Table of Contents | Words: Alphabetical - Frequency - Inverse - Length - Statistics | Help | IntraText Library

Bijbel

IntraText - Concordances

(Hapax - words occurring once)


151-aller | allon-beter | beth--doorl | doorn-gerst | geruc-hoofd | hoogg-kolos | komko-mirre | mirte-onver | onvru-ried | rietg-sprei | spren-uitwe | uitwi-verze | verzi-winke | winst-zwomm

     Book Chapter: Verse
5528 Deu 2:27 | rechterhand noch ter linkerhand uitwijken. ~ 5529 2Kon 23:13 | Achab; en Ik zal Jeruzalem uitwissen, gelijk als men een schotel 5530 2Kon 23:13 | gelijk als men een schotel uitwist; men wist dien uit, en men 5531 2Kor 5:6 | inwonende in het lichaam, uitwonen van den Heere; ~ 5532 2Kor 5:9 | hetzij inwonende, hetzij uitwonende, om Hem welbehagelijk te 5533 Hand 21:18 | zij den volgende dag een uitworp; ~ 5534 Psa 52:7 | uitrukken; ja, Hij zal u uitwortelen uit het land der levenden. 5535 2Sa 6:16 | dochter, door het venster uitzag. Als zij nu den koning David 5536 Psa 78:49 | verstoordheid, en benauwdheid, met uitzending der boden van veel kwaads. ~ 5537 Psa 104:10 | 10 Die de fonteinen uitzendt door de dalen, dat zij tussen 5538 Lev 15:3 | zo zijn vlees zijn vloed uitzevert, of zijn vlees van zijn 5539 1Kon 7:5 | posten vierkantig van enerlei uitzicht; en venster was tegenover 5540 Mic 7:7 | 7      Maar ik zal uitzien naar den HEERE, ik zal wachten 5541 1Sa 4:13 | aan de zijde van den weg, uitziende; want zijn hart was sidderende 5542 Matt 23:24 | leidslieden, die de mug uitzijgt, en den kemel doorzwelgt. ~ 5543 Gal 3:1 | 1 O gij uitzinnige Galaten, wie heeft u betoverd, 5544 Lev 22:21 | dankoffer den HEERE zal offeren, uitzonderende van de runderen of van de 5545 Psa 75:9 | aarde zullen zijn droesemen uitzuigende drinken. ~ 5546 Eze 20:38 | overtreden, uit ulieden uitzuiveren; Ik zal hen uit het land 5547 1Kro 7:39 | 39 En de kinderen van Ulla waren Arah, en Hanniel, 5548 Joz 19:30 | 30 En Umma, en Afek, en Rehob; twee 5549 Dan 5:25 | getekend is: MENE, MENE, TEKEL, UPHARSIN. ~ 5550 Rom 16:9 | 9 Groet Urbanus, onzen medearbeider in Christus, 5551 Gen 10:27 | 27 En Hadoram, en Usal, en Dikla, ~ 5552 Rom 16:19 | gekomen. Ik verblijde mij dan uwenthalve; en ik wil, dat gij wijs 5553 Deu 3:26 | verstoorde zich zeer om uwentwille over mij, en hoorde niet 5554 Psa 110:1 | hebben tot een voetbank Uwervoeten. ~ 5555 Gen 19:7 | sterven zult, gij, en al wat uwes is! ~ 5556 Psa 138:2 | waarheid; want Gij hebt vanwege Uwgansen Naam Uw woord groot gemaakt. ~ 5557 Neh 3:25 | 25 Palal, de zoon van Uzai, tegen den hoek, en den 5558 1Kro 1:21 | 21 En Hadoram, en Uzal, en Dikla, ~ 5559 Amos 5:26 | ster uws gods, dien gij uzelf hadt gemaakt. ~ 5560 Klaa 1:40 | afvlieten als een beek; geef uzelve geen rust, uw oogappel houde 5561 Ezra 10:21 | en Semaja, en Jehiel, en Uzia, ~ 5562 1Kro 7:24 | het hoge Beth-horon, en Uzzen-Seera. ~ 5563 Jer 46:4 | en stelt u met helmen; vaagt de spiesen, trekt de pantsiers 5564 Open 6:8 | En ik zag, en ziet, een vaal paard, en die daarop zat, 5565 Psa 20:6 | juichen over Uw heil, en de vaandelen opsteken in den Naam onzes 5566 Jes 10:18 | gelijk als wanneer een vaandrager versmelt. ~ 5567 Psa 45:2 | mijn tong is een pen eens vaardigen schrijvers. ~ 5568 2Sa 19:17 | knechten met hem; en zij togen vaardiglijk over de Jordaan, voor den 5569 Hand 17:30 | hetgeen zij tegen hem hadden. Vaarwel. ~ 5570 1Tim 1:9 | en den ongoddelijken, den vadermoorders en den moedermoorders, den 5571 Est 50:9 | en Arisai, en Aridai, en Vaizatha, ~ 5572 Psa 118:13 | zeer hard gestoten, tot vallens toe, maar de HEERE heeft 5573 Spre 12:17 | bekend; maar een getuige der valsheden, bedrog. ~ 5574 1Sa 12:17 | 17 Is het niet vandaag de tarweoogst? Ik zal tot 5575 Psa 36:8 | dat hij verborgen heeft, vange hemzelven; hij valle daarin 5576 Ezra 10:36 | 36 Vanja, Meremoth, Eljasib, ~ 5577 1Sa 27:8 | Amalekieten (want deze zijn vanouds geweest de inwoners des 5578 Luk 20:7 | antwoordden, dat zij niet wisten, vanwaar die was. ~ 5579 Joha 20:17 | broeders, en zeg hun: Ik vare op tot Mijn Vader en uw 5580 Jes 23:2 | kooplieden van Sidon, over zee varende, vervulden, ~ 5581 Deu 14:8 | 8 Ook het varken; want dat verdeelt zijn 5582 Spre 11:22 | een gouden bagge in een varkenssnuit. ~ 5583 1Kro 6:28 | zijn eerstgeborene was Vasni, daarna Abia. ~ 5584 Gen 37:32 | is, omdat de zaak van God vastbesloten is, en dat God haast, om 5585 Ric 15:11 | tot haar: Indien zij mij vastbonden met nieuwe touwen, met dewelke 5586 Jer 36:6 | des HEEREN huis, op den vastendag; en      gij zult ze ook 5587 Jes 28:22 | niet, opdat uw banden niet vaster gemaakt worden; want ik 5588 1Sa 26:19 | verstoten, dat ik niet mag vastgehecht blijven in het erfdeel des 5589 Psa 30:8 | door Uw goedgunstigheid vastgezet; maar toen Gij Uw aangezicht 5590 Hand 