bold = Main text
   Chapter, Verse                              grey = Comment text

 1 Prol, 9 | aandachtig oor luisteren naar wat Gods stem ons dagelijks vermanend
 2 Prol, 31|         toe, want hij zegt: "Door Gods genade ben ik wat ik ben", ~
 3 Prol, 37|         zegt: "Weet gij niet, dat Gods geduld u tot boetvaardigheid
 4 Prol, 40|        heilige gehoorzaamheid aan Gods geboden. ~
 5 Prol, 49|     liefde voort langs de weg van Gods geboden. ~
 6   1, 13 |          nu ertoe overgaan om met Gods hulp een regel op te stellen
 7   2, 6  |         het schrikwekkend oordeel Gods voorwerp van onderzoek zullen
 8   2, 12 |      ontwikkelden door zijn daden Gods wet voor ogen stelt. ~
 9   2, 13 |       leerlingen als strijdig met Gods wet heeft voorgehouden,
10   2, 35 |      staat: "Zoekt eerst het Rijk Gods en zijn gerechtigheid, en
11   3, 11 |           alles doen met de vreze Gods en met inachtneming van
12   4, 63 |                     63 De geboden Gods dagelijks metterdaad volbrengen.~
13   4, 74 |                   74 En nooit aan Gods barmhartigheid wanhopen.~
14   5, 9  |        die voortkomt uit de vreze Gods onmiddellijk op elkaar:
15   7, 9  |           en in die stijlen heeft Gods roeping verschillende sporten
16   7, 10 |     hierin, dat men door de vreze Gods altijd voor ogen te houden,
17   7, 13 |         doen en laten overal door Gods oog gezien wordt en onophoudelijk
18   7, 63 |                   63 bij het werk Gods, in de bidplaats, in het
19   7, 64 |          hem alsof hij reeds voor Gods schrikwekkend oordeel moest
20  16     |         Hoofdstuk 16 HOE HET WERK GODS IN DE LOOP VAN DE DAG GEVIERD
21  20, 4  |         verlangen, ingegeven door Gods genade, gedrongen voelt
22  21, 2  |         dragen volgens de geboden Gods en de voorschriften van
23  22, 6  |        haasten zich naar het werk Gods, waarbij zij trachten elkaar
24  22, 8  |          opstaan om naar het werk Gods te gaan, moeten de broeders
25  36, 4  |           denken, dat zij ter ere Gods gediend worden, en zij mogen
26  43     |          DEGENEN DIE BIJ HET WERK GODS OF AAN TAFEL TE LAAT KOMEN~ ~
27  43, 3  |          dus niets boven het werk Gods gesteld worden. ~
28  43, 6  |                   6  Als het werk Gods geëindigd is moet hij door
29  43, 10 |           daggetijden in het werk Gods nog niet aanwezig is na
30  44, 1  |           de viering van het werk Gods in de bidplaats beëindigd
31  44, 7  |       alle getijden, als het werk Gods besloten wordt, op de plaats
32  47     |        HET TIJDSTIP VOOR HET WERK GODS~ ~
33  47, 1  |        het tijdstip voor het werk Gods, overdag en 's nachts, heeft
34  50, 3  |            3  verrichten het Werk Gods daar ter plaatse waar ze
35  50, 3  |           hun knieën met de vreze Gods.~
36  52, 2  |               2  Wanneer het Werk Gods geëindigd is, gaan allen
37  52, 5  |           heeft, mag als het werk Gods geëindigd is, zich niet
38  53, 21 |           vervuld is van de vreze Gods, wordt belast met het gastenverblijf;~
39  53, 22 |         gereed staan. En het huis Gods moet door wijzen met wijsheid
40  58, 7  |         ijver heeft voor het werk Gods, voor de gehoorzaamheid
41  64, 1  |    gemeente, geleid door de vreze Gods, eenstemmig gekozen heeft;
42  64, 5  |           dienen zij aan het huis Gods een waardig bestuurder te
43  64, 9  |          onderlegd zijn in de wet Gods, zodat hij de nodige kennis
44  66, 4  | zachtmoedigheid, die uit de vreze Gods voortkomt, staat hij hem
45  67, 2  |        laatste gebed van het Werk Gods worden altijd alle afwezigen
46  67, 3  |       alle getijden, als het Werk Gods besloten wordt, in het koor
47  68, 5  |          liefde en vertrouwend op Gods hulp.~ ~ ~
48  73, 9  |         eerst daarna kunt u onder Gods bescherming die hogere toppen