Table of Contents | Words: Alphabetical - Frequency - Inverse - Length - Statistics | Help | IntraText Library
Alphabetical    [«  »]
impliciete 1
impuls 5
impulsen 3
in 1002
in-wezen-slecht-zijn 1
inachtneming 1
inaestimabilis 1
Frequency    [«  »]
2377 van
1780 het
1531 en
1002 in
618 die
614 te
589 een
Ioannes Paulus PP. II
Veritatis Splendor

IntraText - Concordances

in

1-500 | 501-1000 | 1001-1002

     Chapter, Thema, Paragraph, Number
501 II, 2, 1,55 | alleen is met God, wiens stem in zijn binnenste te horen 502 II, 2, 1,55 | die het leergezag inneemt in veel morele vraagstukken: 503 II, 2, 1,56 | invoeren en zo toestaan om in de praktijk, met een goed 504 II, 2, 1,56 | dat door de zedenwet als in zich slecht wordt beschouwd. 505 II, 2, 1,56 | Op deze manier ontstaat in enkele gevallen een scheiding 506 II, 2, 1,56 | oplossingen te motiveren, die in tegenstelling met de leer 507 II, 2, 1,56 | zedelijk geweten feitelijk niet in alle gevallen gehouden zou 508 II, 2, 1,56 | de mens en de wet van God in twijfel wordt getrokken. 509 II, 2, 2,57 | van het geweten, bijzonder in zijn specifieke verbinding 510 II, 2, 2,57 | daden tonen zij, dat de wet in hun hart geschreven staat, 511 II, 2, 2,57 | plaats het geweten de mens in zekere zin tegenover de 512 II, 2, 2,57 | is de enige getuige: wat in het binnenste van de menselijke 513 II, 2, 2,58 | volle kunnen waarderen. In werkelijkheid is het echter 514 II, 2, 2,58 | geweten sluit de mens niet op in een onontkoombare en ondoordringbare 515 II, 2, 2,58 | Daarin en nergens anders in ligt het hele geheim en 516 II, 2, 2,58(103) | In Librum Sentent, dist. 39, 517 II, 2, 2,59 | handelingen overeenkomen met de in het hart geschreven wet 518 II, 2, 2,59 | spreekt de apostel Paulus in dezelfde tekst, als over “ 519 II, 2, 2,59 | vonk (scintilla animae) in het hart van iedere mens 520 II, 2, 2,59 | gebod, tot een oproep om in de concrete situatie het 521 II, 2, 2,59 | de zedelijke verplichting in het licht van de natuurwet 522 II, 2, 2,59 | verstand hun toepassingen in de concrete actuele situatie 523 II, 2, 2,60 | bevelend karakter: de mens moet in overeenstemming daarmee 524 II, 2, 2,60(106) | constitutie over de Kerk in de wereld van deze tijd 525 II, 2, 2,61 | 61. De in de wet van het verstand 526 II, 2, 2,61 | het juiste gewetensoordeel in hem getuige van de universele 527 II, 2, 2,61 | oordeel van het geweten blijft in hem ook zoiets als een onderpand 528 II, 2, 2,61 | beoefenen. ~Zo openbaart zich in het praktische oordeel van 529 II, 2, 2,61 | drukt het geweten zich uit in “oordeels”-daden, die de 530 II, 2, 2,61 | goede weerspiegelen, en niet in willekeurigebeslissingen”. 531 II, 2, 2,61 | verantwoordelijkheid van deze oordelen - en in laatste instantie van de 532 II, 2, 3,62 | van de leer, die de Kerk in de loop van eeuwen over 533 II, 2, 3,62 | nieuwe visie. Dan zijt ge in staat om uit maken wat God 534 II, 2, 3,62 | waarschuwende aanwijzing, dat zich in de oordelen van ons geweten 535 II, 2, 3,62 | alleen niet uit kan komen. ~In het geval dat deze onoverkomelijke 536 II, 2, 3,62 | manier, toch niet ophoudt in naam van die waarheid van 537 II, 2, 3,62(107) | constitutie over de Kerk in de wereld van deze tijd 538 II, 2, 3,63 | 63. In elk geval berust de waardigheid 539 II, 2, 3,63 | geweten altijd op de waarheid: in het geval van het rechte 540 II, 2, 3,63 | aanvaarde objectieve waarheid; in het geval van het dwalende 541 II, 2, 3,63 | aangerekend worden; maar ook in dit geval blijft het een 542 II, 2, 3,63 | Voor we ons zo lichtvaardig in naam van ons geweten gerechtvaardigd 543 II, 2, 3,63 | zijn. Wanneer nu het licht in jou duisternis is, hoe groot 544 II, 2, 3,63(109) | constitutie over de Kerk in de wereld van deze tijd 545 II, 2, 3,64 | 64. In de boven aangehaalde woorden 546 II, 2, 3,64 | vernieuwen” (vgl. Rom. 12, 2). In werkelijkheid is het tot 547 II, 2, 3,64 | geweten. Wantopdat ge in staat zijt om uit te maken 548 II, 2, 3,64 | de kennis van de wet Gods in het algemeen nodig, maar 549 II, 2, 3,64 | wortel en ontplooit zich in de deugdzame houdingen van 550 II, 2, 3,64 | houdingen van de mens zelf: in de wijsheid en de andere 551 II, 2, 3,64 | deugden en, nog fundamenteler, in de goddelijke deugden van 552 II, 2, 3,64 | geloof, de hoop en de liefde. in deze zin heeft Jezus gezegd: “ 553 II, 2, 3,64 | gewetensvorming hebben de christenen in de Kerk en haar leergezag, 554 II, 2, 3,64 | van de Kerk nauwlettend in acht nemen. Volgens de wil 555 II, 2, 3,64 | altijd en alleen vrijheidinde waarheid is; maar ook 556 II, 2, 3,64 | stelt zich altijd alleen in dienst van het geweten en 557 II, 2, 3,64 | van de mens maar, speciaal in de moeilijke vraagstukken, 558 II, 2, 3,64 | waarheid te bereiken en in haar te blijven. ~ 559 II, 3, 1 | vlees, maar dient elkaar in liefde!” (Gal. 5, 13)~ 560 II, 3, 1,65 | keuzevrijheid: