bold = Main text
Chapter, Verse grey = Comment text
1 Prol, 36| verbetering van ons slecht gedrag bij wijze van uitstel verlengd, ~
2 Prol, 43| mogelijk is om dit alles bij het licht van dit leven
3 2, 6 | leerlingen - beide punten - bij het schrikwekkend oordeel
4 2, 8 | eveneens waar, dat de herder bij het oordeel van de Heer
5 2, 19 | is, dan handele hij, ook bij de rangbepaling van elkeen,
6 2, 20 | krijgsdienst, "omdat er bij God geen aanzien des persoons
7 2, 38 | daar zijn eigen ziel nog bij. ~
8 3, 12 | gaat hij alleen te rade bij de oudsten, ~
9 4, 36 | 36 niet onmatig zijn bij het eten,~
10 6, 1 | zondigen met mijn tong. Ik heb bij mijn mond een wacht gesteld;
11 6, 4 | Want er staat geschreven: "Bij veel spreken kan men de
12 7, 23 | geloven, dat God altijd bij ons tegenwoordig is, omdat
13 7, 24 | de dood heeft postgevat bij de drempel van het genot. ~
14 7, 35 | bestaat hierin, dat men bij het beoefenen van de gehoorzaamheid,
15 7, 49 | allergeringste tevreden is en zich bij alles wat men hem opdraagt
16 7, 50 | 50 Want hij zegt bij zichzelf met de profeet: "
17 7, 50 | voor U, en ik ben altijd bij U".~
18 7, 57 | de Schrift leert ons, dat bij veel spreken de zonde niet
19 7, 63 | 63 bij het werk Gods, in de bidplaats,
20 8, 2 | slaapt dan de halve nacht en bij het opstaan dus goed is
21 8, 4 | de ochtendgetijden, die bij het aanbreken van de dag
22 15, 1 | onderbreking het alleluia zowel bij de psalmen als bij de responsories. ~
23 15, 1 | zowel bij de psalmen als bij de responsories. ~
24 15, 2 | in de nachtgetijden enkel bij de laatste zes psalmen. ~
25 18, 13 | 13 Deze psalmen beginnen bij psalm 109 en lopen tot psalm
26 18, 17 | omdat hij maar kort is, bij psalm 115 gevoegd.~
27 19 | Hoofdstuk 19 OVER DE HOUDING BIJ HET PSALMGEZANG~ ~
28 20 | Hoofdstuk 20 OVER DE EERBIED BIJ HET GEBED~ ~
29 22, 5 | dat zij hun messen niet bij zich hebben als zij slapen,
30 25, 3 | moet geheel alleen zijn bij het werk dat hem is opgedragen,
31 35, 10 | schoon en in goede staat weer bij de kellenaar in. ~
32 36, 5 | moeten verdragen, omdat men bij dit soort mensen een rijker
33 38, 6 | 6 Wat zij bij het eten en drinken nodig
34 39, 5 | pond om het de broeders bij hun avondmaal te geven.~
35 40, 6 | lezen weliswaar, dat wijn bij monniken volstrekt niet
36 41, 5 | en dat de broeders tevens bij het verrichten van hun werk
37 41, 8 | heeft maar met alles nog bij daglicht klaarkomt.~
38 41, 9 | geregeld worden, dat alles bij daglicht kan gebeuren.~ ~ ~
39 42, 3 | avondmaal zijn opgestaan, bij elkaar zitten en een van
40 42, 7 | een opgedragen werk, zich bij de anderen. ~
41 43 | Hoofdstuk 43 OVER DEGENEN DIE BIJ HET WERK GODS OF AAN TAFEL
42 43, 10 | 10 Wie bij de daggetijden in het werk
43 43, 11 | mogen zich beslist niet bij het koor voegen van hen
44 43, 17 | hij, die niet aanwezig is bij het vers dat na tafel gezegd
45 46, 1 | 1 Als iemand bij een of ander werk, in de
46 46, 1 | keuken, in de voorraadkamer, bij de tafeldienst, in de bakkerij,
47 46, 1 | de bakkerij, in de tuin, bij de beoefening van een of
48 55, 3 | oordeel hierover berust dan bij de abt. ~
49 55, 13 | kleerkamer een broek, die ze daar bij hun thuiskomst gewassen
50 55, 14 | krijgen die uit de kleerkamer bij hun vertrek en geven ze
51 55, 14 | vertrek en geven ze daar bij hun thuiskomst weer terug.~
52 55, 17 | 17 Als men bij iemand iets vindt wat hij
53 55, 22 | 22 Maar bij al zijn oordelen denke hij
54 56, 3 | een of twee ouderlingen bij de broeders laten om de
55 57, 7 | 7 Bij het vaststellen van de prijs
56 58, 11 | 11 Indien hij dan voet bij stuk houdt, wordt hij naar
57 59, 4 | willen doen, maar liever bij wijze van aalmoes iets aan
58 61, 4 | dient de abt wijselijk bij zichzelf na te gaan, of
59 63, 11 | niemand een ander enkel maar bij zijn naam noemen, ~
60 64, 1 | 1 Bij het aanstellen van een abt
61 65, 10 | op de allereerste plaats bij hen die een dergelijke wantoestand
62 66, 2 | moet zijn verblijf hebben bij de poort, zodat bezoekers
63 68, 4 | uiteenzetting de overste bij zijn inzicht en bevel blijft,
|