3:11 | aan Petrus en Johannes vasthield, liep al het volk gezamenlijk 5591 Spre 8:28 | de fonteinen des afgronds vastmaakte; ~ 5592 Zac 7:5 | priesters, zeggende: Toen gij vasttet en rouwklaagdet, in de vijfde 5593 Psa 65:7 | 7 Die de bergen vastzet door Zijn kracht, omgord 5594 Spre 15:25 | landpale der weduwe zal Hij vastzetten. ~ 5595 Hand 21:41 | daarop; en het voorschip, vastzittende, bleef onbewegelijk, maar 5596 Jako 4:2 | ze niet verkrijgen; gij vecht en voert krijg, doch gij 5597 1Tim 3:3 | vuil-gewinzoeker; maar bescheiden, geen vechter, niet geldgierig. ~ 5598 Jako 4:1 | Van waar komen krijgen en vechterijen onder u? Komen zij niet 5599 Tit 3:2 | zij niemand lasteren, geen vechters zijn, maar bescheiden zijn, 5600 2Kon 3:4 | koning der Moabieten, was een veehandelaar, en bracht op aan den koning 5601 Amos 1:1 | woorden van Amos, die onder de veeherderen was van Thekoa, dewelke 5602 File 1:15 | 15 Want veellicht is hij daarom voor een kleinen 5603 Heb 1:1 | 1 God, voortijds veelmaal en op velerlei wijze, tot 5604 Pred 7:22 | Want uw hart heeft ook veelmalen bekend, dat gij ook anderen 5605 Spre 17:7 | lip past een dwaze niet, veelmin een prins een leugenachtige 5606 Gen 43:6 | mannen zijn, zo zet hen tot veemeesters over hetgeen ik heb. ~ 5607 Gen 17:29 | zal het niet doen om der veertigen wil. ~ 5608 Lev 24:14 | wanneer gij aan uw naaste wat veilbaars verkopen, of uit de hand 5609 Spre 26:18 | Gelijk een, die zich veinst te razen, die vuursprankelen, 5610 Gal 2:13 | afgetrokken werd door hun veinzing. ~ 5611 2Kon 6:5 | als een het timmerhout velde, dat het ijzer in het water 5612 Gen 23:94 | verstandig op de jacht, een veldman; maar Jakob werd een oprecht 5613 Lev 13:48 | of aan vel, of aan enig vellenwerk; ~ 5614 Gal 5:20 | 20 Afgoderij, venijngeving, vijandschappen, twisten, 5615 Open 9:21 | doodslagen, noch van hun venijngevingen, noch van hun hoererij, 5616 Psa 39:8 | darmen zijn vol van een verachtelijke plage, en er is niets geheels 5617 Est 1:18 | zullen horen, en er zal verachtens en toorns genoeg wezen. ~ 5618 Heb 12:15 | Toeziende, dat niet iemand verachtere van de genade Gods; dat 5619 Job 31:34 | onderdrukt hebben; maar de verachtste der huisgezinnen zou mij 5620 Psa 106:20 | 20 En zij veranderden hun Eer in de gedaante van 5621 Hand 18:10 | rechter zijt geweest, zo verantwoord ik mijzelven met des te 5622 Hand 20:1 | strekte Paulus de hand uit, en verantwoordde zich aldus: ~ 5623 Pred 10:19 | de levenden, en het geld verantwoordt alles. ~ 5624 Exo 38:24 | het goud, dat tot het werk verarbeid is, in het ganse werk des 5625 Zac 14:11 | daarin wonen, en er zal geen verbanning meer zijn; want Jeruzalem 5626 Jer 2:21 | gij Mij dan veranderd in verbasterde ranken van een vreemden 5627 Gen 8:10 | 10 En hij verbeidde nog zeven andere dagen; 5628 Psa 106:13 | vergaten haast Zijn werken, zij verbeidden naar Zijn raad niet. ~ 5629 Jes 8:17 | Daarom zal ik den Heere verbeiden, Die Zijn aangezicht verbergt 5630 Nah 3:14 | klei, en treed in het leem; verbeter den ticheloven. ~ 5631 Neh 5:16 | aan het werk dezes muurs verbeterd, en wij hebben geen land 5632 Eze 27:9 | haar wijzen waren in u, verbeterende uw breuken; alle schepen 5633 1Tim 4:3 | 3 Verbiedende te huwelijken, gebiedende 5634 Jer 50:17 | 17      Israel is een verbijsterd lam, dat de leeuwen verjaagd 5635 Neh 4:8 | Jeruzalem te strijden, en een verbijstering daarin te maken. ~ 5636 Job 39:8 | hen te zamen in het stof; verbind hun aangezichten in het 5637 Num 30:2 | ziel met een verbintenis verbindende, zijn woord zal hij niet 5638 Dan 8:7 | nakende aan den ram, en hij verbitterde zich tegen hem, en hij stiet 5639 Jes 3:8 | ogen Zijner heerlijkheid te verbitteren. ~ 5640 Psa 78:17 | voort tegen Hem te zondigen, verbitterende den Allerhoogste in de dorre 5641 Exo 23:21 | Zijner stem gehoorzaam, en verbittert Hem niet; want Hij zal ulieder 5642 Spre 14:9 | Elke dwaas zal de schuld verbloemen; maar onder de oprechten 5643 Job 36:32 | licht, en doet aan hetzelve verbod door dengene, die tussen 5644 Jes 1:13 | ongerechtigheid, zelfs de verbodsdagen. ~ 5645 Rom 1:31 | 31 Onverstandigen, verbondbrekers, zonder natuurlijke liefde, 5646 Matt 16:20 | 20 Toen verbood Hij Zijn discipelen, dat 5647 Psa 83:4 | beraadslagen zich tegen Uw verborgenen. ~ 5648 Eze 24:11 | heet worde, en zijn roest verbrande, en zijn onreinigheid in 5649 2Pet 2:6 | Sodoma en Gomorra tot as verbrandende met omkering veroordeeld 5650 Jes 33:12 | volken zullen zijn als de verbrandingen des kalks; als afgehouwen 5651 Matt 28:15 | geleerd waren. En dit woord is verbreid geworden bij de Joden tot 5652 Mark 1:45 | verkondigen, en dat woord te verbreiden, alzo dat Hij niet meer 5653 Spre 22:22 | niet, omdat hij arm is; en verbrijzel den ellendige niet in de 5654 Zac 