zonder haar in acht te nemen zouden de 561 II, 3, 1,65 | auteurs zou de sleutelrol in het zedelijk leven toekomen 562 II, 3, 1,65 | deze manier schijnt zich in het menselijk handelen een 563 II, 3, 1,65 | men toe komt, luidt: de in eigenlijke zin zedelijke 564 II, 3, 1,66 | de christelijke zedenleer in haar eigen bijbelse wortels 565 II, 3, 1,66 | 26), waarbij de mens zich in zijn geheel in vrijheid 566 II, 3, 1,66 | mens zich in zijn geheel in vrijheid aan God toevertrouwt, 567 II, 3, 1,66 | onderwerpen”.112 Dit geloof, dat in de liefde werkzaam is (vgl. 568 II, 3, 1,66 | het goede voort de brengen in de werken (vgl. Mt. 12, 569 II, 3, 1,66 | Rom. 8, 5-8; Gal. 5, 22). In de Decaloog staat boven 570 II, 3, 1,66 | gelijkenissen van de schat in de akker en van de kostbare 571 II, 3, 1,66 | een prachtige uitdrukking in zijn woorden: “Wie zijn 572 II, 3, 1,66 | menselijke vrijheid ontmoeten we in de woorden van de H. Paulus: “ 573 II, 3, 1,66 | voorwendsel voor het vlees!” In deze vermaning klinken de 574 II, 3, 1,66 | slaat op een geloofsdaad - in de zin van een fundamentele 575 II, 3, 1,67 | Deze tendensen staan dus in tegenstelling met de bijbelse 576 II, 3, 1,67 | fundamentele beslissing is de mens in staat om, de goddelijke 577 II, 3, 1,67 | mogelijkheid wordt feitelijk steeds in de concrete keuze van bepaalde 578 II, 3, 1,67 | herroepen, wanneer de mens in een zedelijk ernstige materie 579 II, 3, 1,67 | zijn vrijheid door bewuste, in tegengestelde richting wijzende 580 II, 3, 1,67 | gedragswijzen te scheiden betekent, in strijd te zijn met de wezenlijke 581 II, 3, 1,67 | mogelijkheden die zij actualiseert in acht te nemen en de concretiseringen 582 II, 3, 1,67 | af te leiden - begrepen in de zin van een intentie 583 II, 3, 1,67 | sluit altijd een betrekking in van de vrije wil met die 584 II, 3, 1,67 | kwaad worden aangewezen. In het geval van de positief 585 II, 3, 1,67 | opgave om vast te stellen, in hoeverre ze van toepassing 586 II, 3, 1,67 | dringender verplichtingen in acht neemt. De negatief 587 II, 3, 1,67 | bepaalde gedragswijzen als in zich slecht verbieden, kennen 588 II, 3, 1,68 | zedelijk goed kunnen blijven, in de genade van God blijven 589 II, 3, 1,68 | uit vrije beslissing en in een ernstige zaak, beslist 590 II, 3, 1,68 | zaak, beslist en ernstig in tegenstelling zouden zijn 591 II, 3, 1,68 | 8-11); ook wanneer hij in het geloof blijft, verliest 592 II, 3, 2,69 | heiligmakende genade - en, in geval van de dood in een 593 II, 3, 2,69 | en, in geval van de dood in een dergelijke staat van 594 II, 3, 2,69 | een daad die de persoon in haar totaliteit in beslag 595 II, 3, 2,69 | persoon in haar totaliteit in beslag neemt, dat wil zeggen 596 II, 3, 2,69 | scheidt, alleen plaatsvinden in de afwijzing van God, voltrokken 597 II, 3, 2,69 | is als de keuze en niet in overdachte bewustheid te 598 II, 3, 2,69 | bewustheid te bereiken. In deze zin - zo voegen zij 599 II, 3, 2,69 | aan te nemen, dat de mens in staat is om in korte tijd 600 II, 3, 2,69 | dat de mens in staat is om in korte tijd de gemeenschapsbanden 601 II, 3, 2,69 | handelende persoon engageert, dan in de materie van de betreffende 602 II, 3, 2,70 | Overigens kent men zowel in de moraaltheologie als in 603 II, 3, 2,70 | in de moraaltheologie als in de praktijk van de zielzorg 604 II, 3, 2,70 | is. Feitelijk ligt immers in zon beslissing reeds een 605 II, 3, 2,70 | van doodzonde verandert of in twijfel trekt”. 117 ~De 606 II, 3, 2,70 | zou laten, voor bepaalde, in zichzelf of door de omstandigheden 607 II, 3, 2,70 | voorkeur aan geeft, zich in zichzelf te keren of in 608 II, 3, 2,70 | in zichzelf te keren of in een of andere geschapen 609 II, 3, 2,70 | een of andere zaak, die in tegenspraak is met de goddelijke 610 II, 3, 2,70 | tegenover de geboden van God in een ernstige materie”. 118 ~ 611 II, 4, 1,71 | diepste en levende zetel heeft in het zedelijk geweten, uit 612 II, 4, 1,71 | uit en verwerkelijkt zich in de menselijke handelingen. 613 II, 4, 1,71 | zijn Schepper te zoeken en in een toebehoren aan Hem vrij 614 II, 4, 1,71(119) | constitutie over de Kerk in de wereld van deze tijd 615 II, 4, 1,71 | alleen veranderingen op in het uiterlijke gedrag van 616 II, 4, 1,71 | keuzen kwalificeren zij in moreel opzicht de persoon 617 II, 4, 1,71 | steeds van de ene toestand in een andere over.. Het menselijk 618 II, 4, 1,71 | vrije keuze, en zo zijn wij in zekere zin onze eigen ouders, 619 II, 4, 1,72 | vindt. De inleidende vraag in het gesprek van de jongeman 620 II, 4, 1,72 | de mens. Jezus bevestigt in zijn antwoord de overtuiging 621 II, 4, 1,72 | zoals het door het verstand in zijn waarheid herkend wordt, 622 II, 4, 1,72 | ware goede van de persoon in overeenstemming is, maakt 623 II, 4, 1,72 | slecht en brengt ons daarmee in tegenstelling met ons laatste 624 II, 4, 1,73 | genade geschonken zijn: In Jezus Christus en zijn Geest 625 II, 4, 1,73 | van zijn goddelijke natuur in ons tot schittering komen.. 