Chapter, Thema, Paragraph, Number
1 II, 2, 2,59 | door hem reeds uitgevoerde daad beoordeelt. Het is een oordeel
2 II, 2, 2,60 | goedheid van een bepaalde daad deze alsnog uitvoert, wordt
3 II, 3, 2,69 | resultaat kan zijn van een daad die de persoon in haar totaliteit
4 II, 3, 2,69 | dat wil zeggen precies een daad van de fundamentele optie.
5 II, 3, 2,70 | van zijn materie ernstige daad daarom geen doodzonde is,
6 II, 3, 2,70 | toestemming van hem die de daad volbracht, niet aanwezig
7 II, 3, 2,70 | doodzonde te beperken tot de daad van een fundamentele beslissing
8 II, 3, 2,70 | van de Kerk noemen wij die daad een doodzonde, waardoor
9 II, 4, 1,75 | de evenredigheid van de daad met zijn effecten en de
10 II, 4, 2,77 | die omstandigheden van de daad, die weliswaar de zwaarte
11 II, 4, 3,81 | door zijn object zedeloze daad in een “subjectief” goede
12 II, 4, 3,81 | of als keuze verdedigbare daad veranderen. ~
13 III, 0, 5,88 | 14, 6). Het vraagt een daad van vertrouwen en van zich
14 III, 0, 6,91 | dan dat zij een afgodische daad stelden door voor het standbeeld
15 III, 0, 9,103 | aan de genade die uit deze daad voortkomt. Het gebod van
16 III, 0, 10,107 | tot voltooiïng in woord en daad van het ene en drievoudige
17 Slot, 0, 12,120| begeleidt Hem tot die hoogste daad van vrijheid, die het volledige
|