11:16 | hij niet zoeken, en het verbrokene zal hij niet helen,      5655 Eze 30:22 | beide den sterken en den verbrokenen; en Ik zal het zwaard uit      5656 1Kon 12:33 | dewelke hij uit zijn hart verdacht had; zo maakte hij den kinderen 5657 Job 13:6 | 6 Hoort toch mijn verdediging, en merkt op de twistingen 5658 Job 23:4 | en mijn mond zou ik met verdedigingen vervullen. ~ 5659 Deu 11:4 | vervolgden; en de HEERE verdeed hen, tot op dezen dag. ~ 5660 Luk 12:51 | zeg Ik u, maar veeleer verdeeldheid. ~ 5661 Jona 4:5 | hij maakte zich aldaar een verdek, en zat daaronder in de 5662 Jer 5:26 | schikken; zij zetten een verderfelijken strik, zij vangen de mensen. ~ 5663 2Pet 2:2 | 2 En velen zullen hun verderfenissen navolgen, door welke de 5664 Eze 9:1 | naderen, en elkeen met zijn verdervend wapen in zijn hand. ~ 5665 2Pet 1:16 | wij zijn geen kunstelijk verdichte fabelen nagevolgd, als wij 5666 Eze 20:49 | van mij: Is hij niet een verdichter van gelijkenissen? ~  ~ 5667 Deu 25:2 | de onrechtvaardige slagen verdiend heeft, dat de rechter hem 5668 Jes 67:6 | HEEREN, Die Zijn vijanden de verdiensten vergeldt. ~ 5669 Hos 5:2 | 2      En die afwijken, verdiepen zich om te slachten; maar 5670 Gen 6:16 | onderste, tweede en derde verdiepingen maken. ~ 5671 Luk 6:48 | huis bouwde, en groef, en verdiepte, en leide het fondament 5672 Job 10:2 | 2 Ik zal tot God zeggen: Verdoem mij niet; doe mij weten, 5673 Job 32:3 | antwoord vindende, nochtans Job verdoemden. ~ 5674 Rom 3:19 | de gehele wereld voor God verdoemelijk zij. ~ 5675 Job 9:22 | oprechte en den goddeloze verdoet Hij. ~ 5676 Psa 102:12 | afgaande schaduw, en ik verdor als gras. ~ 5677 Joha 5:3 | kranken, blinden, kreupelen, verdorden, wachtende op de roering 5678 2Tim 2:10 | 10 Daarom verdraag ik alles om de uitverkorenen, 5679 Job 5:13 | arglistigheid; dat de raad der verdraaiden gestort wordt. ~ 5680 Spre 4:24 | monds van u weg, en doe de verdraaidheid der lippen verre van u. ~ 5681 Spre 8:8 | gerechtigheid; er is niets verdraaids, noch verkeerds in. ~ 5682 Jer 2:23 | kemelin, die haar wegen verdraait! ~ 5683 Jer 30:17 | omdat zij u noemen: De verdrevene. Het is Sion, zeggen zij; 5684 Pred 5:16 | gegeten heeft; en dat hij veel verdriets gehad heeft, ook zijn krankheid, 5685 Deu 33:27 | onder eeuwige armen; en Hij verdrijve den vijand voor uw aangezicht, 5686 2Sa 7:23 | de heidenen en hun goden verdrijvende. ~ 5687 Hoo 8:7 | rivieren zouden ze niet verdrinken; al gaf iemand al het goed 5688 Jes 44:27 | Die tot de diepte zegt: Verdroog, en uw rivieren zal Ik verdrogen. ~ 5689 Psa 106:9 | de Schelfzee, zodat zij verdroogde, en Hij deed hen wandelen 5690 Nah 1:4 | en maakt ze droog, en Hij verdroogt alle rivieren; Basan en 5691 Open 18:6 | ulieden vergolden heeft, en verdubbelt haar dubbel, naar haar werken; 5692 Eze 31:8 | De cederen in Gods hof verduisterden hem niet, de dennebomen 5693 2Pet 2:15 | verlaten hebbende, zijn verdwaald, en volgen den weg van Balaam, 5694 Jes 44:25 | keren, en Die hun wetenschap verdwaast; ~ 5695 Spre 5:23 | zijner dwaasheid zal hij verdwalen.   ~ 5696 1Sa 15:9 | dat verachtzaam, en dat verdwijnende was, verbanden zij. ~ 5697 Heb 8:13 | en verouderd, is nabij de verdwijning. ~  ~ 5698 Spre 3:9 | 9      Vereer den HEERE van uw goed, en 5699 Psa 22:24 | al gij zaad van Jakob! vereert Hem; en ontziet u voor Hem, 5700 Gal 5:15 | indien gij elkander bijt en vereet, ziet toe, dat gij van elkander 5701 1Kor 4:2 | voorts wordt in de uitdelers vereist, dat elk getrouw bevonden 5702 Psa 86:11 | in Uw waarheid wandelen; verenig mijn hart tot de vreze Uws 5703 Gen 45:6 | raad; mijn eer worde niet verenigd met hun vergadering! want 5704 Dan 11:23 | 23      En na de vereniging met hem zal hij bedrog plegen, 5705 Eze 27:15 | gaven zij u weder tot een verering. ~ 5706 Jes 16:8 | de velden van Hesbon zijn verflauwd, ook de wijnstok van Sibma, 5707 Heb 12:3 | verdragen, opdat gij niet verflauwt en bezwijkt in uw zielen. ~ 5708 Job 41:6 | 6 Daarom verfoei ik mij, en ik heb berouw 5709 Job 33:20 | zijn leven het brood zelf verfoeit, en zijn ziel de begeerlijke 5710 Psa 32:5 | doen voor den HEERE; en Gij vergaaft de ongerechtigheid mijner 5711 Job 11:10 | opdat Hij overlevere of vergadere, wie zal dan Hem afkeren? ~ 5712 Klaa 1:28 | een hof, Hij heeft Zijn vergaderplaats verdorven; de HEERE heeft 5713 1Pet 1:18 | Wetende dat gij niet door vergankelijke dingen, zilver of goud, 5714 Exo 5:9 | doen hebben, en zich niet vergapen aan leugenachtige woorden. ~ 5715 Gen 36:46 | gedacht aan Jozef niet, maar vergat hem. ~  ~ 5716 Jes 49:15 | haars buiks? Ofschoon deze vergate, zo zal Ik toch u niet vergeten. ~ 5717 2Kro 7:23 | doe, en richt Uw knechten, vergeldende den goddeloze, gevende zijn 5718 Joe 3:8 | die van Scheba, aan een vergelegen volk; want de