Chapter, Thema, Paragraph, Number
1 Inl, 0, 1,1 | van het Licht” (Eph. 5, 8) en heiligen ze zich door
2 Inl, 0, 1,1 | van de leugen is” (Joh. 8, 44), is de mens voortdurend
3 I, 0, 3,6(13) | jeugd (31 maart 1985), nr 2-8: AAS 77 (1985), 581-600. ~
4 I, 0, 4,8 | 8. Uit de grond van het hart
5 I, 0, 4,8 | geschiedenis (vgl. Openb. 1, 8; 21, 6; 22, 13), onthult
6 I, 0, 5,10(17) | Exameron, dies VI, sermo IX, 8, 50: CSEL 32, 241 ~
7 I, 0, 5,11 | beminnen (vgl. Mich. 6, 8). De Heer als God te erkennen
8 I, 0, 6,13 | samenvatting (vgl. Rom. 13, 8-10) en het fundament het
9 I, 0, 7,17 | beminnen als uzelf” (Rom. 13, 8-9). Nadat de H. Augustinus
10 I, 0, 7,18 | Gods te bezitten (vgl. Rom. 8, 21), en zo in het zedelijk
11 I, 0, 8,19 | van het leven (vgl. Joh. 8, 12); Hij is de Herder,
12 I, 0, 8,21 | kruis toe (vgl. Phil. 2, 5-8). Door het geloof woont
13 I, 0, 8,21(28) | Ibid.: 21, 8: CCL 36, 216. ~
14 I, 0, 9,22 | was dat niet zo” (Mt. 19, 8). De verwijzing naar het “
15 I, 0, 9,23 | zonde en van de dood” (Rom. 8, 2). Met deze woorden leert
16 I, 0, 9,24 | heeft liefgehad (1 Joh. 4, 7-8. 11. 19). ~Deze onlosmakelijke
17 I, 0, 10,25 | wereld zijn (vgl. Joh. 3, 5-8; Rom. 8, 1-13). ~De door
18 I, 0, 10,25 | vgl. Joh. 3, 5-8; Rom. 8, 1-13). ~De door God in
19 I, 0, 10,26(37) | Paedagogus, II, 10: PG 8, 355-364; Tertullian, Apolegeticum,
20 I, 0, 10,26(37) | Tertullian, Apolegeticum, IX. 8: CSEL 69, 24. ~
21 I, 0, 10,27(39) | openbaring, Dei Verbum, 8. ~
22 I, 0, 10,27(40) | Vgl. ibid., 8. ~
23 II, 0, 12 | waarheid zal u vrijmaken” (Joh. 8, 32).~
24 II, 0, 12,34(58) | encycliek Quanta cura (8 december 1864): Pii IX P.M.
25 II, 0, 12,34 | waarheid zal u vrijmaken” (Joh. 8, 32). ~
26 II, 1, 3,43 | zorgt (vgl. Wijsh. 7, 22; 8, 11). Maar God zorgt voor
27 II, 1, 3,44 | vandaag voorleg?” (Dt. 4, 7-8). In de psalmen kunnen we
28 II, 1, 3,44 | verheldering van ogen” (Ps. 19, 8-9). ~
29 II, 1, 3,45 | in Christus Jezus” (Rom. 8, 2). Over deze wet schrijft
30 II, 1, 3,45 | beeld van zijn Zoon” (Rom. 8, 29). In dit plan ligt geen
31 II, 1, 5 | was dat niet zo” (Mt. 19, 8”)~
32 II, 3, 1,66 | 33-35; Lc. 6, 45; Rom. 8, 5-8; Gal. 5, 22). In de
33 II, 3, 1,66 | 35; Lc. 6, 45; Rom. 8, 5-8; Gal. 5, 22). In de Decaloog
34 II, 3, 1,66 | Jos. 24, 14-25; Ex. 19, 3-8; Mich. 6, 8). Ook de moraal
35 II, 3, 1,66 | 25; Ex. 19, 3-8; Mich. 6, 8). Ook de moraal van het
36 II, 3, 1,66 | verliest, zal het redden (Mc. 8, 35). ~De oproep van Jezus “
37 II, 3, 1,68 | wet schuldig (vgl. Jac. 2, 8-11); ook wanneer hij in
38 II, 4, 1,73 | vele broeders is (vgl. Rom. 8, 9), beleeft hij zijn trouw
39 II, 4, 2,76 | zichzelf (vgl. Rom. 13, 8-10), zwakt hij daarmee niet
40 II, 4, 2,76(125) | constitutie Unigenitus Dei Filius (8 september 1713) tegen de
41 II, 4, 2,78 | recht veroordeeld” (Rom. 3, 8)”. 128 ~De reden waarom
42 II, 4, 3 | goed ontstaat (vgl. Rom. 3, 8).~
43 II, 4, 3,80 | zou volgen (vgl. Rom. 3, 8); dat wil zeggen dat men
44 III, 0, 4,87 | zal u vrij maken” (Joh. 8, 32). 139 De waarheid maakt
45 III, 0, 5,88 | dagen zijn slecht” (Eph. 8, 8-11. 15-16; vgl. Thess.
46 III, 0, 5,88 | dagen zijn slecht” (Eph. 8, 8-11. 15-16; vgl. Thess. 5,
47 III, 0, 5,88 | 15-16; vgl. Thess. 5, 4-8). ~Het is dringend nodig,
48 III, 0, 6,91 | Stefanus (vgl. Hand. 6, 8-7, 70) en de apostel Jacobus (
49 III, 0, 6,92 | gaat van zijn ziel ? “ (Mc. 8, 36). ~Het martelaarschap
50 III, 0, 6,94(148) | Apologia II, 8: PG 6, 457-458. ~
51 III, 0, 8,100 | door zijn armoede” (2 Kor. 8, 9)”, 157 om dan een reeks
52 III, 0, 8,100 | noodsituatie van anderen (vgl. Am. 8, 4-6), het zich toeëigenen
53 III, 0, 10,108(167)| brief Evangelii muntiandi (8 december 1975), 75: AAS
54 III, 0, 11,112 | het “begin” (vgl. Mt. 19, 8) een weg, die vaak zeer
55 III, 0, 12,117 | de liefde” is (1 Joh. 4, 8. 16). ~Dit tegelijkertijd
|