Table of Contents | Words: Alphabetical - Frequency - Inverse - Length - Statistics | Help | IntraText Library
Alphabetical    [«  »]
christengelovigen 1
christifideles 1
christo 2
christus 137
christusopenbaart 1
chrysostomus 1
citeert 2
Frequency    [«  »]
142 goede
142 menselijke
139 alleen
137 christus
134 geboden
131 naar
130 zedelijke
Ioannes Paulus PP. II
Veritatis Splendor

IntraText - Concordances

christus

    Chapter, Thema, Paragraph, Number
1 Inl, 0, 1 | Jezus Christus, het ware Licht, dat iedere 2 Inl, 0, 1,1 | Door het geloof in Jezus Christus, “het ware Licht, dat iedere 3 Inl, 0, 1,2 | het aanschijn van Jezus Christus, “evenbeeld van de onzichtbare 4 Inl, 0, 1,2 | morele vragen, door Jezus Christus gegeven, ja, is Jezus Christus 5 Inl, 0, 1,2 | Christus gegeven, ja, is Jezus Christus zelf het antwoord, zoals 6 Inl, 0, 1,2 | de toekomstige, namelijk Christus de Heer. Christus, de nieuwe 7 Inl, 0, 1,2 | namelijk Christus de Heer. Christus, de nieuwe Adam, verkondigt 8 Inl, 0, 1,2 | hoogste roeping1. ~Jezus Christus, “het Licht van de volkeren”, 9 Inl, 0, 1,2 | uit de waarheid van Jezus Christus en zijn evangelie. In de 10 Inl, 0, 1,3 | allen insluit, ook hen, die Christus en zijn evangelie niet kennen 11 Inl, 0, 1,3 | namelijk het evangelie van Christus en zijn Kerk zonder schuld 12 Inl, 0, 2,4 | met het gezag van Jezus Christus hebben zij vermaand, verkondigd, 13 Inl, 0, 2,5 | beantwoordt aan het evangelie van Christus” (Phil. 1, 27). Zij worden 14 Inl, 0, 2,5 | gesteld door de genade van Christus en de gave van zijn Geest, 15 I | ik doen.. ?” (Mt. 19, 16)~Christus en het antwoord op de morele 16 I, 0, 3,7 | bewust of onbewust, tot Christus, de Verlosser van de mens, 17 I, 0, 3,7 | roeping, die de gelovigen in Christus ontvangen hebben, 14 als 18 I, 0, 3,7 | mensen dezeontmoetingmet Christus kunnen verwerkelijken, heeft 19 I, 0, 3,7 | dienen: iedere mens moet Christus kunnen vinden, opdat Christus 20 I, 0, 3,7 | Christus kunnen vinden, opdat Christus ieder individueel op zijn 21 I, 0, 4,8 | vandaag moet zich opnieuw tot Christus wenden, om van Hem het antwoord 22 I, 0, 4,8 | 21, 6; 22, 13), onthult Christus de toestand van de mens 23 I, 0, 4,8 | met zijn leven en dood tot Christus wenden. Hij moet als het 24 I, 0, 5,10 | geschapen, met het Bloed van Christus verlost en door de aanwezigheid 25 I, 0, 6,12 | volheid in de navolging van Christus. Jezus zegt namelijk na 26 I, 0, 6,14 | morele verkondiging van Christus die in de gelijkenis van 27 I, 0, 6,15 | te brengen” (Mt. 5, 17). Christus is de sleutelfiguur van 28 I, 0, 6,15 | vaststelling van PaulusChristus is het einde van de wet” ( 29 I, 0, 6,15 | wet: deze vervult zich in Christus (plenitudo legis in Christo 30 I, 0, 7,16 | als een zelfportret van Christus en juist daarom uitnodigingen 31 I, 0, 7,17 | betekenis in de navolging van Christus. ~Het gesprek van Jezus 32 I, 0, 7,17 | elkaar. De leerling van Christus weet, dat zijn roeping een 33 I, 0, 8,19 | bestaat in de navolging van Christus, in het volgen van Jezus, 34 I, 0, 8,19 | pas na de verrijzenis van Christus ten volle zal worden begrepen, 35 I, 0, 8,19 | bestemd is om leerling van Christus te worden (vgl. Hand. 6, 36 I, 0, 8,19 | Daarom is de navolging van Christus het essentiële en oorspronkelijke 37 I, 0, 8,21 | 21. Navolging van Christus is niet een uiterlijke nabootsing, 38 I, 0, 8,21 | innerlijk. Leerling van Christus te zijn betekent aan Hem 39 I, 0, 8,21 | Door het geloof woont Christus in het hart van hem die 40 I, 0, 8,21 | Door zijn inlijving in Christus wordt de christen lidmaat 41 I, 0, 8,21 | radicale wijze gelijkvormig aan Christus in het paasmysterie van 42 I, 0, 8,21 | verrijzenis, zij “bekleedt hem met Christus” (vgl. Gal. 3, 27): “Laten 43 I, 0, 8,21 | christen geworden, maar Christus (..). Wees verbaasd en verheugd: 44 I, 0, 8,21 | verbaasd en verheugd: Wij zijn Christus geworden!”