Table of Contents | Words: Alphabetical - Frequency - Inverse - Length - Statistics | Help | IntraText Library
Alphabetical    [«  »]
handelend 1
handelende 11
handeling 44
handelingen 73
handelingskeuze 1
handelingsnormen 1
handelt 5
Frequency    [«  »]
87 goed
86 zedelijk
82 geest
73 handelingen
73 je
73 verstand
72 eigen
Ioannes Paulus PP. II
Veritatis Splendor

IntraText - Concordances

handelingen

   Chapter, Thema, Paragraph, Number
1 I, 0, 5,10 | bewerkt, dat elk van zijn handelingen Diens heerlijkheid weerspiegelt. “ 2 II, 0, 11,28 | goede van de menselijke handelingen en het eeuwige leven; de 3 II, 0, 11,29 | slechte van de menselijke handelingen en van de persoon, die ze 4 II, 0, 12,34 | zedelijke waardering van handelingen voor: dit zijn tendensen 5 II, 1, 2,39 | wanneer hij zedelijk goede handelingen voltrekt. ~Het Concilie 6 II, 1, 2,40 | persoon en subject van zijn handelingen ten grondslag. De zedenwet 7 II, 1, 4,46 | wijden aan het onderzoek van handelingen en opvattingen van de mens, 8 II, 1, 4,47 | zeer complexe, menselijke handelingen. ~ 9 II, 1, 4,50 | geroepen is, zijn leven en zijn handelingen te sturen en te regelen 10 II, 1, 5,51 | fundamenteel ieder van haar vrije handelingen die getuigen van de universaliteit 11 II, 1, 5,51 | onderwerpen, bouwen onze handelingen de ware gemeenschap van 12 II, 1, 5,51 | van zijn, dan kwetsen onze handelingen de gemeenschap van de personen 13 II, 1, 5,52 | die bevelen om bepaalde handelingen te volbrengen en bepaalde 14 II, 1, 5,52 | toegepast op de afzonderlijke handelingen. Het handelende subject 15 II, 1, 5,52 | waarheid in bezit: door de handelingen en de daarmee overeenstemmende 16 II, 1, 5,52 | wordt om bepaalde goede handelingen ten uitvoer te brengen; 17 II, 1, 5,52 | hem belet worden bepaalde handelingen na te laten, vooral wanneer 18 II, 2, 2,59 | oordeel over de mens en zijn handelingen is: Het is een oordeel, 19 II, 2, 2,59 | naargelang de menselijke handelingen overeenkomen met de in het 20 II, 2, 2,59 | over het oordeel over de handelingen en tegelijk over hun initiator 21 II, 3, 1,65 | nemen zouden de menselijke handelingen noch begrepen, noch correct 22 II, 3, 1,65 | wijze. De afzonderlijke handelingen die uit deze optie voortkomen 23 II, 3, 1,65 | Onmiddellijk object van deze handelingen is - zo heet het - niet 24 II, 3, 1,65 | criteria die voor de menselijke handelingen gelden, wordt bekeken. Het 25 II, 3, 1,65 | af; welke afzonderlijke handelingen of concrete gedragswijzen 26 II, 3, 1,67 | de concrete afzonderlijke handelingen verbindt. Door de fundamentele 27 II, 3, 1,67 | concrete keuze van bepaalde handelingen gerealiseerd, waardoor de 28 II, 3, 1,67 | kwaliteit van de menselijke handelingen niet alleen uit de bedoeling, 29 II, 3, 1,67 | die, die zekere concrete handelingen of bepaalde gedragswijzen 30 II, 3, 1,68 | keuzebeslissingen en van zijn concrete handelingen met de specifiek daarop 31 II, 3, 2,70 | door concrete afzonderlijke handelingen geheel veranderen. Zonder 32 II, 4, 1,71 | verwerkelijkt zich in de menselijke handelingen. Juist door zijn handelingen 33 II, 4, 1,71 | handelingen. Juist door zijn handelingen vervolmaakt de mens zich 34 II, 4, 1,71 | te komen. 