HEERE heeft 5719 Hoo 1:9 | 9      Mijn vriendin! Ik vergelijk u bij de paarden aan de 5720 Luk 3:14 | zijne met bedrog, en laat u vergenoegen met uw bezoldigingen. ~ 5721 Psa 88:13 | gerechtigheid in het land der vergetelheid? ~ 5722 Jako 1:25 | daarbij blijft, deze, geen vergetelijk hoorder geworden zijnde, 5723 Fili 3:14 | 14 Maar een ding doe ik, vergetende, hetgeen achter is, en strekkende 5724 Deu 32:18 | vergeten; en gij hebt in vergetenis gesteld den God, Die u gebaard 5725 Jes 66:11 | verlaters des HEEREN, gij vergeters van den berg Mijner heiligheid, 5726 Psa 99:8 | Gij zijt hun geweest een vergevend God, hoewel wraak doende 5727 Hos 4:17 | 17      Efraim is vergezeld met de afgoden; laat hem 5728 Spre 22:24 | 24      Vergezelschap u niet met een grammoedige, 5729 Psa 94:20 | der schadelijkheden met U vergezelschappen, die moeite verdicht bij 5730 Jes 8:9 | 9      Vergezelt u te zamen, gij volken! 5731 Hos 10:4 | zal het oordeel als een vergiftig kruid groenen, op de voren 5732 Deu 32:32 | Gomorra; hun wijndruiven zijn vergiftige wijndruiven; zij hebben 5733 Jona 4:10 | nacht werd, en in een nacht verging; ~ 5734 Est 36:1 | konings geenszins zou kunnen vergoeden. ~ 5735 2Kon 23:16 | 16 Daartoe vergoot Manasse ook zeer veel onschuldig 5736 Spre 19:3 | zal zich tegen den HEERE vergrammen. ~ 5737 Spre 20:2 | leeuws; die zich tegen hem vergramt, zondigt tegen zijn ziel. ~ 5738 1Kro 2:7 | zich aan het verbannene vergreep. ~ 5739 Deu 32:51 | Omdat gijlieden u tegen Mij vergrepen hebt, in het midden der 5740 Dan 6:5 | getrouw was, en geen vergrijping noch misdaad in hem gevonden 5741 Open 12:17 | 17 En de draak vergrimde op de vrouw, en ging heen 5742 Mark 14:5 | armen gegeven worden; en zij vergrimden tegen haar. ~ 5743 1Sa 1:6 | met terging, om haar te vergrimmen, omdat de HEERE haar baarmoeder 5744 Amos 8:5 | efa, en den sikkel      vergrotende, en verkeerdelijk handelende 5745 2Kro 34:7 | beelden stampte hij, die vergruizende, en al de zonnebeelden hieuw 5746 Ezra 3:7 | de zee naar Jafo, naar de vergunning van Kores, koning van Perzie, 5747 Hand 7:41 | geloven, zo het u iemand verhaalt. ~ 5748 Luk 24:17 | wandelende, onder elkander verhandelt, en waarom ziet gij droevig? ~ 5749 2Kon 19:14 | hoorden zij niet, maar zij verhardden hun nek, gelijk de nek hunner 5750 Mark 8:17 | gij niet, hebt gij nog uw verharde hart? ~ 5751 Exo 7:3 | Doch Ik zal Farao's hart verharden; en Ik zal Mijn tekenen 5752 Num 5:13 | verborgen zijn, en zij zich verheeld zal hebben, zijnde nochtans 5753 Jes 24:16 | aarde horen wij psalmen, tot verheerlijking des Rechtvaardigen. Doch 5754 Psa 149:6 | 6De verheffingen Gods zullen in hun keel 5755 Job 27:11 | Almachtige is, zal ik niet verhelen. ~ 5756 Job 38:16 | 16 Zijn an u de verheugelijke vleugelen der pauwen? Of 5757 Oba 1:4 | 4      Al verhieft gij u gelijk de arend, en 5758 Jes 54:2 | uwer woningen uitbreide, verhinder het niet; maak uw koorden 5759 1The 2:16 | 16 En verhinderen ons te spreken tot de heidenen, 5760 2Sa 17:23 | bevel aan zijn huis, en verhing zich. Alzo stierf hij, en 5761 Open 16:8 | macht gegeven de mensen te verhitten door vuur. ~ 5762 Hos 7:5 | vorsten maken hem krank door verhitting van den wijn; hij strekt 5763 Hand 21:21 | dezen hinder en deze schade verhoed te hebben; ~ 5764 2Kor 8:20 | 20 Dit verhoedende, dat ons niemand moge lasteren 5765 1Pet 5:6 | krachtige hand Gods, opdat Hij u verhoge te Zijner tijd. ~ 5766 2Sa 15:3 | recht; maar gij hebt geen verhoorder van des konings wege. ~ 5767 Hand 20:7 | nacht en dag God dienende, verhopen te komen; over welke hoop 5768 Matt 21:41 | wijngaard aan andere landlieden verhuren, die hem de vruchten op 5769 1Sa 2:5 | verzadigd waren, hebben zich verhuurd om brood, en die hongerig 5770 Jer 19:7 | Jeruzalem in deze plaats verijdelen, en zal hen voor het aangezicht 5771 Jes 13:14 | iegelijk zal zijn als een verjaagde ree, en als een schaap, 5772 Spre 19:26 | vader verwoest, of de moeder verjaagt, is een zoon, die beschaamd 5773 Job 18:18 | men zal hem van de wereld verjagen. ~ 5774 2Kon 8:1 | gij en uw huisgezin, en verkeer als vreemdeling, waar gij 5775 Spre 8:8 | is niets verdraaids, noch verkeerds in. ~ 5776 Ric 18:1 | een Levietisch man was, verkerende als vreemdeling aan de zijden 5777 2Tim 2:14 | geen ding nut is, dan tot verkering der toehoorders. ~ 5778 Heb 11:25 | 25 Verkiezende liever met het volk van 5779 Open 12:10 | onzer broederen, die hen verklaagde voor onzen God dag en nacht 5780 Joha 5:45 | zal bij den Vader; die u verklaagt, is Mozes, op welken gij 5781 Open 12:10 | van Zijn Christus; want de verklager onzer broederen, die hen 5782 Ric 13:15 | dat hij ons dat raadsel verklare, opdat wij niet misschien 5783 Neh 8:9 | Gods, duidelijk; en den zin verklarende, zo maakten zij, dat men 5784 