. 28 Gestorven 45 I, 0, 8,21 | terwijl hij door God in Christus Jezus leeft, is hij opgeroepen 46 I, 0, 8,21 | van de gelijkwording met Christus, Bron van heteeuwige leven” ( 47 I, 0, 9,22 | 19, 11). ~De liefde van Christus na te bootsen en na te leven 48 I, 0, 9,22 | Joh. 15, 9). De gave van Christus is zijn Geest, waarvan de 49 I, 0, 9,23 | en van het leven in Jezus Christus heeft je vrijgemaakt van 50 I, 0, 9,23 | heilsgeschiedenis, die zich in Christus vervuld heeft, te bezien. 51 I, 0, 9,23 | mogelijk. Door het geloof in Christus zijn wij gerechtvaardigd ( 52 I, 0, 9,23 | waarheid kwamen door Jezus Christus” (Joh. 1, 17). Daarom is 53 I, 0, 9,24 | het bewustzijn, in Jezus Christus de liefde Gods te bezitten, 54 I, 0, 9,24 | Naam van zijn Zoon Jezus Christus en elkaar liefhebben, zoals 55 I, 0, 9,24 | is de door het geloof in Christus verleende genade van de 56 I, 0, 10,25 | en het is altijd alleen Christus die het volle en beslissende 57 I, 0, 10,25 | tegelijk aanwezig zijn van Christus met de mens van iedere tijd 58 I, 0, 10,25 | beschouwing en navolging van Christus leren: “Voor mij is Christus 59 I, 0, 10,25 | Christus leren: “Voor mij is Christus het leven” (Philp. 1, 21). ~ 60 I, 0, 10,27 | uitgeoefend in de Naam van Jezus Christus”. 41 Op deze wijze toont 61 I, 0, 10,27 | leergezag, in trouw aan Jezus Christus en in de continuïteit van 62 II, 0, 11,28 | leven; de navolging van Christus, die voor de mens de perspectieven 63 II, 0, 11,29 | voltrok in het licht van Christus, degoede Meester”, heeft 64 II, 0, 11,29 | zich aan hem schenkt in Christus, de gelukzaligheid van het 65 II, 0, 11,29 | roeping der gelovigen in Christus en hun verplichting, om 66 II, 0, 11,29 | bisschoppen, aan wie Jezus Christus vooral de dienst van de 67 II, 0, 11,30 | aanschijn van God en van Christus Jezus die levenden en doden 68 II, 0, 12,34 | De morele vraag, waarop Christus antwoordt, kan het probleem 69 II, 0, 12,34 | heeft in de woorden van Christus: “Dan zult ge de waarheid 70 II, 1, 3,45 | de wet van God in Jezus Christus en in zijn Geest is: het 71 II, 1, 3,45 | de Geest van het leven in Christus Jezus” (Rom. 8, 2). Over 72 II, 1, 5,53 | wat zijn laatste grond in Christus heeft, die dezelfde is gisteren, 73 II, 2, 2,59 | mens zal oordelen, door Christus Jezus” (Rom. 2, 16). ~Het 74 II, 2, 3,64 | nemen. Volgens de wil van Christus immers is de Kerk lerares 75 II, 2, 3,64 | bestaat erin de waarheid die Christus is te verkondigen en getrouw 76 II, 3, 1,66 | eraan voorafgaan door: “Christus heeft ons tot vrijheid bevrijd. 77 II, 3, 2,69 | christen, die met Jezus Christus en zijn Kerk verenigd wil 78 II, 4, 1,73 | geschonken zijn: In Jezus Christus en zijn Geest is de christen 79 II, 4, 1,73 | Zoon en heilige Geest. 123 Christusvormt ons zo naar zijn 80 II, 4, 1,73 | straalt in ons door, die in Christus zijn, wanneer wij ons in 81 II, 4, 1,73(123)| onzichtbare wijze werk. Daar Christus immers voor allen is gestorven 82 II, 4, 1,73 | Want wij allen moeten voor Christus” rechterstoel verschijnen, 83 II, 4, 2,76 | dat in het Bloed van Jezus Christus en in de gave van de Geest 84 II, 4, 3,83 | waarheid laten zien, die Jezus Christus zelf is. In Hem, die de 85 III | III~“Opdat het kruis van Christus zijn kracht niet zou verliezen” ( 86 III, 0, 4 | Christus heeft ons vrijgemaakt om 87 III, 0, 4,85 | onvermoeibare liefde naar Christus, omdat ze zich volledig 88 III, 0, 4,85 | gegeven zending had: “Want Christus heeft mij.. gezonden.., 89 III, 0, 4,85 | anders zou het kruis van Christus zijn kracht verliezen.. 