Chapter, Thema, Paragraph, Number

 1 I, 0,  6,12   |   deelneming aan een volheid in de navolging van Christus. Jezus zegt
 2 I, 0,  6,15   |           persoonlijke wet die tot navolging uitnodigt, die de genade
 3 I, 0,  7,16   |      daarom uitnodigingen tot zijn navolging en tot levensgemeenschap
 4 I, 0,  7,17   |            van hun betekenis in de navolging van Christus. ~Het gesprek
 5 I, 0,  7,17   |            de jongeman bezit en de navolging van de Heer nemen daarentegen
 6 I, 0,  8,19   |         volmaaktheid bestaat in de navolging van Christus, in het volgen
 7 I, 0,  8,19   |          Hand. 6, 1). Daarom is de navolging van Christus het essentiële
 8 I, 0,  8,20   |            Dit “zoals” verlangt de navolging van Jezus, in het bijzonder
 9 I, 0,  8,20   |         die zich wil begeven in de navolging van Hem: “Wie mijn leerling
10 I, 0,  8,21   |                                21. Navolging van Christus is niet een
11 I, 0, 10,25   |     geboden van God leert, die tot navolging uitnodigt en de genade voor
12 I, 0, 10,25   |          eerbiedige beschouwing en navolging van Christus leren: “Voor
13 II, 0, 11,28  |           en het eeuwige leven; de navolging van Christus, die voor de
14 II, 3,  1,66  | fundamentele oproep van Jezus tot “navolging” van Hem - zo zegt Hij ook
15 III, 0, 12,114|            toen Hij hem opriep tot navolging in armoede, deemoed en liefde: “