Amos 8:5 | wij koren mogen openen? verkleinende de efa, en den sikkel      5785 Amos 2:14 | sterke zijn kracht niet verkloeken, en een held zal zijn ziel 5786 2Kro 11:18 | maar de koning Rehabeam verkloekte zich, om op een wagen te 5787 Luk 16:24 | vingers in het water dope, en verkoele mijn tong; want ik lijd 5788 Hand 3:19 | worden; wanneer de tijden der verkoeling zullen gekomen zijn van 5789 Ric 3:24 | bedekt zijn voeten in de verkoelkamer. ~ 5790 Hand 11:18 | zeiden: Hij schijnt een verkondiger te zijn van vreemde goden; 5791 Luk 22:36 | en die geen heeft, die verkope zijn kleed, en kope een 5792 Matt 24:12 | zal de liefde van velen verkouden. ~ 5793 Est 40 | hij ook wel de koningin verkrachten bij mij in het huis? Het 5794 Efez 1:14 | van onze erfenis, tot de verkregene verlossing, tot prijs Zijner 5795 1Pet 1:9 | 9 Verkrijgende het einde uws geloofs, namelijk 5796 Matt 10:9 | 9 Verkrijgt u noch goud, noch zilver, 5797 Rom 11:10 | worden, om niet te zien; en verkrom hun rug allen tijd. ~ 5798 Lev 22:23 | klein vee, te lang of te verkrompen in leden, die zult gij tot 5799 File 1:20 | hierin genieten in den Heere; verkwik mijn ingewanden in den Heere. ~ 5800 Rut 4:15 | 15 Die zal u zijn tot een verkwikker der ziel, en om uw ouderdom 5801 2Sa 16:14 | was, moede zijnde; en hij verkwikte zich aldaar. ~ 5802 Jes 46:6 | 6      Zij verkwisten het goud uit de beurs, en 5803 Joz 11:6 | Israel; hun paarden zult gij verlammen, en hun wagenen met vuur 5804 2Sa 13:39 | 39 Toen verlangde de ziel van den koning David 5805 2Kor 5:2 | ook in dezen zuchten wij, verlangende met onze woonstede, die 5806 2Kon 15:26 | er geen opgeslotenen noch verlatenen waren, en dat Israel geen 5807 Zac 11:17 | den nietigen herder, den verlater der kudde! Het zwaard zal 5808 Jes 6:12 | mensen verre wegdoen, en de verlating zal groot wezen in het binnenste 5809 Eze 38:17 | gij die, van welken Ik in verleden dagen gesproken heb, door 5810 1Kor 7:5 | tot vasten en bidden moogt verledigen; en komt wederom bijeen, 5811 Psa 119:29 | den weg der valsheid, en verleen mij genadiglijk Uw wet. ~ 5812 Open 20:10 | 10 En de duivel, die hen verleidde, werd geworpen in den poel 5813 2Kor 9:10 | den zaaier verleent, Die verlene ook brood tot spijze, en 5814 Deu 17:20 | linkerhand; opdat hij de dagen verlenge in zijn koninkrijk, hij 5815 Efez 1:18 | 18 Namelijk verlichte ogen uws verstands, opdat 5816 Psa 19:9 | gebod des HEEREN is zuiver, verlichtende de ogen. ~ 5817 Exo 14:20 | te gelijk duisternis en verlichtte den nacht; zodat de een 5818 Psa 77:19 | het ronde; de bliksemen verlichtten de wereld; de aarde werd 5819 Ric 6:21 | rondom het leger. Toen verliep het ganse leger, en zij 5820 Luk 15:4 | schapen; en een van die verliezende, verlaat niet de negen en 5821 2Pet 2:18 | opgeblazene ijdelheid sprekende, verlokken, door de begeerlijkheden 5822 2Pet 2:14 | niet ophouden van zondigen; verlokkende de onvaste zielen, hebbende 5823 Luk 22:57 | 57 Maar hij verloochende Hem, zeggende: Vrouw, ik 5824 2Pet 2:1 | Die hen gekocht heeft, verloochenende, en een haastig verderf 5825 1Sa 1:20 | 20 En het geschiedde, na verloop van dagen, dat Hanna bevrucht 5826 Hand 20:17 | 17 Verlossende u van dit volk, en van de 5827 Ric 11:3 | ik nu zag, dat gij niet verlostet, zo stelde ik mijn ziel 5828 Jes 67:11 | gij moogt uitzuigen, en u verlusten met den glans harer heerlijkheid. ~ 5829 Psa 38:4 | 4 En verlustig u in den HEERE, zo zal Hij 5830 Jes 59:13 | gij den sabbat noemt een verlustiging, opdat de HEERE geheiligd 5831 Jes 5:7 | Juda zijn een plant Zijner verlustigingen; en Hij heeft gewacht naar 5832 Deu 7:3 | zult u ook met hen niet vermaagschappen; gij zult uw dochters niet 5833 Dan 2:35 | Toen werden te zamen vermaald het ijzer, leem, koper, 5834 Psa 109:24 | vasten, en mijn vlees is vermagerd, zodat er geen vet aan is. ~ 5835 Spre 29:17 | aandoen, en hij zal uw ziel vermakelijkheden geven. ~ 5836 Lev 26:10 | 10 Hij zal niet vermangelen, noch hetzelve verwisselen, 5837 1Sa 4:18 | als hij van de ark Gods vermeldde, zo viel hij achterwaarts 5838 Psa 106:35 | 35 Maar zij vermengden zich met de heidenen, en 5839 Neh 13:3 | wet hoorden, dat zij alle vermengeling van Israel afscheidden. ~ 5840 Gen 32:11 | Almachtige! wees vruchtbaar, en vermenigvuldig! Een volk, ja, een hoop 5841 Deu 6:3 | welga, en opdat gij zeer vermenigvuldigdet (gelijk als u de HEERE, 5842 Deu 30:16 | rechten, opdat gij levet en vermenigvuldiget, en de HEERE, uw God, u 5843 Num 14:44 | 44 Nochtans poogden zij vermetel, om op de hoogte des bergs 5844 1Sa 17:28 | woestijn gelaten? Ik ken uw vermetelheid, en de boosheid uws harten 5845 Eze 16:27 | Mijn hand over u uit, en verminderde uw bescheiden deel; en Ik 5846 Rom 11:12 | rijkdom is der wereld, en hun vermindering de rijkdom der heidenen, 