90 III, 0, 4,85 | verkondigen een gekruisigde Christus, voor Joden een aanstoot, 91 III, 0, 4,85 | Joden zowel als Grieken, Christus, Gods kracht en Gods wijsheid ( 92 III, 0, 4,86 | nog, door deopenbaring van Christus ertoe geroepen heeft door 93 III, 0, 4,86 | moet dus bevrijd worden. Christus is haar Bevrijder: Hij “ 94 III, 0, 4,87 | 87. Eerst openbaart Christus, dat het eerlijk en openlijk 95 III, 0, 4,87 | van God worden in Jezus Christus als de diepste wortel van 96 III, 0, 4,87 | nemen aan het koninkrijk van Christus aan het kruis (vgl. Joh. 97 III, 0, 5,88 | een geleefde kennis van Christus, een levende herinnering 98 III, 0, 5,88 | van de gelovigen met Jezus Christus die de Weg de Waarheid en 99 III, 0, 5,88 | vertrouwen en van zich geven aan Christus en geeft ons een leven, 100 III, 0, 5,89 | 25). Het getuigenis van Christus is bron en maatstaf (paradigma) 101 III, 0, 5,89 | liefde naar het voorbeeld van Christus die ons heeft bemind en 102 III, 0, 6,91 | door juist dit Licht, dat Christus is, het verdiende, licht, 103 III, 0, 6,91 | vertrouwden ze, evenals Christus zelf gedaan had, hun leven 104 III, 0, 6,94 | waarheid, op het gezicht van Christus vol straalt: “We weten - 105 III, 0, 7,95 | ze als trouwe bruid van Christus, die de Waarheid in Persoon 106 III, 0, 7,95 | gehoorzaamheid aan de waarheid, die Christus is, wiens beeld zich in 107 III, 0, 7,95 | wijsheid van God, die ons in Christus bereikt, en als dienst aan 108 III, 0, 7,95 | aan de heilzame leer van Christus. Dit moet echter steeds 109 III, 0, 9,103 | het verlossingsgeheim van Christus wortelen deconcretemogelijkheden 110 III, 0, 9,103 | of over de mens, die door Christus verlost werd? Uiteindelijk 111 III, 0, 9,103 | werkelijkheid van de verlossing door Christus. Christus heeft ons verlost! 112 III, 0, 9,103 | verlossing door Christus. Christus heeft ons verlost! Dat betekent: 113 III, 0, 9,105 | Dank zij God door Jezus Christus, onze Heer! (Rom. 7, 24- 114 III, 0, 10,106 | opdracht van de verrezen Jezus Christus, die de eigenlijke reden 115 III, 0, 10,107 | wegschenkende liefde van Christus en wordt erdoor in staat 116 III, 0, 10,108 | opwekt, staat de Geest van Christus, principe en kracht van 117 III, 0, 10,108 | aan de Kerk als bruid van Christus als waardevolle juwelen 118 III, 0, 11,110 | van God en de liefde van Christus leert het leergezag van 119 III, 0, 12,114 | die nieuwe leerlingen naar Christus leiden; ze zijn authentieke, 120 III, 0, 12,114 | zeggen met de autoriteit van Christus toegeruste leraren. Ze verkondigen 121 III, 0, 12,114 | het kruis in het bloed van Christus: Ze is in de heilige Geest 122 III, 0, 12,115 | kindzijn van God in Jezus Christus de ene Zoon (vgl. Eph. 1, 123 III, 0, 12,115 | volmaakt te zijn, - in Christus - zoals Hij volmaakt is ( 124 III, 0, 12,115 | het, ons met de genade van Christus op de weg naar de volheid 125 III, 0, 12,117 | woorden, opdat het kruis van Christus niet zijn kracht verliest” ( 126 III, 0, 12,117 | macht van de gekruisigde Christus, de zich wegschenkende Waarheid. ~ 127 III, 0, 12,117 | de Kerk de stem van Jezus Christus, de stem van de waarheid 128 Slot, 0, 12,118 | barmhartigheid, omdat Jezus Christus, haar Zoon, door de Vader 129 Slot, 0, 12,119 | uit het volgen van Jezus Christus, zich aan Hem over te geven, 130 Slot, 0, 12,119 | omdat het navolgen van Christus langzaam maar zeker de wezenlijke 131 Slot, 0, 12,119 | dynamiek van het navolgen van Christus organisch ontwikkelt, zonder 132 Slot, 0, 12,119 | verduisterd worden. Wie van Christus houdt, houdt zich aan de 133 Slot, 0, 12,120 | aanneemt, als ze samen met Christus de Vader voor hen om vergeving 134 Slot, 0, 12,120 | Deze wijsheid is Jezus Christus zelf, het eeuwige Woord 135 Slot, 0, 12,120 | deze wijze het offer van Christus, haar Zoon, van zijn kracht 136 Slot, 0, 12,120 | heerlijkheid van de verrezen Christus kunnen zijn geweten vrede 137 Slot, 0, 12,120 | allen, opdat het kruis van Christus ~niet zijn kracht wordt


Best viewed with any browser at 800x600 or 768x1024 on Tablet PC
IntraText® (V89) - Some rights reserved by EuloTech SRL - 1996-2007. Content in this page is licensed under a Creative Commons License