Chapter, Thema, Paragraph, Number
1 I, 0, 6,13 | vrijheid - schrijft de heilige Augustinus -bestaat in het vrij zijn
2 I, 0, 6,15(24) | Vgl. H. Augustinus, De Sermone Domini in Monte,
3 I, 0, 7,17 | Rom. 13, 8-9). Nadat de H. Augustinus over het opvolgen van de
4 I, 0, 8,21 | en dankbaar - roept de H. Augustinus zich tot de gedoopten wendend
5 I, 0, 9,22 | gegeven is” (Rom. 5, 5). De H. Augustinus vraagt zich af: “Is het
6 I, 0, 9,23 | Heer Jezus. Zo vat de H. Augustinus opnieuw op wonderlijke manier
7 I, 0, 9,24 | en de opgave, heeft de H. Augustinus met deze eenvoudige en diepe
8 I, 0, 9,24 | en West, vooral van de H. Augustinus, 32 schrijven: de Nieuwe
9 II, 1, 2,41(74) | H. Augustinus, Enarratio in Psalmum LXII,
10 II, 1, 3,43 | eeuwige wet van God. De H. Augustinus definieert haar als “het
11 II, 1, 5,51 | opgeschreven - vroeg de H. Augustinus zich af -.. tenzij in het
12 II, 4, 3,81 | peccata sunt) - schrijft de H. Augustinus -, zoals diefstal, ontucht,
13 III, 0, 4,87 | vreugde” zegt de heilige Augustinus “In het huis van de Heer
14 III, 0, 9,102(162)| bekende tekst van de H. Augustinus, die het concilie in het
15 Slot, 0, 12,119 | herinnert ons de heilige Augustinus - die weet, waar te leven
|