5847 Psa 107:38 | vermenigvuldigen, en hun vee vermindert Hij niet. ~ 5848 Eze 34:19 | drinken, wat met uw voeten vermodderd is? ~ 5849 Eze 32:2 | water met uw voeten, en vermodderdet hunlieder rivieren. ~ 5850 Eze 34:18 | overgelatene      met uw voeten vermodderen? ~ 5851 Hand 19:18 | voorgebracht, waarvan ik vermoedde; ~ 5852 Hand 21:27 | omtrent het midden des nachts, vermoedden de scheepslieden, dat hun 5853 Hand 2:15 | niet dronken, gelijk gij vermoedt; want het is eerst de derde 5854 Job 3:17 | beroering, en daar rusten de vermoeiden van kracht; ~ 5855 Mal 1:13 | zegt gij: Ziet, wat een vermoeidheid! maar gij zoudt het kunnen 5856 Mal 2:17 | nog zegt gij: Waarmede vermoeien wij Hem? Daarmede, dat gij 5857 Pred 12:12 | einde, en veel lezens is vermoeiing des vleses. ~ 5858 Psa 94:6 | vreemdeling doden zij, en zij vermoorden de wezen. ~ 5859 Dan 6:25 | leeuwen heersten over hen, zij vermorzelden ook al hun beenderen. ~ 5860 Neh 4:22 | tot het volk: Een iegelijk vernachte met zijn jongen binnen Jeruzalem, 5861 Jes 10:29 | te Geba houden zij hun vernachting; Rama beeft, Gibea Sauls 5862 1Sa 4:6 | leger der Hebreen? Toen vernamen zij, dat de ark des HEEREN 5863 Job 5:11 | 11 Om de vernederden te stellen in het hoge; 5864 Jako 1:10 | 10 En de rijke in zijn vernedering; want hij zal als een bloem 5865 Hand 4:13 | van Petrus en Johannes, en vernemende, dat zij ongeleerde en slechte 5866 Jer 14:21 | heerlijkheid niet neder; gedenk, vernietig niet Uw verbond met ons. ~ 5867 Lev 25:44 | einde van hen te maken, vernietigende Mijn verbond met hen; want 5868 Heb 7:18 | 18 Want de vernietiging van het voorgaande gebod 5869 Spre 23:4 | te worden; sta af van uw vernuft. ~ 5870 Exo 35:33 | houtsnijding; om te werken in alle vernuftige handwerk. ~ 5871 Jer 2:7 | toen gij daarin kwaamt, verontreinigdet gij Mijn land, en steldet 5872 Lev 19:31 | zoekt hen niet, u met hen verontreinigende; Ik ben de HEERE, uw God! ~ 5873 Joha 8:11 | Jezus zeide tot haar: Zo veroordeel Ik u ook niet; ga heen, 5874 Mark 14:64 | dunkt ulieden? En zij allen veroordeelden Hem, des doods schuldig 5875 Deu 8:2 | geleid heeft; opdat Hij u verootmoedige, om u te verzoeken, om te 5876 Dan 1:5 | 5      En de koning verordende hun, wat men ze dag bij 5877 1Kor 7:17 | hij alzo wandele; en alzo verordene ik in al de Gemeenten. ~ 5878 1Kor 11:34 | overige dingen nu zal ik verordenen, als ik zal gekomen zijn. ~  ~  ~  5879 Luk 22:29 | 29 En Ik verordineer u het Koninkrijk, gelijkerwijs 5880 Lev 13:11 | 11 Dat is een verouderde melaatsheid in het vel zijns 5881 Jer 51:41 | 41      Hoe is Sesach zo veroverd, en de roem der ganse aarde 5882 Amos 2:8 | neder bij elk altaar op de verpande klederen, en drinken den 5883 Neh 5:3 | waren er, die zeiden: Wij verpanden onze akkers, en onze wijngaarden, 5884 Est 4:1 | huis des konings; en hij verplaatste haar en haar jonge dochters 5885 Job 39:7 | breng hem ten onder; en verpletter de goddelozen in hun plaats! ~ 5886 Ric 8:53 | Abimelechs hoofd; en zij verpletterde zijn hersenpan. ~ 5887 Eze 9:2 | noorden, en elkeen met zijn verpletterend wapen in zijn hand; en een 5888 Matt 27:4 | Zeggende: Ik heb gezondigd, verradende het onschuldig bloed! Maar 5889 Luk 6:16 | Judas Iskariot, die ook de verrader geworden is. ~ 5890 2Tim 3:4 | 4 Verraders, roekeloos, opgeblazen, 5891 Num 32:5 | kinderen Israels van Rameses verreisd waren, zo legerden zij zich 5892 Efez 6:13 | den bozen dag, en alles verricht hebbende, staande blijven. ~ 5893 Deu 33:21 | de hoofden des volks; hij verrichtte de gerechtigheid des HEEREN, 5894 1Sa 17:25 | slaat, met groten rijkdom verrijken zal, en hij zal hem zijn 5895 Hos 6:2 | derden dag zal Hij ons doen verrijzen, en wij zullen voor Zijn 5896 Jes 10:14 | geweest, die een vleugel verroerde, of den bek opendeed, of 5897 2Kon 25:18 | dat niemand zijn beenderen verroere. Zo bevrijdden zij zijn 5898 Jako 5:3 | 3 Uw goud en zilver is verroest; en hun roest zal u zijn 5899 Jes 40:20 | kiest een hout uit, dat niet verrotte; hij zoekt zich een wijzen 5900 Spre 10:7 | naam der goddelozen zal verrotten. ~ 5901 Jer 50:36 | over haar helden, dat zij versagen; ~ 5902 Luk 4:40 | die kranken hadden, met verscheidenen ziekten bevangen, die tot 5903 2Kon 2:24 | twee beren uit het woud, en verscheurden van dezelve twee en veertig 5904 Psa 50:22 | godvergetenden! opdat Ik niet verscheure en niemand redde. ~ 5905 Jes 35:9 | geen leeuw zijn, en geen verscheurend gedierte zal daarop komen, 5906 Nah 3:1 | die gans vol leugen, en verscheuring is! de roof houdt niet op. ~ 5907 Deu 32:23 | Mijn pijlen zal Ik op hen verschieten. ~ 5908 1Sa 1:22 | het aangezicht des HEEREN verschijne, en blijve daar tot in eeuwigheid. ~ 5909 Eze 22:26 | geen onderscheid, en het verschil tussen het      onreine 5910 Jer 20:11 | HEERE