119 ~Menselijke handelingen zijn zedelijke handelingen, 35 II, 4, 1,71 | handelingen zijn zedelijke handelingen, omdat zij het goedzijn 36 II, 4, 1,71 | slechtheid van de mens die die handelingen voltrekt, uitdrukken en 37 II, 4, 1,72 | De zedelijkheid van de handelingen wordt bepaald op grond van 38 II, 4, 1,72 | afstemming van de menselijke handelingen op het waarlijk goede en 39 II, 4, 1,73 | kind van God en door zijn handelingen getuigt hij van zijn overeenstemming 40 II, 4, 1,73 | welke de mens voor zijn handelingenverantwoordelijkis en 41 II, 4, 1,74 | afstemming van de menselijke handelingen op God een waarborg? Van 42 II, 4, 1,74 | overeenstemming van de menselijke handelingen met de door de handelende 43 II, 4, 1,74 | moraliteit van de menselijke handelingen beoordeeld wordt zonder 44 II, 4, 1,75 | al blijft hij voor zijn handelingen en hun gevolgen verantwoordelijk. 45 II, 4, 1,75 | soortbepaaldheid van de handelingen, dat wil zeggen over hun 46 II, 4, 2,77 | slechte effecten van de eigen handelingen te beoordelen: een uitputtende 47 II, 4, 2,78 | het object van zedelijke handelingen een heel bijzondere belangstelling 48 II, 4, 3,79 | gedragswijzen resp. concrete handelingen naar hun species - hun “ 49 II, 4, 3,79 | voorzienbare gevolgen van die handelingen voor alle betrokken personen 50 II, 4, 3,80 | objecten van de menselijke handelingen zijn, die zichniet op 51 II, 4, 3,80 | persoon zijn. Dit zijn de handelingen, die in de morele overlevering 52 II, 4, 3,80 | moraliteit hebben - dater handelingen zijn die door zichzelf en 53 II, 4, 3,80 | uitvoerige toelichting bij zulke handelingen aan de hand van voorbeelden: “ 54 II, 4, 3,80 | Over de in zichzelf slechte handelingen en met het oog op contraceptieve 55 II, 4, 3,81 | vanin zichzelf slechtehandelingen leert, dan vat zij de leer 56 II, 4, 3,81 | onherstelbaar” slechte handelingen, die op zichzelf en in zichzelf 57 II, 4, 3,81 | Wie zou met het oog op de handelingen dievan zichzelfzonden 58 II, 4, 3,82 | laatste doel, gericht is. De handelingen echter die op grond van 59 II, 4, 3,82 | van de normen, die zulke handelingen verbieden en semper et pro 60 II, 4, 3,82 | gedragswijzen resp. concrete handelingen naar hun species als zedelijk 61 II, 4, 3,83 | van in zichzelf slechte handelingen, concentreert zich, zoals 62 II, 4, 3,83 | dat er concrete menselijke handelingen zijn, die in zichzelf al 63 III, 0, 6,90 | die de in zich slechte handelingen zonder uitzondering verbieden, 64 III, 0, 6,91 | verkondigt zij door haar handelingen de heiligheid van God. ~ 65 III, 0, 7,95 | zichzelf staande slechte handelingen verbieden, worden niet zelden 66 III, 0, 8,99 | onverenigbare gedragspatronen en handelingen verbieden. Zo ontmoeten 67 III, 0, 8,99 | gedragswijzen en concrete handelingen regelen. ~ 68 III, 0, 8,100| reeks van gedragingen en van handelingen, die in strijd zijn met 69 III, 0, 8,100| Het zevende gebod verbiedt handelingen en ondernemingen, die om 70 III, 0, 9,104| met bepaalde menselijke handelingen ontkend kan worden, wat 71 III, 0, 11,110| gelovige binden, zich over die handelingen uit te spreken die in zichzelf 72 III, 0, 11,110| moet worden, maar ook die handelingen, die op basis van hun in-wezen-slecht-zijn 73 III, 0, 12,115| met de waarheid van haar handelingen verbonden fundamentele waarden


Best viewed with any browser at 800x600 or 768x1024 on Tablet PC
IntraText® (V89) - Some rights reserved by EuloTech SRL - 1996-2007. Content in this page is licensed under a Creative Commons License