Chapter, Thema, Paragraph, Number
1 Inl, 0, 2,4 | de bijstand van de Geest der Waarheid hebben zij bijgedragen
2 I, 0, 4,8 | van de Alpha en de Omega der menselijke geschiedenis (
3 I, 0, 5,10 | heeft: het zijn “tot lof der heerlijkheid” van God (vgl.
4 I, 0, 5,11 | heilig, heilig is de Heer der heerscharen” (Jes. 6, 3). ~
5 I, 0, 6,12 | in het geloof nu al licht der waarheid, bron van zin voor
6 I, 0, 7,16 | Hij de jongeman uit de weg der volmaaktheid in te slaan: “
7 I, 0, 7,17 | bijzondere dynamiek van de groei der vrijheid tot rijpheid en
8 I, 0, 8,19 | Jezus is inderdaad het Licht der wereld, het Licht van het
9 I, 0, 8,20 | oproept om Hem op de weg der volmaaktheid te volgen,
10 I, 0, 9,22 | zijn “omwille van het Rijk der hemelen” (Mt. 19, 12), maar
11 I, 0, 9,24 | Jezus en van de verkondiging der apostelen samenvatte, kon
12 I, 0, 9,24 | visie van de grote traditie der Kerkvaders van Oost en West,
13 I, 0, 10 | dagen tot aan de voleinding der wereld” (Mt. 28, 20).~
14 I, 0, 10,25 | zekere zin in ieder tijdperk der geschiedenis, ook vandaag,
15 I, 0, 10,25 | dagen tot aan de voleinding der wereld” (Mt. 28, 20). Het
16 I, 0, 10,25 | bijzondere bijstand van de Geest der waarheid: “Wie u hoort,
17 I, 0, 10,26 | rechtschapenheid van het gedrag der christenen gewaakt, 35 net
18 I, 0, 10,27 | en de liefde in het leven der heiligen en in het offer
19 I, 0, 10,27 | continuïteit van de traditie der Kerk, het als zeer dringende
20 II, 0, 11,28 | vruchtbare bron van de zedenleer der Kerk, waaraan Vaticanum
21 II, 0, 11,29 | verhevenheid van de roeping der gelovigen in Christus en
22 II, 0, 11,29 | des Heren, die het begin der kennis is” (vgl. Spr. 1,
23 II, 0, 11,30 | onheuglijke tijden de harten der mensen ten diepste beroeren:
24 II, 0, 12,34 | fundamentele afhankelijkheid der vrijheid van de waarheid
25 II, 1, 1,36 | anderen en tegenover de wereld der dingen. ~Erkend moet worden,
26 II, 1, 2,39 | vals begrip van autonomie der aardse werkelijkheden, zo
27 II, 1, 5,52 | mensen van alle tijdperken der geschiedenis, die voor “
28 II, 1, 5,52 | met de goedheid van de wil der handelende persoon, met
29 III, 0, 5,89 | afgelegd. “Gij zijt het licht der wereld - heeft Jezus gezegd -.
30 Slot, 0, 12,120| verdient de naam “zetel der Wijsheid”. Deze wijsheid
|