is met mij als een verschrikkelijk Held; daarom zullen mijn 5911 Jes 30:24 | zuiver voeder eten, hetwelk verschud is met de werpschoffel en 5912 Num 5:7 | geven, aan wien hij zich verschuldigd heeft. ~ 5913 Heb 10:20 | 20 Op een versen en levenden weg, welken 5914 Job 39:5 | 5 Versier u nu met voortreffelijkheid 5915 1Pet 3:5 | 5 Want alzo versierden zichzelven eertijds ook 5916 Est 6:1 | werden vervuld de dagen harer versieringen, zes maanden met mirre-olie, 5917 1Kro 30:2 | sardonixstenen en vervullende stenen, versierstenen en borduursel, en allerlei 5918 Job 12:21 | over de prinsen uit, en Hij verslapt den riem der geweldigen. ~ 5919 Psa 55:10 | 10 Verslind hen, HEERE! deel hun tong; 5920 Psa 52:6 | hebt lief alle woorden van verslinding, en een tong des bedrogs. ~ 5921 Klaa 1:30 | afgewend, dat Hij ze niet verslonde;      en Hij heeft den voormuur 5922 Psa 106:24 | 24 Zij versmaadden ook het gewenste land; zij 5923 Dan 12:2 | eeuwigen leven, en genen tot versmaadheden, en tot eeuwige afgrijzing. ~ 5924 Jes 41:17 | maar er is geen, hun tong versmacht van dorst; Ik, de HEERE 5925 Eze 21:13 | toen? Zou er dan ook geen versmadende roede zijn, spreekt de Heere 5926 Num 14:45 | woonden, en sloegen hen, en versmeten hen, tot Horma toe. ~  ~ 5927 Luk 8:33 | steilte af in het meer; en versmoorde. ~ 5928 Mark 5:13 | omtrent twee duizend), en versmoorden in de zee. ~ 5929 Jer 36:23 | stukken, of vier gelezen had, versneed hij ze met een schrijfmes, 5930 Fili 3:2 | kwade arbeiders, ziet op de versnijding. ~ 5931 2Sa 10:3 | deze stad doorzoeke, en die verspiede, en die omkere? ~ 5932 Job 38:6 | krommen, haar jongen met versplijting voortbrengen, haar smarten 5933 2Kro 12:23 | Benjamin, in alle vaste steden verspreidde, denwelken hij spijze gaf 5934 Eze 34:12 | hij in het midden zijner verspreide schapen is, alzo zal Ik 5935 Job 14:13 | of Gij mij in het graf verstaakt, mij verborgt, totdat Uw 5936 Heb 10:16 | zal die inschrijven in hun verstanden; ~ 5937 Psa 119:99 | 99  Ik ben verstandiger dan al mijn leraars, omdat 5938 1Kon 14:2 | huisvrouw: Maak u nu op, en verstel u, dat men niet merkte, 5939 Job 17:12 | 12 Den nacht verstellen zij in den dag; het licht 5940 Job 14:8 | en zijn stam in het stof versterft; ~ 5941 Job 36:19 | benauwdheid zoudt zijn; of enige versterkingen van kracht? ~ 5942 Hand 9:32 | broeders met vele woorden, en versterkten hen. ~ 5943 Ric 2:19 | Maar het geschiedde met het versterven des richters, dat zij omkeerden, 5944 Exo 8:19 | vinger! Doch Farao's hart verstijfde, zodat hij naar hen niet 5945 Deu 15:7 | zo zult gij uw hart niet verstijven, noch uw hand toesluiten 5946 Mark 4:19 | andere dingen, inkomende, verstikken het Woord, en het wordt 5947 Matt 22:12 | bruiloftskleed aan hebbende? En hij verstomde. ~ 5948 Exo 15:16 | grootheid van Uw arm zullen zij verstommen, als een steen, totdat Uw 5949 2Sa 11:25 | strijd tegen de stad, en verstoor ze; versterk hem alzo. 5950 Lev 15:3 | vlees van zijn vloed zich verstopt, dat is zijn onreinigheid. ~ 5951 Jes 62:4 | plaatsen bouwen, de vorige verstoringen weder oprichten, en de verwoeste 5952 Heb 11:12 | ook van een, en dat een verstorvene, zovelen in menigte geboren, 5953 2Sa 14:14 | verstotene niet van Zich verstote. ~ 5954 Rom 10:20 | 20 En Jesaja verstout zich, en zegt: Ik ben gevonden 5955 Mark 15:43 | was verwachtende, en zich verstoutende, ging hij in tot Pilatus, 5956 Matt 22:15 | zamen raad, hoe zij Hem verstrikken zouden in Zijn rede. ~ 5957 Psa 144:6 | 6 Bliksem bliksem, en verstrooi hen; zend Uw pijlen uit, 5958 Job 36:42 | de wervelwind, en van de verstrooiende winden de koude. ~ 5959 Nah 2:1 | 1      De verstrooier trekt tegen uw aangezicht 5960 Jako 1:1 | twaalf stammen, die in de verstrooiing zijn: zaligheid. ~ 5961 Jer 25:34 | slachten zal, en van uw verstrooiingen, dan zult gij      vervallen 5962 Spre 25:19 | als een gebroken tand en verstuikte voet. ~ 5963 Psa 78:4 | het navolgende geslacht, vertellende de loffelijkheden des HEEREN, 5964 Ric 6:15 | geschiedde, als Gideon de vertelling dezes drooms, en zijn uitlegging 5965 Jes 29:6 | onweder, en de vlam eens verterenden vuurs. ~ 5966 Ezra 9:14 | niet tegen ons toornen tot verterens toe, dat er geen overblijfsel 5967 Jes 38:17 | dat zij in de groeve der vertering niet kwame; want Gij hebt 5968 2The 2:4 | God zal zitten, zichzelven vertonende, dat hij God is. ~ 5969 Luk 1:80 | woestijnen, tot den dag zijner vertoning aan Israel. ~  ~  ~  ~ ~ 5970 Gen 31:19 | 19 En de jongeling vertoogde niet, deze zaak te doen; 5971 Neh 9:30 | 30 Doch Gij vertoogt het vele jaren over hen, 5972 Zac 8:14 | Mij uw vaderen grotelijks vertoornden, zegt de HEERE der heirscharen, 5973 Dan 9:19 | Heere, merk op en doe het, vertraag het niet! Om Uws Zelfs wil, 5974 Psa 119:60 | Ik heb gehaast, en