626 II, 4, 1,73 | schoonheid van dit beeld straalt in ons door, die in Christus 627 II, 4, 1,73 | straalt in ons door, die in Christus zijn, wanneer wij 628 II, 4, 1,73 | Christus zijn, wanneer wij ons in de werken goede mensen betuigen”. 124 ~ 629 II, 4, 1,73(123) | Vaticaans concilie verklaart in de pastorale constitutie 630 II, 4, 1,73(123) | constitutie over de Kerk in de wereld van deze tijd: “ 631 II, 4, 1,73(123) | alle goedwillende mensen, in wier hart de genade op een 632 II, 4, 1,73 | goede mensen betuigen”. 124 ~In deze zin bezit het zedelijk 633 II, 4, 1,73 | laatste doel beweegt zich niet in een louter subjectivistische 634 II, 4, 1,73 | Juist dat snijdt Jezus aan in het antwoord aan de rijke 635 II, 4, 1,73 | loon ontvangt voor wat hij in dit leven heeft gedaan, 636 II, 4, 1,73(124) | Cyrillus van Alexandrië, In D. Johannis Evangelium, 637 II, 4, 1,74 | van de omstandigheden - en in het bijzonder van de gevolgen - 638 II, 4, 1,74 | dit probleem hebben zich in de laatste decennia nieuwe - 639 II, 4, 1,74 | zou het gedrag zijn, dat in staat is de bonazeer groot 640 II, 4, 1,74 | noodzakelijk, aangezien de in de natuurwet vastgelegde 641 II, 4, 1,74 | niet-gelovigen, speciaal in zgn. pluralistische maatschappijen. ~ 642 II, 4, 1,75 | aan het feit, dat de wil in de concrete keuzen, die 643 II, 4, 1,75 | het “kleinere kwaad”, die in een bijzondere situatie 644 II, 4, 1,75 | onder alle omstandigheden en in alle culturen in tegenspraak 645 II, 4, 1,75 | omstandigheden en in alle culturen in tegenspraak zouden zijn 646 II, 4, 1,75 | verantwoordelijk zijn, maar dit in dubbel opzicht: De door 647 II, 4, 1,75 | gerechtigheid enz.) en, in een ander opzicht, van voor-morele 648 II, 4, 1,75 | materiële goederen, enz.). In een wereld waarin het goede 649 II, 4, 1,75 | wijze zou een handeling die, in tegenspraak met een universele 650 II, 4, 1,75 | de zedelijke waarden die in de gegeven situatie voor 651 II, 4, 1,75 | afzonderlijke zedelijke geboden. Ook in het geval van een ernstige 652 II, 4, 1,75 | bepaalde gedragswijzen, die in de traditionele moraal als 653 II, 4, 2,76 | traditie: als het waar is dat in deze laatste zich een casuïstiek 654 II, 4, 2,76 | heeft, die erop bedacht is, in enkele concrete situaties 655 II, 4, 2,76 | uitzondering verplichten, niet in twijfel trok. De gelovigen 656 II, 4, 2,76 | specifieke, door de Kerk in de Naam van God, de Schepper 657 II, 4, 2,76 | vervulling van de wet samenvat in het gebod om de naaste te 658 II, 4, 2,76 | geboden van het Verbond, dat in het Bloed van Jezus Christus 659 II, 4, 2,76 | Bloed van Jezus Christus en in de gave van de Geest vernieuwd 660 II, 4, 2,77 | bedoeling - zoals Jezus in duidelijke tegenstelling 661 II, 4, 2,77 | bepaalde uiterlijke werken tot in detail voorschreven, met 662 II, 4, 2,77 | en vermeden mala afdoend in aanmerking genomen worden. 663 II, 4, 2,77 | gedragnaar haar soortofin zichzelfzedelijk goed 664 II, 4, 2,77 | om alle gevolgen en alle in voor-morele zin goede resp. 665 II, 4, 2,77 | afhangen, waarvan de criteria in duisternis verkeren? Hoe 666 II, 4, 2,78 | vaststellen, moet men zich daarom in het perspectief van de handelende 667 II, 4, 2,78 | het ons, ons laatste doel in het volmaakte goed, de oorspronkelijke 668 II, 4, 2,78 | worden naar het feit dat ze in de uitwendige wereld een 669 II, 4, 2,78 | handelende persoon stempelt. In deze zin zijn er, zoals 670 II, 4, 2,78 | eten te geven: Ofschoon in dit geval de bedoeling juist 671 II, 4, 2,78 | werken. “Sommigen leggen ons in de mond: Laat ons het slechte 672 II, 4, 2,78 | de werken nodig is, ligt in het feit dat de menselijke 673 II, 4, 2,78 | teleologievan het handelen in aanmerking te nemen, voorzover 674 II, 4, 2,78 | daadwerkelijk op God afstemt. In deze zin leert de patroon 675 II, 4, 2,78(128) | In duo praecepta caritatis 676 II, 4, 2,78(128) | duo praecepta caritatis et in decem legis praecepta. De 677 II, 4, 3 | Hetin zichzelf slechte”: Men mag 678 II, 4, 3,79 | is, herkent het verstand in het zijn van de mens zelf, 679 II, 4, 3,79 | van de mens zelf, begrepen in zijn waarheid in volle omvang, 680 II, 4, 3,79 | begrepen in zijn waarheid in volle omvang, en daarmee 681 II, 4, 3,79 | menselijke persoondie zich in dienst stellen van het “ 682 II, 4, 3,80 | laten afstemmen”, omdat zij in radicale tegenspraak met 683 II, 4, 3,80 | zijn de handelingen, die in de morele overlevering van 684 II, 4, 3,80 | overlevering van de Kerkin zich slecht” (intrinsece 685 II, 4, 3,80 | zijn die door zichzelf en in zichzelf, onafhankelijk 686 II, 4, 3,80 | Vaticanum II geeft, in samenhang met de eerbied, 687 II, 4, 3,80 | pogingen om de mens psychisch in zijn macht te krijgen; al 688 II, 4, 3,80 | slavernij, prostitutie, handel in meisjes en minderjarigen; 689 II, 4, 3,80 | verdragen. En ze zijn volledig in tegenspraak met de eer van 690 II, 4, 3,80(131) | die de Kerk vroeger als in zich slecht had verklaard. 