Chapter, Thema, Paragraph, Number
1 I, 0, 6,13 | Augustinus -bestaat in het vrij zijn van schuldige daden:
2 I, 0, 7,17 | mate waarin we God dienen, vrij zijn, terwijl we in de mate
3 I, 0, 7,18 | praktische oefening van de vrij gekozen en geleefde liefde.
4 II, 0, 12,34 | vrijheid niet bestaat: “Alleen vrij kan de mens zich tot het
5 II, 0, 12,34 | eigen beslissing zoekt en vrij tot de volle en zalige voleinding
6 II, 1, 1,35 | toekomt. Zeker, de mens is vrij, aangezien hij zelf de geboden
7 II, 1, 2,38 | eigen initiatief zoekt en vrij tot volle en zalige voleinding
8 II, 1, 2,38 | iemand als heer te kennen, vrij alles doet: hij regeert
9 II, 1, 4,47 | noch met de mens als een vrij en verstandig wezen, noch
10 II, 1, 4,47 | alleen, maar moet juist vrij de zin van zijn gedrag zelf
11 II, 1, 4,47 | heeft de mens als een vrij wezen-met-verstand geschapen,
12 II, 1, 4,49 | opzettelijk handelende en zijn vrij overwogen doen houden zij
13 II, 2, 3,62 | over een handeling is niet vrij van de mogelijkheid tot
14 II, 2, 3,63 | eigen fouten op? Spreek mij vrij van schuld, waarvan ik mij
15 II, 3, 1,65 | concreet gedrag, ofschoon vrij gekozen, net als een louter
16 II, 3, 2,70 | wanneer de mens bewust en vrij om welke reden dan ook tot
17 II, 3, 2,70 | doodzonde, waardoor een mens vrij God en zijn wet alsook het
18 II, 4, 1,71 | in een toebehoren aan Hem vrij tot volle en zalige voleinding
19 II, 4, 2,78 | de wilsdaad is immers een vrij gekozen gedrag. Voorzover
20 III, 0, 4,87 | kennen en de waarheid zal u vrij maken” (Joh. 8, 32). 139
21 III, 0, 4,87 | De waarheid maakt vrij ten opzichte van de macht
22 III, 0, 4,87 | deze aanbidding worden ze vrij. De samenhang met de waarheid
23 III, 0, 4,87 | de Heer zijn de knechten vrij. Vrij omdat niet de dwang
24 III, 0, 4,87 | Heer zijn de knechten vrij. Vrij omdat niet de dwang maar
25 III, 0, 4,87 | dienaar) zoals de waarheid je vrij gemaakt heeft.. Je bent
26 III, 0, 4,87 | bent tegelijk dienaar en vrij: Dienaar, omdat je ertoe
27 III, 0, 4,87 | je ertoe geworden bent, vrij, omdat God, je Schepper
28 III, 0, 4,87 | Schepper van je houdt; ja vrij ook, omdat het je gegeven
29 III, 0, 9,102 | zijn, mag menen, dat hij vrij is van het onderhouden van
30 Slot, 0, 12,118| stralen, die, om de knecht vrij te kopen zijn Zoon geofferd
|