niet vertraagd Uw geboden te onderhouden. ~ 5975 Job 38:18 | de dieren des velds die vertrappen kunnen? ~ 5976 Jes 64:3 | in Mijn toorn, en heb hen vertrapt in Mijn grimmigheid; en 5977 Jes 16:4 | te      niet geworden, de vertreders zijn van de aarde verdaan. ~ 5978 Ric 4:45 | Kedumin, de beek Kison; vertreed, o mijn ziel! de sterken. ~ 5979 Jer 48:1 | ingenomen; de stad des hogen vertreks      is beschaamd en verschrikt. ~ 5980 Pred 4:1 | daarentegen hadden geen vertrooster. ~ 5981 Deu 28:52 | nedervallen, op welke gij vertrouwdet in uw ganse land; ja, het 5982 Spre 21:22 | en werpt de sterkte huns vertrouwens neder. ~ 5983 Amos 9:11 | oprichten, en Ik zal haar reten vertuinen, en wat aan haar is afgebroken, 5984 Dan 4:5 | Zag een droom, die mij vervaarde, en de gedachten, die ik 5985 Psa 88:16 | doodbrakende; ik draag Uw vervaarnissen, ik ben twijfelmoedig. ~ 5986 2Kor 4:2 | arglistigheid, noch het Woord Gods vervalsende, maar door openbaring der 5987 Spre 11:14 | geen wijze raadslagen zijn, vervalt het volk; maar de behoudenis 5988 1Pet 2:6 | 6 Daarom is ook vervat in de Schrift: Ziet, Ik 5989 Spre 23:31 | als hij in den beker zijn verve geeft, als hij recht opgaat; ~ 5990 Psa 66:12 | uitgevoerd in een overvloeiende verversing. ~ 5991 Gen 4:5 | zeer, en zijn aangezicht verviel. ~ 5992 Neh 6:16 | rondom ons waren, en zij vervielen zeer in hun ogen; want zij 5993 Spre 26:2 | wegzweven, gelijk een zwaluw tot vervliegen, alzo zal een vloek, die 5994 Job 6:17 | tijde, als zij van hitte vervlieten, worden zij uitgedelgd; 5995 Job 3:8 | 8 Dat hem vervloeken de vervloekers des dags, die bereid zijn 5996 1Sa 14:21 | opgetogen waren rondom; dezen nu vervoegden zich ook met de Israelieten, 5997 Exo 1:10 | voorvalt, dat het zich ook niet vervoege tot onze vijanden, en tegen 5998 Kol 2:8 | dat niemand u als een roof vervoere door de filosofie, en ijdele 5999 Ric 7:4 | zijnde moede, nochtans vervolgende. ~ 6000 Oba 1:12 | broeders, den dag zijner vervreemding; noch u verblijd hebben 6001 Psa 21:7 | zegeningen in eeuwigheid; Gij vervrolijkt hem door vreugde met Uw 6002 Fili 4:10 | dat gij nu eenmaal wederom verwakkerd zijt om aan mij te gedenken; 6003 2Sa 19:42 | Omdat de koning ons na verwant is; en waarom zijt gij nu 6004 Job 31:20 | de vellen mijner lammeren verwarmd werd; ~ 6005 Job 38:17 | laat, en in het stof die verwarmt. ~ 6006 Hos 7:8 | 8      Efraim, die verwart zich met de volken; Efraim 6007 Mark 16:14 | elven, daar zij aanzaten, en verweet hun hun ongelovigheid en 6008 Rom 11:15 | 15 Want indien hun verwerping de verzoening is der wereld, 6009 1Kor 4:9 | gesteld als tot den dood verwezen; want wij zijn een schouwspel 6010 Jako 1:5 | mildelijk geeft, en niet verwijt; en zij zal hem gegeven 6011 Matt 11:20 | meest geschied waren, te verwijten, omdat zij zich niet bekeerd 6012 Exo 22:9 | goden komen; wien goden verwijzen, die zal het aan zijn naaste 6013 Rut 4:7 | bij de lossing en bij de verwisseling, om de ganse zaak te bevestigen, 6014 Job 10:17 | vermenigvuldigt Uw toorn tegen mij; verwisselingen, ja, een heirleger, zijn 6015 Jer 4:9 | en de profeten zich      verwonderen. ~ 6016 Open 17:6 | als ik haar zag, met grote verwondering. ~ 6017 Matt 27:5 | vertrok hij, en heengaande verworgde zichzelven. ~ 6018 Job 7:15 | 15 Zodat mijn ziel de verworging kiest; den dood meer dan 6019 Psa 15:4 | 4In wiens ogen de verworpene veracht is, maar hij eert 6020 Gen 29:25 | gewricht van Jakobs heup verwrongen werd, als Hij met hem worstelde. ~ 6021 Job 31:28 | ik zou den God van boven verzaakt hebben. ~ 6022 Jes 1:6 | derzelve is met      olie verzacht. ~ 6023 Tit 2:12 | wereldse begeerlijkheden verzakende, matig en rechtvaardig, 6024 Exo 22:10 | het sterft, of het wordt verzeerd, of weggedreven, dat het 6025 Eze 28:12 | zegt de Heere HEERE: Gij verzegelaar der som, vol van wijsheid 6026 Jer 32:14 | dezen koopbrief, zo den verzegelden als dezen open brief, en 6027 Neh 10:1 | 1 Tot de verzegelingen nu waren: Nehemia Hattirsatha, 6028 Hand 10:24 | den binnensten kerker, en verzekerde hun voeten in de stok. ~ 6029 Matt 27:66 | 66 En zij heengaande, verzekerden het graf met de wacht, den 6030 Job 12:6 | die Gode tergen, hebben verzekerdheden, om hetgene God met Zijn 6031 Matt 27:65 | hebt een wacht; gaat heen, verzekert het, gelijk gij het verstaat. ~ 6032 1Kor 13:2 | geloof had, zodat ik bergen verzette, en de liefde niet had,


151-aller | allon-beter | beth--doorl | doorn-gerst | geruc-hoofd | hoogg-kolos | komko-mirre | mirte-onver | onvru-ried | rietg-sprei | spren-uitwe | uitwi-verze | verzi-winke | winst-zwomm

Best viewed with any browser at 800x600 or 768x1024 on Tablet PC
IntraText® (V89) - Some rights reserved by EuloTech SRL - 1996-2007. Content in this page is licensed under a Creative Commons License