691 II, 4, 3,80(131) | van de leer van de Kerk in twijfel zou kunnen trekken?” ~ 692 II, 4, 3,80 | Schepper”. 132 ~Over de in zichzelf slechte handelingen 693 II, 4, 3,80 | Paulus VI: “Want al kan het in werkelijkheid soms geoorloofd 694 II, 4, 3,80 | positief mag willen, wat in zijn wezen een overtreding 695 II, 4, 3,80(132) | constitutie over de Kerk in de wereld van deze tijd 696 II, 4, 3,81 | de Kerk het bestaan vanin zichzelf slechtehandelingen 697 II, 4, 3,81 | 9-10). ~Wanneer de daden in zichzelf slecht zijn, dan 698 II, 4, 3,81 | handelingen, die op zichzelf en in zichzelf niet af te stemmen 699 II, 4, 3,81 | bedoelingen nooit een reeds in zichzelf of door zijn object 700 II, 4, 3,81 | zijn object zedeloze daad in eensubjectiefgoede of 701 II, 4, 3,82 | onwaardigzijn, staan altijd en in ieder geval tegenover dit 702 II, 4, 3,82 | geval tegenover dit goede. In deze zin betekent het in 703 II, 4, 3,82 | In deze zin betekent het in acht nemen van de normen, 704 II, 4, 3,82 | alle betroffen personen in aanmerking te nemen. Zonder 705 II, 4, 3,83 | 83. In het probleem van de zedelijkheid 706 II, 4, 3,83 | menselijk handelen en speciaal in de vraag naar het bestaan 707 II, 4, 3,83 | vraag naar het bestaan van in zichzelf slechte handelingen, 708 II, 4, 3,83 | concentreert zich, zoals men ziet, in zekere zin de vraag naar 709 II, 4, 3,83 | menselijke handelingen zijn, die in zichzelf al slecht zijn, 710 II, 4, 3,83 | waarheid, afwijzen. ~Broeders in het bisschopsambt, wij mogen 711 II, 4, 3,83 | Jezus Christus zelf is. In Hem, die de Waarheid is ( 712 II, 4, 3,83 | goede daden zijn roeping in vrijheid tot gehoorzaamheid 713 II, 4, 3,83 | jegens de goddelijke wet, die in het gebod van de liefde 714 II, 4, 3,83 | de vrijheid en de liefde: in Hem is het ons gegeven, 715 III, 0, 4 | heeft ons vrijgemaakt om in de vrijheid te blijven” ( 716 III, 0, 4,84 | persoon bestaat erin, zich in de waarheid te bevinden 717 III, 0, 4,84 | goede en de vrijheid is in de moderne cultuur praktisch 718 III, 0, 4,84 | van de menselijke persoon in situaties van een voortgaande 719 III, 0, 4,84 | meer van overtuigd, alleen in de waarheid het heil te 720 III, 0, 4,84 | theologisch gebied tot wantrouwen in de wijsheid van God, die 721 III, 0, 4,84 | concrete situatie, omdat men er in feite niet meer er aan vast 722 III, 0, 4,85 | een zedelijk geweten, dat in staat is te oordelen en 723 III, 0, 4,85 | van de Kerk niet zo zeer in de uitspraken van de leer 724 III, 0, 4,85 | richt. Zo ziet de Kerk dag in dag uit met onvermoeibare 725 III, 0, 4,85 | probleemstellingen ligt. ~Vooral in de gekruisigde Jezus vindt 726 III, 0, 4,85 | vrijheid, Hij leeft deze in de volheid van zijn totale 727 III, 0, 4,86 | onvoorwaardelijke uitgangspunt niet in zichzelf, maar in het bestaan, 728 III, 0, 4,86 | uitgangspunt niet in zichzelf, maar in het bestaan, waar binnen 729 III, 0, 4,86 | persoon gefundeerd wordt: in haar weerklinkt de oorspronkelijke 730 III, 0, 4,86 | opening naar alle mensen, in zoverre ze buiten zichzelf 731 III, 0, 4,86 | vrijheid heeft dus haar wortels in de waarheid over de mens 732 III, 0, 4,86 | haar uiteindelijke doel in de gemeenschap. ~Verstand 733 III, 0, 4,86 | te kiezen. Ja meer nog, in de vergissingen en negatieve 734 III, 0, 4,86 | heeft ons vrijgemaakt om in de vrijheid te blijven”. ( 735 III, 0, 4,86(138) | constitutie over de Kerk in de wereld van deze tijd 736 III, 0, 4,87 | geboren en hiertoe ben Ik in de wereld gekomen om getuigenis 737 III, 0, 4,87 | aanbidders van God Hemin geest en in waarheidaanbidden ( 738 III, 0, 4,87 | van God Hem “in geest en in waarheidaanbidden (Joh. 739 III, 0, 4,87 | aanbidding van God worden in Jezus Christus als de diepste 740 III, 0, 4,87 | doordat de vrijheid zich in de liefde dat wil zeggen 741 III, 0, 4,87 | de liefde dat wil zeggen in de zelfgave, verwezenlijkt. 742 III, 0, 4,87 | vgl. Mat. 26, 46) en geeft in zijn gehoorzaamheid aan 743 III, 0, 4,87 | wil begrijpen: de zelfgave in dienst aan God en de broeders. 744 III, 0, 4,87 | Kerk onophoudelijk put, om in vrijheid te leven, zich 745 III, 0, 4,87 | zich te geven en te dienen. In zijn commentaar op het vers 746 III, 0, 4,87 | zegt de heilige AugustinusIn het huis van de Heer zijn 747 III, 0, 4,87 | de Kerk, en elke christen in haar, ertoe geroepen, deel 748 III, 0, 4,87(140) | Enarratio in Psalmum XCIX, 7 CCL 39, 749 III, 0, 4,87 | heilbrengende kracht van een in waarheid geleefde vrijheid. ~ 750 III, 0, 5 | In het licht gaan (vgl. 1 Joh. 751 III, 0, 5,88 | pastorale zorgen van de Kerk in het huidige secularisatieproces, 752 III, 0, 5,88 | verregaande manier en tot in de verste uithoeken van 753 III, 0, 5,88 | zelfverstaan en het handelen in het persoonlijke, familie- 754 III, 0, 5,88 | beslissingscriteria presenteren zich in het kader van een cultuur 755 III, 0, 5,88 | te maken hebben of zelfs in tegenspraak hiermee zijn. ~ 756 III, 0, 5,88 | werkelijk aangenomen, als het in handelen over gaat, als 757 III, 0, 5,88 | handelen over gaat, als het in praktijk wordt gebracht. 