 Deu 15:4 | u de HEERE, uw God, ten erve zal geven, om hetzelve erfelijk
9 Deu 18:1 | Levi, zullen geen deel noch erve hebben met Israel; de vuuroffers
10 Deu 19:10 | u de HEERE, uw God, ten erve geeft, en bloedschulden
11 Deu 20:16 | u de HEERE, uw God, ten erve geeft, zult gij niets laten
12 Deu 21:23 | u de HEERE, uw God, ten erve geeft. ~
13 Deu 24:4 | u de HEERE, uw God, ten erve geeft. ~
14 Deu 25:19 | u de HEERE, uw God, ten erve geven zal, om hetzelve erfelijk
15 Deu 26:1 | u de HEERE, uw God, ten erve geven zal, en gij dat erfelijk
16 Deu 29:8 | land ingenomen, en dat ten erve gegeven aan de Rubenieten
17 Deu 32:9 | Jakob is het snoer Zijner erve. ~
18 Joz 11:23 | Jozua gaf het Israel ten erve, naar hun afdelingen, naar
19 Joz 13:32 | Dat is het, wat Mozes ten erve uitgedeeld had in de velden
20 2Sa 14:16 | mijn zoon te zamen van Gods erve te verdelgen. ~
21 1Kon 12:16| wij aan David? Ja, geen erve hebben wij aan den zoon
22 1Kon 21:3 | van mij zijn, dat ik u de erve mijner vaderen geven zou! ~
23 1Kon 21:4 | had, en gezegd: Ik zal de erve mijner vaderen niet geven.
24 2Kro 11:16| wij aan David? Ja, geen erve hebben wij aan den zoon
25 2Kro 21:11| ons, komende om ons uit Uw erve, die Gij ons te erven gegeven
26 Job 7:3 | maanden der ijdelheid ten erve geworden, en nachten der
27 Job 20:29 | goddelozen mensen van God, en de erve zijner redenen van God. ~ ~ ~
28 Job 27:13 | goddelozen mensen bij God, en de erve der tirannen, die zij van
29 Job 31:2 | deel Gods van boven, of de erve des Almachtigen uit de hoogten? ~
30 Psa 16:5 | HEERE is het deel mijner erve, en mijns bekers; Gij onderhoudt
31 Psa 28:9 | 9Verlos Uw volk, en zegen Uw erve, en weid hen, en verhef
32 Psa 33:12 | het volk, dat Hij Zich ten erve verkoren heeft. ~
33 Psa 34:12 | het volk, dat Hij Zich ten erve verkoren heeft. ~
34 Psa 94:14 | begeven, en Hij zal Zijn erve niet verlaten. ~
35 Psa 111:6 | gemaakt; Lamed. hun gevende de erve der heidenen. ~
36 Psa 119:111| genomen tot een eeuwige erve, want zij zijn mijns harten
37 Psa 135:12 | En Hij gaf hun land ten erve, ten erve aan Zijn volk
38 Psa 135:12 | gaf hun land ten erve, ten erve aan Zijn volk Israel. ~
39 Psa 136:21 | 21 En heeft hun land ten erve gegeven; want Zijn goedertierenheid
40 Psa 136:22 | 22 Ten erve aan Zijn knecht Israel;
41 Spre 19:14| Huis en goed is een erve van de vaderen; maar een
42 Jes 14:23 | zal hen stellen tot een erve der nachtuilen, en tot waterpoelen;
43 Jes 47:6 | toornig, Ik ontheiligde Mijn erve, en Ik gaf hen over in uw
44 Jes 54:17 | gij verdoemen; dit is de erve der knechten des HEEREN,
45 Jes 59:14 | Ik zal u spijzigen met de erve van uw vader Jakob; want
46 Jer 3:18 | land, dat Ik uw vaderen ten erve gegeven heb. ~
47 Eze 36:2 | eeuwige hoogten zijn ons ten erve geworden! ~
48 Eze 36:3 | overblijfsel der heidenen ten erve zoudt zijn, en gij
49 Eze 36:5 | land zichzelven ten erve gegeven hebben met blijdschap
50 Eze 47:13 | dewelke gij het land ten erve zult nemen, naar de twaalf
51 Mal 1:3 | een verwoesting, en zijn erve voor de draken der woestijn. ~
52 Kol 1:12 | om deel te hebben in de erve der heiligen in het licht; ~
53 Heb 9:15 | de beloftenis der eeuwige erve ontvangen zouden. ~
|