Chapter, Thema, Paragraph, Number

 1 I, 0,  6,15   |       openligt voor een zedelijke en geestelijke weg van volmaaktheid waarvan
 2 II, 1,  4,48  |            van het lichaam is. 86 De geestelijke en onsterfelijke ziel is
 3 II, 1,  4,48  |          vrijheid, maar een bepaalde geestelijke en lichamelijke structuur
 4 II, 1,  4,49  |           persoon reduceren tot een “geestelijke”, louter formele vrijheid.
 5 II, 1,  4,50  |            de eenheid van haar zowel geestelijke als biologische voorkeuren
 6 II, 1,  4,50  |        steunen op de lichamelijke en geestelijke natuur van de menselijke
 7 II, 4,  3,79  | doelgerichtheden, die altijd ook een geestelijke dimensie bezitten: Precies
 8 II, 4,  3,80  |          verminking, lichamelijke en geestelijke foltering, pogingen om de
 9 III, 0,  9,103|         staat voor de mens steeds de geestelijke weg van de hoop open. ~In
10 III, 0, 11,111|       moraaltheologie een innerlijke geestelijke dimensie aannemen, die overeenkomt
11 III, 0, 11,111|         ascese en mystiek beschreven geestelijke proces overeenkomt”. 176 ~
12 III, 0, 11,112|         vooral het oog gericht op de geestelijke dimensie van het menselijke
13 III, 0, 11,113|              van deze intellectuele, geestelijke en pastorale verantwoordelijkheid.