Book Chapter: Verse
1 Matt 13:40| 40 Gelijkerwijs dan het onkruid vergaderd,
2 Matt 23:37| willen bijeenvergaderen, gelijkerwijs een hen haar kiekens bijeenvergadert
3 Luk 13:34 | willen bijeenvergaderen, gelijkerwijs een hen haar kiekens onder
4 Luk 22:29 | verordineer u het Koninkrijk, gelijkerwijs Mijn Vader dat Mij verordineerd
5 Joha 6:57| 57 Gelijkerwijs Mij de levende Vader gezonden
6 Joha 7:38| 38 Die in Mij gelooft, gelijkerwijs de Schrift zegt, stromen
7 Joha 10:15| 15 Gelijkerwijs de Vader Mij kent, alzo
8 Joha 13:15| voorbeeld gegeven, opdat, gelijkerwijs Ik u gedaan heb, gijlieden
9 Joha 14:27| Mijn vrede geef Ik u; niet gelijkerwijs de wereld hem geeft, geef
10 Joha 14:31| Vader liefheb, en alzo doe, gelijkerwijs Mij de Vader geboden heeft.
11 Joha 15:4 | Blijft in Mij, en Ik in u. Gelijkerwijs de rank geen vrucht kan
12 Joha 15:6 | die is buiten geworpen, gelijkerwijs de rank, en is verdord;
13 Joha 15:9 | 9 Gelijkerwijs de Vader Mij liefgehad heeft,
14 Joha 15:10| in Mijn liefde blijven; gelijkerwijs Ik de geboden Mijns Vaders
15 Joha 15:12| dat gij elkander liefhebt, gelijkerwijs Ik u liefgehad heb. ~
16 Joha 17:2 | 2 Gelijkerwijs Gij Hem macht gegeven hebt
17 Joha 17:16| zijn niet van de wereld, gelijkerwijs Ik van de wereld niet ben. ~
18 Joha 17:18| 18 Gelijkerwijs Gij Mij gezonden hebt in
19 Joha 17:21| Opdat zij allen een zijn, gelijkerwijs Gij, Vader, in Mij, en Ik
20 Joha 20:21| hen: Vrede zij ulieden, gelijkerwijs Mij de Vader gezonden heeft,
21 Hand 1:11| den hemel, zal alzo komen, gelijkerwijs gij Hem naar den hemel hebt
22 Hand 16:3 | zijnde een ijveraar Gods, gelijkerwijs gij allen heden zijt; ~
23 Hand 21:25| dat het alzo zijn zal, gelijkerwijs het mij gezegd is. ~
24 Rom 6:4 | doop in den dood, opdat, gelijkerwijs Christus uit de doden opgewekt
25 Rom 11:30 | 30 Want gelijkerwijs ook gijlieden eertijds Gode
26 1Kor 4:17| wegen, die in Christus zijn, gelijkerwijs ik alom in alle Gemeenten
27 1Kor 10:6 | het kwaad zouden hebben, gelijkerwijs als zij lust gehad hebben. ~
28 1Kor 10:7 | wordt geen afgodendienaars, gelijkerwijs als sommigen van hen, gelijk
29 1Kor 10:33| 33 Gelijkerwijs ik ook in alles allen behaag,
30 1Kor 11:1 | 1 Weest mijn navolgers, gelijkerwijs ook ik van Christus. ~
31 1Kor 11:12| 12 Want gelijkerwijs de vrouw uit den man is,
32 1Kor 12:11| iegelijk in het bijzonder, gelijkerwijs Hij wil. ~
33 1Kor 15:49| 49 En gelijkerwijs wij het beeld des aardsen
34 2Kor 1:14| 14 Gelijkerwijs gij ook ten dele ons erkend
35 2Kor 3:13| 13 En doen niet gelijkerwijs Mozes, die een deksel op
36 2Kor 6:16| tempel des levenden Gods; gelijkerwijs God gezegd heeft: Ik zal
37 2Kor 10:7 | wederom uit zichzelven, dat gelijkerwijs hij van Christus is, alzo
38 Gal 3:6 | 6 Gelijkerwijs Abraham Gode geloofd heeft,
39 Gal 4:29 | 29 Doch gelijkerwijs toen, die naar het vlees
40 Efez 4:4 | lichaam is het, en een Geest, gelijkerwijs gij ook geroepen zijt tot
41 Efez 4:32| barmhartig, vergevende elkander, gelijkerwijs ook God in Christus ulieden
42 Efez 5:2 | En wandelt in de liefde, gelijkerwijs ook Christus ons liefgehad
43 Efez 5:3 | onder u niet genoemd worden, gelijkerwijs het den heiligen betaamt, ~
44 Efez 5:29| het, en onderhoudt het, gelijkerwijs ook de Heere de Gemeente. ~
45 Kol 2:7 | bevestigd in het geloof, gelijkerwijs gij geleerd zijt, overvloedig
46 Kol 3:13 | iemand enige klacht heeft; gelijkerwijs als Christus u vergeven
47 2Tim 3:8 | 8 Gelijkerwijs nu Jannes en Jambres Mozes
48 Heb 4:7 | zo langen tijd daarna (gelijkerwijs gezegd is): Heden, indien
49 Heb 5:4 | van God geroepen wordt, gelijkerwijs als Aaron. ~
50 2Pet 1:14| tabernakels haast zijn zal, gelijkerwijs ook onze Heere Jezus Christus
51 2Pet 3:15| onzes Heeren voor zaligheid; gelijkerwijs ook onze geliefde broeder
52 Open 10:3 | riep met een grote stem, gelijkerwijs een leeuw brult; en als
|