758 III, 0, 5,88 | Gal. 2, 20) dat wil zeggen in de grootste liefde tot God 759 III, 0, 5,89 | schrijft: “God is licht en in Hem is geen duisternis. 760 III, 0, 5,89 | gemeenschap met Hem hebben en toch in duisternis wandelen, liegen 761 III, 0, 5,89 | en de waarheid is niet in hem. Wie zich echter aan 762 III, 0, 5,89 | echter aan zijn woord houdt, in hem is de liefde van God 763 III, 0, 5,89 | dan weten we zeker dat wein Hem zijn”. Wie zegt, dat 764 III, 0, 5,89 | zijn”. Wie zegt, dat hij in Hem blijft, moet ook leven, 765 III, 0, 5,89 | licht geeft voor allen die in huis zijn. Zo moet ook uw 766 III, 0, 5,89 | Vader verheerlijken die in de hemel is” (Mt. 5, 14- 767 III, 0, 5,89 | de ware vrijheid die zich in het zichzelf geven openbaart 768 III, 0, 5,89 | opgeroepen wordt, dezelfde weg in te slaan: “Wie mijn volgeling 769 III, 0, 6,90 | 90. In de onvoorwaardelijke achting 770 III, 0, 6,90 | verdedigde eisen, die de in zich slechte handelingen 771 III, 0, 6,90 | tussen geloof en moraal in haar volle luister. De universaliteit 772 III, 0, 6,90 | stellen zich gelijktijdig op in dienst van haar bescherming ( 773 III, 0, 6,90 | vindt duidelijke bevestiging in het feit van het christelijke 774 III, 0, 6,91 | 91. Reeds in het Oude Verbond komen we 775 III, 0, 6,91 | onrechtvaardige rechters, die haar in het geval, dat ze zou weigeren, 776 III, 0, 6,91 | beter, het niet te doen, en in uw handen te vallen, dan 777 III, 0, 6,91 | voorkeur aan geeft “onschuldig” in de handen van de rechters 778 III, 0, 6,91 | 29). Daaromwerd degene in het donker van de kerker 779 III, 0, 6,91 | het verdiende, licht, dat in de duisternis schijnt, genoemd 780 III, 0, 6,91 | schijnt, genoemd te worden. En in het eigen bloed werd degene 781 III, 0, 6,91 | de wereld te dopen. 143 ~In het Nieuwe Verbond vinden 782 III, 0, 6,91 | gedragswijze te onthouden als deze in strijd was met de liefde 783 III, 0, 6,91 | getuigenis van het geloof. In hun gehoorzaamheid vertrouwden 784 III, 0, 6,92 | de zedelijke orde komen in het martelaarschap de heiligheid 785 III, 0, 6,92(144) | constitutie over de Kerk in de wereld van deze tijd 786 III, 0, 6,93 | van de zedelijke waarheid in de gewoonten en denkwijzen 787 III, 0, 6,93 | opdat men - niet alleen in de burgerlijke maatschappij, 788 III, 0, 6,93 | kerkelijke gemeenschappen - niet in de gevaarlijkste crisis 789 III, 0, 6,93 | maakt. De martelaren en, in bredere zin, alle heiligen 790 III, 0, 6,93 | zedelijke gevoel nieuw leven in te blazen. Door hun uitmuntende 791 III, 0, 6,93 | 2, 12) en laten ze ook in deze, onze tijd de woorden 792 III, 0, 6,93 | smeken om goddelijke genade in het gebed tot af en toe 793 III, 0, 6,93(146) | Moralia in Job, VII, 21, 24: PL 75, 794 III, 0, 6,94 | 94. In dit getuigenis van de absoluutheid 795 III, 0, 6,94 | alleen: Ze vinden bevestiging in het zedelijke bewustzijn 796 III, 0, 6,94 | bewustzijn van de volkeren en in de grote tradities van de 797 III, 0, 6,94 | zijn het leven te geven. In het woord, maar vooral in 798 III, 0, 6,94 | In het woord, maar vooral in het offer van het leven 799 III, 0, 6,94 | getuigenis voor deze reeds in de schepping aanwezige waarheid, 800 III, 0, 6,94 | toe de dichters, vooral in hun uitingen over vraagstukken 801 III, 0, 6,94 | de goddelijke logos, die in het hele mensengeslacht 802 III, 0, 7 | onveranderlijke zedelijke normen in dienst van de menselijke 803 III, 0, 7,95 | vooral haar standvastigheid in de verdediging van de universele 804 III, 0, 7,95 | barmhartigheid ontbreken. Maar in feite kan de moederlijkheid 805 III, 0, 7,95 | Christus, die de Waarheid in Persoon is, steeds moet 806 III, 0, 7,95 | overgelaten aan haar willekeur. In gehoorzaamheid aan de waarheid, 807 III, 0, 7,95 | Christus is, wiens beeld zich in de natuur en in de waarde 808 III, 0, 7,95 | beeld zich in de natuur en in de waarde van de menselijke 809 III, 0, 7,95 | barmhartigheid betekenen in werkelijkheid liefde voor 810 III, 0, 7,95 | afzwakt, maar doordat men ze in haar diepe betekenis als 811 III, 0, 7,95 | wijsheid van God, die ons in Christus bereikt, en als 812 III, 0, 7,95 | worden, waarvoor de Heer zelf in zijn omgang met de mensen 813 III, 0, 7,96 | heeft niets onderdrukkends in zich. Ze dient enkel en 814 III, 0, 7,96 | mens aangeboden, gezien in de uniciteit en onherhaalbaarheid 815 III, 0, 7,96 | en zijn bestaan. Alleen in gehoorzaamheid aan de universele 816 III, 0, 7,96 | echte democratie, die alleen in de gelijkheid van al haar 817 III, 0, 7,96 | de gelijkheid van al haar in rechten en plichten verenigde 818 III, 0, 7,96 | zedelijke normen die het in zichzelf slechte verbieden, 819 III, 0, 7,97 | leven. ~Deze geboden worden in algemene bewoordingen geformuleerd. 