Chapter, Thema, Paragraph, Number

 1 Inl, 0,  1,3  |            aan hen die zonder schuld nog niet tot de uitdrukkelijke
 2 Inl, 0,  2,5  |                 5. In een dergelijke nog altijd actuele context is
 3 I, 0,  3,6    |    onderhouden. Wat ontbreekt mij nu nog? Jezus antwoordde: Als je
 4 I, 0,  4,8    |     evangelie gestelde vraag en meer nog de zin van het antwoord
 5 I, 0,  5,10   |     schepping te herstellen, en meer nog, om hem in zijn liefde binnen
 6 I, 0,  5,11   |         jongeman nu misschien alleen nog maar vermoedt, zal tenslotte
 7 I, 0,  7,16   |        genomen. Wat ontbreekt mij nu nog?” (Mt. 19, 20). Het is niet
 8 I, 0,  7,16   |             rijke jongeling, dat hij nog ver van het doel verwijderd
 9 I, 0,  7,16   |            wordt hij gewaar, dat hem nog iets ontbreekt. Op het besef
10 I, 0,  7,17   |             gaat hij verder: “Waarom nog niet volmaakt? Omdat “ik
11 I, 0,  7,17   |         vrijheid, deels knechtschap: nog niet volmaakt, nog niet
12 I, 0,  7,17   |      knechtschap: nog niet volmaakt, nog niet rein, nog niet volledig
13 I, 0,  7,17   |             volmaakt, nog niet rein, nog niet volledig is de vrijheid,
14 I, 0,  7,17   |            is de vrijheid, omdat wij nog niet in de eeuwigheid zijn.
15 I, 0,  7,18   |       volheid te beleven. Het is een nog onzekere en ongewisse weg,
16 I, 0,  9,22   |           erg en zeiden: Wie kan dan nog gered worden?” (Mt. 19,
17 II, 0, 11,30  |             28, 19-20), stelt ook nu nog het antwoord van de Meester
18 II, 0, 12,34  | gerespecteerd te worden, dan bestaat nog vooraf de voor ieder belangrijke
19 II, 1,  1,35  |         vrijheid van de mens niet en nog minder schakelt ze die uit,
20 II, 1,  4,46  |             te determineren. Vandaag nog schijnen voor velen de ruimte-tijd-coördinaten
21 II, 1,  4,46  |             sommigen wordt de natuur nog slechts tot ruw materiaal
22 II, 2,  2,58  |              mens, maar tegelijk, ja nog eerder, is het getuigenis
23 II, 2,  3,63  |            Er bestaat schuld die wij nog niet kunnen kennen en die
24 II, 2,  3,64  |         andere kardinale deugden en, nog fundamenteler, in de goddelijke
25 II, 3,  1,67  |          vastlegging van de vrijheid nog onbepaalde intentie - zich
26 II, 4,  2,78  |          zoals ook de scherpzinnige, nog altijd deugdelijke analyse
27 II, 4,  3,81  |             meer zouden zijn of, een nog absurder conclusie, dat
28 II, 4,  3,82  |             daarom - we herhalen het nog eens - moet als dwaas worden
29 III, 0,  4,84 |          maar een zedelijke waarheid nog mag erkennen. Voor iedereen
30 III, 0,  4,84 |    verachting van het ontvangen maar nog niet geboren menselijke
31 III, 0,  4,84 |  noodzakelijke goederen. Ja, er zijn nog veel bedenkelijker zaken
32 III, 0,  4,86 |              het ware goede en, meer nog, door deopenbaring van Christus
33 III, 0,  4,86 |          goederen te kiezen. Ja meer nog, in de vergissingen en negatieve
34 III, 0,  5,88 |            voltooiïng van een andere nog ernstiger en schadelijker
35 III, 0,  6,90 |             steeds begeleid heeft en nog steeds begeleidt. ~
36 III, 0,  6,92 |            illusoir en onjuist: meer nog, het onthult openlijk het
37 III, 0,  6,92 | menselijkheid” van de mens, en zelfs nog meer bij hem die het onrecht
38 III, 0,  6,93 |      geroepen worden, dan is er toch nog een coherent getuigenis,
39 III, 0,  8,98 |           garanderen. ~Zeker moet er nog een lange en moeizame weg
40 III, 0,  8,101|     referentiepunt ontneemt, ja meer nog, haar berooft van de erkenning
41 III, 0,  9,102|        verwondingen door de zondeval nog meer geneigd. ~Maar de verleidingen
42 III, 0,  9,103|             ook als de verloste mens nog zondigt, dan is dat niet
43 III, 0, 10,107|              geloofswaarheden, ja in nog hogere mate, getuigt een
44 III, 0, 12,114|        gezamenlijke plicht en eerder nog onze gemeenschappelijke