820 III, 0, 7,97 | precisering en verklaring te geven in een uitvoerige gedragscodex. 821 III, 0, 7,97 | uitvoerige gedragscodex. In deze zin zijn de zedelijke 822 III, 0, 7,97(153) | constitutie over de Kerk in de wereld van deze tijd 823 III, 0, 8,98 | 98. In het licht van de ernstige 824 III, 0, 8,98 | ontelbare met voeten getreden en in hun menselijke grondrechten 825 III, 0, 8,98 | vernieuwing merkbaar, die alleen in staat is, gerechtigheid, 826 III, 0, 8,98 | onrechtvaardige toestanden in de wereld kweken en voeden. 827 III, 0, 8,98 | van de wereld samenhangen. In feite staat in het middelpunt 828 III, 0, 8,98 | samenhangen. In feite staat in het middelpunt van de culturele 829 III, 0, 8,99 | zedelijkheid, dus de geboden, in het bijzonder die negatieve 830 III, 0, 8,99 | negatieve geboden, die steeds en in elk geval de met de waardigheid 831 III, 0, 8,99 | het zedelijke goed elkaar in de waarheid; de waarheid 832 III, 0, 8,99 | doen beven, op te lossen: in de eerste plaats dat van 833 III, 0, 8,99 | ontkenning van de waarheid in de objectieve zin: Als er 834 III, 0, 8,99 | transcendente waarheid bestaat, in gehoorzaamheid waaraan de 835 III, 0, 8,99 | totalitarisme ligt daarom in de ontkenning van de transcendente 836 III, 0, 8,99 | staat. Ook de meerderheid in de maatschappij mag dit 837 III, 0, 8,100 | en van handelingen, die in strijd zijn met de menselijke 838 III, 0, 8,100 | verloren voorwerpen, bedrog in het zakenleven (vgl. Dt. 839 III, 0, 8,101 | benadrukken, dat waarachtigheid, in de relaties tussen regerenden 840 III, 0, 8,101 | unieke dringende noodzaak - in de transcendente waarde 841 III, 0, 8,101 | waarde van de persoon en in de objectieve zedelijke 842 III, 0, 8,101 | neergang van de ideologieën in veel landen, die de politiek 843 III, 0, 8,101 | de religieuze vraag die in het hart van elk menselijk 844 III, 0, 8,101 | menselijk wezen bestaat, in politieke categorieën: Het 845 III, 0, 8,101 | geschiedenis bewijst, gemakkelijk in een openlijk of achterbaks 846 III, 0, 8,101 | achterbaks totalitarisme”. 161 ~In alle sectoren van het persoonlijke, 847 III, 0, 8,101 | waarheid baseert en zich in de waarheid voor de authentieke 848 III, 0, 8,101 | individuele mens en zijn groei in het goede, maar ook voor 849 III, 0, 9,102 | 102. Ook in de moeilijkste situatie 850 III, 0, 9,102 | heilige gebod ~van God en om in overeenstemming te zijn 851 III, 0, 9,102 | zijn Schepper erkent en in volledige onafhankelijkheid 852 III, 0, 9,102 | van de geboden van God kan in bepaalde situaties moeilijk, 853 III, 0, 9,102(162) | Augustinus, die het concilie in het vermelde stuk citeert, 854 III, 0, 9,103 | geestelijke weg van de hoop open. ~In het reddende kruis van Jezus, 855 III, 0, 9,103 | reddende kruis van Jezus, in de gave van de Heilige Geest, 856 III, 0, 9,103 | gave van de Heilige Geest, in de sacramenten, die uit 857 III, 0, 9,103 | nieuw leven ingeblazen, in harmonische en vruchtbare 858 III, 0, 9,103 | en vruchtbare verbinding, in haar dienst gesteld, zonder 859 III, 0, 9,103 | belastende en tirannieke wet in een lichte last en een bron 860 III, 0, 9,103 | veranderd”. 163 ~Alleen in het verlossingsgeheim van 861 III, 0, 9,104 | 104. In deze context wordt aan het 862 III, 0, 9,104 | van de zedelijke wetten in het algemeen getwijfeld 863 III, 0, 9,104 | van de zedelijke verboden in relatie met bepaalde menselijke 864 III, 0, 9,104 | boodschap aannemen die ons in de bijbelse gelijkenis van 865 III, 0, 9,105 | heffen, en die tegenwoordig in de poging, de zedelijke 866 III, 0, 9,105 | eigen belangen, en zelfs in het afwijzen van het normbegrip 867 III, 0, 9,105 | Hetzelfde besef treffen we aan in het volgende gebed van de 868 III, 0, 9,105 | niet zonder onderbreking in het oog houdt, om deze klei 869 III, 0, 10,106 | het begin moet stellen. In feite komt deze uitdaging 870 III, 0, 10,106 | situaties, waarmee de Kerk in de loop van de geschiedenis 871 III, 0, 10,106 | nieuw moet zijn, “nieuw in haar ijver, nieuw in haar 872 III, 0, 10,106 | nieuw in haar ijver, nieuw in haar methoden en nieuw in 873 III, 0, 10,106 | in haar methoden en nieuw in haar manier van uitdrukken”. 166 ~ 874 III, 0, 10,107 | 37-41; 3, 17-20). ~Zoals in het geval van de geloofswaarheden, 875 III, 0, 10,107 | de geloofswaarheden, ja in nog hogere mate, getuigt 876 III, 0, 10,107 | het verkondigde, maar, en in zekere zin vooral, ook door 877 III, 0, 10,107 | geleefde woord voltrekt. In het bijzonder is het leven 878 III, 0, 10,107 | het bijzonder is het leven in heiligheid, dat in zovele 879 III, 0, 10,107 | leven in heiligheid, dat in zovele deemoedige en vaak 880 III, 0, 10,107 | nemen. Daarom heeft de Kerk in haar moraalpedagogie steeds 881 III, 0, 10,107 | de gelovigen uitgenodigd, in de heilige mannen en vrouwen 882 III, 0, 10,107 | mannen en vrouwen en vooral in de leerlingen en de Moeder 883 III, 0, 10,107 | leidt zo tot voltooiïng in woord en daad van het ene 884 III, 0, 10,107 | christen bij de wedergeboorte in de doopuit water en geest” ( 885 III, 0, 10,107 | die van de sacramenten, in het bijzonder de eucharistie: 886 III, 0, 10,107 | Christus en wordt erdoor in staat gesteld en ertoe verplicht 887 III, 0, 10,107 | verplicht dezelfde liefde in al zijn levenshoudingen 888 III, 0, 10,107 | en gedragingen te leven. In het zedelijk bestaan openbaart 889 III, 0, 10,107 | des te meer groeit hij in de vrijheid, waartoe hij 890 III, 0, 10,107 | de vrijheid, waartoe hij in dienst van de waarheid, 891 III, 0, 10,108 | zedelijke leven dat zij in haar vruchten van heiligheid 892 III, 0, 10,108 | Kerk zoals Paulus VI ons in herinnering roept: “Zonder 893 III, 0, 10,108 | getuigenis van de heiligheid in de grote variëteit van roepingen, 894 III, 0, 10,108 | uitdrukking - “die de leerlingen in hart en geest standvastigheid 895 III, 0, 10,108 | evangelie heeft onthuld, die in hun licht ontstoken heeft 896 III, 0, 10,108 | bewapend en gesterkt door Hem; in zich droegen ze de gaven, 897 III, 0, 10,108 | doorgeeft. Hij is het immers die in de Kerk profeten doet opstaan, 898 III, 0, 10,108 | uitdeelt en zo door alles en in alles de Kerk van de Heer 899 III, 0, 10,108 | vervolmaakt en voltooit”. 168 ~In levende samenhang met deze 900 III, 0, 10,108 | evangelisatie, diehet geloof dat in de liefde werkzaam is” ( 901 III, 0, 10,108 | begrijpen, welke plaats in de Kerk, de gemeenschap 902 III, 0, 11,109 | de Geest van de waarheid in haar (vgl. Joh. 14, 16-17) “ 903 III, 0, 11,109 | hebben (vgl. Joh. 2, 20. 27) in geloofszaken niet dwalen. 904 III, 0, 11,109 | algemene overeenstemming in zaken van geloof en zeden 905 III, 0, 11,109 | geloof zelf bezighouden. In de dienst van dezegelovige 906 III, 0, 11,109 | roepingvan de theoloog in de Kerk: “Onder de door 907 III, 0, 11,109 | Onder de door de Geest in de Kerk geïnspireerde roepingen - 908 III, 0, 11,109 | roepingen - zo lezen we in de instructie Donum veritatis - 909 III, 0, 11,109 | wiens taak daaruit bestaat, in gemeenschap met het leergezag 910 III, 0, 11,109 | te verkrijgen, zoals dit in de geïnspireerde en door 911 III, 0, 11,109 | vgl. Eph. 3, 19), die niet in haar geheel bevat kan worden, 912 III, 0, 11,109 | van de waarheid - uit, om in haar licht te treden en 913 III, 0, 11,109 | haar licht te treden en zo in staat te worden om tot op 914 III, 0, 11,109 | kerkelijke wetenschap, omdat ze in de Kerk groeit en over de 915 III, 0, 11,109 | de Kerk gaat.. Ze staat in dienst van de Kerk en moet 916 III, 0, 11,109 | zending van de Kerk, vooral in haar profetische functie”. 171 917 III, 0, 11,110 | Wat we over de theologie in het algemeen gezegd hebben, 918 III, 0, 11,110 | naar voren gebracht worden, in zoverre ze zich als wetenschap 919 III, 0, 11,110 | onverbrekelijk daarmee verbonden in de moraal treedt het leergezag 920 III, 0, 11,110 | handelingen uit te spreken die in zichzelf met de eisen van 921 III, 0, 11,110 | overeenstemmen en waarvan de praktijk in het leven bevorderd moet 922 III, 0, 11,110 | opgaven van al degenen die in opdracht van de verantwoordelijke 923 III, 0, 11,110 | verantwoordelijke bisschoppen in de priesterseminaries en 924 III, 0, 11,110 | ze hun krachten verenigen in samenwerking met het hiërarchisch 925 III, 0, 11,111 | waartoe de moraaltheologen in de huidige tijd opgeroepen 926 III, 0, 11,111 | betekenis. Op hen rust de taak, in een diepe en levende verbondenheid 927 III, 0, 11,111 | en dogmatische theologie in een wetenschappelijke reflectie “ 928 III, 0, 11,111 | antwoord bepaalt, dat de mens in zijn groeiproces in liefde, 929 III, 0, 11,111 | mens in zijn groeiproces in liefde, binnen de heilsgemeenschap 930 III, 0, 11,111 | beeld van God, dat zich in de mens bevindt, en dat 931 III, 0, 11,111 | dat met de wetten van het in de christelijke ascese en 932 III, 0, 11,111 | moraaltheologie en haar leer in deze tijd bijzondere moeilijkheden. 933 III, 0, 11,111 | fenomenologische begrip ondergeschikt. In feite moet de bevoegdheid 934 III, 0, 11,111 | van de menswetenschappen in de moraaltheologie steeds 935 III, 0, 11,112 | moraaltheologie moet daarom in het kader van de huidige ~ 936 III, 0, 11,112 | houdt de moraaltheologie in trouw aan de bovennatuurlijke 937 III, 0, 11,112 | oorspronkelijke toestand in zich draagt, dus de wonden 938 III, 0, 11,112 | alleen de kracht geeft, in de zedelijke wet een bevrijdende 939 III, 0, 11,113 | opdracht tot onderwijzing in de leer van de Kerk aannemen, 940 III, 0, 11,113 | ware goede en tot het zich in vertrouwen richten op de 941 III, 0, 11,113 | discussies en meningsverschillen in het kader van een representatieve 942 III, 0, 11,113 | opgeworpen meningsverschil is in strijd met de kerkelijke 943 III, 0, 11,113 | structuur van het volk Gods. In het verzet tegen de leer 944 III, 0, 11,113 | van de Geest te erkennen. In dit geval hebben de herders 945 III, 0, 11,113(177) | AAS 82 (1990), 1554; Vgl. in het bijzonder nr. 32-39, 946 III, 0, 12,114 | evangelie een bijzondere plaats in. Want de bisschoppen zijn 947 III, 0, 12,114 | geloof en de toepassing in het zedelijke leven en verklaren 948 III, 0, 12,114 | leven en verklaren deze in het licht van de heilige 949 III, 0, 12,114 | Verbond; Hij heeft de reeds in het Oude Testament geopenbaarde 950 III, 0, 12,114 | geopenbaarde zedelijke geboden in herinnering geroepen; Hij 951 III, 0, 12,114 | hem opriep tot navolging in armoede, deemoed en liefde: “ 952 III, 0, 12,114 | is bezegeld aan het kruis in het bloed van Christus: 953 III, 0, 12,114 | bloed van Christus: Ze is in de heilige Geest tot nieuwe 954 III, 0, 12,114 | maken, ons toevertrouwd in de vervulling van ons munus 955 III, 0, 12,114 | christelijke zedenleer ook in de vorm van het munus sacerdotale 956 III, 0, 12,115 | fundamenten van deze leer in een zekere uitvoerigheid 957 III, 0, 12,115 | pastorale onderscheiding die in de complexe en soms kritische 958 III, 0, 12,115 | noodzakelijk aangeeft. ~In het licht van de openbaring 959 III, 0, 12,115 | verbonden fundamentele waarden in herinnering geroepen, om 960 III, 0, 12,115 | herinnering geroepen, om zo in de gehoorzaamheid aan de 961 III, 0, 12,115 | van ons kindzijn van God in Jezus Christus de ene Zoon ( 962 III, 0, 12,115 | 6) te kunnen herkennen. In het bijzonder worden met 963 III, 0, 12,115 | van de huidige tendensen in de moraaltheologie gegeven. 964 III, 0, 12,115 | gegeven. Deze deel ik hier mee in gehoorzaamheid aan het woord 965 III, 0, 12,115 | altijd en zonder uitzondering in zich slechte daden verbieden, 966 III, 0, 12,115 | 2) volmaakt te zijn, - in Christus - zoals Hij volmaakt 967 III, 0, 12,116 | doorgegeven. Mijn medebroeders in het bisschopsambt, het hoort 968 III, 0, 12,116 | leer of theorie die hiermee in strijd is. Bij deze taak 969 III, 0, 12,116 | van de heilige Geest en in de gemeenschap cum Petro 970 III, 0, 12,116 | persoonlijk erover te waken, dat in onze bisdommen degezonde 971 III, 0, 12,116 | katholiek” te geven of, in het geval van ernstig gebrek 972 III, 0, 12,116 | overeenstemming, de erkenning in te trekken. ~ 973 III, 0, 12,117 | 117. In het hart van de christen, 974 III, 0, 12,117 | het hart van de christen, in de meest verborgen kern 975 III, 0, 12,117 | op zekere dag de jongeman in het evangelie aan Jezus 976 III, 0, 12,117 | want Hij is de enige die in elke situatie en onder de 977 III, 0, 12,117 | verschillende omstandigheden in het volle bezit van de waarheid 978 III, 0, 12,117 | gewetensvragen stellen, als in de Kerk de gelovigen zich 979 III, 0, 12,117 | herders wenden, dan vinden ze in het antwoord van de Kerk 980 III, 0, 12,117 | waarheid over goed en kwaad. In het door de Kerk verkondigde 981 III, 0, 12,117 | verkondigde woord klinkt in het binnenste van de mens 982 III, 0, 12,117 | veeleisende woord wordt in de zalving met de Geest 983 III, 0, 12,117 | stammen van God. Hij heeft ons in staat gesteld, dienaar van 984 III, 0, 12,117 | van de Heer en worden zo in zijn eigen beeld veranderd, 985 Slot, 0, 12,118 | komt deze barmhartigheid in het geschenk van de Geest, 986 Slot, 0, 12,118 | zijn liefde en leidt ons in de Geest naar de Vader. ~ 987 Slot, 0, 12,118(181)| tradidisti”: Missale Romanum, In Resurrectione Domini, Praeconium 988 Slot, 0, 12,119 | buitengewone eenvoud dankt. In de discussies over de nieuwe 989 Slot, 0, 12,119 | begrijpen en bijna onmogelijk in praktijk te brengen. Dat 990 Slot, 0, 12,119 | die ons door het leven in de gemeenschap van zijn 991 Slot, 0, 12,119 | maar kan ons binnenleiden in haar echte betekenis, omdat 992 Slot, 0, 12,119(182)| In Iohannis Evangelium Tractatus, 993 Slot, 0, 12,120 | Lc. 23, 34) ervaart Maria in volledige beschikbaarheid 994 Slot, 0, 12,120 | maagden, maar uiteindelijk in een voor allen open perspectief 995 Slot, 0, 12,120 | ze zich aan God geeft en in zich de gave Gods ontvangt. 996 Slot, 0, 12,120 | Gods ontvangt. Ze hoedt in haar maagdelijke schoot 997 Slot, 0, 12,120 | treedt Maria volledig binnen in het plan van God, die zich 998 Slot, 0, 12,120 | ze niet steeds begrijpt, in haar hart bewaart en daarover 999 Slot, 0, 12,120 | tijdens de bruiloft van Kana in Galilea, op: “Wat Hij jullie 1000 Slot, 0, 12,120 | zonde niet kende, is ze in staat, met elke zwakke mee


1-500 | 501-1000 | 1001-1002

Best viewed with any browser at 800x600 or 768x1024 on Tablet PC
IntraText® (V89) - Some rights reserved by EuloTech SRL - 1996-2007. Content in this page is licensed under a Creative Commons License